ECLI:NL:RBOVE:2023:5169
Rechtbank Overijssel
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Toekenning van een maatwerkvoorziening voor aanpassingen aan de badkamer op basis van de Wmo 2015
In deze zaak heeft de rechtbank Overijssel op 18 december 2023 uitspraak gedaan in een geschil over de toekenning van een persoonsgebonden budget (pgb) voor aanpassingen aan de badkamer op grond van de Wet maatschappelijke ondersteuning 2015 (Wmo 2015). Eiseres, de weduwe van de heer [naam 3], had een pgb van € 1.945,11 aangevraagd, terwijl de totale kosten van de verbouwing € 19.840,78 bedroegen. De rechtbank oordeelde dat het college van burgemeester en wethouders van Dinkelland niet had kunnen volstaan met de lage toekenning, gezien de bijzondere en schrijnende omstandigheden van het geval. De heer [naam 3] had een snel progressieve ALS, waardoor hij niet meer veilig kon douchen. De rechtbank concludeerde dat het college een nieuwe beslissing op bezwaar moest nemen, waarbij het ook de mogelijkheid moest overwegen om de helft van de gemaakte kosten voor zijn rekening te nemen.
De rechtbank heeft vastgesteld dat de familie van eiseres door de progressieve ziekte van de heer [naam 3] snel moest handelen en dat de omstandigheden, zoals personeelstekort in de bouw en de nasleep van de coronapandemie, hen in een urgente situatie hebben gebracht. De rechtbank vernietigde het bestreden besluit van het college, omdat dit in strijd was met de Algemene wet bestuursrecht. Eiseres kreeg ook een vergoeding van haar proceskosten en het griffierecht terugbetaald. De uitspraak benadrukt het belang van maatwerk in de uitvoering van de Wmo 2015, vooral in schrijnende situaties.