Uitspraak
RECHTBANK OVERIJSSEL
gemachtigde: Inkassier Gerechtsdeurwaarders & Incasso,
gemachtigde voorheen mr. J. Engels die zich heeft onttrokken, thans procederend in persoon.
Rechtbank Overijssel
In deze zaak heeft de Rechtbank Overijssel op 9 januari 2024 uitspraak gedaan in een verzetprocedure. De eiseres in verzet, aangeduid als [partij A], had een zorgverzekering bij de N.V. Univé, maar had meerdere maanden de premies niet betaald. Univé vorderde betaling van de openstaande premies voor de maanden april tot en met oktober 2022, vermeerderd met rente en kosten. De kantonrechter oordeelde dat de vordering van Univé toewijsbaar was, omdat [partij A] erkende dat de zorgverzekeringsovereenkomst niet was beëindigd. De kantonrechter verwierp de stelling van [partij A] dat zij zich autonoom had verklaard en geen zorgverzekering meer wenste, aangezien Univé niet kon instemmen met een dergelijke opzegging onder de geldende wetgeving. De vordering in reconventie van [partij A] werd afgewezen, omdat deze niet voldeed aan de wettelijke eisen voor immateriële schadevergoeding en omdat de vordering betrekking had op een andere rechtspersoon, het CAK. De kantonrechter verklaarde het verzet ongegrond en bekrachtigde het eerdere verstekvonnis, waarbij [partij A] werd veroordeeld in de proceskosten.