Uitspraak
RECHTBANK OVERIJSSEL
1.De procedure
- de dagvaarding
- de akte overlegging productie (9) van 25 februari 2019 door [eiseres]
- de akte overlegging producties (1-14) van 25 februari 2019 door [gedaagde]
- de mondelinge behandeling
- de pleitnota van [eiseres]
- de pleitnota van [gedaagde]
- de akte wijziging van eis.
2.De feiten
Smadelijke aftocht van [eiseres] uit [plaats 1]
[eiseres] ’s chocolademelk:
TV Kassa
3.Het geschil
Ik [gedaagde] rectificeer mijn artikel in de Stentor en Stadskoerier. Anders dan in de kop staat gaat het om een gedeeltelijke verhuizing uit [plaats 1] , waarbij de suikerbranderij aan de [straat] gewoon blijft bestaan.”
4.De beoordeling
En nu verhuist [eiseres] Consumer’s naar [plaats 2] en blijft de productie van koffiestroop in [plaats 1] voor de zakelijke markt nog bestaan, het laatste nieuws is dat deze productie zelfs wordt uitgebreid door de Helmondse eigenaar van de fabriek aan de [straat] in [plaats 1] , van oorsprong nu circa 100 jaar oud.”[gedaagde] heeft met zijn uitlatingen in de advertenties ook niet doen voorkomen dat het slecht zou gaan met [eiseres] en dat er sprake zou zijn van een neerwaartse spiraal, althans daarvoor heeft [eiseres] feiten noch omstandigheden aangevoerd die haar stelling kunnen onderbouwen. De gebruikte woorden in de titel van de advertenties “
Smadelijke aftocht van [eiseres] uit [plaats 1]” is een negatieve kwalificatie, maar afgewogen tegen het belang van de vrijheid van meningsuiting van [gedaagde] niet dermate kwaadsprekend dat de aanduiding als onrechtmatig moet worden aangemerkt.
’s chocolademelk: Soort water dat smaakt naar oud papier”. Hoewel de voorzieningenrechter het met [eiseres] eens is dat dit citaat geheel losstaat van de inhoud van de advertentie en het een oud klantenonderzoek is dat wellicht geen recht doet aan de huidige kwaliteit van de chocolademelk van [eiseres] anno 2019, is de voorzieningenrechter voorlopig van oordeel dat - gelet op de context van de advertenties en het feit dat het slechts een citaat is uit een onafhankelijk consumentenonderzoek en het niet eigen bewoordingen van [gedaagde] betreft - het opnemen van het ‘Kassa citaat’ in de advertenties niet onrechtmatig is.
€ 980,00