Uitspraak
RECHTBANK OVERIJSSEL
wonende in [woonplaats] ,
wonende op een geheim adres,
Rechtbank Overijssel
In deze zaak heeft de voorzieningenrechter van de Rechtbank Overijssel op 8 februari 2023 uitspraak gedaan in een kort geding tussen [eiseres] en [gedaagde]. [Eiseres] heeft [gedaagde] aangeklaagd vanwege onrechtmatige uitlatingen op sociale media over [X], de overleden dochter van [eiseres]. In een eerder kort geding was [gedaagde] bij verstek veroordeeld om deze uitlatingen te staken, maar heeft zich niet aan deze veroordeling gehouden, waardoor de verbeurde dwangsommen hun maximum hebben bereikt. [Eiseres] heeft nu een nieuwe vordering ingediend, waarin zij [gedaagde] verzoekt om verdere uitlatingen te verbieden en een nieuwe uitlating te verwijderen, met de mogelijkheid van lijfsdwang en een voorschot op immateriële schadevergoeding.
De voorzieningenrechter heeft vastgesteld dat [gedaagde] niet is verschenen op de zitting en heeft verstek verleend. De rechter heeft de vordering van [eiseres] toegewezen, omdat deze niet ongegrond of onrechtmatig werd geacht. De voorzieningenrechter heeft [gedaagde] geboden om binnen 48 uur na betekening van het vonnis alle uitlatingen over [X] te verwijderen en verdere uitlatingen te verbieden. Tevens is er een dwangsom van € 2.500,00 per dag per overtreding opgelegd, met een maximum van € 10.000,00. De rechter heeft ook de uitvoerbaarheid bij lijfsdwang voor een periode van één jaar toegestaan, indien [gedaagde] niet aan de geboden voldoet. Tot slot is [gedaagde] veroordeeld tot betaling van de proceskosten van [eiseres].