Uitspraak
RECHTBANK OVERIJSSEL
ZEUS BETON B.V.,
1.[gedaagde 1] ,
[gedaagde 2],
1.De procedure
- het tussenvonnis van 9 februari 2022
- de producties 15 en 16 van Zeus
2.Inleiding
3.De feiten
Artikel 1: Bedrag
Rechtbank Overijssel
In deze civiele procedure vorderde Zeus Beton B.V. terugbetaling van leningen die zij aan [gedaagde 1] en [gedaagde 2] had verstrekt. De rechtbank Overijssel oordeelde dat een deel van de gevorderde bedragen daadwerkelijk was uitgeleend en dat de borgstelling van [gedaagde 1] in stand was gebleven. De rechtbank wees de vordering tot terugbetaling van € 16.731,51 toe, vermeerderd met contractuele en wettelijke rente. De rechtbank oordeelde dat de echtgenote van [gedaagde 1] geen toestemming had hoeven geven voor de borgstelling, omdat deze was aangegaan in het kader van de normale uitoefening van het bedrijf van de besloten vennootschap waar [gedaagde 1] bestuurder van was. De rechtbank wees ook de vordering tot terugbetaling van de rekening-courant vorderingen toe, waarbij [gedaagde 1] en [gedaagde 2] hoofdelijk aansprakelijk werden gesteld voor de terugbetaling van in totaal € 46.759,36, vermeerderd met wettelijke handelsrente. De proceskosten werden eveneens aan de gedaagden opgelegd.