Uitspraak
RECHTBANK OVERIJSSEL
[X], v.h.o.d.n.
[Y],
Rechtbank Overijssel
In deze zaak heeft de opdrachtgever de opdracht tot restauratie van een Porsche voortijdig beëindigd. De aannemer, [eiser], vorderde vergoeding van niet-genoten winst op basis van artikel 7:764 van het Burgerlijk Wetboek. De kantonrechter oordeelde dat de aannemer recht heeft op vergoeding van de niet-genoten winst, maar dat deze winstmarge nader onderbouwd moet worden. In reconventie vorderde de opdrachtgever, [gedaagde], schadevergoeding voor Porsche-onderdelen die niet zijn teruggegeven. De kantonrechter wees de schadevergoeding voor de niet-teruggegeven spatborden toe, maar verwierp de vordering voor andere onderdelen wegens onvoldoende onderbouwing en te late klacht. De kantonrechter hield verdere beslissingen aan tot het eindvonnis.