Uitspraak
RECHTBANK OVERIJSSEL
1.Het onderzoek op de terechtzitting
2.De tenlastelegging
hij op een of meer tijdstippen in of omstreeks de periode van 2 maart2020 tot en met 17 april 2020 te Zwolle en/of Hattem en/of elders inNederland, elk geval in Nederland,[slachtoffer 1] heeft bedreigdmet enig misdrijf tegen het leven gericht en/of met zware mishandelingen/of brandstichting, door die [slachtoffer 1] en/of [slachtoffer 2] dreigend dewoorden toe te voegen(gericht aan [slachtoffer 1] :)- “Ik vermoord je” en/of- “Jij hebt mijn leven dood gemaakt. En dat ga ik persoonlijk bij joudoen. Ik zou maar beter laatste dagen met je zoon doorbrengen. Je kandoen wat je wil. Je kan overal aangifte doen. Maar [slachtoffer 1] , geloof mijmaar, vanaf nu kan niemand mij tegenhouden” en/of- “ [slachtoffer 1] ik zweer op jou op [naam] op mijn eigen kinderen ik ga jouvermoorden. Jij hebt mij levend dood gemaakt. Ik heb niks meer teverliezen” en/of(gericht aan [slachtoffer 2] :)- “Al gaat zij terug kruipen in haar moeders haar kut, weet je he, al gaatzij terug kruipen in haar moeders ze kut, ik steek mijn hand erin, ik haalhaar eruit en ik onthoofd haar” en/of- “Ik ga haar doodmaken” en/of- “Waar, waar zij ook heen gaat, ok zij gaat er gewoon aan, weet je”en/of- “Wat voor iemand is zij, [slachtoffer 2] ? Als ik zulke dingen denk, echt dansnijd ik haar in stukken” en/of- “Haar eh, erger dan dood maken eh, doen he? Dus haar nietdoodmaken maar zorgen dat gewoon rest van haar leven op een rolstoelzit, weet je? Ok, dat ze eigenlijk zon pijn gaat lijden zoals ik, niet doodmaken maar ik weet waar ik eh haar moet raken dat ze gewoon de restvan haar leven op een rolstoel gaat zitten, weet je, dat ze net kan lopen,geen foto’s meer kan maken, ze kan niet meer neuken, niks.” en/of- “Ik heb alles gepland, [slachtoffer 2] , ik zweer het, weetje, ik heb allesgepland. Zij gaat gewoon dood, [slachtoffer 2] , Ik zweer het je. Weetje wat? Alszij gaat erger maken, ik ga, ga haar in brand steken. He? Ik ga haar inbrand steken met de huis erbij. Echt ik zweer, ik zweer op alles.”althans (telkens) woorden van gelijke dreigende aard of strekking;
hij op een of meer tijdstippen op of omstreeks 15 januari 2020 te Zwolleen/of Hattem en/of elders in Nederland, in elk geval in Nederland,[slachtoffer 1] heeft bedreigdmet enig misdrijf tegen het leven gericht en/of met zware mishandelingdoor die [slachtoffer 1] en/of [getuige] dreigend de woorden toe te voegen(gericht aan [slachtoffer 1] :)- “Ik vermoord je” en/of(gericht aan [getuige] :)- "Ben je thuis? Ik kom nu naar Zwolle, dan schiet ik je dochter dood endaarna mezelf"althans (telkens) woorden van gelijke dreigende aard of strekking;
hij op een of meer tijdstippen in of omstreeks de periode van 2 maart2020 tot en met 8 mei 2020 te Zwolle en/of Hattem en/of Arnhem en/ofelders in Nederland, elk geval in Nederland,wederrechtelijkstelselmatigopzettelijk inbreuk heeft gemaakt op eens anders persoonlijkelevenssfeer, te weten die van [slachtoffer 1] ,door die [slachtoffer 1] en/of haar familie en/of kennissen veelvuldig berichtente sturen en/of veelvuldig te bellen en/of veelvuldig voicemails achter telaten (dreigend/intimiderend van aard) en/of die [slachtoffer 1] (meermalen) opte zoeken (zonder dat zij daar weet van had) en/of (vervolgens) haardaarover te berichten,met het oogmerk die [slachtoffer 1] te dwingen iets te doen, niet te doen, tedulden en/of vrees aan te jagen.
3.De voorvragen
4.De bewijsoverwegingen
hij in de periode van 2 maart 2020 tot en met 17 april 2020 in Zwolle en Hattem,[slachtoffer 1] heeft bedreigd met enig misdrijf tegen het leven gericht en brandstichting, door die [slachtoffer 1] of [slachtoffer 2] dreigend de woorden toe te voegen
hij op een of meer tijdstippen op of omstreeks 15 januari 2020 in Zwolle en Hattem,[slachtoffer 1] heeft bedreigd met enig misdrijf tegen het leven gericht door die [slachtoffer 1] en
hij in de periode van 2 maart 2020 tot en met 8 mei 2020 in Zwolle en Hattem en Arnhem,wederrechtelijk stelselmatig opzettelijk inbreuk heeft gemaakt op eens anders persoonlijkelevenssfeer, te weten die van [slachtoffer 1] ,door die [slachtoffer 1] en haar familie en kennissen veelvuldig berichten te sturen en veelvuldig te bellen en veelvuldig voicemails achter te laten (dreigend/intimiderend van aard) en die [slachtoffer 1] (meermalen) op te zoeken (zonder dat zij daar weet van had) en (vervolgens) haardaarover te berichten, met het oogmerk die [slachtoffer 1] te dulden en vrees aan te jagen.
5.De strafbaarheid van het bewezenverklaarde
6.De strafbaarheid van verdachte
7.De op te leggen straf of maatregel
8.De schade van benadeelden
9.De toegepaste wettelijke voorschriften
10.De beslissing
bedreiging met enig misdrijf tegen het leven gericht, meermalen gepleegden
bedreiging met brandstichting;
bedreiging met enig misdrijf tegen het leven gericht, meermalen gepleegd;
belaging;
gevangenisstrafvoor de duur van
270 (tweehonderdzeventig) dagen;
178 (honderdachtenzeventig) dagen niet ten uitvoer zal worden gelegd, tenzij de rechter later anders mocht gelasten. De rechter kan de tenuitvoerlegging gelasten indien verdachte voor het einde van de
proeftijd van 2 (twee) jarende navolgende voorwaarde(n) niet is nagekomen:
algemene voorwaardedat verdachte:
bijzondere voorwaardendat verdachte:
daarbij gelden als voorwaarden van rechtswege dat verdachte:
€ 1.000,- (zegge: duizend euro), te vermeerderen met de wettelijke rente vanaf 15 januari 2020;
maatregelop dat verdachte verplicht is ter zake van de onder 1, 2 en 3 bewezenverklaarde feiten tot
betaling aan de Staat der Nederlanden van een bedrag van € 1.000,- (zegge: duizend euro), te vermeerderen met de wettelijke rente vanaf 15 januari 2020 ten behoeve van de benadeelde, en bepaalt, voor het geval volledig verhaal van het verschuldigde bedrag niet mogelijk blijkt, dat gijzeling voor de duur van 20 dagen kan worden toegepast. Tenuitvoerlegging van de gijzeling laat de betalingsverplichting onverlet;