2.55.Bij brief van 20 maart 2023 heeft [naam 8] aan [verweerder] het volgende bericht:
“Ik heb in februari 2023 de rol van casemanager voor jouw re-integratie op mij genomen.
Jij had eind vorig jaar aangegeven zowel de re-integratie als jouw herplaatsing tot een succes te willen brengen, maar je was van mening dat dit op een aantal onderdelen niet goed werd vormgegeven door Windesheim. Windesheim heeft hierop besloten aan jouw kritiek tegemoet te komen en ben ik gevraagd om het case-management een nieuwe kans te geven. We hebben een voorstel gedaan en jij was met de voorgestelde aanpak akkoord.
Na een valse start op 16 februari 2023, waarbij je niet met mij in gesprek wilde met [naam 9] erbij, hebben we voor het eerst met elkaar gesproken op 21 februari 2023.
Eén van de met jou gemaakte afspraken betrof het gezamenlijk opstellen van het plan van aanpak, overigens een verplichting onder de Wet Verbetering Poortwachter. Die heb jij van mij op 17 februari 2023 ontvangen zodat we die in ons gesprek op 21 februari 2023 konden doornemen.
In ons gesprek op 21 februari gaf je aan dat je je in een aantal punten van het plan van aanpak niet kon vinden. We spraken af dat je deze punten zou mailen voorafgaand aan ons volgende overleg, te weten 10 maart 2023.
Tijdens dit gesprek gaf je aan dat je het niet eens was met het plan van aanpak en dat het bij je jurist lag. Inhoudelijk wilde je het plan van aanpak niet bespreken.
In mijn mail van 14 maart 2023 heb ik opnieuw aandacht gevraagd voor het plan van aanpak en heb ik aangegeven dat het noodzakelijk is om van jou een inhoudelijke reactie te ontvangen en dat we in gesprek moeten blijven over het plan van aanpak. Dat is immers ook de leidraad voor het re-integratietraject en draagt bij aan een succesvolle herplaatsing. Ik heb je opnieuw gevraagd om jouw punten uiterlijk op 17 maart door te geven.
Een andere met jou gemaakte afspraak is het hervatten van de re-integratieopdracht bij Living Labs. Je blijkt echter nog steeds niet hiermee gestart. Sterker nog: je hebt te kennen gegeven nog 2 weken bedenktijd nodig te hebben en dat je je afvroeg of je wel ging samenwerken met [naam 10]. Ook zou je slechts 2 dagdelen per week beschikbaar zijn. We hebben hier uitgebreid in onze gesprekken bij stilgestaan en geconcludeerd dat er jou niets in de weg staat om te starten. De bedrijfsarts heeft ook niet aangegeven dat er een beperking is tot 2 dagdelen per week. Ik heb dan ook aangegeven dat ik verwacht dat je zou starten met de re-integratieopdracht.
Ik moet constateren dat ik op 17 maart 2023 geen reactie van jou of jouw jurist heb ontvangen, noch over het plan van aanpak noch over starten met de re-integratieopdracht. Je hebt enkel te kennen gegeven dat het plan van aanpak bij je jurist ligt. Dat was niet de afspraak. Ik kan dan ook niet anders dan constateren dat je hiermee niet voldoet aan de re-integratieverplichtingen die volgen uit de Wet verbetering Poortwachter en de Ziekte Arbeidsongeschiktheidsregeling Hoger Beroepsonderwijs (ZA-HBO).
Al eerder ben je hierop gewezen. Op 29 september 2022 en 25 oktober 2022 ben je gewezen op je re-integratieverplichtingen. Ook heb je op 9 november 2022 het besluit ontvangen dat jouw loon gestaakt wordt vanwege het niet voldoen aan jouw re-integratieverplichtingen.
Doordat we niet tot een gezamenlijke aanpak komen over jouw re-integratie stagneert jouw re-integratie. Simpelweg omdat we niet in gesprek komen hoe en op welke wijze we aan jouw re-integratie kunnen werken.
Naast afspraken over jouw re-integratie hebben wij ook afspraken gemaakt over het vinden van een nieuwe werkplek voor jou binnen Windesheim. Je hebt immers bij herhaling aangegeven dat jij dat ook wil. Dit schrijf jij ook weer in jouw mail van 17 maart.
Hierover moet mij wel van het hart dat ik daar ondertussen mijn twijfels over heb. De afgelopen anderhalve maand heb ik namelijk een zeer moeizame samenwerking met jou ervaren. De communicatie verloopt slecht, je houdt je niet aan de afspraken en stelt doorlopend allerlei zaken uit het verleden ter discussie. Daarnaast trek je zonder enig overleg volledig je eigen plan.
Zoals ik al meerdere keren heb aangegeven ben ik dit traject met jou aangegaan om de re-integratie vlot te trekken en te komen tot een succesvolle herplaatsing. Ik heb mij hier open in gesteld en heb ook de nodige inspanningen geleverd om jou op weg te helpen. Door jouw opstellen heb ik sterk mijn twijfels of onze samenwerking voortgezet kan worden.
Ik roep je dan ook op om je actief in te zetten en als goed werknemer op te stellen.
Gelet op bovenstaande ben ik van mening dat je zonder deugdelijke grond niet meewerkt aan het opstellen van het plan van aanpak en in gebreke blijft om passende arbeid te verrichten. Hiermee heb je zonder reden niet voldaan aan redelijke voorschriften die in het kader van jouw re-integratie zijn gesteld. Het niet voldoen aan je re-integratieverplichtingen is reden om het loon te staken, zie artikel 7:629 lid 3 onder c en e van het Burgerlijk Wetboek en artikel 15 lid 1 onder h en j van de ZA-HBO.
Ik zal voor nu hier niet toe overgaan. Je mag dit beschouwen als een laatste waarschuwing en een nadrukkelijke oproep om je actief in te zetten voor jouw re-integratie. Bij een volgende constatering van het niet nakomen van jouw re-integratie verplichtingen, zal ik daadwerkelijk de loonstaking toepassen.
Dit betekent dat ik van jou verwacht dat jouw reactie op het plan van aanpak voor ons overleg op 21 maart 2023 uiterlijk om 12:00 uur binnen is. Voorts verwacht ik dat we tijdens dit gesprek tot een getekend plan van aanpak komen en concrete afspraken maken over de start met de re-integratieopdracht.Ik hoop dat je deze boodschap ter harte neemt en je je actief inzet om te komen tot een succesvolle re-integratie en herplaatsing ”