ECLI:NL:RBOVE:2020:2148

Rechtbank Overijssel

Datum uitspraak
3 juni 2020
Publicatiedatum
24 juni 2020
Zaaknummer
C/08/243052 / HA ZA 20-46
Instantie
Rechtbank Overijssel
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht
Procedures
  • Eerste aanleg - enkelvoudig
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Bevoegdheid en toepasselijkheid van algemene voorwaarden in een geschil tussen payrollbedrijf en frituurzaak

In deze zaak, die diende voor de Rechtbank Overijssel op 3 juni 2020, ging het om een geschil tussen Prokx Payroll Select B.V. en [X] B.V. Prokx, een payrollbedrijf, vorderde betaling van een bedrag van € 27.327,00 van [X], een frituurzaak, op basis van een samenwerkingsovereenkomst. [X] verweerde zich tegen de vordering door te stellen dat de Rechtbank Overijssel niet bevoegd was, omdat de algemene voorwaarden waar Prokx naar verwees, niet de juiste waren. Prokx had in 2015 Prokx Payroll Professionals B.V. overgenomen en er was een samenwerkingsovereenkomst gesloten waarin de algemene voorwaarden van Prokx Payroll Professionals B.V. van toepassing waren. Prokx stelde dat vanaf mei 2016 nieuwe algemene voorwaarden van toepassing waren, maar [X] betwistte dit en voerde aan dat zij niet op de hoogte was gesteld van de wijziging van de voorwaarden. De rechtbank oordeelde dat de oude algemene voorwaarden van toepassing waren, omdat Prokx niet had aangetoond dat [X] op de hoogte was gesteld van de nieuwe voorwaarden. De rechtbank verklaarde zich onbevoegd en verwees de zaak naar de bevoegde rechter in Almelo, waarbij Prokx werd veroordeeld in de kosten van het incident.

Uitspraak

vonnis

RECHTBANK OVERIJSSEL

Team kanton en handelsrecht
Zittingsplaats Zwolle
zaaknummer / rolnummer: C/08/243052 / HA ZA 20-46
Vonnis in incident van 3 juni 2020
in de zaak van
de besloten vennootschap
PROKX PAYROLL SELECT B.V.,
gevestigd te Deventer,
eiseres in de hoofdzaak,
verweerster in het incident,
advocaat mr. I.A. van Rooij te Tilburg,
tegen
de besloten vennootschap
[X] B.V.,
gevestigd te Maastricht,
gedaagde in de hoofdzaak,
eiseres in het incident,
advocaat mr. N. Oulad Abdelkrim te Roermond.
Partijen zullen hierna Prokx en [X] genoemd worden.

1.De procedure

1.1.
Het verloop van de procedure blijkt uit:
  • de dagvaarding van 16 januari 2020
  • de conclusie van antwoord, tevens houdende een exceptie van onbevoegdheid
  • de conclusie van antwoord in het incident
  • de akte uitlating producties.
1.2.
Hierna is vonnis bepaald in het incident.

2.De feiten

2.1.
Prokx is een payrollbedrijf. [X] exploiteert een frituurzaak te Maastricht.
2.2.
Prokx heeft in 2015 Prokx Payroll Professionals B.V. overgenomen.
2.3.
Partijen hebben op 7 januari 2016 een samenwerkingsovereenkomst gesloten op grond waarvan Prokx voor [X] payrollwerkzaamheden heeft verricht. Artikel 7 van die overeenkomst luidt als volgt:

Artikel 7 Algemene voorwaarden Prokx Payroll Professionals B.V.
Opdrachtgever verklaart hierbij de Algemene Voorwaarden Prokx Payroll Professionals B.V. te hebben ontvangen en hiermee akkoord te gaan. De begrippen opgenomen in deze samenwerkingsovereenkomst hebben eenzelfde betekenis als in deze Algemene Voorwaarden Prokx Payroll Professionals B.V.”
2.4.
In de algemene voorwaarden van Prokx Payroll Professionals B.V. (hierna: algemene voorwaarden Prokx Professionals), die dateren uit januari 2015, staat – voor zover relevant – het volgende vermeld:

Artikel 26: Geschillen
1. Alle geschillen die voortvloeien uit of samenhangen met een rechtsverhouding tussen partijen waarop deze algemene voorwaarden van toepassing zijn, zullen in eerste aanleg bij uitsluiting worden beslecht door de bevoegde rechter te Almelo.
2. (…)
Artikel 27: Wijziging algemene voorwaarden
Prokx behoudt zich het recht voor deze algemene voorwaarden te wijzigen. Een wijziging zal ingaan een maand nadat opdrachtgever schriftelijk van de wijziging op de hoogte is gesteld.”
2.5.
Prokx heeft op enig moment nieuwe algemene voorwaarden opgesteld, de algemene voorwaarden Prokx Payroll Select B.V. (hierna: de nieuwe algemene voorwaarden). In die voorwaarden staat, voor zover relevant, vermeld:

Artikel 31: Geschillen/Toepasselijk recht/Wijzigingen
a) Van geschillen, daaronder begrepen geschillen die slechts door één partij als zodanig worden beschouwd, is bij uitsluiting de rechter in de vestigingsplaats van Prokx Payroll Select bevoegd kennis te nemen. Niettemin heeft Prokx Payroll Select het recht het geschil voor te leggen aan de volgens de wet bevoegde rechter.”
2.6.
Onderaan de facturen van Prokx staat sinds mei 2016 vermeld:
“Op de dienstverlening van Prokx Payroll Select B.V. zijn de Algemene Voorwaarden zoals gedeponeerd bij de Kamer van Koophandel Nederland van toepassing. De actuele voorwaarden staan gepubliceerd op voorwaarden.payrollselect.nl.”

3.Het geschil in de hoofdzaak en in het incident

3.1.
Prokx vordert in de hoofdzaak [X] bij uitvoerbaar bij voorraad te verklaren vonnis te veroordelen tot betaling van een bedrag van € 27.327,00, bestaande uit een bedrag van € 23.046,99 aan hoofdsom, een bedrag van € 822,96 aan rente en een bedrag van
€ 3.457,05 aan buitengerechtelijke incassokosten, te vermeerderen met rente en met de kosten van deze procedure, de nakosten daaronder begrepen.
3.2.
Prokx legt aan die vordering ten grondslag dat [X] tekort is geschoten in de nakoming van de betalingsverplichtingen uit hoofde van de tussen partijen gesloten samenwerkingsovereenkomst.
3.3.
[X] voert verweer en beroept zich op de relatieve onbevoegdheid van de Rechtbank Overijssel, locatie Zwolle om van het geschil in de hoofdzaak kennis te nemen. Zij voert daartoe aan dat Prokx in de dagvaarding naar de verkeerde algemene voorwaarden heeft verwezen en dat op grond van artikel 26 van de juiste algemene voorwaarden, de algemene voorwaarden Prokx Professionals, de rechter te Almelo bij uitsluiting bevoegd is van het geschil in de hoofdzaak kennis te nemen.
3.4.
Prokx voert verweer tegen deze exceptie van relatieve onbevoegdheid. Op de stellingen van partijen zal hierna, voor zover van belang, worden ingegaan.

4.De beoordeling in het incident

4.1.
Partijen verschillen van mening over welke algemene voorwaarden van toepassing zijn op hun rechtsverhouding. [X] meent dat op grond van artikel 7 van de tussen partijen gesloten samenwerkingsovereenkomst de algemene voorwaarden Prokx Professionals van toepassing zijn, terwijl Prokx betoogt dat vanaf mei 2016 de nieuwe algemene voorwaarden van toepassing zijn geworden. Prokx voert daartoe aan dat zij sindsdien op al haar facturen naar de nieuwe algemene voorwaarden verwijst en dat op grond van vaste jurisprudentie geldt dat het niet protesteren tegen de verwijzing naar algemene voorwaarden op facturen voor eerdere transacties, leidt tot gebondenheid aan die voorwaarden bij latere overeenkomsten. Ook stelt Prokx zich op het standpunt dat zij per
e-mail van 16 augustus 2016 al haar bestaande klanten, en dus ook [X] , een bericht heeft gestuurd waarin de nieuwe algemene voorwaarden uitdrukkelijk van toepassing zijn verklaard op alle bestaande en toekomstige opdrachten.
4.2.
De rechtbank overweegt als volgt. Prokx heeft niet gesteld dat in de algemene voorwaarden Prokx Professionals een eenzijdig wijzigingsbeding is opgenomen. Of en in hoeverre artikel 27 als een eenzijdig wijzigingsbeding zou kunnen worden aangemerkt, is bovendien niet relevant, omdat Prokx niet aan de in dat artikel genoemde vereisten heeft voldaan nu zij [X] niet schriftelijk op de hoogte heeft gesteld van de wens tot wijziging van de algemene voorwaarden (zie hierna r.o. 4.4). De vraag of de nieuwe algemene voorwaarden op de rechtsverhouding tussen partijen van toepassing zijn geworden, moet derhalve worden beantwoord aan de hand van de bepalingen over aanbod en aanvaarding (artikel 6:217 e.v. BW) en de totstandkoming van rechtshandelingen in het algemeen (artikel 3:33 e.v. BW).
4.3.
Prokx meent kennelijk dat de e-mail van 16 augustus 2016 als een (nieuw) aanbod moet worden beschouwd en dat [X] dat aanbod stilzwijgend heeft aanvaard. [X] betwist echter de verzending en de ontvangst van de betreffende e-mail.
4.4.
Prokx heeft ter onderbouwing van haar standpunt dat de e-mail van 16 augustus 2016 aan [X] is verzonden onder meer de tekst van die e-mail overgelegd en een klantenlijst met e-mailadressen van 12 augustus 2016, waarop ook het e-mailadres van [X] vermeld staat. Deze stukken zijn echter onvoldoende om aan te nemen dat Prokx op 16 augustus 2016 daadwerkelijk een e-mail met de door haar gestelde inhoud aan [X] heeft verzonden, nog daargelaten de vraag of [X] die e-mail heeft ontvangen. De rechtbank gaat dan ook aan dit standpunt van Prokx voorbij en gaat ervan uit dat [X] in augustus 2016 niet in kennis is gesteld van het feit dat Prokx haar algemene voorwaarden heeft gewijzigd. Van aanbod en aanvaarding van de toepasselijkheid van de nieuwe algemene voorwaarden kan op dat moment dan ook geen sprake zijn geweest.
4.5.
Het beroep dat Prokx doet op de verwijzing naar de nieuwe algemene voorwaarden op haar facturen en op de in dat kader geldende vaste jurisprudentie slaagt evenmin. In die jurisprudentie is bepaald dat verwijzing naar algemene voorwaarden op eerdere facturen er niet zonder meer toe leidt dat de toepasselijkheid van die voorwaarden op latere overeenkomsten is aanvaard (HR 15 maart 1991, NJ 1991, 416), maar dat dit onder omstandigheden anders kan zijn. Bij het beantwoorden van de vraag of toepasselijkheid van de algemene voorwaarden door verwijzing op eerdere facturen is overeengekomen, moeten geen andere maatstaven worden toegepast dan die gelden voor het tot stand komen van overeenkomsten, zoals vastgelegd in de artikelen 3:33 en 3:35 BW (Hoge Raad 5 juni 1992, NJ 1992, 565). Deze jurisprudentie leidt in het onderhavige geval naar het oordeel van de rechtbank niet tot toepasselijkheid van de nieuwe algemene voorwaarden, omdat partijen op 7 januari 2016 slechts één overeenkomst met elkaar zijn aangegaan en de door Prokx aan [X] verzonden facturen allemaal betrekking hebben op die ene overeenkomst waar de algemene voorwaarden Prokx Professionals al onderdeel van uitmaakten. Hier komt nog bij dat uit de verwijzing naar de algemene voorwaarden op de facturen van Prokx vanaf mei 2016 onvoldoende duidelijk blijkt dat Prokx andere voorwaarden dan de door [X] eerder aanvaarde voorwaarden van toepassing wenste te laten zijn. Die verwijzing kan daarom niet als een (nieuw) aanbod worden beschouwd. Het feit dat [X] , naar mag worden aangenomen, vanaf mei 2016 een groot aantal van Prokx ontvangen facturen heeft betaald zonder daarbij te protesteren tegen de verwijzing naar de algemene voorwaarden op die facturen, leidt onder deze omstandigheden dan ook niet tot de conclusie dat de nieuwe algemene voorwaarden van toepassing zijn geworden.
4.6.
De conclusie uit het voorgaande is dat op de rechtsverhouding tussen partijen de algemene voorwaarden Prokx Professionals van toepassing zijn. Nu in die voorwaarden de rechter te Almelo is aangewezen als de bij uitsluiting bevoegde rechter, zal de rechtbank de hoofdzaak verwijzen naar de locatie Almelo. Een onbevoegdverklaring is niet aan de orde, omdat sprake is van een interne verwijzing binnen de Rechtbank Overijssel.
4.7.
Prokx dient te worden aangemerkt als de in het ongelijk gestelde partij en daarom te worden veroordeeld in de kosten van dit incident. Gelet op de zeer geringe omvang van de exceptie van onbevoegdheid, worden deze kosten tot op heden aan de zijde van [X] begroot op een bedrag van € 271,50 (0,5 x tarief € 543,00) aan salaris gemachtigde.

5.De beslissing

De rechtbank
5.1.
verwijst de zaak, in de stand waarin deze zich bevindt, ter verdere behandeling naar
de kamer voor handelszaken te Almelo;
5.2.
bepaalt dat deze zaak wordt ingeschreven op de rol van
17 juni 2020voor beraad;
5.3.
beveelt de griffier het dossier met bekwame spoed over te dragen aan de griffie van de kamer voor handelszaken te Almelo;
5.4.
veroordeelt Prokx in de kosten van dit incident, tot op heden aan de zijde van [X] begroot op een bedrag van € 271,50 aan salaris gemachtigde.
Dit vonnis is gewezen door mr. D.N.R. Wegerif en in het openbaar uitgesproken door mr. A.M. Koene op 3 juni 2020.