In deze civiele zaak heeft de kantonrechter van de Rechtbank Overijssel op 7 november 2023 uitspraak gedaan in een geschil tussen eiser en gedaagde over een overeenkomst voor de levering en het leggen van een PVC-vloer. Eiser, vertegenwoordigd door mr. C.K. Leeuwerke, vorderde een schadevergoeding van € 6.519,61 van gedaagde, die tekortgeschoten zou zijn in de nakoming van de overeenkomst. De overeenkomst hield in dat gedaagde een PVC-vloer met plinten zou leveren en leggen voor een bedrag van € 3.166,00, dat door eiser was betaald. Eiser stelde dat de vloer niet goed was gelegd, met golven en grote naden, en dat gedaagde niet adequaat had gereageerd op verzoeken om herstel.
Na een mondelinge behandeling op 5 oktober 2023, waarbij gedaagde niet aanwezig was, heeft de kantonrechter de vordering van eiser beoordeeld. Eiser had een expert ingeschakeld die concludeerde dat de vloer niet goed was gelegd en dat herstel niet mogelijk was zonder vervanging. De kantonrechter oordeelde dat gedaagde tekort was geschoten in zijn verplichtingen en dat eiser recht had op vervangende schadevergoeding. De vordering tot betaling van de herstelkosten van € 4.537,50 werd toegewezen, evenals de gevorderde opslag- en hotelkosten, expertisekosten en buitengerechtelijke incassokosten.
De kantonrechter heeft de wettelijke rente toegewezen vanaf de relevante data en gedaagde in de proceskosten veroordeeld. Het vonnis is uitvoerbaar bij voorraad verklaard, en het meer of anders gevorderde is afgewezen.