Uitspraak
1.[gedaagde 1],
2.
[gedaagde 2],
3.
[gedaagde 3],
Rechtbank Overijssel
In deze zaak heeft eiser, die als verkeersregelaar bij gedaagden heeft gewerkt, betaling van zijn eindafrekening gevorderd. Gedaagden erkenden dat zij nog een eindafrekening aan eiser moesten betalen, maar hielden de betaling op omdat eiser zijn verkeersregelaarspas nog niet had teruggegeven. Gedaagden vorderden als tegeneis de afgifte van de verkeersregelaarspas. De kantonrechter heeft geoordeeld dat gedaagden de eindafrekening aan eiser moesten betalen, aangezien zij dit niet betwistten. Tevens werd de tegeneis van gedaagden toegewezen, waardoor eiser verplicht werd de verkeersregelaarspas terug te geven. De procedure begon met een dagvaarding op 2 november 2023, waarna beide partijen hun standpunten hebben toegelicht. De kantonrechter heeft vastgesteld dat eiser recht had op een bedrag van € 540,51 aan salaris, dat gedaagden te laat hadden uitbetaald. Eiser kreeg ook recht op wettelijke verhoging en buitengerechtelijke incassokosten. De proceskosten werden aan gedaagden opgelegd, terwijl eiser in de tegeneis in het ongelijk werd gesteld.