Uitspraak
RECHTBANK OVERIJSSEL
1.De zaak in het kort
2.De procedure
3.De feiten
dat de heer [eiser] op stel en sprong het gehuurde object moet verlaten, wij hebben hem daarvoor ruimschoots te tijd gegeven.” Daarbij heeft [gedaagde] gewezen op de toekomstplannen van het park en toekomstig gemeentelijk beleid over het permanent wonen op een vakantiepark.
waarbij de huurovereenkomst tussen partijen tegen een nader te bepalen datum met wederzijds goedvinden wordt beëindigd en u als tegenprestatie aan cliënt een bedrag van € 7.200,00 in het kader van een sociaal plan zal betalen.” [gedaagde] heeft dit voorstel niet geaccepteerd.