Uitspraak
RECHTBANK OVERIJSSEL
wonende in [woonplaats] ,
[B],
gevestigd in [vestigingsplaats] ,
Rechtbank Overijssel
In deze zaak heeft de kantonrechter van de Rechtbank Overijssel op 14 december 2021 uitspraak gedaan in een geschil tussen [A] en [B] over de uitvoering van een bouwcontract. [A] had [B] ingehuurd voor het bouwen van een blokhut en carport, maar stelde dat [B] tekortgeschoten was in de nakoming van de overeenkomst door gebrekkig werk te leveren. De kantonrechter heeft vastgesteld dat er verschillende tekortkomingen waren, waaronder een scheefstand van de blokhut en gebreken aan het dak en de hemelwaterafvoer. De schade is begroot op basis van artikel 6:97 BW, waarbij de kantonrechter de herstelkosten heeft vastgesteld op € 5.910,00. Daarnaast heeft de kantonrechter geoordeeld dat [B] een bedrag van € 1.562,00 aan [A] kan verrekenen met de schadevergoeding, omdat dit nog openstond van de aanneemsom. De vordering van [A] is gedeeltelijk toegewezen, en [B] is veroordeeld tot betaling van een totaalbedrag van € 6.345,11, inclusief wettelijke rente en proceskosten. De kantonrechter heeft ook geoordeeld dat [B] grotendeels in het ongelijk is gesteld en hem veroordeeld in de proceskosten van [A].