In deze zaak vordert de besloten vennootschap Energiewacht B.V. betaling van een bedrag van € 115,18 van de gedaagde partij, die niet is verschenen. De vordering betreft de huur van een Cv-ketel, waarbij de eiser stelt dat er een huurovereenkomst is gesloten buiten de verkoopruimte. De eiser heeft de gedaagde partij een offerte verstrekt en stelt dat aan de pre- en contractuele informatieplichten is voldaan. De gedaagde partij heeft echter twee maandtermijnen niet betaald, wat aanleiding geeft tot deze procedure.
De kantonrechter heeft ambtshalve de informatieplichten van de eiser getoetst, zoals vastgelegd in de artikelen 6:230m en 6:230t van het Burgerlijk Wetboek. De rechter oordeelt dat er sprake is van een ernstige schending van de precontractuele informatieplicht, omdat essentiële informatie over de levering van de Cv-ketel niet in de overeenkomst of de algemene voorwaarden is opgenomen. Hierdoor wordt de betalingsverplichting van de gedaagde met 25% verminderd.
Daarnaast heeft de kantonrechter de bedingen in de overeenkomst en de algemene voorwaarden beoordeeld. De rechter concludeert dat de bedingen met betrekking tot prijswijzigingen en incassokosten niet voldoen aan de wettelijke eisen en als oneerlijk kunnen worden aangemerkt. De eiser wordt in de gelegenheid gesteld om zich uit te laten over de vermoedelijke oneerlijkheid van deze bedingen. De kantonrechter houdt verdere beslissingen aan en verwijst de zaak naar de rolzitting van 23 juli 2024, waar de eiser zich schriftelijk mag uitlaten over de bevindingen van de rechter.