Uitspraak
RECHTBANK OVERIJSSEL
DEN HOLLANDSCHE B.V., mede handelend onder de naam
DEN HOLLANDSCHE GEDENKTEKENS,
gevestigd in Zwolle en kantoorhoudende in Elst,
1.[gedaagde sub 1] ,wonende in [woonplaats] ,
[V],
gevestigd in [vestigingsplaats] en kantoorhoudende in [kantoorplaats] ,
1.De procedure
2.Inleiding
3.De feiten
4.Het geschil
primairdat de kantonrechter bij vonnis, uitvoerbaar bij voorraad, [gedaagde sub 1] veroordeelt om aan Den Hollandsche te betalen:
subsidiairnakoming van de – in dat geval rechtsgeldig met [gedaagde sub 2] gesloten – huurovereenkomst en veroordeling van [gedaagde sub 2] om aan Den Hollandsche te betalen:
5.De beoordeling
6.De beslissing
dinsdag 28 maart 2023voor uitlating door [gedaagde sub 1] , of hij bewijs wil leveren door het overleggen van bewijsstukken, door het horen van getuigen en/of door een ander bewijsmiddel;
dinsdag 28 maart 2023in het geding moet brengen;
dinsdag 28 maart 2023de namen van de te horen getuigen moet opgeven;
dinsdag 28 maart 2023schriftelijk 20 verhinderdata (of 40 verhinderingsdagdelen) moeten opgeven voor de drie maanden volgend op deze rolzitting, waarna datum en tijdstip van het mogelijke getuigenverhoor zullen worden bepaald;