10.De beslissing
- verklaart bewezen dat verdachte het primair ten laste gelegde heeft begaan, zoals hierboven omschreven;
- verklaart niet bewezen wat aan verdachte primair meer of anders is ten laste gelegd en spreekt hem daarvan vrij;
- verklaart het bewezenverklaarde strafbaar;
- verklaart dat het bewezenverklaarde het volgende strafbare feit oplevert:
poging tot het medeplegen van doodslag, voorafgegaan van een strafbaar feit en gepleegd met het oogmerk om de uitvoering van dat feit gemakkelijk te maken en het bezit van het wederrechtelijk verkregene te verzekeren.
- verklaart verdachte strafbaar voor het bewezenverklaarde;
- veroordeelt verdachte tot een
gevangenisstrafvoor de duur van
10 (tien) jaren;
- veroordeelt verdachte tot betaling aan de benadeelde partij [slachtoffer] van een bedrag van € 69.426,47 (te vermeerderen met de wettelijke rente vanaf 17 november 2011) voor zover dit bedrag niet door een mededader zal zijn voldaan;
- veroordeelt verdachte daarnaast in de kosten van het geding door de benadeelde partij gemaakt, tot op heden begroot op € 1.200,00, alsook in de kosten van betekening van dit vonnis, de in verband met de tenuitvoerlegging van dit vonnis nog te maken kosten en de kosten vallende op de invordering;
- legt de
maatregelop dat verdachte verplicht is ter zake van het bewezenverklaarde feit tot
betaling aan de Staat der Nederlanden van een bedrag van € 69.426,47, te vermeerderen met de wettelijke rente vanaf 17 november 2011 ten behoeve van de benadeelde, met bevel, voor het geval dat volledige betaling noch volledig verhaal van het verschuldigde bedrag volgt, dat vervangende hechtenis voor de duur van 349 dagen zal worden toegepast (een en ander voor zover dit bedrag niet door een mededader zal zijn voldaan). Tenuitvoerlegging van de vervangende hechtenis laat de betalingsverplichting onverlet;
- bepaalt dat als verdachte heeft voldaan aan zijn verplichting tot betaling aan de Staat der Nederlanden van bedoeld bedrag daarmee de verplichting van verdachte om aan de benadeelde partij het bedrag te betalen, komt te vervallen, en andersom, als verdachte aan de benadeelde partij het verschuldigde bedrag heeft betaald, dat daarmee de verplichting tot betaling aan de Staat der Nederlanden van dat bedrag komt te vervallen;
- veroordeelt verdachte tot betaling aan de benadeelde partij [naam 2] van een bedrag van € 7.500,00 (te vermeerderen met de wettelijke rente vanaf 17 november 2011) voor zover dit bedrag niet door een mededader zal zijn voldaan;
- veroordeelt verdachte daarnaast in de kosten van het geding door de benadeelde partij gemaakt, tot op heden begroot op nihil, alsook in de kosten van betekening van dit vonnis, de in verband met de tenuitvoerlegging van dit vonnis nog te maken kosten en de kosten vallende op de invordering;
- legt de
maatregelop dat verdachte verplicht is ter zake van het bewezenverklaarde feit tot
betaling aan de Staat der Nederlanden van een bedrag van € 7.500,00,te vermeerderen met de wettelijke rente vanaf 17 november 2011 ten behoeve van de benadeelde, met bevel, voor het geval dat volledige betaling noch volledig verhaal van het verschuldigde bedrag volgt, dat vervangende hechtenis voor de duur van 72 dagen zal worden toegepast (een en ander voor zover dit bedrag niet door een mededader zal zijn voldaan). Tenuitvoerlegging van de vervangende hechtenis laat de betalingsverplichting onverlet;
- bepaalt dat als verdachte heeft voldaan aan zijn verplichting tot betaling aan de Staat der Nederlanden van bedoeld bedrag daarmee de verplichting van verdachte om aan de benadeelde partij het bedrag te betalen, komt te vervallen, en andersom, als verdachte aan de benadeelde partij het verschuldigde bedrag heeft betaald, dat daarmee de verplichting tot betaling aan de Staat der Nederlanden van dat bedrag komt te vervallen;
- wijst de vordering van de benadeelde partij: [bedrijf slachtoffer] af.
Dit vonnis is gewezen door mr. C.C.S. Bordenga-Koppes, voorzitter, mr. M.A.H. Heijink en mr. S.K. Huisman, rechters, in tegenwoordigheid van mr. E. Koning, griffier, en is in het openbaar uitgesproken op 6 december 2019.
Leeswijzer
Deze bijlage maakt deel uit van het vonnis en bevat de bewijsmiddelen.
Wanneer hierna wordt verwezen naar dossierpagina’s, zijn dit pagina’s uit het dossier van de regiopolitie Oost-Nederland met als onderzoeksnaam ONEGA. Tenzij hieronder anders wordt vermeld, wordt steeds verwezen naar bladzijden van een in de wettelijke vorm, door daartoe bevoegde personen, opgemaakt proces-verbaal.
- het proces-verbaal aangifte van [slachtoffer] d.d. 17 november 2011, zakelijk weergegeven (pag. 28 tot en met 30):
Op 17 november 2011 aan de Steenweg in Enschede kwamen twee mannen naar mij toe die capuchons droegen en een sjaal voor hun gezicht hadden. Een was slank en de ander was iets dikker. Ze waren donker gekleed. De slanke man hield een kleine honkbalknuppel (van ongeveer 50 cm) in zijn handen. De man met de honkbalknuppel begon mij opzettelijk en met veel kracht te slaan tegen mijn dijbeen, armen en op mijn hoofd. Ik heb hierdoor letsel opgelopen. De wond op mijn hoofd
is dichtgeplakt en mijn dijbeen is flink gezwollen. Op mijn armen heb ik ook pijnlijke plekken.
Ik zag dat de andere man mijn zwarte aktetas uit de auto pakte. Ik pakte mijn aktetas vast maar deze werd weer uit mijn handen gerukt. Ik stond op ongeveer 2 meter afstand van de man toen ik opeens zag dat hij een zwart pistool in zijn rechter hand vast hield. Ik weet zeker dat het een pistool was want een revolver heeft een cilinder en die heb ik niet gezien. Ik zag dat hij het pistool op mijn borst of hoofd richtte en schoot. Ik hoorde een enorme knal. Omdat ik niets voelde dacht ik dat het om een
alarm pistool ging. Ik wilde de aanval inzetten maar toen schoot hij nogmaals. Ik hoorde weer een knal. Ik voelde dat mijn rechter been verdooft werd en ik kon niet meer staan. De beide mannen liepen weg.
In mijn beleving is er twee maal geschoten. Toen ik mijn broek uit deed zag ik bloed en wist ik dat ik neergeschoten was. Er zat ongeveer 50.000 euro in de zwarte aktetas die de daders hebben weggenomen. Ik ben oud ijzer handelaar. Voor mij is het gebruikelijk om zulke bedragen contant bij me te dragen. Dit is allemaal op straat voor mijn woning, naast mijn auto gebeurd.
- het proces-verbaal van verhoor van aangever [slachtoffer] d.d. 23 november 2011, zakelijk weergegeven (pag. 34 tot en met 36):
Ik heb de aktetas via het linker achterportier in de auto gezet, dit was dus aan de straat kant. De aktetas stond toen op de bodem van de auto achter de zitting van de bestuurder. Ik hoorde dat er door de man met de honkbalknuppel iets werd geroepen. Ik kon niet verstaan wat er werd geroepen. Ik zag vervolgens dat de man met de honkknuppel (dader 1) op mij af kwam. Ik zag dat hij de knuppel met zijn rechterhand rechts boven zijn hoofd hield. Ik zag dat de andere man (dader 2) van uit mijn positie schuin rechts achter dader 1 stond, ter hoogte van het linker voorwiel van mijn auto. Dader 1 kwam dus op mij af en ik zag dat hij mij de
honkbalknuppel wilde slaan in de richting van mijn hoofd. Ik pakte dader 1 dus vast en zwaaide hem naar links, waardoor wij beiden op de grond kwamen te vallen. We stonden vervolgens nagenoeg in dezelfde positie als voor de val. Dat wil zeggen dat ik links naast het linker achterportier stond en dader 1 stond weer tegenover mij. Ik zag dat dader 1 opnieuw slaande bewegingen in mijn richting maakte met de honkbalknuppel. Vervolgens zag en voelde ik dat dader 1 mij met de honkbalknuppel meerdere keren tegen mijn linker bovenbeen sloeg. Hierdoor ging ik achteruit en stond ik links achter de auto. Dader 1 stond op dat moment voorbij het linker achterportier. Ik zag dat dader 2 het linker achterportier opende. Ik weet niet met welke hand hij dit deed. Ik zag vervolgens dat hij de aktetas uit de auto pakte. Vermoedelijk deed hij dit met zijn rechterhand en gooide vervolgens het linker achterportier dicht. Dit heeft hij vermoedelijk met de linkerhand gedaan, door tegen de raamstijl of het raam van het linkerportier te duwen. Ik liep naar dader 2. De afstand tussen mij en dader 2 was ongeveer 5 meter. Ik zag dat dader 2 stil bleef staan en ik zag dat hij een pistool op mij richtte. Ik zag dat hij dit pistool vermoedelijk in zijn linkerhand vast hield en dit met gestrekte arm op mij richtte. Ik had het gevoel dat hij op mijn borst en hoofd richtte. Vervolgens hoorde ik weer een knal, dit was in tijd gezien maar een paar seconden later.
- een schriftelijk bescheid, zijnde een medische verklaring van [naam 3] , arts-assistent heelkunde namens dr. W.R. Hogeboom, chirurg-traumatoloog, werkzaam bij Medisch Spectrum Twente, d.d. 17 november 2011, zakelijk weergegeven (pag. 55):
Diagnose:
- Schotverwonding rechter lies, zonder essentieel vaat/zenuwletsel
- Barstwond behaarde hoofdhuid
- het proces-verbaal van bevindingen van 23 september 2019, zakelijk weergegeven (pag. 18 en 19 van proces-verbaal voortgang in verband met verzoek schorsing voorlopige hechtenis):
Op 23 september 2019 hebben wij, verbalisanten, een gesprek gevoerd met mevrouw [naam 1] . Dit gesprek vond plaats naar aanleiding van het opgenomen telefoongesprek van 29 augustus 2019 om 21.22.13 uur, sessienummer 504. [naam 1] vertelde dat zij de tante is van [verdachte] en [medeverdachte] . Ze vertelde ons dat ze met deze hele zaak niets te maken wilde hebben. Ze wilde namelijk geen ingegooide ramen of een revolver tegen haar hoofd krijgen. Ze vertelde dat ze had gehoord dat de kinderen van haar zus [naam 4] ), betrokken waren bij de overval op een oud-ijzerhandelaar, waarvan ze de naam even niet meer wist. In het gesprek zegt [naam 1] : "omdat ie ja seejen, ze hebt d'r allemaal van profiteerd" Op onze vraag wat [naam 1] hiermee bedoelde, zei ze dat ze had gehoord dat het om veel geld ging, ze doelde hiermee op de overval. Het klopte dat [naam 4] dit tegen haar had gezegd. [naam 4] had tegen [naam 1] verteld dat ze er allemaal van geprofiteerd hebben.
- het (aanvullend) proces-verbaal d.d. 25 juni 2019, zakelijk weergegeven (pag. 203):
Ik zag daar op de rijbaan van de Steenstraat, ter hoogte van de geparkeerde auto van
het slachtoffer, een dichtgevouwen vouwmes op straat liggen. Ik zag dat dit mes een
zilverkleurig metalen mes betrof. Ik heb de locatie van dit mes voorzien van bordje 4. Ik zag dat dit metalen mes erg schoon oogde. Ik zag verder dat het metaal van dit mes niet was voorzien van een laagje rijp, zoals de metalen oppervlakken van de
geparkeerde auto's. Uit het ontbreken van een laagje rijp op het mes leidde ik af dat dit mes er pas kort lag, en dat het mes er die voorgaande nacht tijdens het vriezen nog niet had gelegen. Dit mes is door mij veiliggesteld, in beslaggenomen en voorzien van sin AADC0114NL.
- het proces-verbaal Forensisch onderzoek d.d. 25 april 2012, zakelijk weergegeven (pag. 98 e.v.):
Op donderdag 17 november 2011, omstreeks 07.25 uur, vond er een gewapende overval plaats op de openbare weg van de Steenweg te Enschede. Bij deze overval was het overvallen slachtoffer gewond geraakt.
Hulzen;
Wij zagen daar op de plaats delict twee hulzen liggen. Een ingezette speurhond trof daar vervolgens nog een derde huls aan. Wij zagen daar op de rijbaan van de Steenweg, achter de Mercedes, bij markeringsbordje 03 een huls liggen. Deze huls lag ongeveer 3.60 meter achter het midden van de Mercedes. Wij zagen dat deze huls op de bodem was voorzien van de tekst "32 auto CBC". Deze huls is veiliggesteld en voorzien van sin AADC0118NL. Op foto 06, 07 en 30 is de locatie van deze huls zichtbaar bij markeringsbordje 03, en op foto 31 is deze huls zichtbaar. Wij zagen daar op de rijbaan van de Steenweg, voor de Mercedes, bij markeringsbordje 13 een tweede huls liggen. Deze huls lag ongeveer 10.40 meter voor het midden van de Mercedes. Wij zagen dat deze huls op de bodem tevens was voorzien van de tekst "32 auto CBC". Deze huls is veiliggesteld en voorzien van sin AADC0116NL.
Spoor : 8685
SIN : AADC0134NL
Soort : Epitheel
Bijzonderheden : Bordje 14
Wijze veiligstellen : Wattenstaafje
Tijdstip veiligstellen : 18/11/2011 om 09.00 uur
Plaats veiligstellen : Bemonstering handgreep linker achterportier
Spoor : 8669
SIN : AADC0114NL
Soort : Vouwmes
Bijzonder : Bordje 4
Wijze veiligstellen : Plastic koker
Tijdstip veiligstellen : 17/11/2011 om 09.22
Plaats veiligstellen : Vouwmes zilverkleurig metaal, op straat links van auto
Spoor : 8670
SIN : AADC0118NL
Soort : Overige
Type : Huls
Bijzonderheden : Bordje 3
Wijze veiligstellen : Plastic koker
Tijdstip veiligstellen : 17/11/2011 om 09.20 uur
Plaats veiligstellen : Huls .32 auto cbc op straat links achter auto
Spoor : 8672
SIN : AADC0117NL
Soort : overige
Type : Huls
Bijzonderheden : Bordje 15
Wijze veiligstellen : Plastic koker
Tijdstip veiligstellen : 17/11/2011 om 11.30 uur
Plaats veiligstellen : Huls .32 auto cbc overzijde rijbaan links voor auto
Spoor : 8671
SIN : AADC0116NL
Soort : Overige
Type : Huls
Bijzonderheden : Bordje 13
Wijze veiligstellen : Plastic koker
Tijdstip veiligstellen : 17/11/2011 om 09.55 uur
Plaats veiligstellen : Huls .32 auto cbc op rijbaan ruim voor auto
Onderzoek ziekenhuis
Op donderdag 17 november 2011, omstreeks 09.30 uur, werd het slachtoffer [slachtoffer] in het ziekenhuis te Enschede forensisch onderzocht. Bij dit onderzoek werd een kogel veiliggesteld welke, door een dokter, uit de rechterlies van het slachtoffer was verwijderd. Deze kogel is voorzien van sin AADK1194NL.
Samenvatting forensisch onderzoek
Tijdens de aanval heeft een dader daar op straat een ingeklapt vouwmes verloren. Door deze dader is op een gegeven moment het linker achterportier geopend. Op een bepaald moment is daar door een dader minimaal drie keer geschoten met een semi-automatisch vuurwapen van het kaliber 7.65mm Browning.
- een schriftelijk bescheid, zijnde het NFI rapport aanvullend (vergelijkend) DNA-onderzoek, opgemaakt door ing. [naam 5] , d.d. 23 november 2011, zakelijk weergegeven (pag. 164 en 165):
DNA-databank
Het DNA-profiel van het celmateriaal in de bemonstering AADC0114NL#02 (gekoppeld aan onbekende man A) is op 22 november 2011 opgenomen in de Nederlandse DNA-databank voor strafzaken en wordt sindsdien vergeleken met daarin aanwezige DNA-profielen. Bij deze vergelijking zijn tot op heden geen matches met andere DNA-profielen gevonden. Indien in de toekomst een DNA-profiel uit een andere zaak wordt opgenomen in de Nederlandse DNA-databank voor strafzaken en dit DNA-profiel matcht met het opgenomen DNA-profiel in deze zaak dan worden de bevoegde autoriteiten hiervan op de hoogte gesteld.
- een schriftelijk bescheid, zijnde het NFI rapport aanvullend (vergelijkend) DNA-onderzoek, opgemaakt door ing. [naam 5] , d.d. 29 februari 2012, zakelijk weergegeven (pag. 181):
Resultaten, interpretatie en conclusie
Van het celmateriaal in de bemonstering AADC0134NL#01 van een portiergreep is een consensus DNA-profiel verkregen waarin DNA-kenmerken zichtbaar zijn van minimaal twee personen waarvan minimaal één man.
Het DNA-profiel van het celmateriaal in de bemonstering van het celmateriaal in de
bemonstering AADC0114NL#02 van de randen van het heft en de rug van het lemmet van een mes (onbekende man A) matcht met dit consensus DNA-profiel.
- een schriftelijk bescheid, zijnde het NFI rapport onderzoek naar biologische sporen en DNA- onderzoek, opgemaakt door ing. [naam 5] , d.d. 3 januari 2012 (pag. 366):
- een schriftelijk bescheid, zijnde het NFI rapport aanvullend (vergelijkend) DNA-onderzoek NFI rapport, opgesteld door ing. [naam 6] , d.d. 15 juni 2018, zakelijk weergegeven (pag. 372 en 373):
DNA-databank
Het DNA-profiel RABS6604NL van de veroordeelde [verdachte] is op 8 juni 2018 opgenomen in de Nederlandse DNA-databank voor strafzaken en wordt sindsdien vergeleken met de daarin aanwezige DNA-profielen. Bij deze vergelijking is tot op heden één match gevonden. Deze matchende DNA-profielen zijn geregistreerd onder DNA- profielcluster 43353.
Bovenstaande betekent dat DNA in het sporenmateriaal met het identiteitszegel
AADC0114NL#02, uit DNA-profielcluster 43353, afkomstig kan zijn van de veroordeelde [verdachte] . Voor de gegevens van deze zaken en de matchkans van de DNA-profielen wordt verwezen naar DNA- profielcluster 43353.
Bijlage DNA-profielcluster 43353
Omschrijving onderzoeksmateriaal een bemonstering van een mes
DNA-identiteitszegel AADC0114NL#02.
- een schriftelijk bescheid, zijnde een NFI rapport vergelijkend DNA-onderzoek, opgesteld door ing. [naam 7] , d.d.12 februari 2019, zakelijk weergegeven (pag. 376):
Vraagstelling
Politie Eenheid Oost-Nederland heeft verzocht om DNA-profiel RABS6604NL van [verdachte] (geboren op [geboortedatum] 1984) te vergelijken met DNA-mengprofiel AADC0134NL#01 van het DNA in een bemonstering van een portiergreep (zie NFI-rapporten 2011.11.18.095 aanvraag 002 en aanvraag 004)
Resultaten, interpretatie en conclusie
Het DNA-profiel van [verdachte] RABS6604NL is betrokken bij het vergelijkend DNA onderzoek. Naar aanleiding van de in de DNA-databank gevonden match met het DNA-profiel van bemonstering AADC0114NL#02 (van de randen van het heft en de rug van het lemmet van het mes) is vastgesteld dat [verdachte] de in deze zaak genoemde onbekende man A kan zijn.
Eerder is vastgesteld (zie NFI-rapport 2011.11.18.095 aanvraag 004) dat onbekende man A één van de minimaal twee donoren van DNA in bemonstering AADC0134NL#01 kan zijn. Daarmee is nu vastgesteld dat [verdachte] eveneens donor kan zijn van DNA in deze bemonstering.
Onder deze aannames zijn de resultaten van het DNA-onderzoek beschouwd onder het
volgende hypothesepaar:
Hypothese 1: De bemonstering bevat DNA van [verdachte] en één willekeurige onbekende persoon.
Hypothese 2: De bemonstering bevat DNA van twee willekeurige onbekende personen.
Het verkregen DNA-mengprofiel AADC0134NL#01 is meer dan
1 miljard keer waarschijnlijkerwanneer hypothese 1 waar is, dan wanneer hypothese 2 waar is.