Op 11 januari 2024 heeft de Rechtbank Overijssel, zittingsplaats Zwolle, een verstekvonnis uitgesproken in een kort geding tussen Koffiebranderij Mocca d'Or B.V. en een eenmanszaak die niet is verschenen. De eisende partij, vertegenwoordigd door advocaat mr. G.B. de Jong, vorderde betaling van openstaande rekeningen voor geleverde koffiemachines. De gedaagde partij had twee facturen ontvangen ter waarde van € 61.141,93, maar had deze tot op heden niet voldaan. De voorzieningenrechter heeft vastgesteld dat de wettelijke vereisten voor de dagvaarding zijn nageleefd en heeft verstek verleend tegen de gedaagde.
Tijdens de mondelinge behandeling op 4 januari 2024 is gebleken dat de gedaagde partij in financiële problemen verkeert en een regeling probeert te treffen met schuldeisers. Mocca d'Or heeft conservatoir beslag gelegd op het woonhuis van de gedaagde en heeft een executoriale titel willen verkrijgen. De voorzieningenrechter heeft geoordeeld dat er een spoedeisend belang aanwezig is bij de gevraagde voorlopige voorziening, gezien de omstandigheden van de gedaagde en de noodzaak om de openstaande vordering te incasseren.
De voorzieningenrechter heeft de vordering van Mocca d'Or toegewezen en de gedaagde veroordeeld tot betaling van € 59.500,00, alsook in de proceskosten, die zijn vastgesteld op € 3.696,55. Het vonnis is uitvoerbaar bij voorraad verklaard, wat betekent dat Mocca d'Or direct kan overgaan tot uitvoering van de uitspraak, ondanks mogelijke rechtsmiddelen die de gedaagde zou kunnen aanwenden.