ECLI:NL:RBOVE:2021:1523

Rechtbank Overijssel

Datum uitspraak
17 maart 2021
Publicatiedatum
12 april 2021
Zaaknummer
08-034250-21
Instantie
Rechtbank Overijssel
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Strafrecht
Procedures
  • Beschikking
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Klaagschrift tegen inbeslagneming van een mobiele telefoon gegrond verklaard

In deze zaak heeft de Rechtbank Overijssel op 17 maart 2021 uitspraak gedaan op een klaagschrift van klager tegen de inbeslagneming van zijn mobiele telefoon, een Apple iPhone 7 Plus. Het klaagschrift, ingediend door mr. U. Ural, advocaat te Enschede, was gericht tegen een beslag dat was gelegd op grond van artikel 94 van het Wetboek van Strafvordering (Sv). Klager, geboren in 2001, had verklaard dat hij niet als verdachte maar als getuige zou worden gehoord door de politie en dat hij de toegangscode van zijn telefoon niet had verstrekt. Dit leidde tot de vraag of het belang van de strafvordering het voortduren van het beslag rechtvaardigde.

Tijdens de zitting werd het standpunt van klager en zijn raadsman naar voren gebracht, waarin werd betoogd dat de inbeslagname niet gerechtvaardigd was gezien de omstandigheden. De officier van justitie daarentegen stelde dat het beslag moest worden gehandhaafd, omdat het onderzoek naar de mishandeling nog niet was afgerond. De rechtbank heeft vastgesteld dat er sinds de inbeslagname enige weken waren verstreken zonder voortgang in het onderzoek, en dat klager niet als verdachte werd aangemerkt.

De rechtbank oordeelde dat de inbeslagname aanvankelijk gerechtvaardigd was, maar dat de omstandigheden inmiddels waren veranderd. Gezien het uitblijven van voortgang in het onderzoek en het feit dat klager als getuige zou worden gehoord, heeft de rechtbank het klaagschrift gegrond verklaard. De inbeslaggenomen telefoon moet aan klager worden teruggegeven, omdat het belang van de strafvordering niet langer het voortduren van het beslag vorderde.

Uitspraak

RECHTBANK OVERIJSSEL

Team Strafrecht
Zittingsplaats Almelo
Parketnummer: 08-034250-21
Klaagschriftnummer: 21/1570
Beschikking van de enkelvoudige raadkamer op het klaagschrift op grond van artikel 552a Sv van:
[klager] ,
geboren op [geboortedatum] 2001 te [geboorteplaats] ,
wonende aan de [adres] ,
voor deze aangelegenheid woonplaats kiezende aan de Ripperdastraat 17 te Enschede, ten kantore van mr. U. Ural,
verder te noemen: klager.

1.Het verloop van de procedure

Het klaagschrift, gedateerd 9 februari 2021, is op diezelfde datum op de griffie van de rechtbank ontvangen. Het klaagschrift is ingediend namens klager, door mr. U. Ural, advocaat te Enschede.
Het klaagschrift betreft een op grond van artikel 94 Sv gelegd beslag op een mobiele telefoon, te weten een Apple Iphone 7 Plus. Zakelijk weergegeven wordt geklaagd over de handhaving van het beslag en het uitblijven van een last tot teruggave.
Het klaagschrift is behandeld op de openbare zitting van de raadkamer van 17 maart 2021.
Bij de behandeling zijn de officier van justitie, klager en de raadsman gehoord.
De raadkamer heeft kennis genomen van de door de officier van justitie overgelegde relevante stukken uit het dossier van de strafzaak tegen klager. De raadkamer heeft daarnaast kennis genomen van de door de officier van justitie overgelegde conclusie met betrekking tot de omstandigheden waaronder het beslag heeft plaatsgevonden en het standpunt van het Openbaar Ministerie met betrekking tot het al dan niet handhaven van het beslag.

2.De standpunten van klager, de raadsman en de officier van justitie

Standpunt raadsman
De raadsman heeft naar voren gebracht dat de telefoon van klager kennelijk in beslag is genomen, omdat uit de aangifte van [aangever] blijkt dat klager mogelijk betrokkenheid heeft gehad bij een mishandeling in Glanerbrug op 3 januari 2021. Dit is volgens de raadsman te summier om de telefoon van klager in beslag te kunnen nemen. De raadsman stelt zich daarom op het standpunt dat het klaagschrift gegrond moet worden verklaard, zodat de telefoon aan klager kan worden teruggegeven.
Standpunt klager
Klager heeft zich op het standpunt gesteld dat het klaagschrift gegrond moet worden verklaard, omdat de politie tegen hem heeft gezegd dat hij als getuige werd aangemerkt en niet als verdachte. Klager heeft zijn telefoon nodig, omdat daar zijn DigiD-gegevens en bankgegevens in staan. Klager heeft de code van zijn telefoon niet aan de politie gegeven.
Standpunt officier van justitie
De officier van justitie heeft naar voren gebracht dat de politie zich niet herkent in hetgeen gesteld wordt door de raadsman. Vóór inbeslagname van de telefoon is hierover gesproken met klager. Hem is ook een mededeling gedaan van de redenen van inbeslagname en hij heeft na inbeslagname een kennisgeving van inbeslagname ontvangen. Het onderzoek aan de telefoon van klager is nog niet gereed. Dat klager nog niet is gehoord, zegt volgens de officier van justitie niets over de stand van het onderzoek. Gelet hierop heeft de officier van justitie zich op het standpunt gesteld dat het beslag wegens het voortduren van strafvorderlijk belang dient te worden gehandhaafd en dat het klaagschrift daarom ongegrond moet worden verklaard.

3.De bevoegdheid van de rechtbank

De rechtbank Overijssel is bevoegd van het klaagschrift kennis te nemen.

4.De ontvankelijkheid

Het klaagschrift is ontvankelijk.

5.De beoordeling

Op grond van de stukken en de behandeling op de zitting stelt de raadkamer het volgende vast.
Maatstaf
Het beklag richt zich tegen een beslag dat is gelegd op grond van artikel 94 Sv. De raadkamer dient daarom a) te beoordelen of het belang van strafvordering het voortduren van het beslag vordert, en zo neen, b) de teruggave van het inbeslaggenomen voorwerp aan de beslagene te gelasten, tenzij een ander redelijkerwijs als rechthebbende ten aanzien van dat voorwerp moet worden beschouwd. In dat laatste geval moet het beklag ongegrond worden verklaard.
Het belang van strafvordering verzet zich tegen teruggave, indien het veiligstellen van de belangen waarvoor artikel 94 Sv de inbeslagneming toelaat, het voortduren van het beslag nodig maakt. Dit is bijvoorbeeld het geval wanneer de desbetreffende voorwerpen kunnen dienen om de waarheid aan de dag te brengen. Voorts verzet het door artikel 94 Sv beschermde belang van strafvordering zich tegen teruggave, indien niet hoogst onwaarschijnlijk is dat de strafrechter, later oordelend, de verbeurdverklaring of onttrekking aan het verkeer van het voorwerp zal bevelen.
De raadkamer stelt hierbij voorop dat het onderzoek in raadkamer naar aanleiding van een klaagschrift als bedoeld in artikel 552a Sv een summier karakter draagt. Niet gevergd kan worden dat ten gronde in de mogelijke uitkomst van een nog te voeren hoofdzaak wordt getreden.
Feiten en omstandigheden
Op 3 januari 2021 heeft [aangever] aangifte van mishandeling gedaan. Op dit moment loopt een onderzoek naar dit geweldsfeit. Uit de aangifte van [aangever] blijkt dat klager mogelijk betrokkenheid heeft gehad bij dit feit. Klager is op 6 februari 2021 aangehouden in verband met de verdenking van een ander strafbaar feit. Zijn telefoon is toen bij de insluitingsfouillering ingenomen. Ten behoeve van het onderzoek naar de mishandeling van aangever [aangever] is deze telefoon vervolgens op grond van artikel 94 Sv in beslag genomen omdat op basis van de verklaring van [aangever] klager als verdachte in die zaak kon worden aangemerkt. Klager is hiervan meteen in kennis gesteld. Ook is aan klager verteld waarom zijn telefoon in beslag werd genomen.
Overwegingen
Klager wenst de inbeslaggenomen telefoon terug te krijgen.
De raadkamer is van oordeel dat inbeslagneming van de telefoon op 6 februari 2021 weliswaar te billijken is nu op basis van de verklaring van aangever [aangever] klager als verdachte in verband kon worden gebracht met een strafbaar feit. Echter zijn sindsdien enige weken verstreken en blijkt er niet van enige voortgang in dat onderzoek terwijl voorts door klager is verklaard dat hij volgens mededeling van de politie niet als verdachte maar als getuige zal worden gehoord. Daarnaast heeft klager verklaard dat hij de toegangscode van de telefoon niet aan de politie heeft verstrekt zodat anders dan door destructief onderzoek aan de telefoon geen gegevens beschikbaar kunnen komen uit de telefoon. Dit alles in aanmerking genomen wordt het klaagschrift gegrond verklaard, zodat de inbeslaggenomen telefoon aan klager kan worden teruggegeven.
Conclusie
De raadkamer is op grond van het voorgaande van oordeel dat het klaagschrift gegrond moet worden verklaard en dat de inbeslaggenomen telefoon aan klager teruggegeven moeten worden.

6.De beslissing

De raadkamer
  • verklaart het klaagschrift
  • gelast dat de telefoon wordt teruggegeven aan klager.
Deze beschikking is gegeven door mr. B.W.M. Hendriks, rechter, in tegenwoordigheid van mr. D. Gottemaker, griffier, ondertekend door de rechter en de griffier en in het openbaar uitgesproken op 17 maart 2021.