9.De beslissing
- verklaart bewezen dat verdachte het ten laste gelegde heeft begaan, zoals hierboven omschreven;
- verklaart niet bewezen wat aan verdachte meer of anders is ten laste gelegd en spreekt hem daarvan vrij;
- verklaart het bewezen verklaarde strafbaar;
- verklaart dat het bewezen verklaarde het volgende strafbare feit oplevert:
het misdrijf: afpersing, terwijl het feit wordt gepleegd durende de voor de nachtrust bestemde tijd in een woning, door twee of meer verenigde personen, waarbij de schuldige zich de toegang tot de plaats van het misdrijf heeft verschaft door middel van braak;
- verklaart verdachte strafbaar voor het bewezen verklaarde;
- veroordeelt verdachte tot een
gevangenisstrafvoor de duur van
4 (vier) jaren;
- bepaalt dat de tijd die de verdachte voor de tenuitvoerlegging van deze uitspraak in verzekering en voorlopige hechtenis heeft doorgebracht, bij de uitvoering van de gevangenisstraf geheel in mindering zal worden gebracht;
schadevergoeding
de vordering van [slachtoffer 1]
- wijst de vordering van de benadeelde partij [slachtoffer 1] toe tot een bedrag van
€ 2.000,00 (zegge: tweeduizend euro), bestaande uit immateriële schade;
- veroordeelt de verdachte tot betaling aan de benadeelde partij [slachtoffer 1]: van een bedrag van € 2.000,00 (zegge: tweeduizend euro), te vermeerderen met de wettelijke rente vanaf 14 januari 2022;
- veroordeelt de verdachte daarnaast in de kosten van het geding door de benadeelde partij [slachtoffer 1] gemaakt, tot op heden begroot op nihil, alsook in de kosten van betekening van dit vonnis, de in verband met de tenuitvoerlegging van dit vonnis nog te maken kosten en de kosten vallende op de invordering;
- legt de
maatregelop dat de verdachte verplicht is ter zake van het bewezen verklaarde feit tot betaling aan de Staat der Nederlanden van een bedrag van € 2.000,00 (zegge: tweeduizend euro), te vermeerderen met de wettelijke rente vanaf 14 januari 2022 ten behoeve van de benadeelde [slachtoffer 1], en bepaalt, voor het geval volledig verhaal van het verschuldigde bedrag niet mogelijk blijkt, dat gijzeling voor de duur van 30 dagen kan worden toegepast. Tenuitvoerlegging van de gijzeling laat de betalingsverplichting onverlet;
- bepaalt dat als de verdachte heeft voldaan aan zijn verplichting tot betaling aan de Staat der Nederlanden van bedoeld bedrag daarmee de verplichting van de verdachte om aan de benadeelde partij [slachtoffer 1] het bedrag te betalen, komt te vervallen, en andersom, als de verdachte aan de benadeelde partij [slachtoffer 1] het verschuldigde bedrag heeft betaald, dat daarmee de verplichting tot betaling aan de Staat der Nederlanden van dat bedrag komt te vervallen;
- bepaalt dat de benadeelde partij [slachtoffer 1] voor een deel van € 20.000,00 niet-ontvankelijk is in de vordering, en dat de benadeelde partij [slachtoffer 1] de vordering voor dat deel slechts bij de burgerlijke rechter kan aanbrengen;
- wijst de vordering van de benadeelde partij [slachtoffer 1] af tot een bedrag van € 1.500,00;
de vordering van [slachtoffer 2]
- wijst de vordering van de benadeelde partij [slachtoffer 2] toe tot een bedrag van
€ 2.000,00 (zegge: tweeduizend euro), bestaande uit immateriële schade;
- veroordeelt de verdachte tot betaling aan de benadeelde partij [slachtoffer 2]: van een bedrag van € 2.000,00 (zegge: tweeduizend euro), te vermeerderen met de wettelijke rente vanaf 14 januari 2022;
- veroordeelt de verdachte daarnaast in de kosten van het geding door de benadeelde partij [slachtoffer 2] gemaakt, tot op heden begroot op nihil, alsook in de kosten van betekening van dit vonnis, de in verband met de tenuitvoerlegging van dit vonnis nog te maken kosten en de kosten vallende op de invordering;
- legt de
maatregelop dat de verdachte verplicht is ter zake van het bewezen verklaarde feit tot betaling aan de Staat der Nederlanden van een bedrag van € 2.000,00 (zegge: tweeduizend euro), te vermeerderen met de wettelijke rente vanaf 14 januari 2022 ten behoeve van de benadeelde [slachtoffer 2], en bepaalt, voor het geval volledig verhaal van het verschuldigde bedrag niet mogelijk blijkt, dat gijzeling voor de duur van 30 dagen kan worden toegepast. Tenuitvoerlegging van de gijzeling laat de betalingsverplichting onverlet;
- bepaalt dat als de verdachte heeft voldaan aan zijn verplichting tot betaling aan de Staat der Nederlanden van bedoeld bedrag daarmee de verplichting van de verdachte om aan de benadeelde partij [slachtoffer 2] het bedrag te betalen, komt te vervallen, en andersom, als de verdachte aan de benadeelde partij [slachtoffer 2] het verschuldigde bedrag heeft betaald, dat daarmee de verplichting tot betaling aan de Staat der Nederlanden van dat bedrag komt te vervallen;
- wijst de vordering van de benadeelde partij [slachtoffer 2] af tot een bedrag van € 1.500,00;
- beveelt de gevangenneming van verdachte. Van dit bevel is een aparte beslissing opgemaakt.
Dit vonnis is gewezen door mr. D.K. ten Cate, voorzitter, mr. E. Venekatte en
mr. M.W. Eshuis, rechters, in tegenwoordigheid van D.A.C. Brockotter, griffier, en is
in het openbaar uitgesproken op 22 december 2023.
Mr. Eshuis is niet in de gelegenheid dit vonnis mede te ondertekenen.
Leeswijzer
Deze bijlage maakt deel uit van het vonnis en bevat de bewijsmiddelen.
Wanneer hierna wordt verwezen naar dossierpagina’s, zijn dit pagina’s uit het dossier van politie eenheid Oost-Nederland met dossiernummer 2022020875 (Onderzoek ON2R022002 Biham22). Tenzij hieronder anders wordt vermeld, wordt steeds verwezen naar pagina’s van een in de wettelijke vorm, door daartoe bevoegde personen, opgemaakt proces-verbaal.
1.
Het proces-verbaal van aangifte van [slachtoffer 1] van 14 januari 2022, zakelijk weergegeven voor zover inhoudend, pagina 59 – 61:
Mijn vriendin en ik zijn op 14 januari 2022 omstreeks 01.15 uur overvallen in onze woning. Ik woon samen met mijn vriendin [slachtoffer 2] aan de [adres] te [plaats]. Op 13 januari 2022 ben ik om ongeveer 22.45 uur naar bed gegaan. [slachtoffer 2] is om ongeveer 21.30 uur al naar bed gegaan. [slachtoffer 2] heeft toen de hond ook meegenomen naar onze slaapkamer. Wij slapen boven op de eerste verdieping.
Voordat ik naar bed ben gegaan heb ik de achterdeur slotvast afgesloten. De andere achterdeur nabij het washok was al afgesloten, dit had ik nog even gecheckt. De voordeur is altijd slotvast afgesloten. De buitenverlichting bij de schuur en aan de achterzijde van de woning was aan. Rond 01.00 uur hoorden wij de hond blaffen. Ongeveer 10/15 minuten later schrok ik wakker en zag dat er met meerdere zaklantaarns in mijn ogen werd geschenen. Ik hoorde meerdere mannen stemmen roepen/schreeuwen: " the keys, safe, money". Ik zag dat de betreffende personen naar mij toe kwamen lopen. Ik lag op dat moment nog op mijn rug in bed. Ik hoorde [slachtoffer 2] roepen in het Duits: " laat ons met rust, ga weg". Volgens mij kwamen er toen 2 a 3 mannen boven op mij op bed liggen. Ik zag op dat moment alleen maar ogen en zag dat de mannen gemaskerd waren met een soort van bivakmuts en dat ze handschoenen droegen. Er ontstond een worsteling omdat ze met touw mijn handen wilden vastbinden, hier waren zeker twee daders mee bezig. Ik voelde en zag dit. Dit touw is achtergebleven en door de politie inbeslaggenomen. Ik heb mij volledig verzet, ik wilde niet worden vastgebonden. De daders wilden mijn handen vastbinden voor mijn buik. Het is de daders niet gelukt om mij vast te binden. Dit kostte mij wel heel veel kracht. Ik was heel bang en stond doodsangsten uit. Door de worsteling heb ik letsel ( schaafwond/blauwe plek) opgelopen aan de bovenzijde van mijn linkerpols. Tijdens de worsteling hoorde ik [slachtoffer 2] meerdere keren schreeuwen dat ze mij met rust moesten laten. Ik hoorde de angst in haar stem. Ik zag dat een van de mannen een knuppel of iets dergelijks in handen had. Ik ben toen door de mannen uit bed getrokken en moest met ze meelopen naar beneden. De mannen schreeuwden/riepen: "the keys, safe, money money". Ik toen mijn zwarte herenportemonnee uit mijn broekzak gepakt en aan een van de daders overhandigd omdat ze geld wilden hebben. Mijn broek lag naast mijn bed. In mijn portemonnee zat een paar honderd euro. In mijn portemonnee zaten ook twee bankpasjes, rijbewijs en mijn ID kaart. De daders wilden meer geen
(de rechtbank leest: geld)en riepen: "safe, money". Ik ben met de mannen meegelopen naar beneden. De mannen hielden mij vast bij mijn armen toen ik met ze meeliep naar beneden. Ik ben naar de achterdeur gelopen om de sleutelbos uit het slot te halen. Ik ben toen met de sleutelbos naar de kelder gelopen. Aan deze sleutelbos zat namelijk de sleutel van de kluis. Ik ben continu vastgehouden door twee mannen bij mijn armen. De twee mannen die mij vasthielden zijn met mij meegelopen naar de kelder. In de kelder staat de kluis. Ik heb met de sleutel de kluis geopend omdat ik daartoe gedwongen werd en eerst een (1) bak met geld aan de mannen overhandigd. Nadat ik dit had gegeven schreeuwden de mannen: "more, more". Ik heb toen de tweede bak met geld uit de kluis gepakt en aan de mannen gegeven. In elke bak zat 10.000 euro. Ik weet dit omdat ik een korte tijd geleden het geld nog geteld had. In deze bakken zat alleen maar briefgeld van 50 euro en 100 euro. In totaal gaat het om een bedrag van 20.000 euro. Ik moest toen weer meelopen naar boven (begane grond). Ik ben toen met [slachtoffer 2] de WC ruimte ingedrukt. Een van de mannen zei toen dat ik de deur op slot moest draaien. Ik heb de deur op slot gedraaid. Op dat moment hoorde ik ook dat ze met de wc deur aan het breken waren. We hebben toen een paar minuten gewacht. Toen het wat langer stil was durfde ik de wc deur te openen. Ik ben toen naar de keuken gelopen. Ik zag dat mijn telefoon weg was en dacht dat de daders mijn telefoon hadden meegenomen. Ik ben toen naar de woonkamer gelopen omdat ik daar met de huistelefoon 112 wilde bellen. Toen ik naar woonkamer liep zag ik dat de bank rechtop was gezet. Toen ik wilde bellen deed de telefoon het niet. Later bleek dat het snoer van de telefoon was losgetrokken. Nadat ik de politie had gebeld zag ik dat het slot van de achterdeur verbroken was, kennelijk zijn de daders zo naar binnen gekomen.
2.
Het proces-verbaal van verhoor getuige [slachtoffer 2] van 14 januari 2022, zakelijk weergegeven voor zover inhoudend, pagina 75 – 76:
Kort nadat de hond blafte, zag ik dat er in de gang met een zaklamp werd geschenen. Ik zag dit omdat de slaapkamerdeur openstond en het helemaal donker was, zowel in de slaapkamer als ook op de gang. Ik zag dat er 4 mannen de slaapkamer binnenkwamen. Eén van de mannen kwam aan mijn kant staan. De andere 3 gingen bij [slachtoffer 1] staan. Hij was ook wakker. Ik kan mij herinneren dat ze geld wilden. Volgens mij hebben ze allemaal wel wat gezegd. De mannen hebben het licht in de slaapkamer niet aangedaan. Ik heb 4 schimmen gezien in het licht van de zaklamp. Ik lig in het bed aan de kant van het raam. [slachtoffer 1] ligt aan de kant van de deur. [slachtoffer 1] is uit bed gegaan en heeft zijn portemonnee gepakt uit zijn broek. Ik moest van de ene man die bij mij stond, naar beneden. [slachtoffer 1] bleef boven met de 3 andere mannen. Ook zijn rijbewijs, ADAC kaart, NSkaart, identiteitskaart en bankpassen die in zijn portemonnee zaten, hebben ze meegenomen. Ik zat op de trap beneden bij de woonkamer. Hij, de overvaller, zei dat ik moest blijven zitten. Hij heeft dit in het Nederlands gezegd. Ik ben Duitse van origine en dit was heel duidelijk in de Nederlandse taal. Hij zei: "zitten blijven". Deze overvaller droeg donkere kleding. Hij droeg een zwarte jas. Hij had een bivakmuts op zijn hoofd. De muts had een opening bij de ogen. Hij had zwarte handschoenen aan. Over de andere mannen kan ik zeggen dat ze allemaal donkere kleding droegen. Ik schat dat ze allemaal even groot zijn geweest. Er was er niet één die er bovenuit stak. De andere drie droegen ook allemaal handschoenen. Eén van de mannen had een stalen pijp bij zich. Ik heb dit gevoeld. Ze hebben namelijk, in bed, geprobeerd om [slachtoffer 1] met een touw of zo vast te binden. Maar dat lukte niet. Ik heb mij daar tussen gedrongen en voelde toen de ijzeren stang. Ik weet niet hoe lang het geduurd heeft voordat [slachtoffer 1] naar beneden kwam met de 3 mannen. De mannen liepen volgens mij langs mij heen en ik ben weer op de trap gaan zitten. Het is moeilijk om te herinneren, het was donker en ging allemaal heel snel. lk hoorde dat [slachtoffer 1] de kelder inging. Ik weet niet of er één van de mannen bij was. ik hoorde dat [slachtoffer 1] zei: " ik heb geen kluis". lk hoorde dat één man: "je hebt een kluis". [slachtoffer 1] zei dat hij dat niet had.
Toen [slachtoffer 1] weer bovenkwam, werd hij samen met mij in het toilet gestopt. [slachtoffer 1] deed de toiletdeur aan de binnenzijde op slot. Ze hebben aan de buitenkant van het toilet het slot kapot geslagen. Toen wij door kregen dat de mannen vertrokken waren, deed [slachtoffer 1] de toiletdeur van het slot.
In de woonkamer hebben de mannen, voordat ze vertrokken, de bank voor de deur naar de gang rechtop gezet en de tafel was er tegen aan gekiept.
3.
Het proces-verbaal forensische onderzoek woning ([adres] [plaats]) van
19 januari 2022, zakelijk weergegeven voor zover inhoudende, pagina 89 -92:
Op 14 januari 2022 kwam ik, naar aanleiding van een overval in een woning, voor forensisch onderzoek aan op de locatie [adres], [plaats].
Bevindingen
Achter de woning zag ik bij de deur van de achterkamer ( meest rechts gezien vanaf de achterzijde) een stuk opgerold horgaas liggen. Tevens zag ik dat het slot van de achterdeur kapot was. Ik zag dat de cilinder aan de buitenzijde ontbrak. Vanuit de entree zag ik rechts de deur naar de keuken. Ik zag dat de bewoners hier zaten. Ik zag een rol grijs duct tape achter de stoel van de bewoner liggen. Ik hoorde dat de bewoners aan mij vertelden dat de rol niet van hen was. Ik heb de rol veiliggesteld voor eventueel vervolgonderzoek.
Ik zag dat de deur open stond en zag in de kelder dat de kluis in de muur open stond.
Op de bovenverdieping zag ik op de vloer in de slaapkamer een stuk touw liggen. Ik zag dat dit oranje was. Ik heb dit veiliggesteld voor eventueel nader onderzoek.
4.
Het (losbladig en ongenummerd) proces-verbaal aanvraag benoeming deskundige van
4 februari 2022, zakelijk weergegeven voor zover inhoudend:
In de keuken op de vloer is een rol tape achtergebleven. Van zowel het touw als de
rol tape zeggen beide bewoners deze niet te hebben aangeraakt en deze niet te
herkennen als eigendom. Zowel het touw als de rol tape zijn bemonsterd. Deze bemonsteringen worden ingezonden voor DNA onderzoek.
Stukken van overtuiging (SVO)
Er is forensisch onderzoek verricht. Hierbij zijn in het kader van de
waarheidsvinding stukken van overtuiging veiliggesteld en in beslag genomen.
Aan de volgende SVO's dient onderzoek te worden verricht:
5.
Het (losbladig en ongenummerd) proces-verbaal vooronderzoek lab van 3 februari 2022, opgemaakt door [verbalisant 1] en [verbalisant 2], zakelijk weergegeven voor zover inhoudend:
In verband met een onderzoek naar een overval in woning te [plaats] in de gemeente Dinkelland werd op verzoek van de Eenheid Oost-Nederland op 3 februari 2022 om 09:00 uur door ons, [verbalisant 1] ([code 1]), dactyloscopisch expert niveau 1, en [verbalisant 2] ([code 2]), een forensisch onderzoek verricht naar biologische en dactyloscopische sporen aan onderstaande sporendragers.
Biologisch vooronderzoek
Ik, verbalisant [verbalisant 2], heb circa 35 cm aan beide uiteinden van het touw rondom bemonsterd op humane biologische sporen. Ik heb het spoor niet onderzocht op de aard van het biologische celmateriaal. Ik, verbalisant [verbalisant 1], heb het spoor veiliggesteld, gewaarmerkt met [code 3], verpakt en verzegeld.
Ik, verbalisant [verbalisant 2], heb circa 35 cm vanuit het midden van het touw
richting beide uiteinden rondom, in totaal 70 cm, bemonsterd op humane biologische sporen. Ik heb het spoor niet onderzocht op de aard van het biologische celmateriaal. Ik, verbalisant [verbalisant 1], heb het spoor veiliggesteld, gewaarmerkt met [code 4], verpakt en verzegeld.
Ik, verbalisant [verbalisant 2], heb het zichtbare gedeelte van de niet-plakzijde van de tape bemonsterd op humane biologische sporen. Ik heb het spoor niet onderzocht op de aard van het biologische celmateriaal. Ik, verbalisant [verbalisant 1], heb het spoor veiliggesteld, gewaarmerkt met [code 5], verpakt en verzegeld.
Veiliggestelde sporen
[Afbeelding]
Het deskundigenverslag, te weten het rapport DNA-onderzoek naar aanleiding van een woningoverval in [plaats], van 16 maart 2022, opgemaakt door [verbalisant 3], NFI-deskundige forensisch DNA-onderzoek bij het Nederlands Forensisch Instituut, zakelijk weergegeven voor zover inhoudend, pagina 133 – 134:
DNA onderzoek
[Afbeelding]
Resultaten, interpretatie en conclusie van het vergelijkend DNA-onderzoek
Het DNA-profiel van de [verdachte] [code 6] (geboren op [geboortedatum] 1994) is betrokken bij het vergelijkend DNA-onderzoek, vanwege een overeenkomst in de DNA databank.
Bewijskracht van het vergelijkend DNA-onderzoek
[code 7] (ca. 35 cm touw (rondom) van beide uiteinden van het touw)
Voor deze berekening is aangenomen dat de bemonstering DNA bevat van drie niet-verwante personen. DNA-mengprofiel [code 7] is circa 12 miljoen keer waarschijnlijker wanneer de bemonstering DNA bevat van [verdachte] en twee willekeurige onbekende personen, dan wanneer de bemonstering DNA bevat van drie willekeurige onbekende personen.
[code 8] (gehele niet- vlakzijde tape)
Uit de bemonstering is een DNA-hoofdprofiel afgeleid waarvan is aangenomen dat alle DNA-kenmerken van één persoon afkomstig zijn. Voor dergelijke DNA-profielen is vastgesteld dat wanneer het DNA-profiel van een persoon ermee overeenkomt de bewijskracht meer dan 1 miljard is.
Daarom geldt voor de overeenkomsten met het DNA-profiel van [verdachte] dat het afgeleide
DNA hoofdprofiel [code 8] meer dan 1 miljard keer waarschijnlijker is wanneer de relatief grote hoeveelheid DNA afkomstig kan zijn van [verdachte], dan wanneer de relatief grote hoeveelheid DNA afkomstig kan zijn van een willekeurige ( niet aan [verdachte]
verwante) persoon.
7.
Het deskundigenverslag, te weten het rapport DNA-onderzoek naar aanleiding van een woningoverval in [plaats], van 31 augustus 2022, opgemaakt door [verbalisant 3], NFI-deskundige forensisch DNA-onderzoek bij het Nederlands Forensisch Instituut, zakelijk weergegeven voor zover inhoudend, pagina 139 – 141:
DNA-onderzoek
Onderstaand referentiemateriaal is onderworpen aan een DNA-onderzoek.
Resultaten, interpretatie en conclusie van het vergelijkend DNA-onderzoek
Van het referentiemateriaal van slachtoffer [slachtoffer 1] is een DNA-profiel verkregen.
Dit DNA-profiel en het DNA-profiel van verdachte [verdachte] [code 6] ( geboren op [geboortedatum] 1994) zijn betrokken bij het vergelijkend DNA-onderzoek.
Bewijskracht van het vergelijkend DNA-onderzoek
Voor onderstaande bemonstering is de bewijskracht berekend.
[code 9] (ca. 70 cm touw (rondom) in het midden van het touw)
Voor deze berekeningen is aangenomen dat de bemonstering DNA bevat van drie
niet-verwante personen.
Ten aanzien van slachtoffer [slachtoffer 1]
DNA- mengprofiel [code 9] is meer dan 1 miljard keer waarschijnlijker wanneer de bemonstering DNA bevat van slachtoffer [slachtoffer 1] en twee willekeurige onbekende personen, dan wanneer de bemonstering DNA bevat van drie willekeurige onbekende personen.
Ten aanzien van verdachte [verdachte]
DNA- mengprofiel [code 9] is circa 3 miljoen keer waarschijnlijker wanneer de
bemonstering DNA bevat van verdachte [verdachte] en twee willekeurige onbekende
personen, dan wanneer de bemonstering DNA bevat van drie willekeurige onbekende
personen.