Uitspraak
RECHTBANK OVERIJSSEL
wonende te [woonplaats],
Rechtbank Overijssel
In deze zaak vordert eiser, handelend onder de naam A-Z INSTALLATIETECHNIEK, betaling van een factuur van € 1.124,64 voor werkzaamheden die hij zou hebben uitgevoerd voor gedaagde. Gedaagde betwist echter dat deze werkzaamheden zijn uitgevoerd. De procedure begon met een dagvaarding op 1 oktober 2021, gevolgd door conclusies van antwoord, repliek en dupliek. De kantonrechter heeft op 1 februari 2022 vonnis gewezen.
De kantonrechter oordeelt dat eiser onvoldoende heeft aangetoond dat hij de werkzaamheden heeft uitgevoerd waarvoor hij betaling vordert. Eiser heeft de ondertekende offerte overgelegd, maar gedaagde heeft betwist dat de werkzaamheden zijn uitgevoerd. De kantonrechter stelt vast dat eiser niet heeft aangetoond dat hij recht heeft op betaling vóórdat de werkzaamheden zijn uitgevoerd. Er is geen bewijs dat er een betalingsregeling is getroffen die gedaagde verplichtte tot betaling voor de uitvoering van de werkzaamheden.
De kantonrechter wijst de vordering van eiser af en veroordeelt hem in de proceskosten, die aan de zijde van gedaagde op nihil worden begroot, aangezien gedaagde zonder professionele rechtsbijstand heeft geprocedeerd. Het vonnis is openbaar uitgesproken op 1 februari 2022 door mr. S.J.S. Groeneveld - Koekkoek.