ECLI:NL:RBOVE:2020:1812
Rechtbank Overijssel
- Eerste aanleg - meervoudig
- E. Venekatte
- F.H.W. Teekman
- T.M. van Wanrooij
- Rechtspraak.nl
Voortzetting van de tenuitvoerlegging van de maatregel tot plaatsing in een inrichting voor stelselmatige daders
De rechtbank Overijssel heeft op 25 mei 2020 uitspraak gedaan in de zaak betreffende de voortzetting van de tenuitvoerlegging van de maatregel tot plaatsing in een inrichting voor stelselmatige daders. De veroordeelde, geboren in 1981 en momenteel verblijvende in de Penitentiaire Inrichting Veenhuizen, had eerder een ISD-maatregel opgelegd gekregen voor de duur van twee jaren. De rechtbank had op 7 november 2019 al geoordeeld dat de voortzetting van deze maatregel noodzakelijk was. Op 8 april 2020 verzocht de raadsman van de veroordeelde om een tussentijdse beoordeling van de noodzaak van de voortzetting van de maatregel.
Tijdens de zitting op 11 mei 2020 zijn zowel de veroordeelde als zijn raadsman gehoord, evenals de officier van justitie en een deskundige. De veroordeelde en zijn raadsman stelden dat de ISD-maatregel beëindigd moest worden, omdat de veroordeelde had meegewerkt aan diagnostiek en er geen te verwachten overlast zou zijn bij opheffing van de maatregel. De officier van justitie daarentegen pleitte voor voortzetting van de maatregel, omdat dit mogelijkheden biedt voor een veilige terugkeer in de samenleving.
De rechtbank heeft de situatie van de veroordeelde beoordeeld en geconcludeerd dat de primaire doelstellingen van de ISD-maatregel nog steeds van toepassing zijn. Er zijn incidenten geweest die het recidiverisico aantonen, en er is geen omstandigheid die de voortzetting van de maatregel niet langer zinvol maakt. De rechtbank heeft daarom besloten dat de voortzetting van de tenuitvoerlegging van de maatregel vereist is, zodat de veroordeelde met meer waarborgen in de samenleving kan terugkeren.