Uitspraak
RECHTBANK OVERIJSSEL
1.Het onderzoek op de terechtzitting
2.De tenlastelegging
3.De voorvragen
4.De bewijsmotivering
“Auw, laat los.”Ook bevestigen zij dat verdachte [verbalisant 2] een trap tegen haar scheenbeen gaf. [8]
geef de telefoon terug”tegen een man. [getuige 3] zag dat de man de andere man een klap op zijn hoofd gaf, waarna de bril van zijn hoofd viel en zag dat hij de telefoon vervolgens kapot gooide. De man en vrouw vertelden [getuige 3] dat ze beroofd waren van een telefoon en dat deze telefoon nu kapot was. Ook zag [getuige 3] dat de bril van de man kapot was. [22]
5.De strafbaarheid van het bewezen verklaarde
feitelijke aanranding van de eerbaarheid
mishandeling, terwijl het misdrijf wordt gepleegd tegen een ambtenaar gedurende de rechtmatige uitoefening van zijn bediening
mishandeling
diefstal
diefstal, gevolgd van geweld tegen personen, gepleegd met het oogmerk om, bij betrapping op heterdaad, aan zichzelf het bezit van het gestolene te verzekeren
diefstal, vergezeld van geweld tegen personen, gepleegd met het oogmerk om die diefstal gemakkelijk te maken
opzettelijk en wederrechtelijk enig goed dat geheel of ten dele aan een ander toebehoort, vernielen
mishandeling
6.De strafbaarheid van verdachte
7.De op te leggen straf of maatregel
8.De schade van benadeelden
10.De beslissing
feitelijke aanranding van de eerbaarheid
mishandeling, terwijl het misdrijf wordt gepleegd tegen een ambtenaar gedurende de rechtmatige uitoefening van zijn bediening
mishandeling
diefstal
diefstal, gevolgd van geweld tegen personen, gepleegd met het oogmerk om, bij betrapping op heterdaad, aan zichzelf het bezit van het gestolene te verzekeren
diefstal, vergezeld van geweld tegen personen, gepleegd met het oogmerk om die diefstal gemakkelijk te maken
opzettelijk en wederrechtelijk enig goed dat geheel of ten dele aan een ander toebehoort, vernielen
mishandeling
- veroordeelt verdachte tot een
- bepaalt dat van deze gevangenisstraf een gedeelte van
- stelt als
bijzondere voorwaardendat verdachte:
- zich gedurende de proeftijd meldt bij Reclassering Nederland, Tubantiasingel 5, 7514 AA te Enschede (088-0654200) op de door de reclassering te bepalen tijdstippen en locaties, zo vaak en zo lang de reclassering dat nodig acht;
- opgenomen blijft in de FPA Transfore in Almelo, of een soortgelijke zorginstelling, te bepalen door de justitiële instantie die verantwoordelijk is voor plaatsing, en zich zal houden aan de huisregels en de aanwijzingen die de zorginstelling geeft voor de behandeling. De opname duurt een jaar of zoveel korter als de reclassering nodig vindt. Indien de reclassering een overgang naar ambulante zorg, begeleid wonen of maatschappelijke opvang gewenst vindt, werkt de verdachte mee aan de indicatiestelling en plaatsing;
- zich, aansluitend op de klinische opname, ambulant zal laten behandelen door Transfore of een soortgelijke zorgverlener, te bepalen door de reclassering en zich zal houden aan de huisregels en de aanwijzingen die de zorgverlener geeft voor de behandeling. De behandeling duurt de gehele proeftijd of zoveel korter als de reclassering nodig vindt;
- zal verblijven in een instelling voor beschermd wonen of maatschappelijke opvang, aansluitend op de klinische behandeling en in geval de reclassering dat nodig acht, te bepalen door de reclassering en verdachte zal zich houden aan de huisregels en het dagprogramma dat de instelling in overleg met de reclassering voor hem heeft opgesteld. Het verblijf duurt de gehele proeftijd of zoveel korter als de reclassering nodig vindt;
- zal meewerken aan ambulante begeleiding door een door de reclassering nader te bepalen instelling en zal zich houden zich aan de afspraken en regels die daarbij gelden.
daarbij gelden als voorwaarden van rechtswege dat de verdachte:
- beveelt dat de op grond van artikel 14c Sr gestelde voorwaarden en het op grond van artikel 14c, zesde lid, Sr uit te oefenen toezicht,
- bepaalt dat de tijd die de verdachte voor de tenuitvoerlegging van deze uitspraak in verzekering en voorlopige hechtenis heeft doorgebracht, bij de uitvoering van de gevangenisstraf
wijstde vordering van de benadeelde partij [verbalisant 1]
toetot een bedrag
van
- veroordeelt de verdachte tot betaling aan de benadeelde partij [verbalisant 1] (feit 2 onder het parketnummer 08.319251.21) van een bedrag van € 150,00 (te vermeerderen met de wettelijke rente vanaf 25 november 2021);
- veroordeelt de verdachte daarnaast in de kosten van het geding door de benadeelde partij gemaakt, tot op heden begroot op nihil alsook in de kosten van betekening van dit vonnis, de in verband met de tenuitvoerlegging van dit vonnis nog te maken kosten en de kosten vallende op de invordering;
- legt de
- bepaalt dat als de verdachte heeft voldaan aan zijn verplichting tot betaling aan de Staat der Nederlanden van bedoeld bedrag daarmee de verplichting van de verdachte om aan de benadeelde partij het bedrag te betalen, komt te vervallen, en andersom, als de verdachte aan de benadeelde partij het verschuldigde bedrag heeft betaald, dat daarmee de verplichting tot betaling aan de Staat der Nederlanden van dat bedrag komt te vervallen;
- wijstde vordering voor
het overige af;
- wijstde vordering van de benadeelde partij [verbalisant 2]
toetot een bedrag van
€ 150,00(bestaande uit immateriële schade); - veroordeelt de verdachte tot betaling aan de benadeelde partij [verbalisant 2] (feit 3 onder het parketnummer 08.319251.21) van een bedrag van € 150,00 (te vermeerderen met de wettelijke rente vanaf 25 november 2021);
- veroordeelt de verdachte daarnaast in de kosten van het geding door de benadeelde partij gemaakt, tot op heden begroot op nihil alsook in de kosten van betekening van dit vonnis, de in verband met de tenuitvoerlegging van dit vonnis nog te maken kosten en de kosten vallende op de invordering;
- legt de
- bepaalt dat als de verdachte heeft voldaan aan zijn verplichting tot betaling aan de Staat der Nederlanden van bedoeld bedrag daarmee de verplichting van de verdachte om aan de benadeelde partij het bedrag te betalen, komt te vervallen, en andersom, als de verdachte aan de benadeelde partij het verschuldigde bedrag heeft betaald, dat daarmee de verplichting tot betaling aan de Staat der Nederlanden van dat bedrag komt te vervallen;
- wijstde vordering voor
het overige af;
- wijstde vordering van de benadeelde partij [slachtoffer 2]
toetot een bedrag van
€ 150,00(bestaande uit immateriële schade); - veroordeelt de verdachte tot betaling aan de benadeelde partij [slachtoffer 2] (feit 1 onder het parketnummer 08.313795.21) van een bedrag van € 150,00 (te vermeerderen met de wettelijke rente vanaf 20 november 2021);
- veroordeelt de verdachte daarnaast in de kosten van het geding door de benadeelde partij gemaakt, tot op heden begroot op nihil alsook in de kosten van betekening van dit vonnis, de in verband met de tenuitvoerlegging van dit vonnis nog te maken kosten en de kosten vallende op de invordering;
- legt de
- bepaalt dat als de verdachte heeft voldaan aan zijn verplichting tot betaling aan de Staat der Nederlanden van bedoeld bedrag daarmee de verplichting van de verdachte om aan de benadeelde partij het bedrag te betalen, komt te vervallen, en andersom, als de verdachte aan de benadeelde partij het verschuldigde bedrag heeft betaald, dat daarmee de verplichting tot betaling aan de Staat der Nederlanden van dat bedrag komt te vervallen;
- wijstde vordering voor
het overige af;
wijstde vordering van de benadeelde partij [slachtoffer 5]
toetot een bedrag van
- veroordeelt de verdachte tot betaling aan de benadeelde partij [slachtoffer 5] (onder het parketnummer 08.307731.21) van een bedrag van € 150,00 (te vermeerderen met de wettelijke rente vanaf 13 november 2021);
- veroordeelt de verdachte daarnaast in de kosten van het geding door de benadeelde partij gemaakt, tot op heden begroot op nihil alsook in de kosten van betekening van dit vonnis, de in verband met de tenuitvoerlegging van dit vonnis nog te maken kosten en de kosten vallende op de invordering;
- legt de
- bepaalt dat als de verdachte heeft voldaan aan zijn verplichting tot betaling aan de Staat der Nederlanden van bedoeld bedrag daarmee de verplichting van de verdachte om aan de benadeelde partij het bedrag te betalen, komt te vervallen, en andersom, als de verdachte aan de benadeelde partij het verschuldigde bedrag heeft betaald, dat daarmee de verplichting tot betaling aan de Staat der Nederlanden van dat bedrag komt te vervallen;
- wijstde vordering voor
het overige af;
wijstde vordering van de benadeelde partij [slachtoffer 4]
toetot een bedrag van
- veroordeelt de verdachte tot betaling aan de benadeelde partij [slachtoffer 4] (onder het parketnummer 08.307731.21) van een bedrag van € 150,00 (te vermeerderen met de wettelijke rente vanaf 13 november 2021);
- veroordeelt de verdachte daarnaast in de kosten van het geding door de benadeelde partij gemaakt, tot op heden begroot op nihil alsook in de kosten van betekening van dit vonnis, de in verband met de tenuitvoerlegging van dit vonnis nog te maken kosten en de kosten vallende op de invordering;
- legt de
- bepaalt dat als de verdachte heeft voldaan aan zijn verplichting tot betaling aan de Staat der Nederlanden van bedoeld bedrag daarmee de verplichting van de verdachte om aan de benadeelde partij het bedrag te betalen, komt te vervallen, en andersom, als de verdachte aan de benadeelde partij het verschuldigde bedrag heeft betaald, dat daarmee de verplichting tot betaling aan de Staat der Nederlanden van dat bedrag komt te vervallen;
- wijstde vordering voor
het overige af;
- wijstde vordering van de benadeelde partij [slachtoffer 6]
toetot een bedrag van
€ 158,40(bestaande uit materiële schade) - veroordeelt de verdachte tot betaling aan de benadeelde partij [slachtoffer 6] (feit 1 en 2 onder het parketnummer 08.301629.21) van een bedrag van € 158,40 (te vermeerderen met de wettelijke rente vanaf 6 november 2021);
- veroordeelt de verdachte daarnaast in de kosten van het geding door de benadeelde partij gemaakt, tot op heden begroot op nihil alsook in de kosten van betekening van dit vonnis, de in verband met de tenuitvoerlegging van dit vonnis nog te maken kosten en de kosten vallende op de invordering;
- legt de
- verplichting tot betaling aan de Staat der Nederlanden van bedoeld bedrag daarmee de verplichting van de verdachte om aan de benadeelde partij het bedrag te betalen, komt te vervallen, en andersom, als de verdachte aan de benadeelde partij het verschuldigde bedrag heeft betaald, dat daarmee de verplichting tot betaling aan de Staat der Nederlanden van dat bedrag komt te vervallen;
- wijstde vordering voor
het overige af;
- wijstde vordering van de benadeelde partij [slachtoffer 7]
toetot een bedrag
van € 419,00(bestaande uit materiële schade); - veroordeelt de verdachte tot betaling aan de benadeelde partij [slachtoffer 7] (feit 3 onder het parketnummer 08.301629.21) van een bedrag van € 419,00 (te vermeerderen met de wettelijke rente vanaf 6 november 2021);
- veroordeelt de verdachte daarnaast in de kosten van het geding door de benadeelde partij gemaakt, tot op heden begroot op nihil alsook in de kosten van betekening van dit vonnis, de in verband met de tenuitvoerlegging van dit vonnis nog te maken kosten en de kosten vallende op de invordering;
- legt de
heft op het geschorste beveltot voorlopige hechtenis met ingang van heden.