ECLI:NL:RBOVE:2020:2861
Rechtbank Overijssel
- Eerste aanleg - meervoudig
- Rechtspraak.nl
Vrijspraak voor verdachten van witwassen in verband met criminele organisatie
Op 2 september 2020 heeft de Rechtbank Overijssel uitspraak gedaan in een strafzaak tegen twee verdachten, Van B. (50 jaar) en Van B. (26 jaar), die beschuldigd werden van het (medeplegen van) witwassen van geldbedragen en/of voorwerpen. De rechtbank heeft vastgesteld dat niet bewezen kon worden dat de verdachten wisten dat Wiebe van B. eigenaar was van de woning in Almelo, noch dat hij geld in die woning had geïnvesteerd dat afkomstig was uit een misdrijf. De zaak is onderdeel van het onderzoek 'Travee', dat zich richt op het ontmantelen van een criminele organisatie die zich bezighoudt met hennepteelt en -verkoop. De officier van justitie had betoogd dat de verdachten zich schuldig hadden gemaakt aan gewoontewitwassen, maar de rechtbank oordeelde dat er onvoldoende bewijs was voor de wetenschap van de verdachten over de criminele herkomst van de gelden. De rechtbank sprak de verdachten vrij van de tenlastegelegde feiten en gelastte de teruggave van in beslag genomen goederen aan de verdachten. De uitspraak benadrukt de noodzaak van bewijs voor de wetenschap van de verdachten over de herkomst van de gelden in witwaszaken.