In deze zaak heeft de Rechtbank Overijssel, zittingsplaats Zwolle, op 3 september 2024 uitspraak gedaan in een civiele procedure tussen Billink Financial Solutions B.V. en een gedaagde partij. Billink vorderde betaling van een factuur van € 34,95 voor een jeans legging, die volgens hen door de gedaagde was besteld. De gedaagde heeft echter betwist dat zij de bestelling heeft geplaatst of ontvangen. De rechtbank heeft vastgesteld dat Billink onvoldoende bewijs heeft geleverd om aan te tonen dat de gedaagde de bestelling heeft ontvangen. De kantonrechter oordeelde dat de bewijslast bij Billink ligt, en dat zij niet heeft aangetoond dat de bestelling daadwerkelijk is geleverd aan het woonadres van de gedaagde. Hierdoor werd de vordering afgewezen, evenals de nevenvorderingen zoals rente en kosten. Billink werd veroordeeld in de proceskosten, die aan de zijde van de gedaagde op nihil werden begroot.