ECLI:NL:RBOVE:2023:3886

Rechtbank Overijssel

Datum uitspraak
26 september 2023
Publicatiedatum
4 oktober 2023
Zaaknummer
10325293 \ CV EXPL 23-296
Instantie
Rechtbank Overijssel
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht
Procedures
  • Eerste aanleg - enkelvoudig
Rechters
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Vordering tot ontbinding van koopovereenkomst pony wegens non-conformiteit en dwaling

In deze zaak heeft eiseres een pony gekocht van gedaagde, bedoeld voor haar dochter als dressuurpony. Eiseres stelt dat de pony gebreken vertoont die deze ongeschikt maken voor dressuur, en heeft de overeenkomst buitengerechtelijk ontbonden. Gedaagde betwist deze claim en stelt dat de pony bij verkoop geen gebreken had. De kantonrechter oordeelt dat niet is aangetoond dat de pony niet geschikt is als dressuurpony. De rechter wijst de vorderingen van eiseres af en veroordeelt haar in de proceskosten. De zaak draait om de vraag of de pony voldeed aan de verwachtingen van eiseres op basis van de koopovereenkomst en of er sprake was van non-conformiteit of dwaling. De rechter concludeert dat eiseres niet voldoende bewijs heeft geleverd voor haar claims en dat de pony, ondanks de geconstateerde gebreken, niet ongeschikt is voor het beoogde gebruik. De proceskosten worden vastgesteld op € 660,00, te vermeerderen met wettelijke rente.

Uitspraak

RECHTBANKOVERIJSSEL
Civiel recht
Kantonrechter
Zittingsplaats Almelo
Zaaknummer: 10325293 \ CV EXPL 23-296
Vonnis van 26 september 2023
in de zaak van
[eiseres],
te [woonplaats] ,
eisende partij,
hierna te noemen: [eiseres] ,
gemachtigde: mr. C.A.M.J.M. Joosten
tegen
[gedaagde],
te Rijssen,
gedaagde partij,
hierna te noemen: [gedaagde] ,
gemachtigde: mr. T.A.M. van Oosterhout.

1.De zaak in het kort

1.1.
[eiseres] heeft een pony van [gedaagde] gekocht voor haar dochter bedoeld voor dressuur. De pony is volgens [eiseres] niet geschikt voor dat gebruik. Daarom heeft [eiseres] de overeenkomst buitengerechtelijk ontbonden. In deze procedure vordert [eiseres] o.a. terugbetaling van de koopprijs en een schadevergoeding. [gedaagde] is niet akkoord gegaan met de buitengerechtelijke ontbinding. Zij voert aan de pony tot aan de aflevering normaal functioneerde en niet bekend was met gebreken of gezondheidsproblemen. Ook vindt zij de gevorderde schadeposten te hoog.
1.2.
De kantonrechter oordeelt dat niet is gebleken dat de pony niet geschikt is als dressuurpony. Gelet hierop heeft [eiseres] de koopovereenkomst onterecht ontbonden. De vorderingen van [eiseres] worden daarom afgewezen. Dit oordeel zal hierna worden toegelicht.

2.De procedure

2.1.
Het verloop van de procedure blijkt uit:
  • de dagvaarding,
  • de conclusie van antwoord,
  • het tussenvonnis van 23 mei 2023 waarin een mondelinge behandeling is bepaald,
  • de akte van [gedaagde] van 10 juli 2023 met productie 9,
  • de akte vermeerdering van eis van [eiseres] van 31 augustus 2023 met productie 10,
  • de mondelinge behandeling heeft op 31 augustus 2023 plaatsgevonden. Daarbij is [eiseres] verschenen, bijgestaan door mr. L.A.W. Hermans en [gedaagde] , bijgestaan door mr. T.A.M. van Oosterhout,
  • de pleitnota van [eiseres] .
2.2.
Hierna volgt het vonnis.

3.De feiten

3.1.
In september 2022 heeft [gedaagde] de pony Milan (hierna: de pony) op sporthorses.nl te koop aangeboden als lieve dressuurpony/kinderpony. De pony was op dat moment ruim 15 jaar oud.
3.2.
Op 1 oktober 2022 is tussen partijen een koopovereenkomst tot stand gekomen op grond waarvan [gedaagde] de pony heeft verkocht, waarna de pony is geleverd aan [eiseres] voor een koopsom van € 4.500,-.
3.3.
Op 8 november 2022 heeft [eiseres] per WhatsAppbericht aan [gedaagde] het volgende medegedeeld:
“(..) Hey [naam 1] , ik vindt het heel vervelend om te zeggen maar Milan heeft extreem veel pijn in de rug. [naam 2] kan er al zeker 2 weken niet op rijden en verder is ie ronduit wild. Het lijkt of ie voor de pijn wegrend maar hij accepteert geen zadel meer op de rug. Daarnaast heb ik hem zojuist behandeld en ook daar kwamen zeer pijnlijke schouders naar voren. Het aansingelen van de Equissage was ook explosief. Ik kan me niet voorstellen dat dit in de laatste weken dat hij hier is veroorzaakt is. Gezien [naam 2] er nog maar 2 keer opgezeten heeft. Graag hoor ik even van je terug. Hoe we dit kunnen oplossen? Wij hebben nu namelijk een pony waar we niks mee kunnen. Groetjes [naam 3] .(..)”.
Hierop heeft [gedaagde] diezelfde dag gereageerd:
“(..) Dit is een beeld wat ik niet herken. Wij hebben nooit problemen gehad. Wij hebben regelmatig de zadelmaker en ook de fysio bijneem gehad.(..)”
3.4.
Op 18 november 2022 heeft [eiseres] het paard laten controleren bij paardenkliniek De Watermolen. Drs. A.C. Hoogendoorn heeft, voor zover van belang, het volgende geconstateerd:
“(..) Reden bezoek/anamnese: Pony loopt niet goed, is sinds een maand in het bezit van deze eigenaresse. Pony is voor de dochter, staakt tijdens het rijden.
Bevindingen: I/P: pony, wat lang in het haar, staat matig op de voeten, is wat bloot in de bovenlijn.
Loopt eerst redelijk rad
Buigpr. L-R-/+
Spatpr. L-/+R+
Volte L; L-R-/+R:R+L-
Longe: loopt redelijk, maar RV niet goed.
Gezien de klachten röntgen onderzoek doen en kijken of er aanwijzingen voor chronische problemen zijn.
Rö: sprong RA: geen bijz.
RV hoef: op LM wat verandering van stand hoefbeen in hoornschoen
Hoefkatrol R: onreg. Voedingskanalen, klasse 3
Rug, geen bezwaar, iets vernauwing, klasse 2 (uit 7)
Bij onderzoek hoef wat verbrede witte lijn
Diagnose:
Advies/therapie: Heeft verhoogd risico voor het gebruik als rijpony.(..)”.
3.5.
Op 18 november 2022 heeft [eiseres] per WhatsAppbericht aan [gedaagde] medegedeeld dat ze de pony door paardenkliniek De Watermolen heeft laten nakijken en dat de koop ongedaan wordt gemaakt. [gedaagde] heeft op dezelfde dag via WhatsAppbericht gereageerd dat ze het daar niet mee eens is.
3.6.
Op 15 december 2022 heeft de gemachtigde van [eiseres] een aangetekende brief gestuurd naar [gedaagde] waarin de koop wordt vernietigd vanwege non-conformiteit en (wederzijdse) dwaling. In deze brief wordt [gedaagde] gesommeerd de pony terug te nemen en de koopsom en de door [eiseres] gemaakte kosten te betalen.
3.7.
Per brief van 24 mei 2023 heeft [gedaagde] de volgende aanvullende vragen gesteld aan drs. Hoogendoorn naar aanleiding van diens rapportage d.d. 18 november 2023. Het betreft de volgende vragen:
(..)
1.
Bedoelt u met verhoogd risico als rijpony dat Milan ongeschikt is om op te rijden?
2.
Is het mogelijk dat er graad 3 hoefkatrol wordt gevonden bij een 15 jarige pony, terwijl hij normaal loopt? (..)
3.8.
Per brief van 4 juli 2023 heeft drs. Hoogendoorn de volgende antwoorden gegeven:
(..)
Ik bedoel met verhoogd risico, dat Milan een verhoogde kans heeft op kreupelheid door het gebruik als rijpony. Dat betekent, dat de kans groter is, dan bij een pony, die geen klasse 3 of hoger, heeft op zijn straalbeen.
Het is zeker mogelijk, dat een paard of pony, afgezien van leeftijd of werk, normaal loopt en functioneert met de bovenstaande röntgenologische bevinding.(..)

4.Het geschil

4.1.
[eiseres] vordert na vermeerdering van eis- samengevat – dat de kantonrechter bij vonnis, uitvoerbaar bij voorraad:
Primair
I. voor recht verklaart dat de overeenkomst middels de buitengerechtelijke verklaring van 18 november dan wel 15 december 2022 is ontbonden, althans deze overeenkomst te ontbinden wegens non-conformiteit;
II. [gedaagde] veroordeelt tot ongedaanmaking van de uitvoering van de verbintenis middels terugbetaling van de totale aankoopsom ad € 4.500,- aan [eiseres] ;
III. [gedaagde] gebiedt om binnen een termijn van 7 dagen na betekening van het vonnis over te gaan tot het ophalen van het paard;
IV. [gedaagde] veroordeelt tot betaling van een dwangsom ad € 500,- per dag of dagdeel dat [gedaagde] in verzuim blijft te voldoen aan hetgeen gevorderd onder III zulks met een maximum van € 50.000,-;
V. [gedaagde] veroordeelt tot betaling aan [eiseres] de wettelijke rente;
VI. [gedaagde] veroordeelt tot het betalen aan [eiseres] van de door haar gemaakte kosten;
VII. [gedaagde] veroordeelt tot betaling van een vergoeding voor de buitengerechtelijke incassokosten, vermeerderd met de wettelijke rente.
VIII. [gedaagde] veroordeelt in de proceskosten en in de nakosten, vermeerderd met de wettelijke rente.
Subsidiair
IX. voor recht verklaart dat de overeenkomst op 15 december 2022 buitengerechtelijk is vernietigd dan wel deze te vernietigen wegens dwaling.
4.2.
[eiseres] legt aan haar vordering ten grondslag dat de pony binnen één maand na de levering niet bleek te voldoen aan de verwachtingen die zij op grond van de overeenkomst mocht hebben. De pony had last van pijn in de rug. Hierdoor was de pony wild en vertoonde het ongehoorzaam gedrag en accepteerde het geen zadel op de rug. [eiseres] heeft de pony vervolgens laten controleren door drs. Hoogedoorn van paardenkliniek De Watermolen. De pony is nagekeken en gediagnosticeerd met artrose, een gekanteld hoefbeen, vernauwing in de rug en hoefbevangenheid. Door deze gebreken is het voor het dochtertje van [eiseres] niet meer mogelijk om het paard te berijden, laat staan het te gebruiken als dressuurpaard. Omdat de pony niet de eigenschappen bezit die [eiseres] op grond van de overeenkomst mocht verwachten is er sprake van non-conformiteit. Omdat nakoming blijvend onmogelijk is geworden, is [eiseres] bevoegd om de koop te ontbinden, zowel op grond van artikel 7:17 lid 1 jo. 7:17 lid 2 BW, als op grond van artikel 6:265 lid 1 jo. artikel 6:265 lid 2 BW. [eiseres] heeft daarop per WhatsApp op 18 november 2022 de koop ontbonden.
Subsidiair vordert [eiseres] dat de koopovereenkomst tussen partijen wordt vernietigd op grond van dwaling. Als [eiseres] van de juiste omstandigheden op de hoogte was geweest, dan had zij nimmer de overeenkomst gesloten.
4.3.
[gedaagde] voert, samengevat, het volgende verweer. Het betreft een pony van 15 jaar oud. Ten tijde van de verkoop was de pony niet bekend met gebreken of gezondheidsproblemen die hem ongeschikt maakten als dressuurpony. [gedaagde] stelt verder dat uit het medisch onderzoek van paardenkliniek de Watermolen niet blijkt dat de pony niet geschikt is als kinderpony/dressuurpony. Het advies van drs. Hoogedoorn dat er sprake is van ‘verhoogd risico’ wil niet zeggen dat de pony ongeschikt is. Indien de pony ongeschikt zou zijn dan had de dierenarts een kwalificatie klasse 4 (ongeschikt) moeten geven. Dat is niet gebeurd. Verder zijn de klachten die [eiseres] vermeldt zoals extreme pijn in de rug, zadel niet accepteren, ongehoorzaam en wild zijn, niet vermeld in de reden voor het bezoek aan de dierenarts. Ten slotte heeft [eiseres] niet voldaan aan haar onderzoeksplicht. De dochter van [eiseres] heeft voorafgaand aan de koop met de pony proefgereden en [eiseres] heeft per Whatsappbericht op 30 september 2022 medegedeeld dat ze de pony wat kort vindt lopen in het achterbeen. [eiseres] heeft ondanks deze kanttekening de pony gekocht zonder voorafgaand een aankoopkeuring door een veterinair arts te laten verrichten.
4.4.
Op de stellingen van partijen wordt hierna, voor zover nodig, nader ingegaan.

5.De beoordeling

Juridisch kader
5.1.
De kantonrechter dient te beoordelen of [eiseres] met succes de overeenkomst heeft ontbonden. Om deze vraag te beantwoorden zal de kantonrechter allereerst toetsen of de pony aan de overeenkomst beantwoordt. Op grond van artikel 7:17 lid 2 BW beantwoordt de zaak niet aan de overeenkomst indien de zaak mede gelet op de aard daarvan en de mededelingen die de verkoper daarover heeft gedaan, niet de eigenschappen bezit die de koper op grond van de overeenkomst mocht verwachten. [eiseres] mocht verwachten dat de pony de eigenschappen bezit die voor een normaal gebruik daarvan nodig zijn en waarvan zij de aanwezigheid niet behoefde te betwijfelen en van de eigenschappen die nodig zijn voor een bijzonder gebruik dat bij de overeenkomst is voorzien.
5.2.
De omstandigheden van het geval kunnen een onderzoeksplicht voor de koper met zich brengen. De onderzoeksplicht hangt samen met de verwachtingen van de koper. De koper mag alleen die eigenschappen verwachten waarvan hij de aanwezigheid niet behoeft te betwijfelen. Indien de koper twijfelt dan wel behoort te twijfelen of de zaak bepaalde eigenschappen bezit, dan moet hij daar onderzoek naar (laten) doen. Bij niet naleving van zijn onderzoeksplicht komt de koper geen beroep op non-conformiteit toe. Dit kan anders zijn als de verkoper een op hem rustende mededelingsplicht heeft geschonden. Op een verkoper rust een mededelingsplicht indien de verkoper, die beschikt of behoort te beschikken over bepaalde informatie, begrijpt of moet begrijpen dat hij deze informatie aan de koper moet geven om te voorkomen dat de koper zich over bepaalde punten een onjuiste voorstelling zou maken. De verkoper die een op hem rustende mededelingsplicht heeft geschonden, zal zich in het algemeen niet met succes tegen een beroep op non-conformiteit kunnen verweren door aan te voeren dat de koperzijn onderzoeksplicht heeft verzaakt.
Wat mocht [eiseres] verwachten?
5.3.
[gedaagde] heeft de pony in de advertentie beschreven als een lieve dressuurpony/kinderpony. Niet in geschil is dat [gedaagde] ermee bekend was dat [eiseres] de pony heeft gekocht met het doel hem te laten berijden en te gebruiken als dressuurpony voor haar onervaren dochter [naam 2] . Gelet op het bovenstaande mocht [eiseres] dan ook verwachten dat de pony geschikt was om als dressuurpony te gebruiken door een onervaren ruiter. Dit betekent dat wanneer vast komt te staan dat de pony ten tijde van de levering was behept met een zodanig gebrek dat de pony niet geschikt was om als dressuurpony te gebruiken door een onervaren ruiter, de pony niet aan de koopovereenkomst beantwoordt.
Is de pony geschikt als dressuurpony/kinderpony?
5.4.
Partijen verschillen van mening over de vraag of de pony hiervoor geschikt is. Het rapport van drs. Hoogendoorn vermeldt als diagnose dat de pony een verhoogd risico heeft voor het gebruik als rijpony. Verder vermeldt het rapport dat aan de hand van de röntgenologische bevinding er bij de rug geen bezwaar is, iets vernauwing waarbij de bevinding van de rug is ingedeeld in klasse 2. Bij de hoefkatrol wordt vermeld dat er sprake is van onregelmatige voedingskanalen, geduid als klasse 3.
5.5.
Deze diagnose betekent naar het oordeel van de kantonrechter niet dat dat de pony niet geschikt is om gebruikt te worden als dressuurpony. Uit het rapport van drs. Hoogendoorn en zijn aanvulling hierop van 4 juli 2023 blijkt namelijk dat het zeker mogelijk is dat een pony, afgezien van leeftijd of werk, normaal loopt en functioneert met de bovenstaande röntgenologische bevindingen. Dit is door [eiseres] niet of althans onvoldoende weersproken. Verder ontbreekt het causaal verband tussen de gestelde rugklachten op 8 november 2022 en de diagnose van drs. Hoogendoorn. Drs. Hoogendoorn ziet immers geen bezwaar als het gaat om de rug van Milan . Evenmin is vast komen te staan dat de gestelde rugklachten de oorzaak zijn van het gedrag van de pony. In hoeverre de constatering van dr. Hoogendoorn dat Milan aan de longe redelijk loopt, maar RV niet goed de oorzaak zou kunnen zijn van het gedrag van de pony kan evenmin uit het rapport worden afgeleid. Gelet op het bovenstaande is niet vast komen te staan dat sprake is van een non-conformiteit.
Dwaling
5.6.
[eiseres] beroept zich subsidiair op dwaling en stelt dat [gedaagde] de gebreken waar de pony mee belast is behoorde te kennen. Dit is door [gedaagde] betwist. In dat verband heeft [gedaagde] gewezen op door haar ingediende verklaringen en video’s waaruit blijkt dat de pony ten tijde van de verkoop niet bekend was met gebreken of gezondheidsproblemen die hem ongeschikt maakten als dressuurpony. Het had op de weg van [eiseres] gelegen om haar stelling dat [gedaagde] bekend was met de gebreken nader te onderbouwen. Dit heeft [eiseres] nagelaten. Verder heeft [eiseres] geen aankoopkeuring gedaan, terwijl zij voorafgaand aan de koop de pony niet goed vond lopen. Het had in die situatie op de weg van [eiseres] gelegen om een aankoopkeuring te laten doen. Dit kan niet aan [eiseres] worden tegengeworpen. Zoals hiervoor reeds is overwogen, is niet vast komen te staan dat de gestelde gedragsproblemen van de pony zijn oorsprong vinden in rugklachten dan wel in de constatering dat Milan aan de longe RV niet goed loopt. Van het ontbreken van een juiste voorstelling van zaken in de zin van artikel 6:228 BW is daarom geen sprake. Dat brengt mee dat het beroep op dwaling niet kan slagen, zodat de subsidiaire vordering eveneens zal worden aangewezen.
Proceskosten
5.7.
[eiseres] is de partij die ongelijk krijgt en zij zal daarom in de proceskosten worden veroordeeld. Tot aan dit vonnis worden de proceskosten aan de zijde van [gedaagde] als volgt vastgesteld:
- salaris gemachtigde
660,00
(2,00 punten × € 330,00)
Totaal
660,00

6.De beslissing

De kantonrechter
6.1.
wijst de vorderingen van [eiseres] af,
6.2.
veroordeelt [eiseres] in de proceskosten, aan de zijde van [gedaagde] tot dit vonnis vastgesteld op € 660,00, te vermeerderen met de wettelijke rente als bedoeld in artikel 6:119 BW over dit bedrag met ingang van de vijftiende dag na betekening van deze uitspraak tot de dag van volledige betaling,
6.3.
verklaart de proceskostenveroordeling uitvoerbaar bij voorraad.
Dit vonnis is gewezen door mr. A. Smedes en in het openbaar uitgesproken op 26 september 2023.