ECLI:NL:RBOVE:2024:210

Rechtbank Overijssel

Datum uitspraak
11 januari 2024
Publicatiedatum
12 januari 2024
Zaaknummer
C/08/306487 / KG ZA 23-265
Instantie
Rechtbank Overijssel
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht
Procedures
  • Eerste aanleg - enkelvoudig
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Verstekvonnis tot betaling van openstaande rekeningen voor koffiemachines met spoedeisend belang bij voorlopige voorziening

Op 11 januari 2024 heeft de Rechtbank Overijssel, zittingsplaats Zwolle, een verstekvonnis uitgesproken in een kort geding tussen Koffiebranderij Mocca d'Or B.V. en een eenmanszaak die niet is verschenen. De eisende partij, vertegenwoordigd door advocaat mr. G.B. de Jong, vorderde betaling van openstaande rekeningen voor geleverde koffiemachines. De gedaagde partij had twee facturen ontvangen ter waarde van € 61.141,93, maar had deze tot op heden niet voldaan. De voorzieningenrechter heeft vastgesteld dat de wettelijke vereisten voor de dagvaarding zijn nageleefd en heeft verstek verleend tegen de gedaagde.

Tijdens de mondelinge behandeling op 4 januari 2024 is gebleken dat de gedaagde partij in financiële problemen verkeert en een regeling probeert te treffen met schuldeisers. Mocca d'Or heeft conservatoir beslag gelegd op het woonhuis van de gedaagde en heeft een executoriale titel willen verkrijgen. De voorzieningenrechter heeft geoordeeld dat er een spoedeisend belang aanwezig is bij de gevraagde voorlopige voorziening, gezien de omstandigheden van de gedaagde en de noodzaak om de openstaande vordering te incasseren.

De voorzieningenrechter heeft de vordering van Mocca d'Or toegewezen en de gedaagde veroordeeld tot betaling van € 59.500,00, alsook in de proceskosten, die zijn vastgesteld op € 3.696,55. Het vonnis is uitvoerbaar bij voorraad verklaard, wat betekent dat Mocca d'Or direct kan overgaan tot uitvoering van de uitspraak, ondanks mogelijke rechtsmiddelen die de gedaagde zou kunnen aanwenden.

Uitspraak

RECHTBANK Overijssel

Civiel recht
Zittingsplaats Zwolle
Zaaknummer: C/08/306487 / KG ZA 23-265
Vonnis in kort geding van 11 januari 2024
in de zaak van
de besloten vennootschap
KOFFIEBRANDERIJ MOCCA D'OR B.V.,
gevestigd te Zwolle,
eisende partij,
hierna te noemen: Mocca d'Or,
advocaat: mr. G.B. de Jong te Groningen,
tegen
[gedaagde], h.o.d.n.
[eenmanszaak],
wonende en zaakdoende te [woonplaats],
gedaagde partij,
hierna te noemen: [gedaagde] ,
niet verschenen.

1.De procedure

1.1.
Het verloop van de procedure blijkt uit:
- de dagvaarding van 18 december 2023;
- de mondelinge behandeling van 4 januari 2024, waarvan door de griffier aantekeningen zijn gemaakt. Namens Mocca d’Or is haar advocaat verschenen. [gedaagde] is niet verschenen. De advocaat van Mocca d’Or heeft namens zijn cliënte het woord gevoerd en vragen van de voorzieningenrechter beantwoord.
1.2.
De voorzieningenrechter kan niet vaststellen dat Mocca d’Or haar productie 6 aan [gedaagde] heeft doen toekomen en zal deze productie buiten beschouwing laten.
1.3.
Tijdens de mondelinge behandeling heeft de advocaat van Mocca d’Or
e-mailwisseling tussen hem en de advocaat van [gedaagde] van 21 en 22 december 2023 aan de voorzieningenrechter overgelegd. De voorzieningenrechter zal deze e-mailwisseling in zijn overwegingen betrekken. Dat is voor [gedaagde] niet bezwaarlijk, omdat de advocaat van [gedaagde] deze correspondentie namens [gedaagde] gevoerd heeft en [gedaagde] geacht kan worden van de inhoud van deze correspondentie op de hoogte te zijn.
1.4.
Vervolgens is vonnis bepaald op uiterlijk 18 januari 2024 of zoveel eerder als mogelijk.
2. De beoordeling
Verstek
2.1.
[gedaagde] is niet op de zitting verschenen. De voorzieningenrechter stelt vast dat bij het betekenen van de dagvaarding de wettelijke vereisten zijn nageleefd en dat de voorgeschreven termijnen en overige formaliteiten in acht zijn genomen. De voorzieningenrechter zal daarom verstek verlenen tegen [gedaagde] .
Vordering
2.2.
[gedaagde] , handelend onder de naam [eenmanszaak] , heeft bij Mocca d’Or koffiemachines besteld. Mocca d’Or heeft die koffiemachines geleverd en zij heeft [gedaagde] daarvoor twee facturen gestuurd met een totaalbedrag van € 61.141,93 inclusief BTW. [gedaagde] heeft de facturen tot op heden niet voldaan. Mocca d'Or vordert bij vonnis, uitvoerbaar bij voorraad, veroordeling van [gedaagde] tot betaling van een bedrag van € 59.500,00 en de proceskosten. Mocca d’Or ziet aanleiding om, onder meer in verband met enkele verrekeningen, haar vordering ten opzichte van eerdergenoemd totaalbedrag te beperken.
Spoedeisend belang
2.3.
Uit de hiervoor genoemde e-mailcorrespondentie is af te leiden dat [gedaagde] het bedrijf van de eenmanszaak [eenmanszaak] , na een afgesprongen overname daarvan, beëindigt en een regeling tracht te treffen met de schuldeisers. Uit die correspondentie en de inlichtingen die de advocaat van Mocca d’Or tijdens de mondelinge behandeling heeft verstrekt blijkt dat Mocca d’Or conservatoir beslag heeft gelegd op het woonhuis van [gedaagde] en dat Mocca d’Or thans een executoriale titel wil verkrijgen. Gelet op het voorgaande acht de voorzieningenrechter het spoedeisend belang bij de gevraagde voorlopige voorziening in voldoende mate aanwezig, ook al is het de bedoeling van partijen, zoals ook uit de
e-mailcorrespondentie staat, dat [gedaagde] haar woonhuis onderhands verkoopt en uit de opbrengst haar schuld aan Mocca d’Or aflost met opheffing van het beslag.
Eindoordeel
2.4.
De vordering van Mocca d’Or komt de voorzieningenrechter vooralsnog niet onrechtmatig of ongegrond voor. Uit de hiervoor genoemde e-mailcorrespondentie noch uit enig ander stuk blijkt overigens dat [gedaagde] de vordering betwist. De voorzieningenrechter wijst de vordering dan ook toe.
2.5.
[gedaagde] is de partij die ongelijk krijgt en zij zal daarom in de proceskosten worden veroordeeld. Tot aan dit vonnis worden de proceskosten aan de zijde van Mocca d'Or als volgt vastgesteld:
- kosten van de dagvaarding
110,55
- griffierecht
2.889,00
- salaris advocaat
697,00
Totaal
697,00

3.De beslissing

De voorzieningenrechter
3.1.
verleent verstek tegen de niet verschenen gedaagde [gedaagde] ,
3.2.
veroordeelt [gedaagde] om aan Mocca d'Or te betalen een bedrag van € 59.500,00,
3.3.
veroordeelt [gedaagde] in de proceskosten, aan de zijde van Mocca d'Or tot dit vonnis vastgesteld op € 3.696,55,
3.4.
verklaart dit vonnis uitvoerbaar bij voorraad.
Dit vonnis is gewezen door mr. C.A. de Beaufort en in het openbaar uitgesproken op 11 januari 2024. (DG)