In deze zaak heeft de Rechtbank Overijssel op 9 december 2019 een beschikking gegeven inzake de zorg- en contactregeling tussen een moeder en haar minderjarige kinderen. De moeder, vertegenwoordigd door haar advocaat mr. J. Eliya, verzoekt de rechtbank om een opbouwende en frequente zorg- en contactregeling vast te stellen, evenals een informatie- en consultatieregeling. De vader, vertegenwoordigd door mr. I. Mercanoglu, verzet zich tegen deze verzoeken en stelt dat er momenteel geen ruimte is voor contact tussen de moeder en de kinderen, gezien de angst die de kinderen voor de moeder zouden hebben. De rechtbank heeft de mondelinge behandeling op 21 november 2019 gehouden, waarbij zowel de moeder als de vader aanwezig waren, samen met een vertegenwoordiger van de Raad voor de Kinderbescherming.
De rechtbank heeft vastgesteld dat de moeder al bijna vier jaar geen contact meer heeft met haar kinderen en dat dit haar zwaar valt. De vader heeft echter aangegeven dat hij de kinderen naar een geheim adres heeft verhuisd en dat het beter met hen gaat. De rechtbank is van mening dat zij onvoldoende informatie heeft om een beslissing te nemen over de zorg- en contactregeling en heeft daarom de Raad verzocht om een onderzoek in te stellen naar de mogelijkheden voor contact tussen de moeder en de kinderen. De rechtbank heeft ook een bijzondere curator benoemd om de belangen van de minderjarigen te behartigen, gezien de complexe situatie en de mogelijke belangenstrijd tussen de ouders.
De rechtbank heeft de beslissing over de zorg- en contactregeling aangehouden in afwachting van het rapport van de Raad. De benoeming van de bijzondere curator is gedaan om ervoor te zorgen dat de wensen en belangen van de minderjarigen goed worden vertegenwoordigd, vooral gezien de invloed van de ouders op hun wensen. De rechtbank heeft benadrukt dat het belangrijk is dat de ouders werken aan hun onderlinge verstandhouding en communicatie, zodat de moeder de kans krijgt om haar rol als moeder te vervullen.