2.2.Woonzorg stelt zich op het standpunt dat [gedaagde] bij het stand komen van de huurovereenkomst, kort gezegd, heeft gefraudeerd en dat de huurovereenkomst op grond van bedrog dan wel dwaling tot stand is gekomen. Woonzorg heeft daarom de huurovereenkomst bij brief van 20 september 2021 buitengerechtelijk vernietigd. Volgens Woonzorg is het volgende aan de totstandkoming van de huurovereenkomst vooraf gegaan.
Een of twee dagen na de inschrijving van [gedaagde] als woningzoekende werd de bewonersconsulente van Woonzorg gebeld door een persoon die aangaf de zus van [gedaagde] te zijn. Deze zus gaf aan met haar vier kinderen woonachtig te zijn in [woonplaats] , aan [het adres] , en (tijdelijk) inwoning te verschaffen aan haar broer, [gedaagde] . Deze situatie zou bijzonder knellend zijn, omdat [gedaagde] nachtdiensten zou werken en overdag op de bank zou liggen te slapen. Met vier kinderen, die bovendien in de zomervakantie zaten, zou deze situatie buitengewoon vervelend zijn. Daarop volgend heeft een gesprek met [gedaagde] plaatsgevonden waarbij zijn situatie is besproken. [gedaagde] zou uit huis zijn gezet door zijn ex-echtgenote, waarna [gedaagde] bij zijn zus in [woonplaats] terecht zou zijn gekomen. [gedaagde] heeft een inkomensverklaring bij Woonzorg ingevuld waarop hij onder meer heeft aangegeven dat sprake zal zijn van één bewoner, te weten [gedaagde] zelf (van belang voor het zgn. huishoudinkomen/inkomenstoets). [gedaagde] kon bij de aanvraag geen verhuurdersverklaring overleggen, omdat [gedaagde] met zijn ex-echtgenote in een koopwoning in [plaats] zou hebben gewoond. Aan [gedaagde] is gevraagd een kopie van het voorblad van de koopakte te sturen, alsmede informatie waaruit blijkt dat de woning te koop staat of is verkocht. Woonzorg ontving daarop op 26 juli 2021 een e-mail van ene [A] die het volgende schreef:
Hierbij de gevraagde gegevens die u nodig heeft wat betreft mijn ex-partner [gedaagde] . Ik heb alleen wat afgeschermd omdat daar mijn telefoonnummer en mijn emailadres van mijn moeder staat.
Hopelijk u hier voldoende te hebben geïnformeerd.
Bij deze e-mail van [A] waren twee afbeeldingen gevoegd, onder meer het eerste blad van een Koopovereenkomst Woning, waaruit blijkt dat [A] de koper is geweest van de woning in [plaats] en dus de eigenaresse. Op grond van deze omstandigheden heeft [gedaagde] voorrang op andere kandidaten gekregen en is de huurovereenkomst met hem gesloten. Het is Woonzorg later (onder meer) gebleken dat:
- [gedaagde] bij de totstandkoming van de huurovereenkomst heeft verzwegen dat hij niet alleen wilde gaan wonen in de woning, maar direct of vrijwel direct wilde samenwonen met een derde, mevrouw [C] (hierna: [C] ), met wie hij al geruime tijd een affectieve relatie had en waarmee hij verloofd was. Deze [C] is echter een bekende van Woonzorg, namelijk een ex-huurster van Woonzorg, die haar woning destijds heeft moeten ontruimen vanwege een huurachterstand en die die woning toen heeft achtergelaten met onder andere teksten op de muur, bedoeld voor Woonzorg, resulterende in een nog niet door haar vergoede schadepost voor Woonzorg van € 9.308,54;
- het verhaal over de situatie van [gedaagde] aan [het adres] niet klopte; aan dat adres worden zelfstandig kamers verhuurd en [gedaagde] woonde daar helemaal niet in bij zijn zus, maar huurde daar zelfstandig een kamer;
- de Koopovereenkomst Woning is vervalst; de woning in [plaats] is niet van [A] , maar is blijkens kadastrale gegevens van [gedaagde] . De naam van [A] komt ook nergens in het kadester voor met betrekking tot deze woning;
- [gedaagde] fraudeert ook als woningzoekende bij een andere woningstichting, Ons Huis te [woonplaats] . Hij heeft zich recent daartoe gewend en daarbij heeft hij een (valse) verhuurdersverklaring overgelegd. Daarin staat dat [C] als verhuurder van de woning aan [het adres] aan [gedaagde] een kamer heeft verhuurd voor € 350,00 per maand.