Uitspraak
RECHTBANK Overijssel
1.De procedure
- de conclusie van antwoord,
- de mondelinge behandeling van 11 augustus 2023, waarvan door de griffier aantekeningen zijn gemaakt.
Rechtbank Overijssel
In deze zaak heeft de voorzieningenrechter van de Rechtbank Overijssel op 25 augustus 2023 uitspraak gedaan in een kort geding waarin [eiser] verzocht om opheffing van een conservatoir beslag dat door [gedaagde] was gelegd op zijn bankrekening. Het beslag was gelegd om zekerheid te bieden voor de betaling van kinderalimentatie, die [eiser] verplicht was te betalen aan [gedaagde] na hun echtscheiding. De voorzieningenrechter oordeelde dat het belang van [gedaagde] bij behoud van het beslag zwaarder weegt dan het belang van [eiser] bij opheffing. De voorzieningenrechter overwoog dat [eiser] onvoldoende aannemelijk had gemaakt dat het betalen van de kinderalimentatie voor hem de hoogste prioriteit heeft, vooral gezien zijn huidige financiële situatie en het feit dat hij gedetineerd is.
De procedure begon met een dagvaarding op 3 juli 2023, gevolgd door een mondelinge behandeling op 11 augustus 2023. Tijdens de behandeling werd duidelijk dat [eiser] geen achterstand had in de betaling van de kinderalimentatie, maar dat hij ook geen vast inkomen had door zijn detentie. De voorzieningenrechter benadrukte dat de belangen van de kinderen voorop staan en dat [eiser] zijn resterende vermogen moet aanwenden om aan zijn onderhoudsverplichtingen te voldoen. De voorzieningenrechter wees de vordering van [eiser] tot opheffing van het beslag af en compenseerde de proceskosten tussen partijen, zodat iedere partij de eigen kosten draagt.