ECLI:NL:RBOVE:2023:4024

Rechtbank Overijssel

Datum uitspraak
10 oktober 2023
Publicatiedatum
16 oktober 2023
Zaaknummer
10407922 \ CV EXPL 23-1060
Instantie
Rechtbank Overijssel
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht
Procedures
  • Eerste aanleg - enkelvoudig
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Vordering tot betaling van factuur na beëindiging overeenkomst van opdracht voor hypotheekbemiddeling

In deze zaak vordert Servion, een financiële dienstverlener, betaling van een factuur van € 2.061,12 van gedaagden, die een overeenkomst van opdracht met Servion hebben gesloten voor het oversluiten van een hypotheek. De overeenkomst is beëindigd omdat het niet gelukt is om de hypotheek over te sluiten. Servion stelt dat er sprake is van een inspanningsverplichting en dat zij haar werkzaamheden naar behoren heeft verricht, terwijl gedaagden van mening zijn dat Servion zich niet voldoende heeft ingespannen. De kantonrechter heeft de vorderingen van Servion toegewezen, waarbij het bedrag van € 1.450,00 aan hoofdsom is vastgesteld, vermeerderd met wettelijke rente en buitengerechtelijke incassokosten. De rechter oordeelt dat gedaagden niet hebben aangetoond dat Servion haar zorgplicht heeft geschonden en dat de factuur voor de geleverde diensten terecht is. De proceskosten zijn eveneens voor rekening van gedaagden, die hoofdelijk zijn veroordeeld tot betaling.

Uitspraak

RECHTBANKOVERIJSSEL
Civiel recht
Kantonrechter
Zittingsplaats Enschede
Zaaknummer: 10407922 \ CV EXPL 23-1060
Vonnis van 10 oktober 2023
in de zaak van
SERVION GROEP,
te Wierden,
eisende partij,
hierna te noemen: Servion,
gemachtigde: F. Ikink, werkzaam bij IkinkBekman Incasso & Gerechtsdeurwaarders te Almelo,
tegen

1.[gedaagde 1] ,

te [woonplaats 1] ,
2.
[gedaagde 2],
te [woonplaats 2] ,
gedaagde partijen,
hierna samen te noemen: [gedaagden] ,
procederend in persoon.

1.De procedure

1.1.
Het verloop van de procedure blijkt uit:
- het tussenvonnis van 9 mei 2023,
- de mondelinge behandeling van 11 september 2023, waarvan door de griffier aantekeningen zijn gemaakt.
1.2.
Ten slotte is vonnis bepaald.

2.De zaak in het kort

[gedaagden] hebben een overeenkomst van opdracht gesloten met Servion voor het oversluiten van een hypotheek. Het is niet gelukt om de hypotheek over te sluiten. Hierna is de overeenkomst geëindigd. Servion vordert in deze procedure een betaling van de factuur en stelt dat er sprake is van een inspanningsverplichting en geen resultaatsverplichting. [gedaagden] vinden dat Servion zich niet voldoende heeft ingespannen. De kantonrechter wijst de vorderingen van Servion toe. Dit oordeel zal hierna worden toegelicht.
3. De feiten
3.1.
Servion is een financiële dienstverlener welke zich (onder meer) richt op hypotheek- en kredietbemiddeling.
3.2.
[gedaagden] hebben een overeenkomst ondertekend getiteld “opdracht tot dienstverlening” waarin zij Servion opdracht hebben gegeven om passend te adviseren bij de wens om de huidige hypotheek over te sluiten naar een andere geldverstrekker. In de overeenkomst staat, voor zover van belang, het navolgende.
“(..)
Werkzaamheden
In het kader van de aan ons verstrekte opdracht zullen de volgende werkzaamheden voor u worden verricht:
  • Inventarisatie en analyse van uw persoonlijke financiële situatie, uw kennis en ervaring ten aanzien van hypotheken, uw doelstellingen en uw risicobereidheid, uw mogelijkheden tot inbreng eigen middelen;
  • Bespreking van verschillende hypotheekconstructies en verschaffen van globaal inzicht in maximale hypotheek en maandlasten;
  • Formuleren en op schrift stellen van advies over hypotheekconstructie, wijze van aflossing en afdekken van risico’s. de in het kader van het advies gemaakte berekeningen en scenario’s maken onderdeel uit van het adviesrapport;
  • Vergelijken van gemaakte berekeningen bij verschillende aanbieders;
  • Aanvragen offerte bij financiële instelling;
  • Adviseren over eventueel af te sluiten aanvullende verzekeringen gericht op het betaalbaar houden van de woonlasten ingeval van arbeidsongeschiktheid, werkloosheid, overlijden van (één van) de kostwinner(s);
  • Adviseren over de aflossing van de hypotheek;
  • Verzorgen van contact met de betrokken financiële instelling ten einde te komen tot een definitief akkoord over de af te sluiten hypotheek en de aan de hypotheek verbonden financiële producten;
  • Voorbereiden en begeleiden van het passeren van de hypotheek bij de notaris;
  • Controleren van de hypotheekakte voor wat betreft de gekozen hypotheek-constructie en de hoogte van de financiering;
  • Controleren van de door de notaris opgemaakte voorlopige afrekening en doorgeven van correcties;
  • Archiveren van hypotheek- en polisstukken en voorwaarden.
Informatie over kosten en dienstverlening
Tijdens ons eerste gesprek heeft u het dienstverleningsdocument, informatie over onze dienstverlening, de hieraan verbonden kosten en de algemene voorwaarden – die op deze overeenkomst van toepassing zijn – ontvangen. Door ondertekening van deze overeenkomst bevestigt u de ontvangst van deze informatie.
(..)
Kosten
De kosten voor de in deze overeenkomst genoemde werkzaamheden bedragen
Algemene kosten:
Advies € 1890,00
Bemiddeling omzetting € 1000,00
Het totaalbedrag komt uit op: € 2890,00
(..)
Financieringsvoorbehoud
Met betrekking tot de door u aangekochte woning kan blijkens de koopovereenkomst een financieringsvoorbehoud gelden. Servion doet haar uiterste best om voor het verstrijken van deze termijn duidelijkheid te hebben over het al dan niet positieve antwoord op uw financieringsaanvraag. In dat kader geldt uiteraard een inspanningsverplichting, doch geen resultaatsverplichting. Indien nodig zal worden geprobeerd een verlenging van het financieringsvoorbehoud te verkrijgen. Servion is evenwel niet aansprakelijk in het geval vóór het verstrijken van het financieringsvoorbehoud niet duidelijk is geworden of u de benodigde financiering wel of niet rond zult krijgen.
(..)
Informatieverstrekking en annulering
Indien u, voordat bemiddeling door Servion heeft geleid tot afsluiting van een hypotheek, besluit geen gebruik (meer) te maken van de advies- en/of bemiddelingsactiviteiten van Servion raakt u een honorarium verschuldigd van € 100,-- vrij van BTW per uur, met een minimum van 10 uur, oftewel € 1.000,--. Daarvoor ontvangt u dan een factuur. Dit geldt ook indien nog geen concrete offerte van enige financiële instelling aan u is gepresenteerd.
Bovengenoemde vergoeding is ook door u verschuldigd op het moment dat, ondanks onze inspanningen, geen enkele financiële instelling bereid is om ten behoeve van de door u gewenste financiering een offerte voor een hypothecair krediet te verstrekken, of een namens u ingediend financieringsverzoek te accepteren.(..)”
3.3.
In de Algemene voorwaarden Servion Groep staat, voor zover van belang, het navolgende:
“(..) 2.3. Aan Servion verstrekte Opdrachten leiden uitsluitend tot inspanningsverplichtingen van Servion, niet tot resultaatsverplichtingen, tenzij uit de aard van de verstrekte Opdracht of uit hetgeen partijen zijn overeengekomen anders blijkt.(..)”
3.4.
Servion heeft op 8 oktober 2021 een financieel adviesrapport opgesteld.
3.5.
Op 23 december 2021 heeft Servion aan [gedaagden] medegedeeld dat de financieringsaanvraag niet gelukt is.
3.6.
Bij factuur van 28 december 2021 heeft Servion een bedrag van € 1.750,00 in rekening gebracht bij [gedaagden] voor advies, bemiddeling omzetting en extra werkzaamheden.
3.7.
Op 8 november 2022 is [gedaagden] door Servion tot betaling van de factuur aangemaand. Op 24 november 2022 heeft Servion de zaak uit handen gegeven aan een deurwaarder.

4.Het geschil

4.1.
Servion, vordert - samengevat – hoofdelijke veroordeling van [gedaagden] tot betaling van € 2.061,12, vermeerderd met rente en kosten.
4.2.
Servion legt aan haar vorderingen ten grondslag dat zij met [gedaagden] een overeenkomst van opdracht heeft gesloten voor het oversluiten van een hypotheek. Servion heeft verschillende werkzaamheden voor [gedaagden] verricht. Er is sprake van een inspanningsverplichting en [eiser] vordert daarom betaling van de factuur, wettelijke rente en buitengerechtelijke incassokosten.
4.3.
[gedaagden] voeren verweer. [gedaagden] concluderen tot niet-ontvankelijkheid van Servion, dan wel tot afwijzing van de vorderingen van Servion, met veroordeling van Servion in de kosten van deze procedure.
4.4.
[gedaagden] voeren daartoe aan dat zij het niet eens zijn met de wijze waarop Servion haar werkzaamheden heeft verricht.
4.5.
Op de stellingen van partijen wordt hierna, voor zover nodig, nader ingegaan.

5.De beoordeling

5.1.
Niet in geschil is dat tussen Servion en [gedaagden] een overeenkomst is gesloten. [gedaagden] hebben Servion ingeschakeld in verband met hun wens om de hypotheek over te sluiten. Het is niet gelukt om de hypotheek over te sluiten en de overeenkomst is vervolgens geëindigd. Partijen twisten over de vraag of Servion recht heeft op betaling van de factuur.
5.2.
In artikel 2.3 van de algemene voorwaarden van Servion staat dat de aan Servion verstrekte opdrachten uitsluitend leiden tot inspanningsverplichtingen van Servion en niet tot resultaatsverplichtingen. Uit de overeenkomst blijkt dat Servion verschillende werkzaamheden zou verrichten. Servion heeft onweersproken gesteld dat zij ook daadwerkelijk werkzaamheden heeft verricht. Tijdens de mondelinge behandeling hebben [gedaagden] ook erkend dat er wel werkzaamheden zijn verricht en dat er ook wel iets betaald moet worden. [gedaagden] voeren aan dat het vanaf het begin duidelijk was dat de hypotheek alleen op naam van mevrouw [gedaagde 2] zou moeten komen en dat zij eigenlijk niet wilden dat de bedrijfsgegevens werden opgevraagd. Ook stellen [gedaagden] dat ze tijdens de uitvoering van het traject meermaals hebben geklaagd over de wijze waarop de interimmanager van Servion zijn werkzaamheden heeft verricht. De kantonrechter begrijpt dat [gedaagden] daarmee een beroep doen op wanprestatie. Wanneer een partij stelt dat er sprake is van wanprestatie van de andere partij, zoals [gedaagden] doen, dient daar een rechtsgevolg aan te worden verbonden. Hierbij kan gedacht worden aan verrekening met schadevergoeding of ontbinding van de overeenkomst. [gedaagden] hebben geen beroep gedaan op een dergelijk rechtsgevolg. Ze hebben de overeenkomst ook voortgezet tot het moment waarop eind december 2021 de financieringsaanvraag is afgewezen. Dan is de inspanningsverplichting van Servion al verricht. Het verweer van [gedaagden] kan er daarom niet toe leiden dat zij de factuur niet hoeven te betalen.
5.3.
Ook als [gedaagden] wel een rechtsgevolg aan hun verweer hadden verbonden, zou dit er overigens niet toe leiden dat de facturen niet betaald hoeven te worden. Indien [gedaagde 1] immers heeft bedoeld om een beroep op verrekening of ontbinding te doen, dan moet in ieder geval vast komen te staan dat sprake is van een tekortkoming door Servion en dat sprake is van verzuim. Hier is geen sprake van.
5.4.
Wat betreft de tekortkoming heeft [gedaagde 1] onvoldoende onderbouwd dat Servion haar zorgplicht heeft geschonden of dat Servion haar werkzaamheden niet naar behoren heeft verricht. Servion heeft in dat kader onweersproken gesteld dat [gedaagden] gedurende het traject i.v.m. ziekte van de heer [naam] een andere onafhankelijk erkend hypotheekadviseur hebben gekregen en dat er veel contactmomenten in het dossier zijn en dat over elke stap contact is geweest met [gedaagden] Verder staan de bedrijfsgegevens ook in het financieel adviesrapport van 8 oktober 2021. Er is niet vast komen te staan dat Servion haar zorgplicht heeft geschonden of dat Servion zich niet voldoende heeft ingespannen.
5.5.
Servion vordert een betaling van een factuur van € 1.750,00. Het betreft een bedrag van € 945,00 voor advies, € 500,00 voor bemiddeling omzetting en € 305,00 voor extra werkzaamheden. Tussen partijen staat vast dat [gedaagden] geen gebruik meer wilde maken van de diensten van Servion en dat de overeenkomst hierdoor is geëindigd. In beginsel kan Servion dan aanspraak maken op de contractueel overeengekomen vergoeding van € 100,- per uur, met een minimum van € 1.000,-. Servion heeft gesteld dat zij de gewerkte uren voor advies en bemiddeling in rekening heeft gebracht. Dit hebben [gedaagden] niet betwist. De kantonrechter oordeelt dat Servion op grond van het contract de gewerkte uren voor advies en bemiddeling in rekening mag brengen en acht het gelet op hetgeen door Servion onbetwist is gesteld aan werkzaamheden ook aannemelijk dat deze uren zijn gewerkt. Servion heeft tijdens de mondelinge behandeling ook aangevoerd dat zij acht maanden bezig is geweest met het advies- en bemiddelingstraject. Het bedrag van € 1.450,00 is dan ook toewijsbaar.
5.6.
Het gedeelte van de factuur dat ziet op de extra uren van € 350,00 is daarentegen niet toewijsbaar. Dit bedrag zal als onvoldoende onderbouwd worden afgewezen. Het had op de weg van Servion gelegen om duidelijk in het contract te vermelden dat deze uren in rekening gebracht hadden kunnen worden en dit ook duidelijk met [gedaagden] vooraf te communiceren. Dit geldt te meer omdat Servion zegt dat zij deze uren extra heeft moeten maken in verband met het meenemen van de bedrijfsgegevens van de heer [gedaagde 1] . Het was bij Servion vanaf het begin al duidelijk dat de woning op naam van de heer en mevrouw [gedaagden] stond en dat de heer [gedaagde 1] een bedrijf had. Dat dit mogelijk voor extra werkzaamheden zou kunnen zorgen was voor Servion voorzienbaar en kan daarom niet aan [gedaagden] worden tegengeworpen. Daarnaast is in de factuur door Servion ook niet inzichtelijk gemaakt op welke werkzaamheden deze extra uren betrekking hebben. Het bedrag van € 350,00 zal dan ook worden afgewezen.
Conclusie
5.7.
Uit het voorgaande volgt dat aan hoofdsom toewijsbaar is een bedrag van € 1.450,00. De wettelijke rente over dit bedrag is verschuldigd vanaf 14 dagen na de datum, van de factuur, te weten 12 januari 2022, tot de dag van volledige betaling.
Buitengerechtelijke incassokosten
5.8.
Servion, vordert vergoeding van buitengerechtelijke incassokosten. Uit de overgelegde stukken blijkt voldoende dat aan de zijde van Servion buitengerechtelijke werkzaamheden zijn verricht. De hoogte van de vordering zal worden getoetst aan het Besluit vergoeding voor buitengerechtelijke incassokosten (hierna: het Besluit). Voor de berekening van de hoogte van de kosten zal de rechtbank uitgaan van het toewijsbare deel van de hoofdsom. Dat is het bedrag van € 1.450,00. Op basis van de staffel uit het ‘Besluit vergoeding voor buitengerechtelijke incassokosten’ is dan een bedrag van € 217,50 voor incassokosten toewijsbaar.
Proceskosten
5.9.
[gedaagden] zijn de partijen die ongelijk krijgen en zij zullen daarom hoofdelijk in de proceskosten worden veroordeeld. Tot aan dit vonnis worden de proceskosten aan de zijde van Servion, als volgt vastgesteld:
- kosten van de dagvaarding
108,95
- griffierecht
365,00
- salaris gemachtigde
199,00
(1,00 punt × € 199,00)
Totaal
672,95
5.10.
De gevorderde veroordeling in de nakosten is toewijsbaar voor zover deze kosten op dit moment kunnen worden begroot. De nakosten zullen dan ook worden toegewezen op de wijze zoals in de beslissing vermeld.
Hoofdelijke veroordeling
5.11.
De veroordeling wordt hoofdelijk uitgesproken. Dat betekent dat iedere veroordeelde kan worden gedwongen het hele bedrag te betalen. Als de één (een deel) betaalt, hoeft de ander dat (deel van het) bedrag niet meer te betalen.

6.De beslissing

De kantonrechter
6.1.
veroordeelt [gedaagden] hoofdelijk om aan Servion, te betalen een bedrag van € 1.450,00, te vermeerderen met de wettelijke rente als bedoeld in artikel 6:119 BW over het toegewezen bedrag, met ingang van 12 januari 2022, tot de dag van volledige betaling,
6.2.
veroordeelt [gedaagden] hoofdelijk om aan Servion te betalen een bedrag van € 217,50 aan buitengerechtelijke incassokosten,
6.3.
veroordeelt [gedaagden] hoofdelijk in de proceskosten, aan de zijde van Servion, tot dit vonnis vastgesteld op € 672,95,
6.4.
veroordeelt [gedaagden] hoofdelijk in de na dit vonnis ontstane kosten, begroot op € 99,50 aan salaris gemachtigde,
6.5.
verklaart dit vonnis uitvoerbaar bij voorraad,
6.6.
wijst het meer of anders gevorderde af.
Dit vonnis is gewezen door mr. A.M.S. Kuipers en in het openbaar uitgesproken op 10 oktober 2023.