ECLI:NL:RBOVE:2021:2795

Rechtbank Overijssel

Datum uitspraak
9 juli 2021
Publicatiedatum
13 juli 2021
Zaaknummer
9275935 \ CV EXPL 21-1388
Instantie
Rechtbank Overijssel
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht
Procedures
  • Kort geding
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Huurzaak met ontruiming wegens overlast voor omwonenden

In deze huurzaak heeft de Rechtbank Overijssel op 9 juli 2021 uitspraak gedaan in een kort geding tussen Stichting Mijande Wonen en een gedaagde huurder. De eisende partij, Mijande Wonen, vorderde ontruiming van de huurwoning van de gedaagde wegens het veroorzaken van overlast voor omwonenden. De gedaagde, die sinds 1 februari 2018 de woning huurt, werd beschuldigd van aanstootgevend gedrag en het niet naleven van de huurovereenkomst, die onder andere verplichtingen bevatte om overlast te voorkomen en de woning goed te onderhouden. Tijdens de zitting verklaarde de gedaagde bereid te zijn om zich aan de afspraken te houden, en Mijande Wonen gaf aan de gedaagde een tweede kans te willen bieden. De kantonrechter legde de gedaagde een gedragsaanwijzing op, waarbij hij zich als goed huurder diende te gedragen en zich moest onthouden van aanstootgevend gedrag. Indien de gedaagde zich niet aan deze voorwaarden hield, zou hij binnen veertien dagen de woning moeten ontruimen. De rechter veroordeelde de gedaagde ook in de proceskosten, die tot dat moment op € 606,00 werden begroot, en in de nakosten van € 93,50. Het vonnis werd uitvoerbaar bij voorraad verklaard.

Uitspraak

RECHTBANK OVERIJSSEL

Team kanton en handelsrecht
Zittingsplaats Almelo
Zaaknummer : 9275935 \ CV EXPL 21-1388
Vonnis in kort geding van 9 juli 2021
in de zaak van
de stichting
Stichting Mijande Wonen,
gevestigd en kantoorhoudende te Vriezenveen,
eisende partij, hierna te noemen Mijande Wonen,
gemachtigde: mr. R.F.A. Rorink,
tegen
[gedaagde],
wonende te [woonplaats] ,
gedaagde partij, hierna te noemen [gedaagde] ,
verschenen in persoon.

1.De procedure

1.1.
Het verloop van de procedure blijkt uit:
- de dagvaarding met producties van 25 juni 2021,
- de aanvullende producties van de zijde van Mijande Wonen,
- het e-mailbericht van [gedaagde] van 21 juni 2021,
- de brieven van [gedaagde] van 22 en 30 juni 2021,
- de pleitnota van Mijande Wonen,
- de (aantekeningen van de griffier van de) mondelinge behandeling van 5 juli 2021.
1.2.
Ten slotte is vonnis bepaald.

2.De feiten

2.1.
[gedaagde] huurt met ingang van 1 februari 2018 van Mijande Wonen de woning aan [adres] te [plaats] (hierna: het gehuurde of de woning). De huurovereenkomst is aangegaan voor onbepaalde tijd.
2.2.
Op de huurovereenkomst zijn de Algemene Huurvoorwaarden zelfstandige woonruimte, versie 1 oktober 2015 van toepassing verklaard. Daarin is, voor zover van belang, het volgende opgenomen:
“(…)
6.3.
Huurder zal het gehuurde gebruiken en onderhouden zoals het een goed huurder betaamt.
(…)
6.7.
Huurder dient ervoor zorg te dragen dat aan omwonenden geen overlast of hinder wordt veroorzaakt door huurder, huisgenoten, huisdieren of door derden die zich vanwege huurder in, rondom of in de directe nabijheid van het gehuurde of in de gemeenschappelijke ruimten bevinden.
Tevens dient huurder zich als goed huurder te gedragen richting medewerkers van verhuurder en/of door verhuurder ingehuurde derden. Fysiek of verbaal geweld, agressiviteit, dan wel ander wangedrag leidt tot passende (juridische) maatregelen jegens huurder, die kunnen leiden tot beëindiging van de huurovereenkomst.
(…)
6.9.
Huurder is verplicht zijn voor- en achtertuin als sier- of moestuin te gebruiken en deze zodanig te onderhouden dat deze - naar het oordeel van verhuurder - een verzorgde indruk maakt en zal geen bomen, struiken of andere beplanting aanbrengen die overlast voor derden kunnen veroorzaken.
(…)”.
2.3.
Door Mijande Wonen zijn verschillende klachten van omwonenden ontvangen over overlast die zou zijn veroorzaakt door [gedaagde] , onder andere bestaande uit aanstootgevend gedrag.

3.Het geschil

3.1.
Mijande Wonen vordert dat de kantonrechter, bij uitvoerbaar bij voorraad te verklaren vonnis in kort geding:
primair:
[gedaagde] veroordeelt om binnen vijf dagen na betekening van het ten deze te wijzen vonnis het gehuurde te ontruimen, in goede staat op te leveren en deze vervolgens ontruimd te houden, met veroordeling van [gedaagde] in de kosten van het geding, alsmede de nakosten;
subsidiair:
1. [gedaagde] , bij wijze van ordemaatregel, als gedragsaanwijzing oplegt dat:
a. hij zich als goed huurder dient te gedragen;
b. hij het gehuurde, waaronder de tuin, naar behoren dient te onderhouden;
c. hij overlast (in welke vorm dan ook) in en vanuit de woning dient te voorkomen;
d. hij zich dient te onthouden van aanstootgevend gedrag zoals het voor omwonenden zichtbaar aanbrengen van erotische/pornografische teksten in of aan het gehuurde dan wel in de tuin van het gehuurde;
e. hij zich dient te onthouden van het geheel of gedeeltelijk naakt zichtbaar zijn in of bij het gehuurde dan wel in de tuin van het gehuurde;
f. hij zich dient te onthouden van het masturberen in de tuin van het gehuurde dan wel op een andere plaats in of bij het gehuurde zichtbaar voor omwonenden;
2. [gedaagde] voorwaardelijk - dat wil zeggen voor zover [gedaagde] niet integraal aan het hiervoor gevorderde voldoet - veroordeelt om binnen vijf dagen na betekening van het ten deze te wijzen vonnis het gehuurde, met al hetgeen daartoe behoort en met wie of wat daarin of daarop aanwezig is, te ontruimen, in goede staat en onder afgifte van de sleutels aan Mijande Wonen op te leveren en deze vervolgens ontruimd te houden;
3. [gedaagde] veroordeelt in de kosten van het geding, alsmede de nakosten.
3.2.
Mijande Wonen voert daartoe aan dat sprake is van ontoelaatbare overlast van de zijde van [gedaagde] . Daarmee schiet hij tekort in de nakoming van de verplichting uit hoofde van artikel 7:213 BW en artikel 6.7. van de Algemene Huurvoorwaarden om zich als goed huurder te gedragen.
3.3.
[gedaagde] voert verweer.
3.4.
Op de stellingen van partijen wordt hierna, voor zover van belang, nader ingegaan.

4.De beoordeling

4.1.
Vooropgesteld wordt dat voor toewijzing van een vordering tot het treffen van een voorlopige voorziening alleen dan reden is, als op grond van de thans gebleken feiten en omstandigheden aannemelijk is dat in een bodemprocedure de beslissing gelijkluidend zal zijn.
4.2.
Uitgangspunt is dat een huurder verplicht is zich als goed huurder te gedragen. Dat houdt in dat een huurder zich aan de voorwaarden in de huurovereenkomst moet houden en geen overlast voor omwonenden mag veroorzaken. Als een huurder in strijd hiermee handelt, komt hij zijn verplichting om zich als goed huurder te gedragen niet na. De verhuurder kan in dat geval de kantonrechter vragen om op korte termijn een einde te maken aan de bewoning.
4.3.
Ter zitting heeft [gedaagde] verklaard dat hij bereid is alles te doen om in de woning te kunnen blijven wonen. Mijande Wonen heeft verklaard dat zij [gedaagde] een tweede kans wil geven en dat zij zich kan vinden in toewijzing van haar subsidiaire eis. Partijen zijn ter zitting overeengekomen dat [gedaagde] zich zal houden aan de volgende afspraken:
  • hij zal zich als goed huurder gedragen;
  • hij zal het gehuurde, waaronder de tuin, naar behoren onderhouden;
  • hij zal overlast (in welke vorm dan ook) in en vanuit de woning voorkomen;
  • hij zal zich onthouden van aanstootgevend gedrag zoals het voor omwonenden zichtbaar aanbrengen van erotische/pornografische teksten in of aan het gehuurde dan wel in de tuin van het gehuurde;
  • hij zal zich onthouden van het geheel of gedeeltelijk naakt zichtbaar zijn in of bij het gehuurde dan wel in de tuin van het gehuurde;
  • hij zal zich onthouden van het masturberen in de tuin van het gehuurde dan wel op een andere plaats in of bij het gehuurde zichtbaar voor omwonenden.
4.4.
Wanneer [gedaagde] zich niet houdt aan de gedragsaanwijzing, zal hij de woning alsnog moeten ontruimen. Mijande Wonen heeft ter zitting verklaard dat zij niet lichtvaardig zal overgaan tot ontruiming en dat zij zich kan vinden in een ontruimingstermijn van veertien dagen in plaats van de gevorderde vijf dagen.
4.5.
De kantonrechter zal vonnis wijzen conform hetgeen ter zitting is besproken en zal aldus de subsidiaire vordering van Mijande Wonen toewijzen als na te melden.
4.6.
[gedaagde] zal worden veroordeeld in de proceskosten, welke tot op heden aan de zijde van Mijande Wonen worden begroot op:
  • explootkosten € 106,00
  • griffierecht € 126,00
  • salaris gemachtigde
totaal € 606,00
4.7.
De gevorderde nakosten worden begroot op € 93,50 (dat is een half punt van het liquidatietarief).

5.De beslissing

De kantonrechter
5.1.
legt [gedaagde] , bij wijze van ordemaatregel, als gedragsaanwijzing op dat:
  • hij zich als goed huurder dient te gedragen;
  • hij het gehuurde, waaronder de tuin, naar behoren dient te onderhouden;
  • hij overlast (in welke vorm dan ook) in en vanuit de woning dient te voorkomen;
  • hij zich dient te onthouden van aanstootgevend gedrag zoals het voor omwonenden zichtbaar aanbrengen van erotische/pornografische teksten in of aan het gehuurde dan wel in de tuin van het gehuurde;
  • hij zich dient te onthouden van het geheel of gedeeltelijk naakt zichtbaar zijn in of bij het gehuurde dan wel in de tuin van het gehuurde;
  • hij zich dient te onthouden van het masturberen in de tuin van het gehuurde dan wel op een andere plaats in of bij het gehuurde zichtbaar voor omwonenden;
5.2.
veroordeelt [gedaagde] om, als hij zich niet houdt aan de onder 5.1. omschreven gedragsaanwijzing, binnen veertien dagen nadat hij door Mijande Wonen is aangeschreven vanwege een overtreding van één van bovenstaande afspraken én nadat betekening van dit vonnis heeft plaatsgevonden, de woning aan [adres] te [plaats] , met al hetgeen daartoe behoort en met wie of wat daarin of daarop aanwezig is, te ontruimen, in goede staat en onder afgifte van de sleutels aan Mijande Wonen op te leveren en deze vervolgens ontruimd te houden;
5.3.
veroordeelt [gedaagde] in de kosten van deze procedure, tot op heden aan de zijde van Mijande Wonen begroot op € 606,00;
5.4.
veroordeelt [gedaagde] in de nakosten, begroot op € 93,50;
5.5.
verklaart dit vonnis tot zover uitvoerbaar bij voorraad;
5.6.
wijst het meer of anders gevorderde af.
Dit vonnis is gewezen door mr. K.J. Haarhuis, kantonrechter, en in het openbaar uitgesproken op 9 juli 2021.