ECLI:NL:RBOVE:2022:4016

Rechtbank Overijssel

Datum uitspraak
29 december 2022
Publicatiedatum
2 januari 2023
Zaaknummer
10244125 \ CV EXPL 22-4604
Instantie
Rechtbank Overijssel
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht
Procedures
  • Kort geding
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Verduurzamings- en renovatiewerkzaamheden aan huurwoning

In deze zaak heeft Woningstichting Domijn een kort geding aangespannen tegen een gedaagde huurder, die niet verschenen was. Domijn vorderde toestemming om verduurzamings- en renovatiewerkzaamheden uit te voeren aan de woning van de gedaagde, gelegen aan [het adres] te [plaats], in de periode van januari tot en met april 2023. De procedure begon met een dagvaarding op 21 december 2022, waarin Domijn de gedaagde opriep om ter zitting te verschijnen. De gedaagde heeft echter geen verweer gevoerd en is niet verschenen, waardoor verstek is verleend.

Domijn heeft in de procedure uiteengezet dat zij eigenaar is van de woning en dat zij sinds 29 juli 1999 deze woning verhuurt aan de gedaagde. In mei 2021 heeft Domijn besloten om een deel van haar woningbestand te verduurzamen en te renoveren, waarbij het complex waarin de gedaagde woont, ook in aanmerking komt. De huurders zijn geïnformeerd over de plannen en meer dan 70% heeft ingestemd met het renovatievoorstel. De gedaagde heeft echter het deelnameformulier niet ondertekend en heeft geen bezwaar gemaakt tegen de renovatie.

De kantonrechter heeft geoordeeld dat de vordering van Domijn niet onrechtmatig of ongegrond is en heeft de vordering toegewezen. De rechter heeft Domijn gemachtigd om de werkzaamheden uit te voeren en de gedaagde veroordeeld om de werkzaamheden toe te laten en medewerking te verlenen. Daarnaast is de gedaagde veroordeeld in de proceskosten, die zijn begroot op € 753,43. Het vonnis is uitgesproken op 29 december 2022 door mr. K.J. Haarhuis.

Uitspraak

RECHTBANK OVERIJSSEL

Team kanton en handelsrecht
Zittingsplaats Enschede
Zaaknummer : 10244125 \ CV EXPL 22-4604
Vonnis in kort geding van 29 december 2022
in de zaak van
de stichting
WONINGSTICHTING DOMIJN,
gevestigd en kantoorhoudende te Enschede,
eisende partij,
hierna te noemen: Domijn,
gemachtigde: mr. A.G.J. Lummen-Kamst,
advocaat te Deventer,
tegen
[gedaagde],
wonende te [woonplaats] ,
gedaagde partij,
hierna te noemen: [gedaagde] ,
niet verschenen noch vertegenwoordigd.

1.De procedure

1.1.
Het verloop van de procedure blijkt uit:
de namens Domijn betekende dagvaarding van 21 december 2022, waarbij Domijn een vordering heeft ingesteld tot het treffen van een voorlopige voorziening en [gedaagde] heeft opgeroepen ter zitting in kort geding te verschijnen.
1.1.
De vordering is behandeld ter zitting van donderdag 29 december 2022.
Domijn, verschenen bij [A] , [B] , [C] en [D] , is verschenen, bijgestaan door haar gemachtigde mr. Lummen-Kamst.
Tegen de niet verschenen [gedaagde] is verstek verleend.
1.2.
Domijn heeft haar standpunt laten toelichten door haar gemachtigde, die daarbij gebruik heeft gemaakt van pleitaantekeningen.
1.3.
Ten slotte is vonnis bepaald.

2.De feiten

2.1.
Domijn is eigenaar van de woning, staande en gelegen aan [het adres] te [plaats] . Domijn verhuurt deze woning met ingang van 29 juli 1999 aan [gedaagde] .
2.2.
In mei 2021 heeft Domijn besloten om een deel van haar woningbestand te verduurzamen en te renoveren. Een van de woningcomplexen van Domijn die in aanmerking komt voor verduurzamings- en renovatiewerkzaamheden is het complex gelegen aan [de adressen] , hierna te noemen: het complex. Het gaat in totaal om 78 woningen.
2.3.
Het definitieve renovatievoorstel is middels een folder op 19 mei 2022 aan de huurders van het complex verstrekt. Naast deze folder is ter ondertekening een deelnameformulier aan de betrokken huurders verstrekt.
2.4.
[gedaagde] heeft het deelnameformulier niet ondertekend.
2.5.
Bij brief van 16 juni 2022 is [gedaagde] geïnformeerd dat meer dan 70% van de huurders van het complex heeft ingestemd met het renovatievoorstel.
2.6.
[gedaagde] is bij brief van 28 juni 2022, welke brief eveneens per deurwaardersexploot d.d. 29 juni 2022 aan haar is betekend, erop gewezen dat ze binnen acht weken na ontvangst van de brief bij de rechter bezwaar kan maken tegen de redelijkheid van het renovatievoorstel en dat de renovatie van het gehuurde doorgaat als ze niet binnen die termijn van acht weken hiervan gebruik maakt.
2.7.
[gedaagde] heeft geen gebruik gemaakt van de mogelijkheid bezwaar bij de rechter te maken.

3.Het geschil en de beoordeling

3.1.
Bij de dagvaarding zijn de voorgeschreven termijnen en formaliteiten in acht genomen.
3.2.
Domijn vordert - samengevat - dat zij wordt gemachtigd om de geplande verduurzamings- en renovatiewerkzaamheden in en nabij de woning van [gedaagde] uit te laten voeren in de periode van januari tot en met april 2023.
3.3.
De vordering komt de kantonrechter niet onrechtmatig of ongegrond voor en behoort daarom te worden toegewezen, met dien verstande dat de gevorderde ontruiming toewijsbaar is als hierna te vermelden.
3.4.
[gedaagde] zal als de in het ongelijk gestelde partij in de kosten van deze procedure worden veroordeeld, tot op vandaag aan de zijde van Domijn gevallen en begroot op € 753,43, te weten een bedrag van € 127,43 aan explootkosten, een bedrag van € 128,00 aan griffierecht en een bedrag van € 498,00 aan salaris van de gemachtigde.

4.De beslissing in kort geding

de kantonrechter:
4.1.
machtigt Domijn om de geplande werkzaamheden, zoals specifiek omschreven in de aan dit vonnis gehechte producties 4, 5, 6, en 7 en concreet uitgewerkt in de planning als vermeld in de aan dit vonnis gehechte productie 18, in en nabij de woning te [plaats] aan [het adres] , welke Domijn aan [gedaagde] verhuurt, uit te laten voeren in de periode van januari tot en met april 2023, iedere werkdag van 7:00 uur in de morgen tot uiterlijk 17:00 uur in de namiddag;
4.2.
veroordeelt [gedaagde] om, onmiddellijk na betekening van dit vonnis, de geplande werkzaamheden zoals specifiek omschreven in de aan dit vonnis gehechte producties 4, 5, 6, en 7 en concreet uitgewerkt in de planning als vermeld in de aan dit vonnis gehechte productie 18 toe te laten, te gehengen en te gedogen en daaraan de nodige medewerking te verlenen, waaronder begrepen het verschaffen van toegang tot het gehuurde aan medewerkers van Domijn en/of derden die opdracht hebben gekregen de werkzaamheden uit te voeren;
4.3.
veroordeelt [gedaagde] , wanneer zij niet vrijwillig aan de hiervoor onder 4.2. opgenomen veroordeling voldoet, om uiterlijk binnen 3 dagen na betekening van dit vonnis, het woonhuis met berging staande en gelegen te [plaats] aan [het adres] met al het hare en de haren, tijdelijk voor de duur van de onderhouds- verduurzamings- en renovatiewerkzaamheden, te ontruimen, te bewerkstelligen door de gerechtsdeurwaarder overeenkomstig het bepaalde in de artikelen 558 sub a. en sub b. jo. 556 lid 1 jo. 557 Rv.;
4.4.
veroordeelt [gedaagde] in de kosten van deze procedure tot op heden aan de zijde [gedaagde] begroot op € 753,43, te vermeerderen met de wettelijke rente vanaf 14 dagen na betekening van dit vonnis tot aan de dag van algehele voldoening hiervan;
4.5.
verklaart dit vonnis tot zover uitvoerbaar bij voorraad;
4.6.
wijst af het meer of anders gevorderde.
Dit vonnis is gewezen door mr. K.J. Haarhuis, kantonrechter, en in het openbaar uitgesproken op 29 december 2022.
(SL(O)