9.De toegepaste wettelijke voorschriften
De hierna te nemen beslissing berust op de hiervoor genoemde wetsartikelen. Daarnaast berust deze beslissing op de artikelen 14a, 14b, 14c, 22c, 22d en 57 Sr.
10. De beslissing
- verklaart bewezen dat verdachte het onder parketnummer 08/260948-19 primair en parketnummer 08/208448-20 tenlastegelegde heeft begaan, zoals hierboven omschreven;
- verklaart niet bewezen wat aan verdachte onder parketnummer 08/260948-19 primair en parketnummer 08/208448-20 meer of anders is ten laste gelegd en spreekt hem daarvan vrij;
- verklaart het bewezenverklaarde strafbaar;
- verklaart dat het bewezenverklaarde de volgende strafbare feiten oplevert:
08/260948-19 primair
het misdrijf: poging tot doodslag;
08/208448-20
het misdrijf: poging tot feitelijke aanranding van de eerbaarheid;
- verklaart verdachte strafbaar voor het onder 08/260948-19 primair en 08/208448-20 bewezenverklaarde;
- veroordeelt verdachte tot een
gevangenisstrafvoor de duur van
18 (achttien) maanden;
- bepaalt dat van deze gevangenisstraf een gedeelte van
6 (zes) maanden niet ten uitvoer zal worden gelegd, tenzij de rechter later anders mocht gelasten. De rechter kan de tenuitvoerlegging gelasten indien verdachte voor het einde van de
proeftijd van 3 (drie) jarende navolgende voorwaarde(n) niet is nagekomen:
- stelt als
algemene voorwaardedat verdachte:
- zich voor het einde van de proeftijd niet schuldig maakt aan een strafbaar feit;
- stelt als
bijzondere voorwaardendat verdachte:
- zich gedurende de proeftijd meldt bij Reclassering Nederland, op de door de reclassering te bepalen tijdstippen, zo frequent en zo lang deze instelling dat nodig acht. De reclassering zal contact opnemen met verdachte opnemen voor de eerste afspraak;
- zich laat behandelen door JusTact of een soortgelijke zorgverlener, te bepalen door de reclassering. De behandeling duurt de gehele proeftijd of zoveel korter als de reclassering nodig vindt. Verdachte houdt zich aan de huisregels en de aanwijzingen die de zorgverlener geeft voor de behandeling. Het innemen van medicijnen kan onderdeel zijn van de behandeling. Bij een aanleiding die zich kan voordoen, bijvoorbeeld terugval in middelengebruik, overmatig middelengebruik of ernstige zorgen over het psychiatrische toestandsbeeld, ontstaat een grote kans op risicovolle situaties. Dan kan de reclassering een indicatiestelling aanvragen voor een kortdurende klinische opname voor crisisbehandeling, detoxificatie, stabilisatie, observatie of diagnostiek. Als de voor indicatie verantwoordelijke instantie een kortdurende klinische opname indiceert, laat verdachte zich opnemen in een zorginstelling, te bepalen door de justitiële instantie die verantwoordelijk is voor plaatsing. De kortdurende klinische opname duurt maximaal zeven weken of zoveel korter als de reclassering nodig vindt;
- indien de reclassering dit nodig acht, verblijft bij Stichting Trai of een andere instelling voor beschermd wonen of maatschappelijke opvang, te bepalen door de reclassering. Het verblijf duurt de gehele proeftijd of zoveel korter als de reclassering nodig vindt. Verdachte houdt zich aan de huisregels en het dagprogramma dat de instelling in overleg met de reclassering voor hem heeft opgesteld;
- indien de reclassering dit nodig acht, meewerkt aan het aflossen van zijn schulden en het treffen van afbetalingsregelingen, ook als dit inhoudt meewerken aan schuldhulpverlening in het kader van de Wet Schuldsanering Natuurlijke Personen. Verdachte geeft de reclassering inzicht in zijn financiën en schulden;
- indien de reclassering dit nodig acht, meewerkt aan controle van het gebruik van alcohol en cannabis om het middelengebruik te beheersen. De reclassering kan urineonderzoek en ademonderzoek (blaastest) gebruiken voor de controle. De reclassering bepaalt hoe vaak verdachte wordt gecontroleerd;
- draagt de reclassering op om toezicht te houden op de naleving van de voorwaarden en verdachte ten behoeve daarvan te begeleiden;
daarbij gelden als voorwaarden van rechtswege dat verdachte:
- ten behoeve van het vaststellen van zijn identiteit medewerking verleent aan het nemen van één of meer vingerafdrukken of een identiteitsbewijs als bedoeld in artikel 1 van de Wet op de identificatieplicht ter inzage aanbiedt;
- medewerking verleent aan het reclasseringstoezicht, bedoeld in artikel 14c, zesde lid, Sr, de medewerking aan huisbezoeken en het zich melden bij de reclassering zo vaak en zolang als de reclassering dit noodzakelijk acht daaronder begrepen;
- bepaalt dat de tijd die de verdachte voor de tenuitvoerlegging van deze uitspraak in verzekering en voorlopige hechtenis heeft doorgebracht, bij de uitvoering van de gevangenisstraf geheel in mindering zal worden gebracht;
- veroordeelt verdachte tot betaling aan de benadeelde partij [slachtoffer 1] van een bedrag van € 1.050,00 (te vermeerderen met de wettelijke rente vanaf 28 oktober 2019);
- veroordeelt verdachte daarnaast in de kosten van het geding door de benadeelde partij gemaakt, tot op heden begroot op nihil, alsook in de kosten van betekening van dit vonnis, de in verband met de tenuitvoerlegging van dit vonnis nog te maken kosten en de kosten vallende op de invordering;
- legt de
maatregelop dat verdachte verplicht is ter zake van het onder 08/260948-19 primair bewezenverklaarde feit tot
betaling aan de Staat der Nederlanden van een bedrag van € 1.050,00,te vermeerderen met de wettelijke rente vanaf 28 oktober 2019 ten behoeve van de benadeelde, en bepaalt, voor het geval volledig verhaal van het verschuldigde bedrag niet mogelijk blijkt, dat gijzeling voor de duur van 20 dagen kan worden toegepast. Tenuitvoerlegging van de gijzeling laat de betalingsverplichting onverlet;
- bepaalt dat als verdachte heeft voldaan aan zijn verplichting tot betaling aan de Staat der Nederlanden van bedoeld bedrag daarmee de verplichting van verdachte om aan de benadeelde partij het bedrag te betalen, komt te vervallen, en andersom, als verdachte aan de benadeelde partij het verschuldigde bedrag heeft betaald, dat daarmee de verplichting tot betaling aan de Staat der Nederlanden van dat bedrag komt te vervallen;
Dit vonnis is gewezen door mr. M.A.H. Heijink, voorzitter, mr. C.C.S. Bordenga-Koppes en mr. R. ter Haar, rechters, in tegenwoordigheid van H.J.A. Teerlink, griffier, en is in het openbaar uitgesproken op 5 maart 2021.
Buiten staat
Mr. Ter Haar is niet in de gelegenheid dit vonnis mede te ondertekenen.
Leeswijzer
Deze bijlage maakt deel uit van het vonnis en bevat de bewijsmiddelen.
Wanneer hierna wordt verwezen naar dossierpagina’s, zijn dit pagina’s uit de dossiers van de politie eenheid Oost-Nederland met nummers PL0600-2019481497 en dossiernummer ONRCBC19555. Tenzij hieronder anders wordt vermeld, wordt steeds verwezen naar bladzijden van een in de wettelijke vorm, door daartoe bevoegde personen, opgemaakt proces-verbaal.
Parketnummer 08/260948-19 primair
1.
Het proces-verbaal van aangifte van [slachtoffer 1] , van 29 oktober 2019, en fotoblad letsel, pagina’s 3 t/m 7, voor zover inhoudende, zakelijk weergegeven, als verklaring van aangever:
Op maandag 28 oktober 2019, omstreeks 22.30 uur ben ik bij [verdachte] op bezoek
gegaan. [verdachte] woont aan de [woonplaats 1] . Omstreeks 22.45 uur, kreeg ik van [verdachte] een 5 euro biljet en ben ik vervolgens naar de coffeeshop ' [bedrijf] ' gefietst. Omstreeks 23.15 uur, was ik weer terug bij [verdachte] , ik vertelde hem dat ik de wiet,
onderweg naar hem was verloren. Ik zei tegen [verdachte] dat wij het wel zouden oplossen.
Hiermee bedoel ik dat ik het verschuldigde geld of de wiet wel zou teruggeven. Ik zag dat hij achter een witte ladekast twee hamers wegpakte. Ik zag dat hij beide hamers vasthield. Vervolgens liep hij nogal dreigend naar mij toe gelopen in versnelde pas. Ik duwde hem van mij af en wilde naar de voordeur lopen om zijn woning te verlaten. Vervolgens stond ik voor zijn voordeur aan de buitenzijde van zijn woning. Ik stond met mijn hoofd en lichaam richting de trappenhal van de flat. Ik voelde plotseling een stevige klap boven op mijn hoofd. Ik voelde direct een bonzende pijn aan mijn hoofd. Ik zag dat [verdachte] achter mij stond en mij direct meerdere malen bleef slaan. Ik voelde dat hij mij een aantal keren op mijn hoofd sloeg. Ik zag dat hij een zilver/zwart kleurige hamer in zijn rechterhand had. Hij sloeg met een slaande beweging vanaf boven zijn hoofd naar beneden heen. Ik denk dat hij mij op deze manier wel 8 of 9 keren heeft geraakt op en aan mijn hoofd.
2.
Het proces-verbaal van verhoor getuige [getuige 1] van 29 oktober 2019, pagina’s 9 t/m 10, voor zover inhoudende, zakelijk weergegeven als verklaring van getuige:
Op maandag 28 oktober 2019 omstreeks 23:40 uur, was ik aanwezig in mijn woning aan
de [woonplaats 2] . Ik hoorde buiten geschreeuw. Ik hoorde de stemmen van
[verdachte] en [slachtoffer 1] . Ik liep vervolgens naar de voordeur. Ik opende de voordeur en ik zag dat [slachtoffer 1] op de grond lag. Ik zag dat [slachtoffer 1] bloed aan zijn hoofd had. Ook zag ik [verdachte] staan. Ik zag dat [verdachte] bloed aan zijn hand had. Ik zag dat [verdachte] een hamer in zijn hand hield. Ik zag en hoorde dat [verdachte] schreeuwde en [slachtoffer 1] sloeg. Ik zag dat [verdachte] dit deed met de hamer. Ik zag hoe [verdachte] [slachtoffer 1] meerdere keren met de hamer sloeg en hem raakte. Ik hoorde [verdachte] schreeuwen: ''waar is mijn geld!. Ik zag en hoorde hoe hij deze woorden bleef schreeuwen en bleef inslaan op [slachtoffer 1] . Ik zag en hoorde dat [slachtoffer 1] zich probeerde af te weren en bleef roepen:'' Niet doen, hou op, [verdachte] '' Ik zag dat [verdachte] hier niet naar
luisterde en bleef slaan met de hamer. Ik was bang dat [verdachte] , [slachtoffer 1] dood zou slaan.
3.
Het proces-verbaal van verhoor getuige [getuige 1] van 30 oktober 2019, pagina’s 11 t/m 12, voor zover inhoudende, zakelijk weergegeven als verklaring van getuige:
Ik zag dat [verdachte] hard met de hamer tegen het hoofd van [verdachte] sloeg. Ik zag dat [verdachte] [slachtoffer 1] boven op zijn hoofd raakte, aan de rechter zijkant van het hoofd raakte en links op zijn achterhoofd. Ik zag allemaal bloed. Ik zag dat [verdachte] maar bleef doorslaan en [slachtoffer 1] overal raakte. Wat ik gezien heb is dat [verdachte] [slachtoffer 1] zeker 4 a 5 keer met de hamer heeft geslagen. Ik zag [slachtoffer 1] op dat moment dat hij met de hamer werd geslagen op de grond liggen. Ik hoorde [slachtoffer 1] schreeuwen en roepen: "Niet doen, niet doen". Ik zag dat [slachtoffer 1] in de foetushouding op de grond lag en zijn hoofd beschermde met zijn armen en handen door zijn armen boven zijn hoofd te houden.
4.
Het proces-verbaal van verhoor getuige [getuige 2] van 30 oktober 2019, pagina’s 14 t/m 16, voor zover inhoudende, zakelijk weergegeven als verklaring van getuige:
Op maandag 28 oktober 2019 ben ik getuige geweest van een mishandeling gepleegd door
mijn buurman [verdachte] . Ik bevond mij op dat moment in mijn woning aan de [woonplaats 3] . Ik hoorde op dat moment geschreeuw. Het was voor mij duidelijk dat er een ruzie
gaande was. Ik ben toen naar mijn voordeur gelopen en heb door de deurspion gekeken. Ik had toen zicht op de voordeur van [verdachte] . Ik zag dat [verdachte] , [slachtoffer 1] , naar buiten duwde.
[slachtoffer 1] lag vervolgens plat op de grond. Ik zag dat [verdachte] boven op [slachtoffer 1] ging. Ik zag
dat [verdachte] meerdere keren op [slachtoffer 1] insloeg. Ik zag dat dit met kracht ging. Ik hoorde [verdachte] schreeuwen "waar is mijn 5 euro". Tot mijn schrik zag ik dat [verdachte] een hamer in zijn handen had. Ik zag dat [verdachte] met de hamer op [slachtoffer 1] in sloeg. Dit deed [verdachte] met kracht. [verdachte] sloeg meerdere keren met de hamer op [slachtoffer 1] 's hoofd. Ik ben hier erg van geschrokken en heb de voordeur dichtgedaan. Ik heb verder niet meer gekeken omdat ik dit niet durfde.
Parketnummer 08/208448-20
1.
Het proces-verbaal van aangifte van [slachtoffer 2] , van 1 oktober 2019, met bijlage(n), pagina’s t/m 21, voor zover inhoudende, zakelijk weergegeven, als verklaring van aangeefster:
Ik ging mijn hond uitlaten. Ik had al eerder een aanvaring gehad met de persoon in kwestie omdat hij is geobsedeerd door mij. Hij is verliefd op mij en ik heb hem al vijf keer heel duidelijk afgewezen en gezegd dat hij niet mijn type is. Omdat hij normaal praatte tegen mij en omdat hij mij normaal vroeg: "Alles goed?" dacht ik dat het misschien handig was om hem mee te vragen tijdens het wandelen, omdat ik hem graag wilde uitleggen wat ik niet leuk vindt aan wat hij deed. Echter toen we op de [straatnaam] liepen, ging het fout. Hij heeft mij vervolgens meerdere malen proberen te knuffelen en proberen vast te pakken waarop ik heel duidelijk heb gezegd dat ik dat niet wilde hebben, terwijl ik het heel moeilijk vindt om "nee" te zeggen. Daardoor vond hij het nodig om mij tegen de heg aan te duwen en mij vast te houden zodat ik geen kant op kon. Hij heeft mij vervolgens geprobeerd te zoenen waarbij ik net op tijd mijn hoofd wegdraaide zodat hij mij net op mijn wang kuste. Ik verstijfde van angst omdat ik geen kant op kon. Hij probeerde mij weer te knuffelen. Ik heb hem toen weer heel duidelijk gezegd: “Ik wil dit niet, laat mij los. Nee”. Vervolgens heb ik geprobeerd weg te komen maar dat lukte niet. Hij is op een gegeven moment naar achteren gestapt waardoor ik door kon lopen maar hij liep weer met mij mee. Ik heb mij de hele tijd groot gehouden en kwam op de [adres] waarna ik eindelijk van hem af was omdat er een auto aan kwam, met daarin vrienden van hem, waar hij in stapte. Daarna ben ik zo snel en zo normaal mogelijk richting huis gelopen terwijl ik ondertussen een vriend van mij probeerde te bellen die niet op nam. Daarna heb ik een andere vriend gebeld die wel op nam. Ik zei tegen hem: “ [getuige 3] , kan ik alsjeblieft naar je toe komen want ik ben bang”. Ik zei dat met een angstige stem want ik was ook heel bang. [getuige 3] woont aan de [adres] . [getuige 3] zei dat ik wel mocht komen. V: Wanneer is dat precies gebeurd? A: Drie weken geleden. Ik kan misschien in mijn telefoon wel kijken wanneer dit is geweest. Dit was volgens mij op 2 september en volgens mij rond een uur of elf. Dat was op 2 september, ik heb hem toen tussen 22:57 uur en 23:00 uur zes keer gebeld. Daarna heb ik [getuige 3] gebeld. Ik belde [getuige 3] om 23:01 uur. V: Wie heeft jou gekust? A: Ik heb wel een foto van hem. Hij noemt zich [verdachte] maar hij heet schijnbaar anders. Jullie weten wel hoe hij heet hoorde ik van de politiemensen in uniform. Ik zal de foto van hem naar jullie toe mailen. Ik heb ook nog een chatgesprek dat ik
met hem had op Instagram, waarin ik hem steeds afwijs. Die kan ik jullie ook wel
sturen. V: Kun je de hele chatgeschiedenis sturen? A: Nee, dat is te veel en eerst was het ook nog allemaal heel lief en schatje dit en schatje dat. Ik stuur jullie een screenshot van wat delen van het chatgesprek. Zijn profiel op Instagram heet " [naam] ".
2.
Het proces-verbaal van verhoor getuige [getuige 3] van 13 maart 2020, pagina’s 22 t/m 25, voor zover inhoudende, zakelijk weergegeven als verklaring van getuige:
O: [slachtoffer 2] heeft jou op woensdag 2 september 2019 omstreeks 23:00 uur gebeld. V: Wat kun ij daarover vertellen? A: Ze was helemaal in paniek en ze vertelde kort en krachtig wat er gebeurd was. Ze wilde eerst naar een andere vriend van haar die bij haar in de flat woonde. Deze was niet thuis, ze heeft toen snel de hond naar binnen gebracht bij haar eigen flat en toen dacht ze aan mij en toen heeft ze mij gebeld terwijl ze al onderweg was naar mij. Ik had haar aan de telefoon op het moment dat ze in de lift van haar flat naar beneden ging. Omdat ze zo in paniek was ben ik haar tegemoet gelopen. V: Wat vertelde [slachtoffer 2] jou precies aan de telefoon? A: [slachtoffer 2] vertelde mij aan de telefoon dat ze in een heg was geduwd door een man, ze noemde zijn naam wel, maar die weet ik nu niet meer. Ik wist wel dat ze hiermee een buurman van haar bedoelde die bij haar in de flat woonde, ergens bovenin. Hij had haar ook bij haar middel vastgepakt. Verder vertelde ze mij niets aan de telefoon, maar ik merkte wel dat ze helemaal over de rooie was.
3.
Het proces-verbaal van verhoor getuige [getuige 4] van 6 april 2020, pagina’s 26 t/m 30, voor zover inhoudende, zakelijk weergegeven als verklaring van getuige:
V: Wat heeft [slachtoffer 2] verteld over wat er met haar is gebeurd op maandag 2 september 2019? A: Zij belde mij dezelfde avond nog op en ik hoorde direct dat zij in paniek was. Ze praatte namelijk heel druk. Ik moest haar eerst tot bedaren brengen waarna zij kon vertellen wat er was gebeurd. Zij vertelde dat zij was lastig gevallen. De buurman van haar, die bij haar in het flat woont op de negende verdieping op [huisnummer] , had haar in het nauw gedreven en proberen haar te betasten en te zoenen. Toen [slachtoffer 2] de hond uit ging laten ’s avonds, ik weet niet hoe laat dit was, liep de buurman al met haar mee. Dit vond zij al niet prettig omdat deze buurman haar ook al had lastig gevallen via Instagram. Hij had rare, wat seksueel getinte, opmerkingen gemaakt via Instagram. [slachtoffer 2] heeft hem proberen duidelijk te maken dat zij alleen wilde lopen. Maar de man probeerde haar toch vast te pakken en haar te zoenen. Ik weet niet waar dit precies is gebeurd maar volgens mij wel in de buurt van de flat waarin zij woont. Zij heeft kunnen ontkomen, maar was helemaal overdonderd en wist niet wat zij moest doen. Ze belde mij en zei dat ze naar een goede vriend van haar, [getuige 3] , ging. Ik zei dat ik wel met haar aan de lijn bleef tot zij bij [getuige 3] was. Toen ze bij [getuige 3] was, heb ik
de verbinding verbroken. V: Waar heeft hij haar geprobeerd te zoenen? A: [slachtoffer 2] vertelde dat hij haar probeerde te zoenen in haar gezicht of op haar mond.
4.
Het proces-verbaal van verhoor verdachte [verdachte] van 18 juni 2020, pagina’s 50 t/m , voor zover inhoudende, zakelijk weergegeven als verklaring van verdachte:
V: Je bent aangehouden voor het aanranden van een mede flatbewoner. Wie denk je dat deze
mede flatbewoner is? A: Ik weet wel wie het is. V: [slachtoffer 2] die zich ook wel [slachtoffer 2] noemt heeft aangifte gedaan tegen jou. Jij noemde haar toen ook wel [slachtoffer 2] aan de telefoon met mij. Wie is [slachtoffer 2] ? A: Een buurvrouw. V: We hebben ook screenshots van haar Instagram waarin jij zegt: “Als ik je in je ogen wil aankijken verdrinkt ik” We laten jou deze screenshots A tot en met E zien. Er staat dat jij haar echt leuk vind. Het lijkt erop dat je dus verliefd op haar bent. Hoe kun jij dit uitleggen? A: Dat is mijn oude Insta. [naam] is mijn oude Instagram account.