ECLI:NL:RBOVE:2024:4749

Rechtbank Overijssel

Datum uitspraak
9 september 2024
Publicatiedatum
11 september 2024
Zaaknummer
11239230 \ CV EXPL 24-2563
Instantie
Rechtbank Overijssel
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht
Procedures
  • Eerste aanleg - enkelvoudig
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Vordering tot betaling van openstaande facturen in kort geding tussen Care for Coffee B.V. en [gedaagde] B.V.

In deze zaak heeft de rechtbank Overijssel op 9 september 2024 uitspraak gedaan in een kort geding tussen Care for Coffee B.V. en [gedaagde] B.V. Care for Coffee vorderde betaling van openstaande facturen ter hoogte van € 3.923,89, vermeerderd met wettelijke handelsrente en buitengerechtelijke kosten van € 517,39. De eiser, Care for Coffee, heeft verschillende overeenkomsten met de gedaagde gesloten voor het leveren van diensten met betrekking tot koffiemachines. De gedaagde heeft echter de overeenkomsten tussentijds beëindigd en betwist de verschuldigdheid van de openstaande facturen, stellende dat er een gentlemen's agreement was om de facturen te verrekenen met te veel betaalde cliqs. De kantonrechter heeft de vordering van Care for Coffee toegewezen, omdat het verweer van de gedaagde als ongeloofwaardig werd beschouwd. De rechter oordeelde dat de gedaagde de openstaande bedragen moest betalen, inclusief de gevorderde buitengerechtelijke kosten. De kosten van de procedure zijn ook aan de gedaagde opgelegd, die als in het ongelijk gestelde partij werd aangemerkt.

Uitspraak

RECHTBANK OVERIJSSEL

Team kanton en handelsrecht
Zittingsplaats Enschede
Zaaknummer : 11239230 \ CV EXPL 24-2563
Vonnis in kort geding van 9 september 2024
in de zaak van
de besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid
CARE FOR COFFEE B.V.,
gevestigd en kantoorhoudende te Nijverdal,
eisende partij,
hierna te noemen: Care for Coffee,
gemachtigden: mr. E.P.W.A. Bink en mr. T.H.J. Schot,
advocaten te Breda,
tegen
de besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid
[gedaagde] B.V.,
gevestigd en kantoorhoudende te [vestigingsplaats],
gedaagde partij,
hierna te noemen: [gedaagde],
gemachtigde: [gemachtigde], directeur.

1.De procedure

1.1.
Het verloop van de procedure blijkt uit:
- de dagvaarding met producties,
- de aantekeningen van de griffier van de op 2 september 2024 gehouden mondelinge behandeling;
1.2.
Ten slotte is vonnis bepaald.

2.De feiten

2.1.
Care for Coffee en [gedaagde] hebben op 25 oktober 2019 (voor de duur van 60 maanden), op 9 november 2020 (voor de duur van 48 maanden) en op 24 september 2021 (voor de duur van 48 maanden) een drietal overeenkomsten tot opdracht gesloten, waarbij Care for Coffee in opdracht en voor rekening van [gedaagde] diensten heeft geleverd die zagen op het installeren van een koffiemachine, wekelijks reinigen van koffiemachines, het leveren van cliqs voor de koffiemachine en het technisch onderhoud van de machine.
2.2.
Op 17 mei 2023 stuurt [gemachtigde] aan ‘[naam 1]’ van Care for Coffee een e-mail met onder meer de navolgende inhoud:
[… .]
Graag wil ik gebruik maken van onze gentlemen’s agreement waarbij we ons contract met Care for Coffee willen beëindigen. [… .]
2.3.
Op 17 mei 2023 stuurt [naam 2] van Care for Coffee aan [gemachtigde] een
e-mail met onder meer de navolgende inhoud:
[… .]
Wij hanteren een opzegtermijn van een maand [… .]
Dit betekent dat het contract eindigt op 1 juli 2023.
Maandag 3 juli komen wij de koffiemachines bij jullie ophalen.
[… .]
2.4.
Op 30 juni 2023 stuurt [naam 3] van Care for Coffee een e-mail aan [gemachtigde] met onder meer de navolgende inhoud:
[… .]
A.s. maandag zijn wij bij jullie om de koffiemachines op te halen.
Wel blijkt uit onze administratie dat er nog een aantal facturen openstaan voor betaling en deze zijn tot op heden nog niet voldaan.
Een overzicht hiervan tref je aan in de bijlage.
[… .]
2.5.
Op 11 juli 2023 stuurt [naam 3] van Care for Coffee een e-mail aan [gemachtigde] met onder meer de navolgende inhoud:
[… .]
Goedemorgen [gemachtigde],
Heb je hier al naar kunnen kijken.
Ik zie dat de facturen nog openstaan voor betaling.
[… .]
2.6
Op 17 augustus 2023 stuurt [naam 3] van Care for Coffee een e-mail aan [gemachtigde] met onder meer de navolgende inhoud:
[… .]
Op onderstaande mail hebben wij nog geen reactie en betaling mogen ontvangen.
[… .]
Graag zien wij de betaling van de facturen genoemd in de bijlage binnen 5 werkdagen op onze rekening.
[… .]
2.7.
Op of omstreeks 25 september 2023 vindt tussen [naam 1] (namens Care for Coffee) en [gemachtigde] navolgend whatsapp-gesprek plaats:
[naam 1]:Naar je zaak gebeld met de vraag om contact op te nemen met mij vandaag wanneer je tot betaling over gaat!!!
[… .]
[gedaagde]:
Hey [naam 1], zit de hele dag in afspraken. Betaling gaat vandaag de deur uit.
2.8.
Op 9 november 2023 e-mailt [naam 4], met in de cc [gemachtigde], met gebruikmaking van het emailadres [e-mailadres], -[bedrijf] is de handelsnaam van [gedaagde]- aan [naam 3] onder meer het navolgende:
[… .]
Ik wil graag de navolgende betalingsregeling voorstellen:
[… .]
2.9.
Op 9 november 2023 stuurt [naam 3] van Care for Coffee een e-mail aan [naam 4], met in de cc [gemachtigde], met onder meer de navolgende inhoud:
[… .]
Na overleg met onze directie gaan wij NIET akkoord met het voorstel
[… .]
2.10.
Op 30 november 2023 heeft Care for Coffee haar vordering ter incasso uit handen gegeven. Bij brief van gelijke datum is [gedaagde] door de incassogemachtigde van Care for
Coffee gesommeerd tot betaling van een bedrag in hoofdsom ad € 3.923,89, vermeerderd met een bedrag aan buitengerechtelijke kosten.

3.Het geschil en de beoordeling

3.1.
Care for Coffee vordert na wijziging van haar vordering - samengevat - om [gedaagde] te veroordelen tot betaling van een bedrag in hoofdsom groot € 3.923,89, te vermeerderen met de wettelijke handelsrente, alsmede vermeerderd met een bedrag van € 517,39 aan buitengerechtelijke kosten. Care for Coffee verwijst naar de hiervoor opgenomen feiten en stelt dat [gedaagde] een 5-tal facturen voor een totaalbedrag van € 3.923,89, ondanks dat zij daartoe meermalen tot betaling is aangemaand, onbetaald heeft gelaten.
3.2.
[gedaagde] voert verweer en concludeert tot afwijzing van de vordering. Zij erkent het bestaan van de door Care for Coffee gestelde overeenkomsten en dat deze overeenkomsten in onderling overleg met ‘[naam 1]’ met wederzijds goedvinden tussentijds zijn beëindigd. [gedaagde] stelt dat de reden van deze beëindiging is gelegen in het feit dat zij jarenlang te veel heeft betaald voor de door haar afgenomen cliqs. Meer concreet stelt zij dat zij voor 3000 cliqs heeft betaald terwijl er maar 2000 cliqs per maand door haar werden verbruikt. Aan de beëindiging ligt een ‘gentlemen’s agreement’ ten grondslag waarbij tussen partijen is afgesproken, te weten tussen [gemachtigde] en [naam 1] van Care for Coffee, dat de nog openstaande facturen door Care for Coffee zouden verrekend met de door [gedaagde] in de loop der jaren te veel betaalde cliqs. Tevens zou [gedaagde] afzien van het eigendomsrecht van de koffiemachines die zij aan het einde van de contractperioden zou verwerven.
3.3.
Care for Coffee erkent dat er tussen partijen een afspraak is gemaakt om de tussen partijen bestaande overeenkomsten tussentijds te beëindigen, maar zij betwist uitdrukkelijk dat tussen partijen is afgesproken dat de verschuldigdheid van de openstaande facturen hiermee eveneens zouden komen te vervallen.
3.4.
Zoals tijdens de mondelinge behandeling aan de orde is geweest, acht de kantonrechter een vordering als de onderhavige in het algemeen niet zo spoedeisend dat hiervoor een kortgedingprocedure de aangewezen procedure is. Louter om pragmatische redenen zal de kantonrechter de zaak toch inhoudelijk beoordelen omdat, gelet op hetgeen hierna wordt overwogen, er geen redenen zijn om er ook maar enigszins te twijfelen of de rechter in een bodemprocedure niet tot een gelijkluidend oordeel zou komen.
3.5.
[gemachtigde] heeft tijdens de mondelinge behandeling meegedeeld dat de door hem gestelde afspraak met [naam 1] van Care for Coffee mondeling is gemaakt en niet schriftelijk is bevestigd. De kantonrechter heeft [gemachtigde] tijdens de mondelinge behandeling geconfronteerd met diverse vanuit Care for Coffee na de beëindiging van de overeenkomsten verzonden e-mails waarbij om betaling van de openstaande facturen is verzocht. In reactie hierop heeft [gemachtigde] nimmer gerefereerd aan de door hem gestelde met [naam 1] van Care for Coffee gemaakte afspraak, hetgeen toch voor de hand zou hebben gelegen. Saillant detail in deze is dat [gemachtigde] op 25 september 2023 in eigen persoon aan [naam 1] van Care for Coffee in een WhatsApp-gesprek de betalingen van de openstaande facturen heeft toegezegd. [gemachtigde] heeft hiervoor ter mondelinge behandeling geen verklaring kunnen geven. Daarnaast heeft [naam 4] op 9 november 2023 namens [gedaagde] aan Care for Coffee een betalingsregeling voor de onbetaalde facturen voorgesteld. Ook hiervan heeft [gemachtigde] niet kunnen verklaren hoe zich dit verhoudt met het thans ingenomen standpunt, met name gelet op de omstandigheid dat [gemachtigde] in cc stond bij het bericht van 9 november 2023.
3.6.
Vorenstaande omstandigheden, het door [gemachtigde] niet refereren aan de gestelde verrekeningsafspraak, de toezegging van [gemachtigde] dat er betaald zou worden en het voorstel tot het treffen van een betalingsregeling door [naam 4] namens [gedaagde], zijn zo tegenstrijdig met hetgeen [gedaagde] de kantonrechter wil doen laten geloven, dat de kantonrechter het verweer van [gedaagde] als ongeloofwaardig zal passeren. Een en ander betekent dat de vordering in hoofdsom van Care for Coffee als onvoldoende weersproken zal worden toegewezen, te vermeerderen met de wettelijke handelsrente vanaf de vervaldata van de verschillende facturen tot aan de dag van algehele voldoening.
3.7.
[gedaagde] heeft de gevorderde buitengerechtelijke kosten ad € 517,39 niet weersproken. De hoogte van het gevorderde bedrag is in overeenstemming met de tarieven die zijn weergegeven in het Besluit vergoeding voor buitengerechtelijke incassokosten en worden geacht redelijk te zijn. De vordering is daarom toewijsbaar.
3.8.
[gedaagde] zal als de in het ongelijk gestelde partij in de kosten van deze procedure worden veroordeeld tot op vandaag gevallen en begroot op € 1.271,22, te weten:
kosten dagvaarding € 115,22;
griffierecht € 496,00; (2 punten x € 264,00)
salaris gemachtigde € 528,00;
nakosten
€ 132,00;
totaal € 1.271,22.

4.De beslissing

De kantonrechter:
4.1.
veroordeelt [gedaagde] om tegen behoorlijk bewijs van kwijting aan Care for Coffee te betalen een bedrag van € 3.923,89, te vermeerderen met de wettelijke handelsrente over de vervaldata van de facturen tot aan de dag van de algehele voldoening;
4.2.
veroordeelt [gedaagde] om tegen behoorlijk bewijs van kwijting aan Care for Coffee te betalen een bedrag van € 517,39;
4.3.
veroordeelt [gedaagde] in de kosten van deze procedure tot op heden aan de zijde van Care for Coffee begroot op € 1.271,22, te betalen binnen 14 dagen na aanschrijving daartoe, vermeerderd met de wettelijke rente daarover, te rekenen vanaf de 15e dag na de datum van voormelde aanschrijving. Als [gedaagde] niet tijdig aan de veroordelingen voldoet en het vonnis daarna wordt betekend, dan moet [gedaagde] ook de kosten van de betekening betalen;
4.4.
verklaart dit vonnis tot zover uitvoerbaar bij voorraad;
4.5.
wijst af het meer of anders gevorderde.
Aldus gewezen op 9 september 2024 en in het openbaar uitgesproken door mr. A.M.S. Kuipers, kantonrechter.