ECLI:NL:RBOVE:2020:3812

Rechtbank Overijssel

Datum uitspraak
4 augustus 2020
Publicatiedatum
17 november 2020
Zaaknummer
8444628 \ CV EXPL 20-1487
Instantie
Rechtbank Overijssel
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht
Procedures
  • Eerste aanleg - enkelvoudig
Rechters
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Vordering tot betaling van een factuur en de vraag of een overeenkomst tot stand is gekomen tussen partijen

In deze zaak vordert eiser, H.O.D.N. FRAWI, betaling van een factuur van € 185,00 door Tree Stone Holding B.V. De vordering is gebaseerd op de stelling dat er een koopovereenkomst tot stand is gekomen tussen eiser en Tree Stone met betrekking tot een cruise control unit. Eiser stelt dat Tree Stone deze unit heeft besteld en de factuur onbetaald heeft gelaten. Tree Stone betwist echter dat zij een overeenkomst heeft gesloten en stelt dat de bestelling namens een derde, [A], is gedaan. De kantonrechter heeft de procedure gevolgd, waarbij onder andere de dagvaarding, conclusie van antwoord, repliek en dupliek zijn ingediend. De feiten zijn als volgt: op 29 oktober 2019 heeft Tree Stone een luchtmassameter geretourneerd en tegelijkertijd een cruise control unit opgehaald. Eiser heeft de factuur voor de cruise control unit op 10 december 2019 verstuurd, maar Tree Stone heeft deze niet betaald. De kantonrechter heeft beoordeeld of er een koopovereenkomst tot stand is gekomen en geconcludeerd dat dit niet het geval is. Eiser heeft niet voldoende aangetoond dat Tree Stone namens zichzelf handelde. De vorderingen van eiser zijn afgewezen, en hij is veroordeeld in de proceskosten van Tree Stone, vastgesteld op € 72,00.

Uitspraak

RECHTBANK OVERIJSSEL

Team kanton en handelsrecht
Zittingsplaats Zwolle
Zaaknummer: 8444628 \ CV EXPL 20-1487
Vonnis van 4 augustus 2020
in de zaak van
[eiser] , H.O.D.N. FRAWI,
wonende te [woonplaats] ,
eisende partij,
gemachtigde: In-Kas Intermediair BV,
tegen
de besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid
TREE STONE HOLDING B.V.,
gevestigd en kantoorhoudende te Raalte,
gedaagde partij,
gemachtigde: Beethoven Beheer B.V.
Partijen zullen hierna
[eiser]en
Tree Stoneworden genoemd.

1.De procedure

1.1.
Het verloop van de procedure blijkt uit:
- de dagvaarding van 2 april 2020,
- de conclusie van antwoord,
- de conclusie van repliek,
- de conclusie van dupliek.
1.2.
Ten slotte is vonnis bepaald.

2.De feiten

2.1.
Tree Stone heeft op enig moment [A] , van Auto Service [A] (hierna:
[A]), ingeschakeld om voor haar op eigen naam bij [eiser] een luchtmassameter voor gebruik in een Porsche aan te schaffen. [eiser] heeft deze luchtmassameter aan [A] geleverd, en [A] heeft de factuur voor deze bestelling, voor een bedrag van € 395,00, op 16 augustus 2019 voldaan.
2.2.
Op 29 oktober 2019 heeft Tree Stone [eiser] bezocht, om de door [A] aangeschafte luchtmassameter, namens [A] , aan [eiser] te retourneren. [eiser] heeft de luchtmassameter toen ook weer teruggenomen. Het aankoopbedrag heeft [eiser] toen niet terugbetaald.
2.3.
Tijdens dit zelfde bezoek op 29 oktober 2019 heeft Tree Stone ook een ander auto-onderdeel, een cruise control unit, bij [eiser] opgehaald. Deze cruise control unit was besteld ten behoeve van restauratiewerkzaamheden die [A] verrichtte aan de Porsche van Tree Stone.
2.4.
Bij brief van 10 december 2019, met in de onderwerpregel “
Aanmaning”, maakt [eiser] bij Tree Stone aanspraak op betaling van € 185,00. De brief maakt melding van een factuur van 29 oktober 2019 met omschrijving “
Factuur onderdelen [X]” [met [X] wordt Tree Stone bedoeld; verduidelijking kantonrechter], die niet betaald zou zijn.
2.5.
Bij e-mail van 18 december 2019 bericht Tree Stone aan [eiser] het volgende:

Beste [eiser],
Prima dat je een aanmaning verstuurt, zou het niet logischer zijn om eerst een factuur te sturen?
Graag ontvang ik de factuur.
Vriendelijke groet,
[X]
2.6.
Bij e-mail van 18 december 2019 stuurt [eiser] de in de brief van 10 december 2019 bedoelde factuur aan Tree Stone toe.
2.7.
Tree Stone heeft de factuur, die ziet op de cruise control unit, onbetaald gelaten.

3.Het geschil

3.1.
[eiser] vordert dat Tree Stone wordt veroordeeld om, uitvoerbaar bij vooraard, aan hem te betalen een bedrag van € 185,00 aan hoofdsom, te vermeerderen met € 4,62 aan wettelijke handelsrente tot aan de dag van de dagvaarding en de wettelijke rente over € 185,00 vanaf de dag van de dagvaarding, hem een bedrag van € 40,00 aan buitengerechtelijke kosten te betalen, en Tree Stone te veroordelen in de kosten van deze procedure.
3.2.
[eiser] legt aan deze vorderingen ten grondslag dat Tree Stone bij hem een cruise control unit heeft besteld en de factuur voor dat product, voor een bedrag van € 185,00, onbetaald heeft gelaten. Hij vordert dan ook nakoming van deze betalingsverplichting, met daarbij rente en buitengerechtelijke incassokosten.
3.3.
Tree Stone concludeert tot afwijzing van de vorderingen van [eiser] en tot veroordeling van hem, uitvoerbaar bij voorraad, in de proceskosten. Tree Stone betwist dat zij een overeenkomst heeft gesloten met [eiser] . Zij stelt op 29 oktober 2019 een luchtmassameter, die door [A] bij [eiser] was besteld, namens [A] terug te hebben gebracht omdat deze niet goed werkte. Zij heeft toen tegelijkertijd – namens [A] – een cruise control unit besteld, en aangegeven dat de betaling daarvoor kon plaatsvinden door middel van verrekening met het (grotere) retourbedrag voor de luchtmassameter. In ieder geval heeft zij niet namens zichzelf, maar namens [A] de cruise control unit besteld, zodat [eiser] haar niet kan aanspreken tot betaling daarvan. Als toch wordt geoordeeld dat zij zelf een koopovereenkomst met [eiser] heeft gesloten, dan voert Tree Stone het verweer dat de vorderingen van [eiser] op haar geheel verrekend moeten worden met de vordering tot terugbetaling van de koopprijs van de luchtmassameter. Deze terugbetalingsvordering zou Tree Stone inmiddels van [A] gecedeerd hebben gekregen. Van het resterende bedrag van de terugbetalingsvordering – een bedrag van € 210,00 – vordert Tree Stone in reconventie betaling van [eiser] . Deze tegenvordering moet zo worden opgevat dat deze voorwaardelijk is ingesteld, namelijk alleen voor zover zou worden geoordeeld dat [eiser] een vordering heeft op Tree Stone, en het verrekeningsverweer dus aan de orde komt.

4.De beoordeling

4.1.
De vorderingen van [eiser] zijn gebaseerd op de stelling dat hij met Tree Stone een koopovereenkomst is aangegaan met betrekking tot de cruise control unit. Tree Stone betwist dit gemotiveerd.
4.2.
De kantonrechter zal hierna dan ook beoordelen of Tree Stone namens zichzelf een koopovereenkomst met [eiser] heeft gesloten met betrekking tot de cruise control unit. Deze vraag moet worden beantwoord door te bezien wat partijen, onder de gegeven omstandigheden, redelijkerwijs mochten afleiden uit wat er over en weer is gezegd en hoe partijen zich over en weer hebben gedragen.
4.3.
Tussen partijen staat niet ter discussie dat Tree Stone bij [eiser] was om een door [A] – en dus niet door Tree Stone zelf – besteld product terug te brengen. Verder heeft Tree Stone gesteld dat niet zij, maar [A] de cruise control unit bij [eiser] had besteld, die Tree Stone vervolgens heeft meegenomen. Dat blijkt ook uit de verklaring van [A] zelf, die Tree Stone als productie 7 heeft ingebracht en waarnaar zij verwijst. [eiser] heeft dit feit niet voldoende gemotiveerd betwist. Van belang is verder dat [eiser] niet heeft gesteld dat partijen met zoveel woorden hebben besproken dat Tree Stone voor zichzelf en voor eigen rekening de cruise control unit heeft gekocht.
Onder deze omstandigheden was het naar het oordeel van de kantonrechter voor [eiser] niet redelijk om – nu niet is gebleken dat daarover is gesproken – er zonder meer vanuit te gaan dat Tree Stone de cruise control unit voor zichzelf wilde kopen. [eiser] wist namelijk dat Tree Stone bij haar langskwam om een kwestie voor [A] af te wikkelen, namelijk de retour van de luchtmassameter. Verder was het [A] – niet Tree Stone – die de cruise control unit al had besteld. Het lag dan ook voor de hand dat Tree Stone, toen zij aangaf de cruise control unit mee te willen nemen, dat verzoek deed namens [A] , die dat product immers had besteld en namens wie Tree Stone toch al bij [eiser] aanwezig was.
4.4.
[eiser] heeft in dit verband nog gesteld dat hij Tree Stone al op 29 oktober 2019 een op haar naam gestelde factuur heeft overhandigd. Zelfs als dit juist zou zijn – en Tree Stone betwist dat dit zou zijn gebeurd – dan brengt die omstandigheid niet mee dat [eiser] er vanuit mocht gaan dat Tree Stone namens zichzelf handelde. Hiervoor is aangegeven dat het onder de gegeven omstandigheden zózeer voor de hand lag dat Tree Stone de cruise control unit namens [A] ophaalde, dat [eiser] er niet gerechtvaardigd van mocht uitgaan dat Tree Stone dat namens zichzelf deed. Het enkele overhandigen van een op naam van Tree Stone gestelde factuur, maakt dat nog niet meteen anders. Dat geldt temeer, nu [eiser] ook niet stelt dat op dat moment aan de inhoud of tenaamstelling van die factuur bijzondere aandacht is besteed of dat daarover door partijen gesproken is.
4.5.
De slotsom van het voorgaande is dat [eiser] er onder de gegeven omstandigheden in redelijkheid niet vanuit heeft mogen gaan dat Tree Stone namens zichzelf met hem een koopovereenkomst aanging. Dat betekent dat er tussen partijen geen koopovereenkomst met betrekking tot de cruise control unit tot stand is gekomen. De vorderingen van [eiser] , die op het bestaan van een koopovereenkomst gebaseerd zijn, moeten dus worden afgewezen.
4.6.
Het voorgaande brengt mee dat het verrekeningsverweer en de tegenvordering van Tree Stone niet meer hoeven te worden besproken. Het verrekeningsverweer is immers, evenals de tegenvordering, enkel naar voren gebracht voor zover geoordeeld zou worden dat [eiser] wél een vordering heeft op Tree Stone, en dat is, zoals hiervoor is overwogen, niet het geval.
4.7.
[eiser] heeft in deze procedure geen gelijk gekregen en zal daarom in de proceskosten worden veroordeeld. Die kosten worden, aan de kant van Tree Stone, begroot op € 72,00 (2 punten x liquidatietarief van € 36,00) aan salaris gemachtigde.

5.De beslissing

De kantonrechter
5.1.
wijst de vorderingen af;
5.2.
veroordeelt [eiser] in de proceskosten, die aan de kant van Tree Stone worden vastgesteld op € 72,00 aan salaris gemachtigde;
5.3.
verklaart dit vonnis tot zover uitvoerbaar bij voorraad;
5.4.
wijst het meer of anders gevorderde af.
Dit vonnis is gewezen door mr. M.A.M. Essed, kantonrechter, en in het openbaar uitgesproken op 4 augustus 2020.