ECLI:NL:RBOVE:2024:4805

Rechtbank Overijssel

Datum uitspraak
17 september 2024
Publicatiedatum
17 september 2024
Zaaknummer
71/010318-24 (P) en 71/176776-24 (ter terechtzitting gevoegd)
Instantie
Rechtbank Overijssel
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Strafrecht
Procedures
  • Eerste aanleg - meervoudig
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Veroordeling van een man voor het voorhanden hebben van wapens, munitie en harddrugs, en voor witwassen

Op 17 september 2024 heeft de Rechtbank Overijssel een 25-jarige man veroordeeld tot een gevangenisstraf van zeven jaren. De verdachte was betrokken bij het voorhanden hebben van (omgebouwde) wapens, (bewerkte) munitie en onderdelen van wapens, evenals het bezit van harddrugs. De rechtbank oordeelde dat de verdachte samen met anderen handelde in strijd met de Wet wapens en munitie, en dat hij zich schuldig maakte aan het voorhanden hebben van harddrugs en witwassen. De feiten vonden plaats tussen 1 januari 2022 en 16 april 2024, met een aanzienlijke hoeveelheid wapens en munitie die door de verdachte werden besteld en getest. De rechtbank concludeerde dat de verdachte een wezenlijke bijdrage had geleverd aan het ombouwen van alarmpistolen naar scherp schietende vuurwapens en dat hij een gewoonte had gemaakt van het witwassen van geld dat hij uit deze criminele activiteiten had verkregen. De rechtbank hield rekening met de ernst van de feiten en de impact op de samenleving, en legde een hogere straf op dan door de officier van justitie was geëist.

Uitspraak

RECHTBANK OVERIJSSEL

Team Strafrecht
Meervoudige kamer
Zittingsplaats Zwolle
Parketnummers: 71/010318-24 (P) en 71/176776-24 (ter terechtzitting gevoegd)
Parketnummer TUL: 13/309014-21
Datum vonnis: 17 september 2024
Vonnis op tegenspraak in de zaak van de officier van justitie tegen:
[verdachte],
geboren op [geboortedatum 1] 1998 in [geboorteplaats 1] ,
wonende aan de [adres 1]
,
nu verblijvende in de [locatie 1] .

1.Het onderzoek op de terechtzitting

Dit vonnis is gewezen naar aanleiding van het onderzoek op de openbare terechtzitting van 16 april 2024, 2 juli 2024 en van 3 september 2024.
De rechtbank heeft kennis genomen van de vordering van de officieren van justitie (hierna: de officier van justitie) en van wat door verdachte en zijn raadsman mr. N.M. van Wersch, advocaat in Amsterdam, naar voren is gebracht.

2.De tenlastelegging

Voor de leesbaarheid van dit vonnis nummert de rechtbank de feiten van de zaak met parketnummer 71/010318-24 als feiten 1 tot en met 4 en het feit van de zaak met parketnummer 71/176776-24 als feit 5.
De verdenking komt er, na wijziging van de tenlastelegging in de zaak met parketnummer 71/010318-24 van 2 juli 2024, kort en zakelijk weergegeven, op neer dat verdachte zich schuldig heeft gemaakt aan:
feit 1:medeplegen van het zonder erkenning vervaardigen en/of transformeren van wapens van categorie II en/of III en/of munitie van categorie II en/of III van de Wet wapens en munitie en daarvan een beroep of gewoonte maken;
feit 2:medeplegen van het voorhanden hebben wapens en/of onderdelen van wapens van categorie II en/of categorie III en/of munitie van categorie III van de Wet wapens en munitie;
feit 3:medeplegen van een poging tot het overdragen van wapens en/of onderdelen van wapens van categorie II en/of categorie III en/of van munitie van categorie II en/of categorie III van de Wet wapens en munitie en daarvan een beroep of gewoonte maken;
feit 4:het opzettelijk aanwezig hebben van harddrugs;
feit 5:(gewoonte)witwassen van voorwerpen, waaronder geldbedragen, met een totaalbedrag van € 60.258,02.
Voluit luidt de tenlastelegging aan verdachte, dat:
1.
hij in of omstreeks de periode van 1 januari 2022 tot en met 16 april 2024 te Spaarndam, en/of te Zaandam, en/of te 's-Gravenhage, en/of te Zwolle, althans in Nederland, tezamen en in vereniging met één of meer anderen, althans alleen, een beroep en/of gewoonte heeft gemaakt van het zonder erkenning vervaardigen en/of transformeren van één of meer wapens van categorie II en/of III, en/of munitie van categorie II en/of categorie III van de Wet wapens en munitie;
2.
hij in of omstreeks de periode van 1 januari 2022 tot en met 17 januari 2024 te Spaarndam, en/of te 's-Gravenhage, en/of te Wateringen, althans in Nederland, tezamen en in vereniging met een of meer anderen, althans alleen, wapens en/of onderdelen van wapens van categorie II onder 2 en/ofcategorie III onder 1 en/of onder 4 van de Wet wapens en munitie, te weten onder andere:
  • een vuurwapen, merk CZ.45 97B, kaliber .45, voorzien van munitie, en/of een getransformeerd vuurwapen, merk Retay, type PI 14,
  • een of meerdere automatische vuurwapens, en/of
  • een of meerdere gas/alarmpistolen, onder andere van het merk Blow en/of Retay en/of Ekol Firat Compact Titan 9mm, en/of
  • een of meerdere vuurwapens met het merk Beretta, te weten onder andere Beretta 9x19, en/of
  • een of meerdere vuurwapens met het merk Blow, te weten onder andere Blow TR17 en/of Blow TR92 en/of Blow TR14, en/of
  • een of meerdere vuurwapens met het merk Glock, te weten onder andere Glock 17, al dan niet met verlengd magazijn, en/of Glock 17 Gen 4 en/of Glock 17 Gen 5 en/of Glock 19 Gen 5 en/of Glock 26 en/of Glock 48 en/of Glock 25, en/of
  • een of meerdere patroonhouders en/of patroonmagazijnen, en/of

munitie van categorie III van de Wet wapens en munitie, te weten onder andere:

  • een of meerdere kogelpatronen, onder andere met kaliber .32 Auto/7,65 br, en/of
  • een of meerdere knalpatronen,

in elk geval wapens en/of onderdelen van wapens en/of munitie in de zin van categorie II en/of III van de Wet wapens en munitie voorhanden heeft gehad;

3.
hij in of omstreeks de periode van 1 november 2023 t/m 16 april 2024 te Spaarndam, en/of te Zwolle, althans in Nederland, ter uitvoering van het door hem, verdachte, voorgenomen misdrijf om tezamen en in vereniging met een of meer anderen, althans alleen, wapens en/of onderdelen van wapens in de zin van categorie II en/of III van de Wet wapens en munitie, te weten onder andere:
  • een of meerdere vuurwapens met het merk Beretta, te weten onder andere Beretta 9x19, en/of
  • een of meerdere vuurwapens met het merk Blow, te weten onder andere Blow TRI7 en/of Blow TR92 en/of Blow TRI4, en/of
  • een of meerdere vuurwapens met het merk Glock, te weten onder andere Glock 17, al dan niet met verlengd magazijn, en/of Glock 17 Gen 4 en/of Glock 17 Gen 5 en/of Glock 19 Gen 5 en/of Glock 26 en/of Glock 48 en/of Glock 25, en/of
  • een of meerdere patroonmagazijnen,

en/of munitie van categorie II en/of III van de Wet wapens en munitie, te weten:

-
een of meerdere kogelpatronen en/of knalpatronen, in elk geval wapens en/of onderdelen van wapens en/of munitie in de zin van categorie II en/of III van de Wet wapens en munitie,

over te dragen, immers heeft hij, verdachte,

  • via berichtenverkeer meermaals contact gehad met anderen over de aankoop, verkoop, vraagprijs en beschikbaarheid van bovengenoemde vuurwapens en/of munitie, en/of
  • via berichtenverkeer meermaals afbeeldingen en filmmateriaal van bovengenoemde vuurwapens en/of munitie naar anderen verzonden en/of van anderen ontvangen, en/of
  • via berichtenverkeerd bovengenoemde vuurwapens en/of munitie te koop aangeboden en/of aangeboden gekregen, althans heeft verdachte in die berichten aangestuurd op de verkoop en/of aankoop van deze vuurwapens en/of munitie, door aan en/of van een of meer anderen afbeeldingen en/of specificaties van de vuurwapens en/of munitie te sturen en/of te ontvangen en/of het verkoopbedrag en/of het aankoopbedrag van de vuurwapens en/of munitie door te geven en/of over de verkoopprijs en/of aankoopprijs te onderhandelen,

terwijl hij, verdachte, hiervan een beroep en/of gewoonte heeft gemaakt, terwijl de uitvoering van dat voorgenomen misdrijf niet is voltooid;

4.
hij op of omstreeks 17 januari 2024 te Spaarndam, althans in Nederland, opzettelijk aanwezig heeft gehad, 29 gram MDMA (XTC) en/of 40 gram MDMA (XTC), in elk geval een hoeveelheid van een materiaal bevattende MDMA (XTC), zijnde MDMA (XTC) een middel als bedoeld in de bij de Opiumwet behorende lijst I, dan wel aangewezen krachtens het vijfde lid van artikel 3a van die wet;
5.
hij in of omstreeks de periode van 1 januari 2022 tot en met 16 april 2024, te Spaarndam, althans in Nederland, tezamen en in vereniging met één of meer anderen, althans alleen, meermalen, althans eenmaal, een of meer voorwerpen, te weten onder andere geldbedragen van in totaal ongeveer € 60.258,02, heeft verworven, voorhanden heeft gehad, heeft overgedragen, heeft omgezet, en/of daarvan gebruik heeft gemaakt, terwijl hij wist, althans redelijkerwijs moest vermoeden, dat dat voorwerp c.q. die voorwerpen, geheel en/of gedeeltelijk, onmiddellijk en/of middellijk, afkomstig was c.q. waren uit enig misdrijf en/of uit enig eigen misdrijf, en hij van het plegen van witwassen een gewoonte heeft gemaakt.

3.De bewijsmotivering

3.1
Het standpunt van de officier van justitie
De officier van justitie heeft zich, overeenkomstig het op schrift gestelde requisitoir, op het standpunt gesteld dat de feiten 1, 2, 3, 4 en 5 wettig en overtuigend bewezen kunnen worden verklaard.
3.2
Het standpunt van de verdediging
Feit 1
De raadsman heeft vrijspraak van feit 1 bepleit. Verdachte heeft enkel een aantal bestellingen geplaatst en pakketten in ontvangst genomen. Hij had geen daadwerkelijke betrokkenheid bij het ombouwen van alarmpistolen. Hij heeft hand- en spandiensten verricht, maar wist niet wat er met de alarmpistolen en anderen materialen die hij bestelde gedaan werd.
Feit 2
De raadsman heeft gedeeltelijke vrijspraak bepleit van feit 2. Verdachte heeft een bekennende verklaring afgelegd ten aanzien van het voorhanden hebben van het (doorgeladen) getransformeerde vuurwapen en de zich daarin bevindingen kogelpatronen die in de auto van medeverdachte [medeverdachte] werden aangetroffen en de patroonhouders die in de auto en in zijn woning werden aangetroffen. Die onderdelen van de tenlastelegging kunnen worden bewezenverklaard. Ten aanzien van het voorhanden hebben van andere dan die wapens en munitie dient verdachte te worden vrijgesproken. Van de (gas)alarmpistolen van de merken Blow, Retay en Ekol Firat kan niet worden vastgesteld dat die werden besteld op naam van verdachte. De wapens werden voorts ook niet op zijn adres geleverd, zodat verdachte daarover niet de feitelijke macht had. Van de overige op de tenlastelegging genoemde wapens en munitie kan volgens de raadsman niet worden vastgesteld dat verdachte deze wapens binnen de tenlastegelegde periode voorhanden heeft gehad.
Feit 3
De raadsman heeft vrijspraak van feit 3 bepleit. De handelingen van verdachte bleven steken in de pogingsfase en het is onmogelijk om van het pogen van wapenhandel een gewoonte of beroep te maken.
Feit 4
De raadsman heeft geen bewijsverweren gevoerd, gelet op de bekennende verklaring van verdachte.
Feit 5
De raadsman heeft zich op het standpunt gesteld dat het in de tenlastelegging genoemde bedrag een aantal bedragen in mindering moet worden gebracht, zodat de bewezenverklaring recht doet aan de bedragen die verdachte voor zijn diensten heeft ontvangen en daarnaast recht doet aan de daadwerkelijke waarde van de luxe goederen behorend bij de aangetroffen labels.
3.3
Het oordeel van de rechtbank
Aanleiding
In het onderhavige onderzoek 26DIEPPE werden bij vonnissen van 9 april 2024 drie personen veroordeeld voor onder meer het medeplegen van het maken van een beroep of gewoonte van het transformeren en vervaardigen van wapens en munitie. Tijdens het onderzoek tegen die personen werden biologische sporen van verdachte aangetroffen en veilig gesteld. Die sporen werden aangetroffen aan de binnenzijde van een handschoen in een garagebox aan de [adres 2] en op delen van een vuurwapen in een woning aan het [adres 3] . Tijdens doorzoekingen van de woningen van de drie (inmiddels) veroordeelden zijn meerdere mobiele telefoons in beslag genomen en onderzocht. Op twee van die telefoons werden onder meer filmpjes aangetroffen, waarop verdachte herkenbaar in beeld is en waarin te zien is hoe hij een automatisch vuurwapen doorlaadt en afvuurt.
Naar aanleiding van onder meer de bovengenoemde bevindingen werd verdachte op
17 januari 2024 aangehouden op verdenking van overtreding van de Wet wapens en munitie (WWM). Diezelfde dag werden de woning van verdachte en zijn (ex)partner medeverdachte [medeverdachte] (hierna: [medeverdachte] ), aan de [adres 1] , en een personenauto van het merk Volkswagen, type Golf Plus en met kenteken [kenteken] , op naam van [medeverdachte] , doorzocht en werden een laptop en meerdere telefoons in beslag genomen. De informatie die op één van de telefoons en op de laptop werd aangetroffen, is aanleiding geweest voor nader onderzoek en uiteindelijk de vervolging van verdachte.
3.3.1
Ten aanzien van feit 1
3.3.1.1 Feiten en omstandigheden
Op grond van het dossier en het verhandelde ter terechtzitting stelt de rechtbank de volgende feiten en omstandigheden vast.
Informatie aangetroffen op de laptop
Tijdens de doorzoeking van de woning van verdachte werd een laptop aangetroffen. Die werd in beslag genomen en de inhoud daarvan werd onderzocht. Op de laptop werd onder meer e-mailverkeer vanaf 4 januari 2022 aangetroffen, tussen de gebruiker van het e-mailadres [e-mailadres 1] en het e-mailadres [e-mailadres 2] . [bedrijf 1] is onderdeel van het in [vestigingsplaats 2] gevestigde bedrijf [bedrijf 1] en verkoopt artikelen voor de buitensport, de jacht en zelfverdediging. De rechtbank stelt op basis van de
e-mailcorrespondentie vast dat met het voornoemde e-mailadres van verdachte meerdere bestellingen van (gas)alarmpistolen werden geplaatst, te weten:
  • een bestelling van acht (gas)alarmpistolen van het merk Ekol Firat Compact Titan 9mm met een totale verkoopprijs van € 920,00 met ordernummer [ordernummer 1] , die op 10 januari 2022 werd verzonden;
  • een bestelling van 24 Ekol Firat Compact 9mm (gas)alarmpistolen in verschillende uitvoeringen met een totale waarde van € 2.749,50, waarvan er uiteindelijk 21 werden verzonden.
Op de laptop van verdachte werd verder een softwareprogramma aangetroffen waarmee
3D-modellen geprint kunnen worden. Eveneens werden enkele afbeeldingen gevonden van onderdelen die geprint konden worden. Een gespecialiseerd medewerker van de afdeling Wapens en Munitie van de politie heeft naar de afbeeldingen gekeken en geconcludeerd dat het om afbeeldingen van onderdelen voor een vuurselector, bestemd voor een pistool van het merk Glock. Op de afbeeldingen werden een montageblok, een schakelaar en een onderbreker weergegeven. Als deze onderdelen worden samengesteld en op de achterzijde van de slede van een Glock worden geplaatst, dan kan middels de schakelaar een keuze gemaakt worden tussen enkelschots of automatisch vuren. Het softwareprogramma en de afbeeldingen van 3D-modellen waren van verdachte.
Informatie aangetroffen op de IPhone 14 Plus
Onder verdachte werden bij zijn aanhouding ook meerdere telefoons in beslag genomen. Uit onderzoek naar de inhoud van een van die telefoons, een IPhone 14 Plus, en bankafschriften van het rekeningnummer [rekeningnummer 1] , op naam van [medeverdachte] , is naar voren gekomen dat via het e-mailadres [e-mailadres 3] in augustus, november en december 2023 in totaal drie bestellingen werden geplaatst bij de webshop [internetsite] , waarvan er twee betaald werden via de bankrekening van [medeverdachte] . In totaal werden 115 massieve staven met verschillende lengtes en diameters besteld. Het is de rechtbank ambtshalve bekend dat massieve metalen buizen worden gebruikt bij het ombouwen van (gas)alarmpistolen naar met scherp schietende vuurwapens. Hierbij worden deze buizen gebruikt om als loop te dienen.
Ook werden op de IPhone 14 Plus schermafdrukken aangetroffen van bestellingen bij het bedrijf [bedrijf 2] . Dit bedrijf, gevestigd in Estland, richt zich op de online verkoop van onder andere militaire producten. Bij [bedrijf 2] op zijn op 10 januari 2024, 12 januari 2024 en 13 januari 2024 in totaal vier bestellingen zijn geplaatst, waarbij gebruik werd gemaakt van het e-mailadres [e-mailadres 1] . In totaal werden 75 (gas)alarmpistolen van de merken Retay en Blow besteld.
Op de IPhone 14 Plus werden verder foto’s en filmpjes aangetroffen. Een van die filmpjes werd verstuurd met het Snapchat-account ‘ [gebruikersnaam 1] ’. In dat filmpje zijn kogelpatronen zichtbaar en wordt getoond dat de punt van een kogelpatroon afgestompt is en wit van kleur is.
Verklaring verdachte
Verdachte heeft verklaard dat hij in opdracht van een ander of anderen (gas)alarmpistolen en massieve staven heeft besteld en dat hij daarvoor contante betalingen ontving. Dit deed hij met de bij hem in gebruik zijnde e-mailadressen: [e-mailadres 1] en [e-mailadres 3] . Ook maakte verdachte gebruik van het Snapchat-account [gebruikersnaam 1] . Verdachte kreeg geld om de goederen te betalen en heeft ook betalingen gedaan vanaf de rekening van [medeverdachte] . Verdachte hield de zendingen in de gaten middels ‘track en trace’. De wapens die hij bestelde, nam hij ook in ontvangst. Vervolgens testte hij de wapens, alvorens ze af te leveren op de aan hem doorgegeven locatie. Tenminste één keer heeft hij een wapen of wapens geleverd aan één van de op 9 april 2024 veroordeelde personen.
3.3.1.2 Overwegingen en conclusies
De rechtbank overweegt dat verdachte, gelet op de vastgestelde feiten en omstandigheden, vanaf januari 2022 meerdere malen (gas)alarmpistolen en metalen staven heeft besteld en dat hij in ieder geval een deel van die bestellingen heeft betaald en in ontvangst heeft genomen. Na ontvangst heeft verdachte de pakketten uitgepakt en heeft hij de wapens getest. Vervolgens heeft verdachte de wapens, in opdracht van een of meer anderen, afgeleverd op locaties die hem door zijn opdrachtgever(s) werden doorgestuurd. Op die locaties werden de wapens omgebouwd tot met scherp schietende vuurwapens. Uit de op de IPhone 14 Plus aangetroffen foto’s en filmpjes, waarin onder meer wordt getoond dat de punt van een kogelpatroon afgestompt is en wit van kleur is, leidt de rechtbank af dat ook munitie werd getransformeerd.
De rechtbank is van oordeel dat het procesdossier onvoldoende aanwijzingen bevat om te kunnen vaststellen dat verdachte zelf wapens en munitie heeft getransformeerd en vervaardigd en ziet zich voor de vraag gesteld of in de onderhavige zaak sprake was van het medeplegen van het transformeren en vervaardingen van wapens en munitie. Zij overweegt daartoe het volgende.
Om tot medeplegen te kunnen komen, moet sprake zijn geweest van een nauwe en bewuste samenwerking tussen ten minste twee personen. Daarnaast moet de intellectuele of materiële bijdrage van de medepleger(s) van voldoende gewicht zijn. De rechtbank is van oordeel dat verdachte een wezenlijke materiële bijdrage heeft geleverd, door (gas)alarmpistolen en metalen buizen te bestellen, deze goederen in ontvangst te nemen, te testen en ervoor te zorgen dat ze op de juiste locatie terechtkwamen.
De rechtbank overweegt voorts dat in de onderhavige zaak meerdere personen betrokken waren, waaronder verdachte, de persoon/personen die hem opdrachten gaf/gaven en de personen bij wie verdachte (gas)alarmpistolen en de metalen buizen afleverde en die de wapens vervolgens ombouwden tot met scherp schietende vuurwapens. Om dat proces goed te laten verlopen, was nauwkeurige afstemming noodzakelijk. Verdachte werkte derhalve nauw en bewust samen met meerdere anderen. De verklaring van verdachte, inhoudende dat hij niet wist wat er met de wapens en staven gebeurde, vindt geen steun in het dossier. Sterker nog, de bewijsmiddelen, in het bijzonder de afbeeldingen van de 3D-modellen van onderdelen van een vuurselector, bedoeld voor het ombouwen van een Glock, weerspreken de verklaring van verdachte. Dat verdachte die modellen enkel had vanwege een algemene interesse in de werking van 3D-printers acht de rechtbank onaannemelijk, gelet op de aard van de aangetroffen afbeeldingen, bezien in samenhang met de bestellingen van vuurwapens en het in ontvangst nemen van de wapens en het testen ervan. De rechtbank schuift die verklaringen van verdachte dan ook terzijde.
De rechtbank is, gezien het vorenstaande, van oordeel dat sprake was van een nauwe en bewuste samenwerking tussen verdachte en (meerdere) anderen en is van oordeel dat sprake was van medeplegen.
Gelet op de hoeveelheid wapens en staven die verdachte heeft besteld, de langere periode waarin verdachte zich daarmee bezighield en het feit dat verdachte tegen betaling werkzaamheden heeft verricht en dus handelde met het oog op financieel gewin, is de rechtbank voorts van oordeel dat verdachte van het medeplegen van het transformeren en vervaardigen van wapens en munitie een gewoonte en beroep heeft gemaakt.
De rechtbank komt tot bewezenverklaring van het onder feit 1 tenlastegelegde.
3.3.2
Ten aanzien van feit 2
3.3.2.1 Feiten en omstandigheden
Op grond van het dossier en het verhandelde ter terechtzitting stelt de rechtbank de volgende feiten en omstandigheden vast.
Vuurwapen merk CZ.45 97B, kaliber .45
In een schuur bij de woning van een van de op 9 april 2024 veroordeelde personen, aan de [adres 3] , zijn tijdens een doorzoeking op 18 juli 2023 DNA sporen afkomstig van verdachte aangetroffen op een vuurwapen van het merk CZ.45 97B,
kaliber .45.
Aangetroffen wapens, onderdelen van wapens en munitie
Tijdens de doorzoeking in de woning van verdachte op 17 januari 2024 werd een patroonhouder en zeven kogelpatronen aangetroffen. In de Volkswagen Golf Plus van [medeverdachte] werd op diezelfde dag een doorgeladen getransformeerd vuurwapen van het merk Retay met patroonhouder en kogelpatronen van het kaliber .32, ook wel 7.65 br. en een lege patroonhouder aangetroffen. Verdachte heeft verklaard dat de in de woning en in de auto aangetroffen voorwerpen van hem waren.
Automatisch vuurwapen
Op een in juli 2023 in beslag genomen telefoon van een van de op 9 april 2024 veroordeelde personen werd onder meer een filmpje aangetroffen waarin verdachte te zien is, terwijl hij een automatisch vuurwapen doorlaadt en afvuurt. Onderzoek heeft uitgewezen dat dit filmpje werd gecreëerd op 17 juli 2023.
(Gas)alarmpistolen van Blow, Retay en Ekol Firat
De (gas)alarmpistolen van Blow, Retay en Ekol Firat werden in de tenlastegelegde periode besteld door de gebruiker van het e-mailadres [e-mailadres 1] . Verdachte maakte vanaf 22 juni 2019 gebruik van dit e-mailadres.
(Gas)alarmpistolen van het merk BLOW
In het onderzoek Naald werd op 22 februari 2024 [naam 1] (hierna: [naam 1] ) aangehouden als verdachte. Onder [naam 1] werd een IPhone XS in beslag genomen. Daarop werden meerdere filmpjes aangetroffen waarop verdachte met een of meer wapens te zien is. Op het filmpje met bestandsnaam “ [bestandsnaam 1] ”, dat werd gecreëerd op 15 juni 2023, is gedurende de gehele afspeeltijd, een zwarte balk met witte letters zichtbaar met daarop de tekst betrof: “We gaan weer van start jongens!”. In het filmpje is te zien dat verdachte meerdere wapens van het merk Blow met typen TR 92 en TR 17 in bezit heeft. Op de IPhone 14 Plus van verdachte werden ook meerdere filmpje aangetroffen. Een van die filmpjes werd door verdachte via Snapchat naar potentiële kopers verzonden. Daarop is te zien hoe verdachte met een vuurwapen van het merk Blow, type TR 14, vanuit het bijrijdersraam van een auto gericht meerdere keren op een verkeersbord schiet.
Vuurwapens van het merk Beretta en merk Glock
In Snapchat-gesprekken, die verdachte voerde via zijn account [gebruikersnaam 1] , werden door verdachte meerdere vuurwapens en bijbehorende prijzen genoemd en werden foto’s van vuurwapens verzonden. Verdachte noemde onder meer wapens van de merken Beretta (9x19) en Glock (17, 17 Gen 4, 17 Gen 5, 19 Gen 5, 26, 48 en 25).
3.3.2.2 Overwegingen en conclusies
De rechtbank stelt voorop dat voor een veroordeling wegens het voorhanden hebben van een wapen en/of munitie in de zin van artikel 26, eerste lid, van de Wet wapens en munitie allereerst is vereist dat verdachte de wapen of munitie bewust aanwezig heeft gehad. Die bewustheid hoeft zich niet uit te strekken tot de specifieke eigenschappen en kenmerken van het wapen of de munitie of tot de exacte locatie van dat wapen of die munitie. Voor het bewijs van dergelijke bewustheid geldt dat daarvan ook sprake kan zijn in een geval dat het niet anders kan dan dat verdachte zulke bewustheid heeft gehad. Verder is voor de bewezenverklaring van dat voorhanden hebben nodig dat verdachte de feitelijke macht over het wapen of de munitie heeft kunnen uitoefenen in de zin dat hij daarover heeft kunnen beschikken.
Gelet op de vastgestelde feiten en omstandigheden, bezien in het licht van het hiervoor weergegeven juridisch kader, komt de rechtbank tot bewezenverklaring van alle op de tenlastelegging genoemde wapens en wapenonderdelen, met uitzondering van het vuurwapen van het merk de CZ.45 97B. Verdachte zal worden vrijgesproken van het voorhanden hebben van het vuurwapen van het merk CZ.45 97B, omdat niet kan worden vastgesteld dat verdachte dit wapen binnen de ten laste gelegde periode voorhanden heeft gehad. Ten aanzien van de op de ten laste gelegde munitie komt de rechtbank tot bewezenverklaring van het voorhanden hebben van de kogelpatronen.
De rechtbank overweegt het volgende.
De patroonhouders, het doorgeladen vuurwapen en de munitie werden in de woning en de door verdachte gebruikte personenauto aangetroffen. Verdachte heeft verklaard dat het wapen, de patroonhouders en de munitie van hem waren. Daaruit volgt dat verdachte deze voorwerpen bewust aanwezig had en tevens dat hij daarover kon beschikken.
Ten aanzien van het automatisch vuurwapen en de vuurwapens van het merk Blow (TR 97, TR 17 en TR 14) heeft de verdediging gesteld dat de filmpjes waarin verdachte met de wapens te zien zijn weliswaar in juni en juli 2023 zijn gecreëerd, maar dat niet kan worden vastgesteld wanneer de filmpjes zijn opgenomen, zodat niet kan worden vastgesteld of verdachte het wapens in de ten laste gelegde periode voorhanden had. De rechtbank is van oordeel dat verdachte het automatisch vuurwapen en de wapens van het merk Blow TR 97, TR 17 en TR 14 voorhanden heeft gehad. Zij ziet, bezien in het licht van de overige bewijsmiddelen in het dossier, geen aanleiding om aan te nemen dat tussen het opnemen van de beelden en het creëren van de filmpjes zodanig veel tijd is verstreken dat zou kunnen worden getwijfeld over de vraag of verdachte deze wapens in de ten laste gelegde periode voorhanden heeft gehad. Verdachte heeft daarover ook niet verklaard. De rechtbank gaat er dan ook vanuit dat verdachte de wapens in de ten laste gelegde periode voorhanden heeft gehad.
Wat betreft de (gas)alarmpistolen van de merken Blow, Retay en Ekol Firat overweegt de rechtbank dat deze allemaal besteld werden in de ten laste gelegde periode, door de gebruiker van het e-mailadres [e-mailadres 1] . Verdachte heeft verklaard dat hij dat
e-mailadres vanaf 22 juni 2019 in gebruik had. Nu uit het procesdossier niet blijkt dat, naast verdachte, ook een ander of anderen gebruikt maakten van het voornoemde e-mailadres stelt de rechtbank vast dat verdachte de wapens heeft besteld. Voorts heeft verdachte ter zitting verklaard dat hij de bestellingen middels ‘track en trace’ in de gaten moest houden en dat hij ze in ontvangst moest nemen. De rechtbank leidt daaruit af dat verdachte de wapens bewust aanwezig had en dat hij daarover, ondanks dat de wapens mogelijk niet te allen tijde in zijn directe nabijheid waren, kon beschikken.
Ten aanzien van de vuurwapens van de merken Beretta, Blow (TR 97 en TR 17) en Glock overweegt de rechtbank dat uit het in verschillende chatgesprekken naar voren komt dat verdachte deze wapens te koop heeft aangeboden, waarover hieronder, onder
‘3.3.3 Ten aanzien van feit 3’,meer. Ter terechtzitting heeft verdachte voorts verklaard dat hij alle wapens die staan genoemd op de prijslijst die zich in het dossier bevindt, daadwerkelijk had kunnen leveren. De rechtbank leidt uit het vorengaande af dat verdachte aldus kon beschikken over de genoemde wapens.
3.3.3
Ten aanzien van feit 3
3.3.3.1 Feiten en omstandigheden
Op grond van het dossier en het verhandelde ter terechtzitting stelt de rechtbank de volgende feiten en omstandigheden vast.
IPhone 14 Plus
Op de in beslag genomen IPhone 14 Plus werden meerdere chatgesprekken tussen het Snapchat-account van verdachte en met personen met accountnamen als [gebruikersnaam 2] , [gebruikersnaam 3] , [gebruikersnaam 4] en [gebruikersnaam 5] aangetroffen. In die gesprekken noemt verdachte verschillende merken en typen wapens en stuurt hij zijn gesprekspartners foto’s van verschillende wapens, waarna hij vervolgens prijzen noemt. Het gaat om wapens van de merken Beretta (9x19), BLOW (TR 17 en TR 92) en Glock (17, 17 Gen 4, 17 Gen 5, 19 Gen 5, 26, 48 en 25). De rechtbank leidt uit de chatgesprekken af dat verdachte zijn contacten verschillende wapens te koop aanbiedt en met hen onderhandelt over de prijs van die wapens. Op de IPhone 14 Plus van verdachte werden ook meerdere filmpje aangetroffen. Een van die filmpjes werd door verdachte via Snapchat naar potentiële kopers verzonden. Daarop is te zien hoe verdachte met een vuurwapens van het merk BLOW, type TR 14, vanuit het bijrijdersraam van een auto gericht meerdere keren op een verkeersbord schiet. In een ander filmpje is te zien dat verdachte een grote hoeveelheid wapenkoffertjes in zijn bezit heeft. Dit betreft het filmpje met bestandsnaam “ [bestandsnaam 1] ”. Daarin is gedurende de gehele afspeeltijd de tekst “We gaan weer van start jongens!” zichtbaar.
IPhone 13 Pro
Ook een andere telefoon van verdachte, een IPhone 13 Pro, werd op 17 januari 2024 in beslag genomen. Op die telefoon werden eveneens meerdere Snapchat-gesprekken tussen [gebruikersnaam 1] (verdachte) en andere personen met accountnamen als [gebruikersnaam 6] , [gebruikersnaam 7] , [gebruikersnaam 8] , [gebruikersnaam 9] en [gebruikersnaam 10] . In die gesprekken wordt gesproken over wapens, wapenonderdelen en munitie, worden foto’s van wapens verzonden, worden prijzen genoemd, wordt onderhandeld over die prijzen en wordt geprobeerd tot afspraken te komen ten aanzien van de levering van wapens.
Verklaring verdachte
Verdachte heeft verklaard dat hij in opdracht van een of meer anderen vuurwapens, omgebouwde wapens, onderdelen van wapens en munitie te koop aanbood en onderhandelde over de verkoop daarvan. Hij heeft zelf geen verkopen gerealiseerd, maar heeft daarin wel een bemiddelende rol gehad.
3.3.3.2 Overwegingen en conclusies
Gelet op de vastgestelde feiten en omstandigheden, is de rechtbank van oordeel dat verdachte de op de tenlastelegging genoemde wapens heeft geprobeerd te verhandelen. De verdediging heeft ook niet betwist dat verdachte meerdere pogingen tot het verkopen van wapens heeft ondernomen, maar stelt zich op het standpunt dat het tenlastegelegde niet bewezen kan worden verklaard, omdat het niet mogelijk is een beroep of gewoonte te maken van pogingen tot wapenhandel.
De rechtbank komt, anders dan de verdediging, wel tot bewezenverklaring en is van oordeel dat verdachte heeft gepoogd om van wapenhandel een beroep te maken. Zij overweegt daartoe het volgende.
Uit de vastgestelde feiten en omstandigheden leidt de rechtbank af dat verdachte de wil had om stelselmatig wapens te verhandelen, met financieel gewin als oogmerk. Bij het handelen uit beroep is niet de herhaling op zich van belang (zoals wel bij een gewoonte maken van, in dit geval, wapenhandel), maar het oogmerk om te herhalen. Het feit dat het in de onderhavige zaak bij pogingen is gebleven, laat de wil van verdachte om stelselmatig wapens te verkopen en het financieel gewin dat hij daarmee voor ogen had, onverlet.
De rechtbank komt, gelet op het bovenstaande, tot bewezenverklaring van het onder 3 ten laste gelegde feit, met dien verstande dat verdachte zal worden vrijgesproken van het onderdeel ‘een gewoonte maken van’.
3.3.4
Pleegperiode feiten 1 en 3
Op 17 januari 2024 werd verdachte aangehouden en sindsdien verbleef hij in verzekering en voorlopige hechtenis. Vanaf 19 januari 2024 verbleef hij in de [locatie 2] . Uit opgenomen telefoongesprekken vanuit de [locatie 2] , gevoerd met onder meer [medeverdachte] ,
[naam 2] (hierna: [naam 2] ) en [naam 1] (verdachte in het onderzoek Naald), leidt de rechtbank af dat verdachte zich in de P.I. bezighield met het coördineren van bestellingen en dat hij personen aanstuurt om ‘de zaken’ voort te zetten. Zo blijkt onder meer dat [naam 2] tegen verdachte zegt dat ‘die modellen’ die hij, verdachte, heeft besteld niet goed zijn. Op de vraag van verdachte hoe hij dat weet zegt [naam 2] dat er drie ‘bos zijn gegaan’. Het is de rechtbank ambtshalve bekend dat ‘bos’ straattaal is voor ‘kapot’. Als verdachte vraagt hoe dat is gebeurd, zegt [naam 2] dat de oorzaak ligt in het boren. Vervolgens zegt verdachte tegen [naam 2] dat ‘het’ allang ‘daar’ had moeten zijn en dat [naam 2] er druk op moet zetten.
Op 17 april 2024 werd in de cel van verdachte een mobiele telefoon aangetroffen. Deze wordt in beslag genomen en uitgelezen. Op de telefoon zijn foto’s en filmpjes van vuurwapens aangetroffen.
Gelet op het vorenstaande is de rechtbank van oordeel dat ten aanzien van de feiten 1 en 3 de gehele ten laste gelegde periode, van 1 januari 2022 tot en met 16 april 2024 bewezen kan worden verklaard.
3.3.5
Ten aanzien van feit 4
De rechtbank komt tot een bewezenverklaring van het onder 4 ten laste gelegde feit op grond van de in de bijlage opgenomen bewijsmiddelen, waarbij de rechtbank - nu verdachte dit feit heeft bekend en door of namens hem geen vrijspraak is bepleit - conform artikel 359, derde lid, laatste volzin van het Wetboek van Strafvordering (Sv), zal volstaan met een opgave van de bewijsmiddelen.
3.3.6
Ten aanzien van feit 5
3.3.6.1 Feiten en omstandigheden
Op grond van het dossier en het verhandelde ter terechtzitting stelt de rechtbank de volgende feiten en omstandigheden vast.
Financiën verdachte
Op de laptop van verdachte werd een e-mail aangetroffen van [naam 3] van [bedrijf 3] . Deze e-mail had betrekking op de budgetplanning van de eerste drie maanden van 2023. Te lezen is dat verdachte, na aftrek van de vaste lasten en afbetaling van zijn schulden, steeds leefgeld overhield ten bedrage van enkele euro’s. De rechtbank leidt uit het voorgaande af dat verdachte tenminste een deel van de ten laste gelegde periode onder bewind stond. Verdachte heeft dat ook ter terechtzitting bevestigd.
In het dossier is voorts te lezen dat verdachte en [medeverdachte] inkomsten uit loon en uitkering op hun rekeningen ontvingen en dat zij toeslagen ontvingen. Op het rekeningnummer van [medeverdachte] met [rekeningnummer 2] werden in de periode van 2 januari 2022 tot en met 10 januari 2024 ook meerdere contante geldbedragen van in totaal € 40.027,70 gestort. Verdachte had toegang tot deze bankrekening.
Aangetroffen merkartikelen, kwitanties en labels
Tijdens de doorzoeking van de woning van verdachte op 17 januari 2024 werden merkkleding en modeaccessoires aangetroffen. Op 17 april 2024, na de aanhouding van [medeverdachte] , werd de woning nogmaals doorzocht en werden designerartikelen, waaronder kleding, schoenen en tassen van merken als Gucci, Dior en Burberry, lege verpakkingen van designerartikelen, kwitanties van designerartikelen en afgeknipte labels van designerartikelen aangetroffen en in beslag genomen.
Kwitanties
In de woning werden 22 kwitanties van designerartikelen aangetroffen die gezamenlijk een bedrag van € 9.787,32 aan betaalde facturen opleveren. Van die 22 kwitanties zijn er minstens 15 contant voldaan. Van de overige 6 kon niet worden vastgesteld op welke wijze deze betaald werden.
Labels
Er werden 13 afgeknipte labels van designerartikelen aangetroffen die een totale waarde van € 9.543,00 vertegenwoordigen. Op 10 van die labels stonden bedragen genoemd. Op de overige drie labels stonden geen bedragen, maar wel artikelnummers. De politie heeft van die artikelen de gangbare prijzen kunnen achterhalen.
Extra kwitanties van Gucci
In de woning werden 6 kwitanties van aankopen bij Gucci aangetroffen. Bij die aankopen werd een Gucci klantenkaart gebruikt die op naam stond van verdachte. [bedrijf 5] verstrekte voorts nog 2 onbekend gebleven kwitanties van facturen die met de klantenkaart van verdachte werden aangeschaft, met een totaalbedrag van € 900,00.
3.3.6.2 Overwegingen en conclusies
Witwassen
De rechtbank komt, gelet op de vastgestelde feiten en omstandigheden, tot bewezenverklaring van feit 5. Zij overweegt daartoe het volgende.
Verdachte heeft verklaard dat hij geld heeft verkregen uit het medeplegen van het transformeren en vervaardigen van wapens, wapenonderdelen en munitie (feit 1) en dat hij dat geld deels op de rekening van [medeverdachte] heeft gestort en deels heeft uitgegeven aan luxegoederen. Uit het procesdossier blijkt niet dat verdachte de contante geldbedragen en de merkartikelen heeft verkregen uit een legale bron of bronnen van inkomsten. Verdachte heeft voorts van de contante stortingen ook onvoldoende aannemelijk gemaakt dat die (deels) uit een legale bron afkomstig zouden zijn. Eveneens heeft hij onvoldoende aannemelijk gemaakt dat de luxeartikelen (deels) met legaal inkomen zouden zijn verkregen.
Gelet op het vorenstaande, komt de rechtbank tot het oordeel dat verdachte een totaalbedrag van € 40.027,70 heeft verworven uit eigen misdrijf en op de rekening van [medeverdachte] heeft gestort. Nu hij toegang had tot die rekening is de rechtbank van oordeel dat hij het voornoemde bedrag ook voorhanden heeft gehad. Hij kon over het geld op de rekening beschikken. De rechtbank oordeelt dat ten aanzien van dit bedrag dat er sprake is van eenvoudig witwassen.
Voorts heeft verdachte met contant geld, dat hij uit eigen misdrijf heeft verkregen, voor een totaalbedrag van € 20.230,32 aan luxegoederen aangeschaft. Van 6 van de 22 aangetroffen kwitanties kon weliswaar niet worden vastgesteld op welke wijze deze zijn betaald, maar nu uit het dossier niet is gebleken dat deze merkartikelen werden betaald vanaf één van de bankrekeningen van verdachte of [medeverdachte] , concludeert de rechtbank dat ook deze betalingen contant zijn voldaan. Verdachte heeft daarmee contant geld omgezet in luxeartikelen en heeft daarvan dus ook gebruik gemaakt. Er is sprake geweest van witwassen in die zin dat het geld dat onmiddellijk van eigen misdrijf afkomstig was is omgezet naar luxegoederen. Ten aanzien van dit bedrag is er zodoende sprake van (opzet)witwassen.
De verdediging heeft ter zitting gesteld dat meerdere bedragen op de contante stortingen in mindering moeten worden gebracht, omdat verdachte die bedragen moest doorstorten naar andere personen of bedrijven. Het procesdossier bevat echter geen aanwijzingen voor deze verklaring van verdachte en verdachte heeft op geen enkele wijze inzichtelijk en aannemelijk gemaakt naar wie, waarom en welke bedragen zouden zijn overgemaakt. De rechtbank gaat derhalve voorbij aan deze stelling van de verdediging.
Ten aanzien van de luxeartikelen heeft de verdediging gesteld dat het veelal om nepartikelen ging en dat de politie heeft verzuimd het risico van dubbeltelling te onderkennen bij het vaststellen van het factuurbedrag betreffende de kwitanties en het vaststellen van het factuurbedrag aan de hand van de labels. De rechtbank schuift deze verweren terzijde, nu verdachte onvoldoende aannemelijk heeft gemaakt dat het daadwerkelijk om nepartikelen ging en hij ook onvoldoende concreet heeft gemaakt dat daadwerkelijk sprake was van dubbeltelling.
Gewoontewitwassen
Gelet op het aantal aankopen van luxegoederen en de langere periode waarin die aankopen hebben plaatsgevonden, is de rechtbank voorts van oordeel dat sprake is van gewoontewitwassen.
Vrijspraak medeplegen
De rechtbank acht niet bewezen dat er sprake is geweest van een nauwe en bewuste samenwerking tussen verdachte en [medeverdachte] . Zij zal verdachte dan ook vrijspreken van het medeplegen.
Conclusie
Uit de bewijsmiddelen zoals hiervoor weergegeven blijkt dat verdachte zich stelselmatig schuldig heeft gemaakt aan het verwerven en voorhanden hebben van contante geldbedragen van in totaal € 40.027,70 en het omzetten en gebruik maken van contante geldbedragen van in totaal € 20.230,32. De rechtbank komt dan ook tot bewezenverklaring van het onder 5 tenlastegelegde.
3.4
De bewezenverklaring
De rechtbank acht op grond van de in de bijlage opgenomen bewijsmiddelen, waarin zijn vervat de redengevende feiten en omstandigheden waarop de bewezenverklaring steunt, wettig en overtuigend bewezen dat verdachte de ten laste gelegde feiten heeft begaan, met dien verstande dat:
1.
hij inof omstreeksde periode van 1 januari 2022 tot en met 16 april 2024te Spaarndam, en/of te Zaandam, en/of te 's-Gravenhage, en/of te Zwolle, althansin Nederland, tezamen en in vereniging metéén of meeranderen,althans alleen,een beroep en/ofgewoonte heeft gemaakt van het zonder erkenning vervaardigen en/oftransformeren vanéén of meerwapens van categorie II en/of III, en/of munitie van categorie II en/of categorie III van de Wet wapens en munitie;
2.
hij inof omstreeksde periode van 1 januari 2022 tot en met 17 januari 2024te Spaarndam, en/of te 's-Gravenhage, en/of te Wateringen, althansin Nederland, tezamen en in vereniging meteen of meeranderen,althans alleen,wapens en/of onderdelen van wapens van categorie II onder 2 en/of categorie III onder 1 en/of onder 4 van de Wet wapens en munitie, te weten onder andere:
  • een vuurwapen, merk CZ.45 97B, kaliber .45, voorzien van munitie, en/of
  • een getransformeerd vuurwapen, merk Retay, type PI 14,
  • eenof meerdereautomatischevuurwapens, en/of
  • een of meerderegas/alarmpistolen, onder andere van het merk Blow en/ofRetay en/ofEkol Firat Compact Titan 9mm, en/of
  • een of meerderevuurwapens met het merk Beretta, te weten onder andere Beretta 9x19, en/of
  • een of meerderevuurwapens met het merk Blow, te weten onder andere Blow TR17 en/ofBlow TR92 en/ofBlow TR14, en/of
  • een of meerderevuurwapens met het merk Glock, te weten onder andere Glock 17, al dan niet met verlengd magazijn, en/ofGlock 17 Gen 4 en/ofGlock 17 Gen 5 en/ofGlock 19 Gen 5 en/ofGlock 26 en/ofGlock 48 en/ofGlock 25, en/of
  • een of meerderepatroonhouders en/ofpatroonmagazijnen, en/of
munitie van categorie III van de Wet wapens en munitie, te weten onder andere:
  • een of meerderekogelpatronen, onder andere met kaliber .32 Auto/7,65 br,en/of
  • een of meerdere knalpatronen,
in elk geval wapens en/of onderdelen van wapens en/of munitie in de zin van categorie II en/of III van de Wet wapens en munitievoorhanden heeft gehad;
3.
hij inof omstreeksde periode van 1 november 2023 t/m 16 april 2024te Spaarndam, en/of te Zwolle, althansin Nederland, ter uitvoering van het door hem, verdachte, voorgenomen misdrijf om tezamen en in vereniging meteen of meeranderen,althans alleen,wapens en/of onderdelen van wapens in de zin van categorie II en/of III van de Wet wapens en munitie, te weten onder andere:
  • een of meerderevuurwapens met het merk Beretta, te weten onder andere Beretta 9x19, en/of
  • een of meerderevuurwapens met het merk Blow, te weten onder andere Blow TRI7 en/ofBlow TR92 en/ofBlow TRI4, en/of
  • een of meerderevuurwapens met het merk Glock, te weten onder andere Glock 17, al dan niet met verlengd magazijn, en/ofGlock 17 Gen 4 en/ofGlock 17 Gen 5 en/ofGlock 19 Gen 5 en/ofGlock 26 en/ofGlock 48 en/ofGlock 25, en/of
  • een of meerderepatroonmagazijnen,
en/ofmunitie van categorieII en/ofIII van de Wet wapens en munitie, te weten:
-
een of meerderekogelpatronenen/of knalpatronen, in elk geval wapens en/of onderdelen van wapens en/of munitie in de zin van categorie II en/of III van de Wet wapens en munitie,
over te dragen, immers heeft hij, verdachte,
  • via berichtenverkeer meermaals contact gehad met anderen over de aankoop, verkoop, vraagprijs en beschikbaarheid van bovengenoemde vuurwapens en/of munitie, en/of
  • via berichtenverkeer meermaals afbeeldingen en filmmateriaal van bovengenoemde vuurwapens en/of munitie naar anderen verzonden en/of van anderen ontvangen, en/of
  • via berichtenverkeer bovengenoemde vuurwapens en/of munitie te koop aangeboden en/of aangeboden gekregen,althans heeft verdachte in die berichten aangestuurd op de verkoop en/of aankoop van deze vuurwapens en/of munitie,door aan en/of van een of meer anderen afbeeldingen en/of specificaties van de vuurwapens en/of munitie te sturen en/of te ontvangen en/of het verkoopbedrag en/of het aankoopbedrag van de vuurwapens en/of munitie door te geven en/of over de verkoopprijs en/of aankoopprijs te onderhandelen,
terwijl hij, verdachte, hiervan een beroepen/of gewoonteheeft gemaakt, terwijl de uitvoering van dat voorgenomen misdrijf niet is voltooid;
4.
hij opof omstreeks17 januari 2024 te Spaarndam,althans in Nederland,opzettelijk aanwezig heeft gehad, 29 gram MDMA(XTC)en/of40 gram MDMA(XTC),in elk geval een hoeveelheid van een materiaal bevattende MDMA (XTC),zijnde MDMA(XTC)een middel als bedoeld in de bij de Opiumwet behorende lijst I, dan wel aangewezen krachtens het vijfde lid van artikel 3a van die wet;
5.
hij inof omstreeksde periode van 1 januari 2022 tot en met 16 januari 2024,te Spaarndam, althansin Nederland,tezamen en in vereniging met één of meer anderen, althans alleen, meermalen, althans eenmaal, een of meer voorwerpen, te weten onder anderegeldbedragen van in totaal € 40.027,70 heeft verworven en voorhanden heeft gehad, heeft overgedragen, heeft omgezet, en/of daarvan gebruik heeft gemaakt,terwijl hij wist, althans redelijkerwijs moest vermoeden,datdat voorwerp c.q.die voorwerpen, geheel en/of gedeeltelijk,onmiddellijken/of middellijk,afkomstigwas c.q.warenuit enig misdrijf en/ofuit enig eigen misdrijf, en hij van het plegen van witwassen een gewoonte heeft gemaakt;
en:
hij inof omstreeksde periode van 1 januari 2022 tot en met 16 januari 2024,te Spaarndam, althansin Nederland,tezamen en in vereniging met één of meer anderen, althans alleen, meermalen, althans eenmaal, een of meer voorwerpen, te weten onder anderegeldbedragen van in totaal € 20.230,32heeft verworven, voorhanden heeft gehad, heeft overgedragen,heeft omgezet, en/ofdaarvan gebruik heeft gemaakt, terwijl hij wist, althans redelijkerwijs moest vermoeden,datdat voorwerp c.q.dievoorwerpen, geheel en/of gedeeltelijk,onmiddellijken/of middellijk,afkomstigwas c.q.warenuit enig misdrijf en/ofuit enig eigen misdrijf, en hij van het plegen van witwassen een gewoonte heeft gemaakt.
De rechtbank acht niet bewezen wat aan verdachte meer of anders is ten laste gelegd, zodat zij hem daarvan zal vrijspreken.
De in de tenlastelegging voorkomende taal- en/of schrijffouten zijn verbeterd in de bewezenverklaring. De verdachte is daardoor niet geschaad in de verdediging.

4.De strafbaarheid van het bewezenverklaarde

Het bewezenverklaarde is strafbaar gesteld in de artikelen 420bis.1, 420bis en 420ter van het Wetboek van Strafrecht (Sr), de artikelen 2 en 10 van de Opiumwet en de artikelen 9, 26, 31 en 55 van de Wet Wapens en Munitie. Er zijn geen feiten of omstandigheden aannemelijk geworden die de strafbaarheid van de feiten uitsluiten. Het bewezenverklaarde levert op:
feit 1
het misdrijf:
medeplegen van handelen in strijd met artikel 9, eerste lid, van de Wet wapens en munitie en van het transformeren en vervaardigen van wapens en munitie een beroep of gewoonte maken;
feit 2
het misdrijf:
medeplegen van handelen in strijd met artikel 26, eerste lid, van de Wet wapens en munitie en het feit begaan met betrekking tot een wapen van categorie II, onderdeel 2º;
en:
medeplegen van handelen in strijd met artikel 26, eerste lid, van de Wet wapens en munitie en het feit begaan met betrekking tot een vuurwapen van categorie III, meermalen gepleegd;
en:
medeplegen van handelen in strijd met artikel 26, eerste lid, van de Wet wapens en munitie, meermalen gepleegd;
feit 3
het misdrijf:
poging tot handelen in strijd met artikel 31, eerste lid, van de Wet wapens en munitie en van het verhandelen van wapens en munitie een beroep maken;
feit 4
het misdrijf:
opzettelijk handelen in strijd met het in artikel 2 onder C van de Opiumwet gegeven verbod;
feit 5
het misdrijf:
eenvoudig witwassen, meermalen gepleegd;
en:
van het plegen van witwassen een gewoonte maken.

5.De strafbaarheid van verdachte

De rechtbank is van oordeel dat geen feiten of omstandigheden aannemelijk zijn geworden die de strafbaarheid van verdachte uitsluiten. De rechtbank oordeelt daarom dat verdachte strafbaar is voor de bewezen verklaarde feiten.

6.De op te leggen straf of maatregel

6.1
De vordering van de officier van justitie
De officier van justitie heeft gevorderd verdachte te veroordelen tot een onvoorwaardelijke gevangenisstraf voor de duur van zes jaren, met aftrek van voorarrest.
6.2
Het standpunt van de verdediging
De raadsman heeft verzocht rekening te houden met kwetsbare persoonlijkheid van verdachte en heeft zich op het standpunt gesteld dat een deels voorwaardelijke gevangenisstraf met bijzondere voorwaarden zoals door de reclassering geadviseerd passend is.
6.3
De gronden voor een straf of maatregel
Bij de strafoplegging houdt de rechtbank rekening met de aard en de ernst van de gepleegde feiten, de omstandigheden waaronder deze zijn begaan en de persoon van verdachte zoals die uit het dossier en tijdens de behandeling ter terechtzitting naar voren zijn gekomen. De rechtbank acht daarbij in het bijzonder het volgende van belang.
Aard en ernst van de feiten
Verdachte heeft samen met anderen (omgebouwde) wapens, (bewerkte) munitie en onderdelen van wapens voorhanden gehad. De politie trof in de middenconsole van de door verdachte gebruikte auto een doorgeladen vuurwapen aan, terwijl in diezelfde auto een kinderzitje was gemonteerd. Verdachte heeft er daarmee blijk van gegeven niet de ernst en het gevaar van zijn handelwijze in te zien. Het ongecontroleerde bezit en de daarmee gepaard gaande ondeugdelijke opslag van vuurwapens brengt immers grote risico’s voor de veiligheid met zich.
Ook heeft verdachte een stelselmatige en wezenlijke bijdrage geleverd aan het ombouwen van alarmpistolen naar scherp schietende vuurwapens en het transformeren van munitie, door alarmpistolen en materiaal dat wordt gebruikt voor het ombouwen van die pistolen te bestellen, in ontvangst te nemen om vervolgens elders af te leveren en wapens te testen. Verdachte heeft daarmee een bijdrage geleverd aan het makkelijker beschikbaar maken van vuurwapens en mogelijk zelfs schietpartijen en/of liquidaties gefaciliteerd. Het ombouwen van alarmpistolen gebeurt immers met maar een (eind)doel: het (dodelijk) verwonden van personen. Gelet op de toename van het vuurwapenbezit en het ongeoorloofde gebruik daarvan, in samenhang bezien met het hoge gevaarzettende karakter daarvan, is de rechtbank van oordeel dat daartegen zeer streng dient te worden opgetreden, waarbij in dit specifieke geval ook meeweegt dat verdachte ook nog heeft geprobeerd om op grote schaal (omgebouwde) wapens en munitie te verkopen om daar zelf financieel beter van te worden.
Verdachte heeft zich verder schuldig gemaakt aan het aanwezig hebben van harddrugs. De drugs lagen in het huis waar ook zijn kleine kinderen opgroeien. Harddrugs vormen een ernstig gevaar voor de volksgezondheid en het gebruik ervan is tevens belastend voor de samenleving vanwege de daarmee gepaard gaande verschillende, ernstige vormen van criminaliteit zowel aan de kant van de toeleveranciers als aan de kant van de gebruikers. Verdachte heeft voor die schadelijke effecten onvoldoende oog gehad.
Ook heeft verdachte zich gedurende een langere periode schuldig gemaakt aan plegen van eenvoudig witwassen en gewoontewitwassen. Daarmee heeft hij de integriteit van het financiële en economische verkeer aangetast. De rechtbank neemt hem dat kwalijk.
Bij de politie en ter terechtzitting heeft verdachte verklaard dat hij onder druk gezet werd om de strafbare feiten te plegen en dat hij daarin is meegegaan om te overleven. Voor zover verdachte daarmee zijn keuzes heeft willen verklaren, overweegt de rechtbank het volgende.
Het strafdossier bevat geen enkele aanwijzing dat sprake was van druk. Sterker nog, uit het dossier komt het beeld naar voren van een samenwerking tussen verdachte en één of meerdere anderen, met financieel gewin als oogmerk. Verdachte heeft er voorts voor gekozen om onvoldoende concreet te maken waaruit de door hem gestelde druk bestond en wie daarvoor verantwoordelijk was of waren. De rechtbank is, gelet op het vorenstaande, van oordeel dat verdachte, zou hij al door anderen gedwongen zijn om strafbare feiten te plegen, zelf de keuze heeft gemaakt om daar in mee te gaan.
Persoon van de verdachte
De rechtbank heeft acht geslagen op een uittreksel uit de justitiële documentatie betreffende verdachte van 23 juli 2024. Hieruit blijkt dat verdachte eerder is veroordeeld voor onder meer vuurwapenbezit en witwassen.
De rechtbank heeft kennis genomen van het door Reclassering Nederland over verdachte opgemaakte rapport van 7 augustus 2024. Daarin is te lezen dat verdachte een belaste voorgeschiedenis heeft. Hij was vanaf zijn zevende op zichzelf aangewezen, omdat zijn moeder, vanwege psychische klachten, niet voor hem kon zorgen. Verdachte werd op straat onder druk gezet, afgeperst en mishandeld om hem ertoe te bewegen delicten te plegen. Hij kon geen weerstand bieden aan die druk en heeft, als gevolg daarvan, twee keer een gevangenisstraf uitgezeten. Na zijn laatste detentie leek verdachte een nieuwe start te hebben gemaakt. Hij stichtte een gezin en is langdurig in behandeling geweest voor zijn (trauma)klachten. Hoewel hij kortdurend geprofiteerd heeft van deze traumabehandeling, kwamen de klachten terug en verviel verdachte weer in delictgedrag. De reclassering ziet een kwetsbare jongeman. Er wordt voorts een scala aan klachten gerapporteerd en het is aannemelijk dat verdachte lijdt aan PTSS. De reclassering benoemt de mogelijkheid dat verdachte zijn klachten heeft over-gerapporteerd, mogelijk vanuit een sterke wens om hulp te krijgen. Het valt de reclassering voorts op dat de presentatie van verdachte niet overeenkomt met wat er op basis van de dossierinformatie mag worden verwacht. Onderzoek heeft deze vraagtekens niet kunnen wegnemen. Die omstandigheid, in combinatie met het ontstane beeld van de kwetsbaarheid in de persoonlijkheid van de verdachte, brengt de reclassering ertoe te adviseren tot een langdurig schematherapie-traject in een klinische setting, met als focus niet alleen het verminderen van de lijdensdruk, maar ook op gedragsverandering en inzicht in het eigen functioneren. Ook worden behandeling en begeleiding na de klinische opname geadviseerd evenals het meewerken aan het hebben van dagbesteding. De reclassering betwijfelt echter of, gelet op het eerdere intensieve traject dat verdachte doorliep om te ontsnappen aan de criminaliteit en het feit dat dit blijkbaar onvoldoende was, het nu geadviseerde traject wel voldoende zal zijn.
Op te leggen straf
Net als bij de reclassering is bij de rechtbank het beeld ontstaan van een kwetsbare man met een belaste voorgeschiedenis. Ook de rechtbank kan dat beeld niet rijmen met het beeld van verdachte zoals dat uit het dossier naar voren komt, waarbij verdachte bewust lijkt te kiezen voor een criminele levensstijl en alle voor- en nadelen die daarbij horen. De rechtbank is niet blind voor de persoonlijke omstandigheden van verdachte en voor zijn problematiek. De rechtbank weegt echter ook mee dat verdachte van een eerder reclasseringstraject en ingezette hulpverlening op verschillende vlakken onvoldoende heeft geprofiteerd en zich kort daarna opnieuw schuldig heeft gemaakt aan (ernstige) strafbare feiten.
De rechtbank is, alles overwegende, van oordeel dat, met name vanwege de ernst van de gepleegde feiten, daarop niet anders kan worden gereageerd dan met het opleggen van een langdurige onvoorwaardelijke gevangenisstraf. De rechtbank acht een gevangenisstraf van zeven jaren passend en geboden. Dat is een jaar meer dan de officier van justitie heeft geëist. De hogere straf is ingegeven door de lange pleegperiode die deels samenvalt met de detentie van verdachte. Zelfs na zijn aanhouding op 17 januari 2024 heeft verdachte zich vanuit de P.I. beziggehouden met ernstige strafbare feiten. Kennelijk hebben dus niet alleen eerdere gevangenisstraffen maar ook de huidige detentie verdachte daar niet van kunnen weerhouden. Om die reden is naar het oordeel van de rechtbank een langere straf dan geëist op zijn plaats.
Tenuitvoerlegging van de op te leggen gevangenisstraf zal volledig plaatsvinden binnen de penitentiaire inrichting, tot het moment dat aan de verdachte voorwaardelijke invrijheidstelling wordt verleend als bedoeld in artikel 6:2:10 van het Wetboek van Strafvordering.
6.4
De inbeslaggenomen voorwerpen
6.4.1
Het standpunt van de officier van justitie
De officier van justitie heeft het standpunt ingenomen dat de in beslag genomen wapens, onderdelen van wapens en drugs moeten worden onttrokken aan het verkeer. Ten aanzien van de in beslag genomen telefoons, het gereedschap en de kleding heeft de officier van justitie de verbeurdverklaring gevorderd.
6.4.2
Het standpunt van de verdediging
De raadsman heeft zich niet uitgelaten over het beslag.
6.4.3
Het oordeel van de rechtbank
De hierna te nemen beslissingen verwijzen steeds naar nummers zoals die op de beslaglijst van 23 juli 2024 zijn opgenomen.
De rechtbank is van oordeel dat de op de beslaglijst vermelde goederen onder de nummers 6 tot en met 8 (jas, broek en schoenen) moeten worden verbeurdverklaard, omdat het voorwerpen betreffen die aan verdachte toebehoren of die hij geheel of ten dele ten eigen bate kan aanwenden en die geheel of grotendeels door middel van of uit de baten van de strafbare feiten zijn verkregen.
De rechtbank is ook van oordeel van het op de beslaglijst vermelde goed onder nummer 9 (GSM) moet worden verbeurdverklaard het een voorwerp betreft met betrekking tot welke de feiten zijn begaan.
De rechtbank is verder van oordeel dat de op de beslaglijst onder de nummers 1 tot en met 5 (drugs), 10 en 11 (patroonhouder en doos) vermelde goederen vatbaar zijn voor onttrekking aan het verkeer, aangezien met betrekking tot deze voorwerpen de feiten zijn begaan.

7.De vordering tenuitvoerlegging

7.1
het standpunt van de officier van justitie
De officier van justitie heeft gevorderd dat de vordering tot tenuitvoerlegging wordt toegewezen.
7.2
Het standpunt van de verdediging
De raadsman heeft verzocht de vordering af te wijzen.
7.3
Het oordeel van de rechtbank
De rechtbank is van oordeel dat de vordering van de officier van justitie moet worden afgewezen. Hoewel is gebleken dat de verdachte zich tijdens de proeftijd aan het plegen van nieuwe strafbare feiten heeft schuldig gemaakt, ziet de rechtbank, gelet op de in deze zaak opgelegde langdurige gevangenisstraf, geen toegevoegde waarde in de tenuitvoerlegging van de bij vonnis van 18 mei 2022 voorwaardelijk opgelegde taakstraf van 50 uren.

9.De toegepaste wettelijke voorschriften

De hierna te nemen beslissing berust op de hiervoor genoemde wetsartikelen. Daarnaast berust deze beslissing op de artikelen 33, 33a, 36b, 36c, 45, 47, 57 en 63 Sr.

10.De beslissing

De rechtbank:
bewezenverklaring
- verklaart bewezen dat verdachte het onder 1, 2, 3, 4 en 5 ten laste gelegde heeft begaan, zoals hierboven omschreven;
- verklaart niet bewezen wat aan verdachte meer of anders is ten laste gelegd en spreekt hem daarvan vrij;
strafbaarheid feiten
- verklaart het bewezen verklaarde strafbaar;
- verklaart dat het bewezen verklaarde de volgende strafbare feiten oplevert:
feit 1
het misdrijf:
medeplegen van handelen in strijd met artikel 9, eerste lid, van de Wet wapens en munitie en van het transformeren en vervaardigen van wapens en munitie een beroep of gewoonte maken;
feit 2
het misdrijf:
medeplegen van handelen in strijd met artikel 26, eerste lid, van de Wet wapens en munitie en het feit begaan met betrekking tot een wapen van categorie II, onderdeel 2º;
en:
medeplegen van handelen in strijd met artikel 26, eerste lid, van de Wet wapens en munitie en het feit begaan met betrekking tot een vuurwapen van categorie III, meermalen gepleegd;
en:
medeplegen van handelen in strijd met artikel 26, eerste lid, van de Wet wapens en munitie, meermalen gepleegd;
feit 3
het misdrijf:
poging tot handelen in strijd met artikel 31, eerste lid, van de Wet wapens en munitie en van het verhandelen van wapens en munitie een beroep maken;
feit 4
het misdrijf:
opzettelijk handelen in strijd met het in artikel 2 onder C van de Opiumwet gegeven verbod;
feit 5
het misdrijf:
eenvoudig witwassen, meermalen gepleegd;
en:
van het plegen van witwassen een gewoonte maken.
strafbaarheid verdachte
- verklaart verdachte strafbaar voor het onder 1, 2, 3, 4 en 5 bewezen verklaarde;
straf
- veroordeelt verdachte tot een
gevangenisstrafvoor de duur van
7 (zeven) jaren;
- bepaalt dat de tijd die de verdachte voor de tenuitvoerlegging van deze uitspraak in verzekering en voorlopige hechtenis heeft doorgebracht, bij de uitvoering van de gevangenisstraf geheel in mindering zal worden gebracht;
de in beslag genomen voorwerpen
- verklaart
verbeurdde op de beslaglijst genoemde voorwerpen onder de nummers 6 tot en met 9;
- verklaart
onttrokken aan het verkeerde op de beslaglijst genoemde voorwerpen onder de nummers 1 tot en met 5, 10 en 11;
tenuitvoerlegging voorwaardelijke straf met parketnummer 13/309014-21
-
wijstde vordering
af.
Dit vonnis is gewezen door mr. S.K. Huisman, voorzitter, mr. M.J.A.L. Beljaars en
mr. P.A.M. Miltenburg, rechters, in tegenwoordigheid van mr. G.J. Leyendijk en
mr. K. Drenth, griffiers, en is in het openbaar uitgesproken op 17 september 2024.
Bijlage bewijsmiddelen
Leeswijzer
Deze bijlage maakt deel uit van het vonnis en bevat de bewijsmiddelen.
Wanneer hierna wordt verwezen naar dossierpagina’s, zijn dit pagina’s uit het dossier van politie Team Zuidwest Opsporing Infra met nummer LEFCP23009-629 (onderzoek 26Dieppe) van 13 juni 2024. Tenzij hieronder anders wordt vermeld, wordt steeds verwezen naar pagina’s van een in de wettelijke vorm, door daartoe bevoegde personen, opgemaakt proces-verbaal.
Feiten 1, 2 en 3
1.
De verklaring van verdachte ter terechtzitting van 3 september 2024, voor zover inhoudende, zakelijk weergegeven:

Ik heb alarmpistolen besteld en in ontvangst genomen. Ik pakte de pakketten uit en testte de wapens. Als ze goed werkten, bracht ik ze naar een ander die er verder mee ging. Ik maakte gebruik van het e-mailadres [e-mailadres 1] en volgde de bestellingen middels ‘track and trace’. Ik heb bestellingen geplaatst en heb die betaald vanaf de bankrekening van [medeverdachte] . Op mijn laptop werden 3D-modellen aangetroffen. Die modellen waren van mij. Het wapen met munitie dat in de middenconsole van de Volkswagen Golf Plus met kenteken [kenteken] werd aangetroffen was van mij. Dat geldt ook voor de patroonhouders en munitie die in de auto en in mijn woning werden aangetroffen. Als iemand bij mij een wapen, dat wordt genoemd op de prijslijst, zou bestellen, dan kon ik dat regelen. Ik heb contante geldbedragen ontvangen van mijn opdrachtgevers. Die heb ik uitgegeven aan mooie spullen;

2.
het proces-verbaal van verhoor van verdachte [verdachte] van 30 mei 2024, persoonsdossier [verdachte] , pagina’s 98 tot en met 117, voor zover inhoudende, zakelijk weergegeven:
V: Heb je ook het e-mailadres [e-mailadres 3] in gebruik of in gebruik gehad?A: Ja
3.
het proces-verbaal van bevindingen Siena informatie van 1 februari 2024, zaaksdossier 1, pagina’s 59 tot en met 61, voor zover inhoudende, zakelijk weergegeven:
Tijdens het voorlopige onderzoek van de veiliggestelde digitale inhoud van deze telefoon werden schermafdrukken aangetroffen van bestellingen bij het bedrijf [bedrijf 2] . Zij leveren onder andere gas/alarmpistolen van het merk BLOW. Bij deze bestellingen hoorde de navolgende invoicenummers [nummer 1] , [nummer 2] , [nummer 3] .
Middels Europol werd door de Estse autoriteiten de navolgende informatie verstrekt:
Invoice [nummer 1] de dato 10/01/2024
Bestelling 31 stuks BLOW TR914 FUME 9mm PAK
Totale kosten: 3073,23 euro
Email: [e-mailadres 1]
Afleveradres:
[adres 4]
Status Op 29/01/2014 was de factuur (invoice) nog niet betaald.
Invoice [nummer 2] de dato 13/01/2014
Bestelling 8 stuks BLOW TR914 FUME 9mm PAK
2 stuks 8LOW TR92K (zwart/bruin)
Totale kosten: 985,53 euro
Email: [e-mailadres 1]
Afleveradres
[adres 4] .
Status: betaald
Invoice [nummer 3] de dato 13/01/2024
Bestelling 7 stuks Retay S2022 (y53011 00B)
4 stuks BLOW TR914 FUME 9mm PAK
1 stuk Retay 2022 (Sigsauer 2022) Satin (Y53011005)
Totale kosten: 1189,93 euro
Email: [e-mailadres 1]
Afleveradres:
[adres 4] .
Status: betaald.
Invoice [nummer 7],_de dato 12/01/2014
Bestelling 2 stuks BLOW TR92K (zwart/bruin)
4 stuks TR1402 zwart
5 stuks PT23 (R506933)
2 stuks Retay Eagle S20 9mm PAK (R530104B)
3 stuks Retay Xtreme (P5701008)
6 stuks Retay X1 (P5701008)
Totale kosten 2095,34 euro
Email: [e-mailadres 1]
Afleveradres:
[adres 4] .
Status Op 29/01/2014 was de factuur (invoice) nog niet betaald;
4.
het proces-verbaal van bevindingen bestelling [internetsite] van 19 maart 2024, zaakdossier 1, pagina’s 69 en 70, voor zover inhoudende, zakelijk weergegeven:
Na de aanhouding van [verdachte] op 17 januari 2024 is onder andere onderzoek gedaan in zijn in beslaggenomen telefoon, zijnde een Apple iPhone 14 Plus en de Rabobank afschriften van rekeningnummer [rekeningnummer 1] op naam van zijn levenspartner [medeverdachte] . Uit die onderzoeken is onder andere gebleken, dat er kennelijk drie (3) bestellingen zijn gedaan bij webshop [internetsite] te [vestigingsplaats 1] Webshop [internetsite] is onderdeel van het metaalverwerkingsbedrijf [bedrijf 4] BV, gevestigd aan de [adres 5] .
Informatie bestellingen [internetsite]
Op woensdag 13 maart 2024 is met vordering van de Officier van Justitie, bij het
[bedrijf 4] BV te [vestigingsplaats 1] , informatie gevraagd over de gevonden bestellingen bij de [internetsite] voornoemd. In die vordering werden het emailadres [e-mailadres 3] en de gevonden ordernummers, [nummer 4] en [nummer 5] benoemd. Dit resulteerde in de volgende informatie:
Facturen en pakbonnen
Op dag, datum omstreeks 12.30 uur werd in het bedrijf [bedrijf 4] door een administratief medewerkster een drietal facturen en pakbonnen overhandigd waar de bestellingen uit bleken. In totaal zijn in die drie (3) bestellingen, honderdvijftien (115) massieve staven besteld van verschillende lengtes;
5.
het proces-verbaal van bevindingen onderzoek betalingen [bedrijf 4] B.V., voor zover inhoudende, zakelijk weergegeven:
Op 13 februari 2024 werden de bankafschriften van Rabobankrekening [rekeningnummer 1] op naam van [medeverdachte] , geboren [geboortedatum 2] 1999 te [geboorteplaats 2] , over de periode 01-01-2022 tot en met 09-02-2024 gevorderd.
[afbeelding]
Op 12 maart 2024 werd door mij via de zoekmachine "Google", zijnde een open bron, onderzoek gedaan op het internet naar " [bedrijf 4] " Hierop zag ik een verwijzing naar het bedrijf " [bedrijf 4] BV', gevestigd te [vestigingsplaats 1] (verder genoemd [bedrijf 4] )
Op dinsdag 12 maart 2024 werd door mij telefonisch contact opgenomen met het bedrijf [bedrijf 4] . De medewerkster deelde mij mede dat het bedrijf [bedrijf 4] levert aan ondernemers en dat zij tevens een internetwinkel hebben genaamd
De [internetsite] " welke aan particulieren levert. In deze mobiele telefoon werd email verkeer aangetroffen waaruit blijkt dat door de gebruiker van
het email adres [e-mailadres 3] in november 2D23 een bestelling is gedaan van 40 massieve buizen bij het bedrijf [internetsite] ;
6.
het proces-verbaal van bevindingen van onderzoek naar digitale inhoud Ideapad 3 van 17 mei 2024, zaaksdossier 1, pagina’s 104 tot en met 112, voor zover inhoudende, zakelijk weergegeven:
Bestelling [bedrijf 1] de dato 4 januari 2022
Op dinsdag 4 januari 2022 verzond de gebruiker van het e-mailadres
[e-mailadres 1] een e-mailbericht naar het e-mailadres [e-mailadres 2] waarin geïnformeerd werd naar de status van een bestelling. [bedrijf 1] verkoopt artikelen voor de buitensport, de jacht en zelfverdediging. Op de website van [bedrijf 1] staat vermeld dat het een onderdeel is van het bedrijf genaamd [bedrijf 1] welke gevestigd is in [vestigingsplaats 2] . Ik zag dat de gebruiker van het e-mailadres [e-mailadres 1] op dinsdag 4 januari 2022 om 20.45 uur, een bericht verzond naar [e-mailadres 2] . Dit bericht bevatte een afbeelding van een Franse identiteitskaart op naam gesteld van [naam 4] , geboren te [plaats] op [geboortedatum 1] 1998. Op woensdag 5 Januari 2022 werd vanuit [bedrijf 1] een e-mailbericht verzonden met een overzicht van de geplaatste bestelling. De bestelling had ordernummer [ordernummer 1] en bestond uit acht stuks Ekol Firat Compact Titan 9mm met een totale verkoopprijs van € 920. Ik zag dat het een gas- alarmpistool betrof. Ik zag dat op maandag 10 januari 2022 door [e-mailadres 4] onderstaand e-mailbericht werd verzonden naar [e-mailadres 1] met als onderwerp [bedrijf 1] .com - Order [ordernummer 1] has been shipped". In dit e-mailbericht werd aangeven dat ordernummer [ordernummer 1] op 10 januari 2022 verzonden was. Op dezelfde dag werd door UPS.com een bericht verzonden naar [e-mailadres 1] met de mededeling dat het pakket van [bedrijf 1] onderweg was.
Bestelling [bedrijf 1] de dato 22 januari 2022
Ik zag dat op 22 januari 2022 een e-mailbericht door [e-mailadres 5] naar
[e-mailadres 1] een bericht was verstuurd met als onderwerp: [bedrijf 1] .com - Acceptance of the order (Aanvaarding van de bestelling).
De bestelling had een ordernummer [ordernummer 2] en bestond uit vierentwintig stuks Ekol Firat Compact 9 mm wapens zes uitgevoerd in Titan, zeven stuks uitgevoerd in Black en elf stuks uitgevoerd in Nickel. De totale verkoopwaarde van de bestelling bedroeg € 2.749,50. Op 25 januari 2022 werd door [bedrijf 1] een e-mailbericht verzonden met de mededeling dat er slechts drie stuks van de E31101, de Ekol Firat Compact Titan 9mm, beschikbaar waren. Ik zag dat er vervolgens een e-mailbericht werd ontvangen afkomstig van [bedrijf 1] . Bij dit e-mailbericht werd als bijlage een factuur verzonden, waarop het herziene aantal van in totaal eenentwintig stuks gas-alarmpistolen stond vermeld. Ik zag dat op 31 januari 2022 door [e-mailadres 6] een bericht werd gestuurd naar [e-mailadres 1] . In dit bericht informeerde UPS dat er op maandag 31 januari 2022 een pakket werd bezorgd afkomstig van [bedrijf 1] ;
7.
het proces-verbaal van bevindingen onderzoek laptop van 25 januari 2024, zaaksdossier 1, pagina’s 96 tot en met 98 ,voor zover inhoudende, zakelijk weergegeven:
Op 17 januari 2024 was ik aanwezig bij de doorzoeking van de woning aan de [adres 1] . In de woning zag ik een laptop van het merk en type Lenovo ldeapad 3 met serienummer [serienummer] .
Bij de geïnstalleerde programma's zag ik onder andere het volgende programma.
Ultimaker Cura 4.13.1. Ik vond hierbij een map op de locatie " [bestandsnaam 2]
"
In deze map zag ik een aantal bestanden met de bestandsextensie stl en .3mf. Mij is bekend dat dit bestanden die 3d modellen bevatten die geprint kunnen worden met een 3D-printer;
8.
het proces-verbaal bevindingen onderzoek 3D-bestanden van 26 januari 2024, zaaksdossier 1, pagina’s 101 tot en met 103, voor zover inhoudende, zakelijk weergegeven:
Op vrijdag 19 januari 2024 kreeg ik van verbalisant [verbalisant 1] het verzoek om een
aantal afbeeldingen te onderzoeken. De afbeeldingen waren afkomstig vanaf een laptop en zouden afbeeldingen zijn van voorwerpen die middels 3-D print technologie vervaardigd kunnen worden.
De vraag van verbalisant [verbalisant 1] was wat zijn dit voor onderdelen en wat zou de
toepassing kunnen zijn?
Na het bestuderen van de fotografische opnames zag ik dat het drie afzonderlijke
onderdelen waren. Ik herkende deze onderdelen als zijnde onderdelen voor een
vuurselector. Deze vuurselector is bestemd voor een pistool van het merk Glock. De
onderdelen bestaan uit een montageblok, een schakelaar en een onderbreker. Indien men deze samengestelde onderdelen op de achterzijde van de slede van een Glock plaatst kan middels de schakelaar een keuze gemaakt worden tussen enkelschots of automatisch vuren;
9.
het proces-verbaal van bevindingen voorlopig proces-verbaal uitlezen telefoon Apple iPhone 14 Plus goednummer LEFCP23009-801754 van 26 januari 2024, zaaksdossier 1, pagina’s 45 tot en met 51, voor zover inhoudende, zakelijk weergegeven:
Tevens werd er door [gebruikersnaam 1] een filmpje verstuurd. In dit filmpje worden twee vuurwapens getoond. Tevens wordt getoond dat de punt van het patroon afgestompt is en wit van kleur is;
10.
het proces-verbaal van doorzoeking kenteken [kenteken] van 17 januari 2024, zaaksdossier 1, pagina’s 2 en 3, voor zover inhoudende, zakelijk weergegeven:
Personenauto [kenteken]
Volgens de gegevens van de Rijksdienst voor het Wegverkeer (RDW) betrof het:
Kenteken: [kenteken]
Merk: Volkswagen
Type: Golf Plus
Kentekenhouder [medeverdachte]
In de kofferbak troffen wij een grote hoeveelheid spullen aan waaronder afval. Tussen het afval troffen wij een patroonhouder aan van kunststof Na opening van de armsteun van de middenconsole trof ik, verbalisant [verbalisant 2] , een voor
onmiddellijk gebruik gereed zijnd vuurwapen aan.
11.
het proces-verbaal forensisch onderzoek bij assistentie doorzoeking [adres 1] van 19 januari 2024, zaaksdossier 1, pagina’s 18 tot en met 22, voor zover inhoudende, zakelijk weergegeven:
In voornoemde slaapkamer op de eerste verdieping, in de hoek van de kamer, lag bovenop een stapel kleding een tas van het merk Prada. De Prada tas die op de stapel kleding lag is hierop open gemaakt. Verbalisanten zagen in deze tas een stoffen tasje van het merk Gucci. Ik, verbalisant [verbalisant 3] , heb het tasje van Gucci geopend. Ik zag een patroonmagazijn gevuld met munitie in het tasje zitten.
12.
het proces-verbaal van onderzoek wapen van 16 februari 2024, zaaksdossier 1, pagina’s 10 tot en met 13, voor zover inhoudende, zakelijk weergegeven:
Wapen
Ambtshalve, herkende ik dat het inbeslaggenomen voorwerp oorspronkelijk een gaspistool betrof.
Door deze ombouwhandeling(en) is dit pistool geschikt gemaakt om projectielen door een loop af te schieten en waarvan de werking berust op het teweegbrengen van een scheikundige ontploffing of andere scheikundige reactie.
Derhalve is dit pistool een vuurwapen in de zin van artikel l onder 3, gelet op artikel 2, lid l categorie III onder l van de Wet wapens en munitie.
Patroonmagazijn
Uit mijn onderzoek bleek dat het inbeslaggenomen voorwerp een patroonmagazijn was voor vuurwapens van het merk Retay Pll4. Tevens was dit patroonmagazijn, op het moment van inbeslagname, geladen met munitie van het kaliber 7.65br.
Proefondervindelijk heb ik verbalisant vastgesteld dat er ook kogelpatronen van het kaliber 7.65br in dit patroonmagazijn kunnen worden geladen. Tevens heb ik
vastgesteld dat dit patroonmagazijn ook geplaatst kan worden in het eerder genoemde vuurwapen met SIN AAR2518NL. Door deze feiten en omstandigheden is dit patroonmagazijn een onderdeel c.q. een hulpstuk dat van wezenlijke aard is en specifiek bestemd voor een vuurwapen.
Derhalve zijn mede gelet op artikel 3,1 lid van de Wet Wapens en Munitie, de bepalingen met betrekking tot een vuurwapen in de zin van artikel l, onder 3, gelet op artikel 2, lid l, categorie III onder l van de Wet Wapens en Munitie,
van toepassing.
Munitie (Kogelpatroon)
Uit mijn onderzoek bleek dat de inbeslaggenomen voorwerpen 7 kogelpatronen waren van het merk Companhia Brasileira de Cartuchos met bodemstempel CBC.
De patronen waren allemaal van hetzelfde kaliber, namelijk.32 auto ook wel 7,65 br. Dit is munitie in de zin van artikel l onder 4 gelet op artikel 2 lid 2 categorie III van de WWM;
13.
het proces-verbaal van bevindingen onderzoek naar [verdachte] van 7 november 2023, Persoonsdossier [verdachte] , pagina’s 16 tot en met 24, voor zover inhoudende, zakelijk weergegeven:
Ik zag dat zich in het digitale geheugen van de iPhone, die in gebruik was bij [naam 5] , een video-opname met de bestandsnaam [bestandsnaam 3] bevond en was opgeslagen in de bestandsmap documents/com.snap. file_manager. Bij de meta-data van de video-
opname staat vermeld dat de video op 17 juli 2023 gecreëerd is. Ik zag dat de video-opname een duur had van 13 seconden. In deze video-opname is een persoon te zien die in de nachtelijke uren, vermoedelijk op de openbare weg, een automatisch vuurwapen doorlaadt en afvuurt.
14.
het proces-verbaal ter terechtzitting van 16 april 2024, losbladig, voor zover inhoudende, zakelijk weergegeven:
Ik ben de persoon die op de beelden is te zien.
15.
het proces-verbaal van bevindingen omtrent verkoop vuurwapens van 15 maart 2024, zaaksdossier 1, pagina’s 52 tot en met 58, voor zover inhoudende, zakelijk weergegeven:
In deze chatgesprekken wordt door de eigenaar van het toestel het account [gebruikersnaam 1] gebruikt. Op woensdag 17 januari 2024 werd door [verdachte] een verklaring afgelegd. In deze verklaring wordt door [verdachte] verklaard dat hij gebruik maakt van Snapchat middels
het account [gebruikersnaam 1] .
Chatgesprek 1
Tussen 21 december 2023 en 16 januari 2024 werd middels de applicatie Snapchat een gesprek gevoerd tussen [verdachte] en het gebruikersaccount [gebruikersnaam 4] . In dit gesprek stuurt [verdachte] verschillende prijzen van vuurwapens en munitie. Tevens stuurt hij een foto van een vuurwapen Vervolgens ontvangt hij een foto waarover [verdachte] zegt dat hij ziet dat het wapen te duur is omdat het een ombouw vuurwapen is. Dit ziet hij aan de loop van het wapen en dat
de tekst 9mm doorgekrast is. Ten slotte geeft hij aan dat hij alleen een doosje 22 heeft voor 170.
Chatgesprek 2
Op 20 november 2023 werd een gesprek gevoerd middels de applicatie Snapchat tussen [verdachte] en het gebruikersaccount [gebruikersnaam 5] . In dit gesprek geeft [verdachte] aan dat de G26 nooit voor 5000 verkocht gaat worden, maar mogelijk de andere (vermoedelijk) glocks wel [verdachte] zegt dat hij voor die (vermoedelijk) Glock48 wel 5000 kan krijgen, voor de Glock 19 gen 5 4500 en voor de Glock 17 gen 5 kan hij 4750 krijgen. [gebruikersnaam 5] antwoord hierop dat iemand die Glock 19 neemt.
Chatgesprek 3
Tussen 3 december 2023 en 2 januari 2024 werd een gesprek gevoerd middels de applicatie Cnapchat tussen [verdachte] en het gebruikersaccount [gebruikersnaam 2] . In dit gesprek stuurt [verdachte] een foto van vuurwapens, namelijk een BLOW TR 17, BLOW TR 92 en een ander (omgebouwd) vuurwapen naar het gebruikersaccount [gebruikersnaam 11] . Tevens stuurt [verdachte] dat een Glock 17 gen 4 met verlengd magazijn en 20 Hollow patronen 4500 EURO kost, een Beretta
9x19 kost 2300 EURO en met hollow patronen erbij 2500 EURO Ten slotte wordt door [gebruikersnaam 2] gevraagd aan [verdachte] of er nog handgranaten zijn.
Prijslijst
In de chatgesprekken die gevoerd werden door [verdachte] werden verschillende vuurwapens en bijbehorende prijzen genoemd. De benaming die [verdachte] gebruikt voor een vuurwapen is hieronder weergeven, alsmede welk vuurwapen ermee (vermoedelijk) bedoeld wordt. Tevens is weergeven welke prijs [verdachte] vraagt voor dit vuurwapen.
[afbeelding]
[afbeelding]
Media
Tevens werd een verstuurd filmpje aangetroffen waarbij een gekleurde hand een donkerkleurig vuurwapen met zilveren slede vasthoudt. Op de slede is te zien dat het een vuurwapen van het merk BLOW type TR 14 betreft. Vervolgens is te zien dat vanuit het bijrijdersraam van een auto met dit vuurwapen gericht wordt op een verkeersbord. Hierna is te zien en horen dat er negenmaal op het verkeersbord geschoten wordt;
16.
het proces-verbaal van bevindingen beschrijving video-opname [bestandsnaam 1] aangetroffen in de veiliggestelde digitale inhoud mobiele telefoon van [gebruikersnaam 12] van 28 maart 2024, zaaksdossier 1, pagina’s 83 tot en met 93, voor
zover inhoudende, zakelijk weergegeven:
In de meta-data van deze video-opname stond vermeld dat het bestand op 15 juni 2023 gecreëerd was.
Beschrijving video-opname [bestandsnaam 1]
Ik zag dat deze video-opname een tijdsduur had van zesenvijftig seconden. Ik zag dat in de video-opname, gedurende de gehele afspeeltijd, een zwarte balk met witte letters zichtbaar was. De tekst betrof: "We gaan weer van start jongens!"
Ik zag dat in het begin van deze video-opname, na elkaar, vier zwarte opengeklapte wapenkoffers te zien waren met daarin op gas- alarmpistolen lijkende voorwerpen.
Screenshot 1:
De slede is voorzien van de opdruk met witte letters met de tekst "Blow TR 92 K"
Screenshot 2:
De slede is voorzien van de opdruk met witte letters met de tekst: "Blow TR 17 K"
Screenshot 4
De slede is voorzien van de opdruk met witte letters met de tekst: "Blow TR 92K"
Herkenning ringen [verdachte]
Op woensdag 17 januari 2024 werd bij de aanhouding van [verdachte] , door de Forensische Opsporing, digitale fotografische opnames gemaakt van de handen van [verdachte] . Hierop is te zien dat [verdachte] om vier vingers ringen droeg namelijk de linker middel- en ringvinger en de rechter middel- en ringvinger. Ik zag dat de ringen, die [verdachte] droeg bij zijn aanhouding qua kleur, vorm en structuur overeenkomen met ringen die gedragen werden door de persoon die in de video-opname [bestandsnaam 1] te zien was. Ook zag ik overneemkomsten in de kleur en de vorm van de steen.
17.
Het proces-verbaal van bevindingen samenwerking verkoop vuurwapens van 13 augustus 2024, Aanvulling op Einddossier 26Dieppe [dossiernaam 1] en [dossiernaam 2] , pagina’s 69 tot en met 78, voor zover inhoudende, zakelijk weergegeven:
Tijdens de doorzoeking van de woning van [verdachte] op 17 januari 2024 werd een telefoon (Iphone 13 pro) gevonden.
op de telefoon zijn meerdere chatgesprekken aangetroffen (via Snapchat, met het account van [verdachte] : [gebruikersnaam 1] )
Chatgesprek 1Tussen 28 december 2023 en 29 december 2023 werd middels Snapchat een gesprek gevoerd tussen [verdachte] en de gebruikersaccounts [gebruikersnaam 6] en [gebruikersnaam 7] . In dit gesprek stuurt [gebruikersnaam 7] een audiobericht met de vraag. Zijn bouwtjes daar toch en zelfde?" Hierop gaat het gesprek verder waarbij [verdachte] , [gebruikersnaam 7] en [gebruikersnaam 6] wederom samen komen tot de verkoop van een vuurwapen. In dit gesprek blijkt dat [gebruikersnaam 7] een deel van de opbrengsten krijgt voor het aanbieden van een klant en [verdachte] en [gebruikersnaam 6] onderling tot de afstemming komen dat [gebruikersnaam 6] het vuurwapen zal overdragen. Hierbij wordt afgesproken bij de [adres 6] [gebruikersnaam 6] haait daar in de buurt het vuurwapen op en uiteindelijk stuurt [gebruikersnaam 6] dat het gelukt is.
Chatgesprek 2Op 29 december 2023 werd een gesprek gevoerd tussen [verdachte] en het gebruikersaccount [gebruikersnaam 8] . Tijdens dit gesprek biedt [verdachte] een Glock 17gen4 met extended magazijn en een revolver met munitie aan. Voor de Glock vraagt hij 4500 en de revolver 2800 met drie doosjes munitie. Uiteindelijk ziet de koper hiervan af.
Chatgesprek 3Op 30 december 2023 werd een gesprek gevoerd tussen [verdachte] en het gebruikersaccount [gebruikersnaam 9] . In dit gesprek vraagt [gebruikersnaam 9] of er nog omgebouwde vuurwapens zijn. [verdachte] zegt dat hij echt laat is omdat hij nog maar 2 over heeft van een lading van 30. [gebruikersnaam 9] geeft aan dat hij er maar één nodig heeft en vraagt wat voor patronen erin gaan. [verdachte] antwoord dat er 380 in gaat, een korte 9 mm. [verdachte] vraagt of hij een extended magazijn wil waarop [gebruikersnaam 9] zegt dat hij dit wil. [gebruikersnaam 9] krijgt er 5 patronen bij van [verdachte] .
Chatgesprek 4Tussen 25 december 2023 en 30 december 2023 voert [verdachte] een gesprek met het gebruikersaccount [gebruikersnaam 10] In dit gesprek wordt besproken dat [verdachte] twee ombouw vuurwapens levert aan [gebruikersnaam 10] in ruil voor een p (vermoedelijk pistool) en 250 euro. [gebruikersnaam 10] vraagt hierbij om een vol magazijn Er wordt afgesproken om aan de [adres 7] , bij de neef van [gebruikersnaam 10] te ruilen Later hebben ze het nog over de ombouwvuurwapens en of deze soms vastlopen. Hierop antwoord [verdachte] dat dat kan, maar dat het wapen dan droog is. [gebruikersnaam 10] vraagt of dat deze ombouw droog is, aangezien hij die morgen wil gebruiken [verdachte] zegt vervolgens dat hij gaat laten zien wat kan gebeuren als het wapen droog is. Vervolgens wordt een video gestuurd waarin een persoon een vuurwapen afvuurt Er is te horen dat de patronen afketsen op een ijzeren bord. Na enkele schoten komt een patroon vast te zitten in de huizentrekker van de slede. In beeld zijn de tattoo en ringen van [verdachte] te zien. [verdachte] zegt vervolgens in de chat dat als dit gebeurt hij de slede naar achter moet trekken en door kan.;
18.
het proces-verbaal van bevindingen voortzetten crimineel handelen vanuit PI, zaakdossier 1, pagina’s 113 tot en met 131, voor zover inhoudende, zakelijk weergegeven:
[naam 6] gesprek, sessie 19 van 24 januari 2024 om 15.13 uur
In dit gesprek belt [verdachte] uit met [naam 2] op zijn mobiele telefoonnummer [telefoonnummer] , samengevat:
[naam 2] zegt tegen [verdachte] dat die modellen die hij [verdachte] ) heeft besteld niet goed zijn, geen goeie kwali mani. Op de vraag van [verdachte] hoe hij dat weet zegt [naam 2] dat er 3 bos zijn (straattaal voor kapot). [naam 2] zegt dat die andere man er 3 bos heeft gemaakt, 2 bos gemaakt, eentje heb ik ook kapot gebost. [verdachte] vraagt hoe dat is gebeurd en [naam 2] zegt door het boren. [naam 2] zegt dat ze van slechte kwaliteit zijn. Volgens [verdachte] had het allang DAAR moeten zijn en zegt tegen [naam 2] dat hij er druk op moet zetten.
Het onderzoeksteam heeft hierop, met tussenkomst van de officier van justitie, bij de [locatie 2]
de rapportages van de controles bij [verdachte] gevorderd. Hieruit bleek het volgende:
17 april 2024: er is een mobiele telefoon met oplader in de cel van [verdachte] aangetroffen.
Het onderzoeksteam heeft de genoemde mobiele telefoon, welke in de cel van [verdachte] was aangetroffen, inbeslaggenomen en nader onderzocht Hieruit bleek dat er foto's op staan van [verdachte] , [medeverdachte] en vuurwapens.
19.
het proces-verbaal onderzoek munitie, pagina’s 79 tot en met 82, als bijlage 9 gevoegd bij het proces-verbaal aanvulling op Einddossier 26Dieppe [dossiernaam 1] en [dossiernaam 2] , voor zover inhoudende, zakelijk weergegeven:Op woensdag 17 april 2024 zijn tijdens sen doorzoeking op locatie [adres 1]
, goederen inbeslaggenomen.
Munitie omschrijving:Categorie omschrijving : wapens/munitie/springstof
Object : Munitie (Kogelpatroon
Aantal/eenheid : 6 stuks
Merk/type : G.F.. (Fiocchi)
Spoor identificatienummer : AAQK5324NL
Kaliber : 6,35 mm Br
BevindingenBij aanvang onderzoek zag ik dat het om zes onverschoten kogelpatronen betrof, van het kaliber 6.35mm Br, merk G.F.L. (Fiocchi). Dit is munitie in de zin van artikel 1 onder 4 gelet op artikel 2 lid 2 categorie III van de WWM.
[afbeelding]
Feit 4

20.het proces-verbaal van verhoor van verdachte [verdachte] van

17 januari 2024, persoonsdossier verdachte [verdachte] , pagina’s 72 tot en met 83;

21.
het proces-verbaal van onderzoek verdovende middelen van 7 februari 2024, inclusief bijlagen, zaaksdossier 2, pagina’s 4 tot en met 11;
Feit 5
22.
de verklaring van verdachte ter terechtzitting van 3 september 2024, voor zover inhoudende, zakelijk weergegeven:

ik plaatste bestellingen, nam pakketten in ontvangst, testte wapens en leverde de wapens af. Daarvoor ontving ik contante geldbedragen. Een deel van die bedragen stortte ik op rekening van [medeverdachte] en een ander deel gaf ik uit aan mooie spullen. Ik gebruikte de rekening van [medeverdachte] , omdat ik het geld niet op mijn rekening kon storten, vanwege het feit dat ik onder bewind sta.

23.
het proces-verbaal van bevindingen aantreffen e-mailbericht Budget 2023 van 11 april 2024, zaaksdossier 3, pagina’s 4 en 5, voor zover inhoudende, zakelijk weergegeven:
Dit bericht had als onderwerp "Fwd: Budget 2023". Dit e-mailbericht werd verstuurd met twee bijlages genaamd [bestandsnaam 4] en [bestandsnaam 5] . Ik zag dat dit e-mailbericht verzonden was door [naam 3] van [bedrijf 3] . Ik las in het tekstbericht dat het e-mailbericht betrekking had over de budgetplanning van de eerste drie maanden van 2023.
Ik zag dat onderaan deze bijlages onder de categorie: "Blijft over voor leefgeld" respectievelijk 6,01 euro en 3,87 euro vermeld stond;

24.het proces-verbaal van bevindingen onderzoek bankrekening

[rekeningnummer 2] van 27 mei 2024, zaaksdossier 3,​​​​​ pagina’s 27 en 28, voor zover inhoudende, zakelijk weergegeven:[rekeningnummer 2] van tenaamgestelde [medeverdachte] , over de periode 1 januari 2022 tot en met 9 februari 2024. Aan deze Rabobank rekening is tevens een spaarrekening gekoppeld voorzien van [rekeningnummer 3] .
Contante stortingenIk zag dat er op de genoemde rekening veelvuldig contante bedragen werden gestort. Over een periode van 2 januari 2022 tot en met 10 januari 2024 gaat dit over 55 verschillende stortingen met een totaalbedrag van € 40,027.70.
25.
het proces-verbaal van bevindingen designerkleding en kwitanties van 23 april 2024, zaaksdossier 3, pagina’s 38 tot en met 45, voor zover inhoudende, zakelijk weergegeven:Na de aanhouding van [medeverdachte] werd onder leiding van de rechter-commissaris, mr T. van Muijden, een doorzoeking verricht in de woning aan de [adres 1] . Tijdens deze doorzoeking zijn (in grote hoeveelheden) onder andere aangetroffen:
- dure designer artikelen waaronder kleding, schoenen, tassen en accessoires
- lege verpakkingen van designer merken
- kwitanties van designer artikelen waaronder kleding, schoenen, tassen en accessoires
- afgeknipte design labels
De aangetroffen designer artikelen, kwitanties en labels zijn van de merken: Gucci, Dior, Louis Vuitton, Marc Jacobs, Burberry, Prada, Moose Knuckles, Canada Goose en Palm Angels
Aangetroffen kwitanties22 kwitanties met een totaal factuurbedrag van€ 9787,32 waarvan er tenminste 15 kwitanties contant zijn voldaan met een totaal factuurbedrag van€ 6.686,50.
Er zijn 6 kwitanties aangetroffen van de aankoop van Gucci artikelen; (bij de [bedrijf 5] winkel in de [adres 8] en bij de [bedrijf 5] aan de [adres 9] ) met een totaal factuurbedrag van €3.290.
[afbeelding]
Aangetroffen designer labels
[afbeelding]
In totaal vertegenwoordigen de 13 aangetroffen designer labels een totaalbedrag van€ 9.543,00;
26.
het proces-verbaal van bevindingen gegevens [bedrijf 5] van 13 mei 2024, zaaksdossier 3, pagina’s 46 en 47, voor zover inhoudende, zakelijk weergegeven:Verstrekte gegevens [bedrijf 5]De rechtspersoon [bedrijf 5] verstrekte vier (4) kwitanties waarbij Gucci artikelen waren gekocht onder de naam [verdachte] met het customer ID [nummer 6] .
Nota op naam van [verdachte] met het customer [nummer 6] twv €580
Nota op naam van [verdachte] met het customer [nummer 6] twv €410
Nota op naam van [verdachte] met het customer [nummer 6] twv €560
Nota op naam van [verdachte] met het customer [nummer 6] twv €340
De verstrekte nota's met de bedragen € 580 en €410, zijn aankopen gedaan te Amsterdam die reeds bekend waren bij het onderzoeksteam, echter de verstrekte nota's met de bedragen €560 en €340 waren onbekend. De nota met het uitgavebedrag €560 is gedaan in een [bedrijf 5] winkel te [vestigingsplaats 3] Volgens de verstrekte nota's zijn alle bedragen cash afgerekend.