ECLI:NL:RBOVE:2021:2539

Rechtbank Overijssel

Datum uitspraak
11 juni 2021
Publicatiedatum
23 juni 2021
Zaaknummer
9176994 \ CV EXPL 21-1898
Instantie
Rechtbank Overijssel
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht
Procedures
  • Kort geding
Rechters
  • S.J.S. Groeneveld - Koekkoek
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Voorwaardelijke ontruiming huurwoning na klachten van geluidsoverlast

In deze zaak heeft de Rechtbank Overijssel, zittingsplaats Zwolle, op 11 juni 2021 een vonnis uitgesproken in een kort geding tussen Woningstichting SWZ en een gedaagde huurder. De eisende partij, SWZ, heeft de gedaagde aangeklaagd vanwege aanhoudende klachten van geluidsoverlast die door de onderbuurvrouw zijn gemeld. Ondanks herhaalde waarschuwingen en gedragsaanwijzingen van SWZ, bleef de overlast aanhouden, wat leidde tot de aanvraag voor ontruiming van de huurwoning door SWZ.

Tijdens de mondelinge behandeling op 4 juni 2021, die digitaal plaatsvond, hebben partijen afspraken gemaakt. De kantonrechter heeft besloten om de ontruiming voorwaardelijk uit te spreken, onder de voorwaarde dat de gedaagde gedurende een jaar geen overlast veroorzaakt. Daarnaast moet de gedaagde meewerken aan een hulptraject en kan SWZ bij serieuze klachten een waarschuwing geven. Indien de gedaagde zich niet aan deze voorwaarden houdt, kan SWZ overgaan tot ontruiming.

De kantonrechter heeft in het vonnis bepaald dat de gedaagde binnen 14 dagen na betekening van het vonnis de woning moet ontruimen, indien niet aan de voorwaarden wordt voldaan. Tevens is het vonnis uitvoerbaar bij voorraad verklaard en zijn de proceskosten gecompenseerd, zodat iedere partij zijn eigen kosten draagt. Het vonnis is openbaar uitgesproken door mr. S.J.S. Groeneveld - Koekkoek.

Uitspraak

RECHTBANK OVERIJSSEL

Team kanton en handelsrecht
Zittingsplaats Zwolle
Zaaknummer : 9176994 \ CV EXPL 21-1898
Vonnis in kort geding van 11 juni 2021
in de zaak van
de stichting
WONINGSTICHTING SWZ,
gevestigd in Zwolle,
eisende partij, hierna te noemen SWZ,
gemachtigde: mr. B.J. van den Berg,
tegen
[gedaagde],
wonende in [woonplaats] ,
gedaagde partij, hierna te noemen [gedaagde] ,
gemachtigde: [X] (de neef van [gedaagde] ).

1.De procedure

1.1.
Het verloop van de procedure blijkt uit:
- de dagvaarding;
- de schriftelijke inbreng van de heer [X] ;
- de mondelinge behandeling van 4 juni 2021, die via digitale verbinding (Skype) heeft plaatsgevonden en waarvan aantekening is gehouden door de griffier.
1.2.
Ten slotte is vonnis bepaald.

2.De beoordeling

Inleiding

2.1.
[gedaagde] huurt de woning (hierna: de woning) aan de [adres] in [plaats] van SWZ. Vanaf eind 2018 heeft SWZ klachten van geluidsoverlast ontvangen van de onderbuurvrouw van [gedaagde] . Hier is [gedaagde] meerdere keren door SWZ op gewezen. Ook heeft SWZ tweemaal een gedragsaanwijzing opgesteld (de laatste in januari 2021) waarmee [gedaagde] akkoord is gegaan. Omdat SWZ desondanks klachten blijft ontvangen over [gedaagde] vraagt SWZ in dit kort geding om ontruiming van de woning.
Tussen partijen gemaakte afspraken
2.2.
Tijdens de mondelinge behandeling hebben partijen afgesproken dat de kantonrechter de gevorderde ontruiming voorwaardelijk zal uit spreken, op voorwaarde dat [gedaagde] zich aan de volgende afspraken houdt:
1. [gedaagde] zal een jaar lang geen overlast veroorzaken. Leefgeluiden vallen niet onder overlast.
2. Wanneer SWZ (een) serieuze klacht(en) ontvangt over [gedaagde] , zal SWZ [gedaagde] een waarschuwing geven. Indien [gedaagde] het niet eens is met een waarschuwing van SWZ, dan gaat SWZ daar met hem over in gesprek. Als SWZ na een gegronde waarschuwing serieuze klachten blijft ontvangen over [gedaagde] , zal zij over gaan tot ontruiming van de woning.
3. [gedaagde] zal het inmiddels gestarte hulptraject aanvaarden en meewerken aan hulp en ondersteuning, onder andere bij (maar niet beperkt tot) het Sociaal Wijkteam.
2.3.
Verder hebben partijen afgesproken dat de proceskosten zullen worden gecompenseerd, in die zin dat iedere partij de eigen kosten draagt.

3.De beslissing

De kantonrechter
3.1.
veroordeelt [gedaagde] om binnen 14 dagen na betekening van dit vonnis de woning te ontruimen en te verlaten, met medeneming van al het zijne en de zijnen en onder afgifte van alle sleutels aan SWZ, indien en zodra binnen één jaar na heden aan één van de volgende voorwaarden niet wordt voldaan:
  • [gedaagde] veroorzaakt geen overlast (zie 2.2 voor de overige voorwaarden);
  • [gedaagde] aanvaard het hulptraject waarin hij zich bevindt, onder andere bij (maar niet beperkt tot) het Sociaal Wijkteam;
3.2.
verklaart dit vonnis tot zover uitvoerbaar bij voorraad;
3.3.
compenseert de proceskosten, in die zin dat iedere partij de eigen kosten draagt;
3.4.
wijst het meer of anders gevorderde af.
Dit vonnis is gewezen door mr. S.J.S. Groeneveld - Koekkoek, kantonrechter, en in het openbaar uitgesproken op 11 juni 2021.