ECLI:NL:RBOVE:2021:4917

Rechtbank Overijssel

Datum uitspraak
16 november 2021
Publicatiedatum
13 januari 2022
Zaaknummer
9314815 \ CV EXPL 21-2873
Instantie
Rechtbank Overijssel
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht
Procedures
  • Tussenuitspraak
Rechters
  • S.J.S. Groeneveld - Koekkoek
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Tussenuitspraak over schending van informatieplichten bij overeenkomst op afstand voor internet en tv abonnement

In deze zaak heeft de Rechtbank Overijssel op 16 november 2021 een tussenvonnis gewezen in een geschil tussen Ziggo B.V. en een consument, aangeduid als [gedaagde]. De consument heeft een overeenkomst op afstand gesloten voor een Internet Start en TV Start abonnement, en heeft later een abonnement voor Fox Sports Eredivisie afgesloten. De consument heeft gesteld dat hij de overeenkomst binnen de herroepingstermijn heeft herroepen, maar de rechtbank oordeelt dat deze herroeping onvoldoende is onderbouwd. Daarnaast heeft de consument niet kunnen aantonen dat hij de mediabox heeft geretourneerd. De rechtbank heeft de vordering van Ziggo voor schadevergoeding van de restwaarde van de mediabox toegewezen, maar heeft geconstateerd dat er sprake is van schending van essentiële precontractuele en contractuele verplichtingen door Ziggo. De kantonrechter heeft voorgenomen om de betalingsverplichting van de consument met 25% te verminderen en heeft partijen in de gelegenheid gesteld om zich hierover uit te laten. De zaak is aangehouden voor verdere beoordeling van de reacties van partijen.

Uitspraak

RECHTBANK OVERIJSSEL

Team kanton en handelsrecht
Zittingsplaats Zwolle
Zaaknummer : 9314815 \ CV EXPL 21-2873
Vonnis van 16 november 2021
in de zaak van
de besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid
ZIGGO B.V.,
gevestigd te Utrecht,
eisende partij, hierna te noemen Ziggo,
gemachtigde: LAVG Gerechtsdeurwaarders,
tegen
[gedaagde],
wonende te [woonplaats],
gedaagde partij, hierna te noemen [gedaagde],
procederend in persoon.

1.De procedure

1.1.
Het verloop van de procedure blijkt uit:
- de dagvaarding,
- de conclusie van antwoord,
- de conclusie van repliek,
- de conclusie van dupliek.
1.2.
Ten slotte is vonnis bepaald.

2.De feiten

2.1.
Partijen hebben met ingang van 4 juni 2018 een overeenkomst op afstand gesloten voor een Internet Start en TV Start abonnement. [gedaagde] heeft in aanvulling daarop met ingang van 21 september 2019 een abonnement Fox Sports Eredivisie afgesloten. Ziggo heeft diensten geleverd aan [gedaagde] op [adres] te [plaats].
2.2.
Het Internet Start en TV Start abonnement is door opzegging door [gedaagde] per
24 februari 2020 beëindigd.
2.3.
Ziggo heeft bij [gedaagde] voor het abonnement Fox Sports Eredivisie abonnementsgelden in rekening gebracht over de periode van 21 september 2019 tot 20 november 2019 en voor het Internet Start en TV Start abonnement over de periode 1 november 2019 tot 24 februari 2020, alsmede restwaarde van de mediabox.

3.Het geschil

3.1.
Ziggo vordert [gedaagde] bij vonnis, uitvoerbaar bij voorraad, te veroordelen tot betaling van € 104,02 (€ 24,76 aan onbetaald gelaten abonnementskosten, € 37,58 aan restwaarde mediabox, € 1,68 aan vervallen wettelijke rente en € 40,00 aan buitengerechtelijke incassokosten), te vermeerderen met de wettelijke rente over € 62,34 vanaf 16 juni 2021 tot aan de dag van voldoening, alsmede tot betaling van de proces- en nakosten.
3.2.
[gedaagde] concludeert tot afwijzing van de vordering en tot veroordeling van Ziggo tot betaling van de proceskosten. Hij voert – samengevat – aan dat hij het abonnement Fox Sports Eredivisie binnen de bedenktijd heeft herroepen door het herroepingsformulier op de website in te vullen en op te sturen. Ter onderbouwing daarvan heeft [gedaagde] een foto van het ingevulde herroepingsformulier meegestuurd. Daarnaast voert [gedaagde] aan dat hij de mediabox reeds heeft geretourneerd en dat Ziggo de restwaarde niet heeft onderbouwd.

4.De beoordeling

online overeenkomst tot het verrichten van diensten

4.1.
De vordering is gebaseerd op een overeenkomst op afstand betreffende de levering van vaste telecommunicatiediensten door de handelaar aan de consument. Bij het sluiten van dergelijke overeenkomsten moet ter bescherming van de consument worden voldaan aan de wettelijke (pre)contractuele informatieplichten van de artikelen 6:230m en 6:230t (voor overeenkomsten buiten de verkoopruimte) respectievelijk art. 6:230m en art. 6:230v (voor overeenkomsten op afstand) Burgerlijk Wetboek (BW). Kort gezegd bepaalt art. 6:230m BW welke informatie moet worden verstrekt en art. 6:230t respectievelijk art. 6:230v BW de wijze waarop die informatie moet worden gegeven. Eén en ander kan verschillen naar gelang de aard en de inhoud van de overeenkomst. De kantonrechter moet er ambtshalve op toezien dat die voorschriften worden nageleefd, dus ook als er op dat punt geen verweer is gevoerd (Hoge Raad 12 november 2021, ECLI:HR:NL:2021:1677).
(pre)contractuele informatieverplichtingen (in deze procedure)
4.2.
Op basis van wat Ziggo in deze procedure heeft gesteld en onderbouwd, moet worden vastgesteld dat ten aanzien van in ieder geval de essentiële informatie niet (volledig) is voldaan aan de hiervoor besproken (pre)contractuele informatieplichten. Zo is niet, althans niet voldoende gesteld en onderbouwd dat ten aanzien van de door Ziggo verstrekte apparatuur voor het abonnement Internet Sart en TV Start, [gedaagde] er pre- en contractueel op is gewezen dat het bruikleen betrof (artikel 6:230m lid 1 onder a BW). Verder blijkt uit de overgelegde stukken niet dat [gedaagde] voor beide overeenkomsten op duidelijke wijze contractueel is geïnformeerd over de duur van de overeenkomst en de voorwaarden voor opzegging (artikel 6:230m lid 1 onder o BW). Daarom moet het ervoor worden gehouden dat essentiële (pre)contractuele informatieplichten op deze onderdelen niet zijn nageleefd.
4.3.
De vraag is welke gevolgen dit voor de vordering moet hebben. Op grond van voornoemd arrest van de Hoge Raad moet worden aangenomen dat de rechter gehouden kan zijn om ambtshalve een op afstand of buiten de verkoopruimte gesloten overeenkomst geheel of gedeeltelijk te vernietigen op grond van art. 3:40 lid 2 BW, indien sprake is van een voldoende ernstige schending van een of meer essentiële informatieplichten. Van een dergelijke schending is hier sprake. Gedeeltelijke vernietiging van de overeenkomst kan bestaan in een vermindering van de verplichtingen, met name de betalingsverplichtingen, van de consument. De kantonrechter heeft het voornemen om aan de hand van de door de rechtbank Amsterdam gehanteerde staffel [1] de betalingsverplichting van [gedaagde] voor beide abonnementen met 25% te verminderen. De kantonrechter zal gelet op r.o. 3.1.18 van het arrest partijen in de gelegenheid stellen zich over deze voorgenomen vermindering van de betalingsverplichting uit te laten. De kantonrechter zal eerst de zaak verder inhoudelijk bespreken.
herroeping abonnement Fox Sports Eredivisie
4.4.
Het meest verstrekkende verweer van [gedaagde] is dat hij binnen de herroepingstermijn het abonnement Fox Sports Eredivisie bij Ziggo schriftelijk heeft herroepen. Ziggo heeft betwist dat zij een tijdige herroeping van [gedaagde] heeft ontvangen.
4.5.
In geschil is of Ziggo het herroepingsformulier binnen de herroepingstermijn heeft ontvangen. Op grond van artikel 3:37 lid 3 BW heeft een tot een bepaalde persoon (Ziggo) gerichte verklaring (de herroeping) slechts haar werking, indien die verklaring die persoon bereikt heeft. In het licht van de betwisting door Ziggo had het op de weg van [gedaagde] gelegen om de herroeping nader te onderbouwen door bijvoorbeeld de datum van de foto van het herroepingsformulier te noemen en te onderbouwen en zijn telefoongeschiedenis te delen, waaruit blijkt dat hij telefonisch contact heeft opgenomen met Ziggo. Een enkele foto van een ingevuld formulier met een envelop zonder datum of andere feiten en omstandigheden waaruit blijkt wanneer de brief is gepost is onvoldoende. Het risico om een brief alleen per gewone post te versturen en niet aangetekend of per mail komt voor rekening van [gedaagde]. Het verweer zal als onvoldoende onderbouwd worden gepasseerd.
4.6.
Nu niet is gebleken dat [gedaagde] het abonnement Fox Sports Eredivisie binnen de herroepingstermijn heeft herroepen en Ziggo abonnementsgelden over de periode van 21 september 2019 tot 20 november 2019 in rekening heeft gebracht, ligt de vordering voor toewijzing gereed. Ook de gevorderde abonnementsgelden voor het Internet Start en TV Start abonnement kunnen worden toegewezen, omdat [gedaagde] de verschuldigdheid daarvan niet heeft betwist. De kantonrechter heeft zoals gezegd het voornemen om het verschuldigde bedrag aan abonnementsgelden van € 24,76 met 25% te verminderen, zodat in dat geval een bedrag van € 18,57 zou worden toegewezen. Partijen mogen zich over de toepassing van deze sanctie nog uitlaten.
mediabox
4.7.
Ziggo vordert mede betaling van de restwaarde van de aan [gedaagde] verstrekte mediabox. Dit deel van de vordering is gegrond op artikel 6:74 BW. Niet in geschil is dat de mediabox eigendom is van Ziggo en dat [gedaagde] de verplichting had de mediabox aan Ziggo te retourneren.
4.8.
De kantonrechter stelt voorop dat, nu Ziggo betwist dat de mediabox retour is gestuurd, het aan [gedaagde] is om zijn standpunt nader te onderbouwen. Het had op de weg van [gedaagde] gelegen om bewijsstukken te overleggen waaruit blijkt dat hij de mediabox heeft geretourneerd, maar dat heeft hij nagelaten. Naar het oordeel van de kantonrechter is daarom niet vast komen te staan dat de box is geretourneerd. Anders dan [gedaagde] meent, acht de kantonrechter de omvang van de gevorderde schadevergoeding voor de restwaarde redelijk. In de dagvaarding is de restwaarde voldoende gemotiveerd gesteld en onderbouwd. [gedaagde] heeft daar geen concrete betwisting tegenover gesteld. De vordering van € 37,58 ligt dan ook voor toewijzing gereed.
verdere procedure
4.9.
Iedere verdere beslissing, ook over de buitengerechtelijke kosten, rente en proceskosten, zal worden aangehouden in afwachting van de reacties van Ziggo en [gedaagde]. De kantonrechter wijst partijen erop dat zij zich alleen mogen uitlaten over de onder de beslissing genoemde punten en niet op de overige inhoud van het vonnis.

5.De beslissing

De kantonrechter:
5.1.
verwijst de zaak naar de rolzitting van
dinsdag 14 december 2021, waarop Ziggo en [gedaagde] zich schriftelijk mogen uitlaten over hetgeen is overwogen onder 4.2, 4.3 en 4.6,
5.2.
houdt iedere verdere beslissing aan.
Dit vonnis is gewezen door mr. S.J.S. Groeneveld - Koekkoek, kantonrechter, en in het openbaar uitgesproken op 16 november 2021. (ST)

Voetnoten

1.Rechtbank Amsterdam 21 december 2020, ECLI:NL:RBAMS:2020:6481, r.o. 20.