ECLI:NL:RBOVE:2024:1766

Rechtbank Overijssel

Datum uitspraak
4 april 2024
Publicatiedatum
4 april 2024
Zaaknummer
C/08/311090 / KG ZA 24-49
Instantie
Rechtbank Overijssel
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht
Procedures
  • Kort geding
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Vordering tot medewerking aan akte van verdeling in kort geding met betrekking tot woning na huwelijksscheiding

In deze zaak heeft de voorzieningenrechter van de Rechtbank Overijssel op 4 april 2024 uitspraak gedaan in een kort geding tussen eiseres en gedaagde. Eiseres vorderde dat gedaagde zou meewerken aan het opmaken, ondertekenen en verlijden van een akte van verdeling met betrekking tot een woning, zodat de vermogensrechtelijke afwikkeling van hun huwelijk kon worden gerealiseerd. Gedaagde is niet verschenen op de mondelinge behandeling, waardoor verstek is verleend. De voorzieningenrechter heeft vastgesteld dat eiseres een spoedeisend belang heeft bij de gevraagde voorlopige voorziening en heeft de vordering in grote lijnen toegewezen, met uitzondering van de gevorderde dwangsom. De voorzieningenrechter oordeelde dat het vonnis in de plaats treedt van de benodigde instemming of medewerking van gedaagde, wat betekent dat de akte van verdeling kan worden opgemaakt zonder verdere medewerking van gedaagde. Gedaagde is veroordeeld in de proceskosten, die zijn vastgesteld op een totaalbedrag van € 1.349,72. Het vonnis is uitvoerbaar bij voorraad verklaard.

Uitspraak

RECHTBANK Overijssel

Civiel recht
Zittingsplaats Almelo
Zaaknummer: C/08/311090 / KG ZA 24-49
Vonnis in kort geding van 4 april 2024
in de zaak van
[eiseres],
te [woonplaats 1] ,
eisende partij,
hierna te noemen: [eiseres] ,
advocaat: mr. G.H. Hoekman te Almelo,
tegen
[gedaagde],
te [woonplaats 2] ,
gedaagde partij,
hierna te noemen: [gedaagde] ,
niet verschenen.

1.De procedure

1.1.
Het verloop van de procedure blijkt uit:
- de dagvaarding met producties 1 tot en met 6 van 11 maart 2024,
- de aanvullende productie 7 van [eiseres] ,
- de mondelinge behandeling van 3 april 2024, waarvan door de griffier aantekeningen zijn gemaakt,
- het tijdens de mondelinge behandeling tegen [gedaagde] verleende verstek.
1.2.
De door [eiseres] ingediende aanvullende productie 7 zal buiten beschouwing worden gelaten, omdat [gedaagde] niet is verschenen en [eiseres] onvoldoende heeft aangetoond dat [gedaagde] met die productie bekend is of zou kunnen zijn.
1.3.
Ten slotte is vonnis bepaald.

2.De vordering

2.1.
[eiseres] vordert op de in de dagvaarding genoemde gronden – samengevat – dat de voorzieningenrechter:
I. [gedaagde] veroordeelt tot medewerking aan het opmaken, ondertekenen en verlijden van een akte van verdeling tussen partijen met betrekking tot de woning van partijen, op straffe van een dwangsom van € 250,00 per dag(deel) dat hij in gebreke blijft,
II. bepaalt dat als [gedaagde] weigert om medewerking te verlenen, dit vonnis in de plaats treedt van de benodigde instemming of medewerking van [gedaagde] ,
III. [gedaagde] veroordeelt in de proceskosten.

3.De beoordeling

3.1.
[gedaagde] is niet op de mondelinge behandeling verschenen. Bij de dagvaarding zijn de voorgeschreven termijnen en formaliteiten in acht genomen, zodat tegen hem verstek is verleend.
3.2.
De voorzieningenrechter is van oordeel dat [eiseres] een spoedeisend belang heeft bij de door haar gevraagde voorlopige voorziening. Het gevorderde komt de voorzieningenrechter niet onrechtmatig of ongegrond voor en zal daarom worden toegewezen zoals in de beslissing is vermeld, met uitzondering van het volgende.
3.3.
De door [eiseres] gevorderde dwangsom zal worden afgewezen. De voorzieningenrechter zal namelijk bepalen dat als [gedaagde] geen medewerking verleent, dit vonnis in de plaats treedt van de benodigde instemming of medewerking van [gedaagde] . Hiermee is gewaarborgd dat een akte van verdeling tussen partijen tot stand zal komen waardoor [eiseres] geen eigenaresse van de woning meer zal zijn. [eiseres] heeft daarom onvoldoende belang bij het afdwingen van medewerking van [gedaagde] door middel van een dwangsom.
3.4.
[gedaagde] krijgt ongelijk en moet daarom de proceskosten (inclusief nakosten) betalen. De proceskosten van [eiseres] worden vastgesteld op:
- kosten van de dagvaarding
136,72
- griffierecht
320,00
- salaris advocaat
715,00
- nakosten
178,00
(plus de verhoging zoals vermeld in de beslissing)
totaal
1.349,72

4.De beslissing

De voorzieningenrechter
4.1.
veroordeelt [gedaagde] om binnen twee weken na betekening van dit vonnis alle medewerking te verlenen aan het opmaken, ondertekenen en verlijden van de akte van verdeling tussen partijen met betrekking tot de woning aan de [adres] , op basis waarvan de vermogensrechtelijke afwikkeling van hun huwelijk wordt gerealiseerd, dan wel geformaliseerd, zoals is bepaald in het vonnis van de rechtbank Almelo (zaaknummer 73297/HA ZA 05-854) van 22 oktober 2008,
4.2.
bepaalt dat wanneer [gedaagde] weigert om de hiervoor omschreven medewerking te verlenen, dit vonnis in de plaats treedt van de benodigde instemming, dan wel medewerking van [gedaagde] ,
4.3.
veroordeelt [gedaagde] in de proceskosten van € 1.349,72, te betalen binnen veertien dagen na aanschrijving daartoe, te vermeerderen met € 92,00 plus de kosten van betekening als [gedaagde] niet tijdig aan de veroordelingen voldoet en het vonnis daarna wordt betekend,
4.4.
verklaart dit vonnis tot zover uitvoerbaar bij voorraad,
4.5.
wijst het meer of anders gevorderde af.
Dit vonnis is gewezen door mr. C.A. de Beaufort en in het openbaar uitgesproken op 4 april 2024.