ECLI:NL:RBOVE:2024:987

Rechtbank Overijssel

Datum uitspraak
27 februari 2024
Publicatiedatum
27 februari 2024
Zaaknummer
10640412 \ EJ VERZ 23-268
Instantie
Rechtbank Overijssel
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht
Procedures
  • Beschikking
Rechters
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Ontbinding arbeidsovereenkomst en proceskostencompensatie na intrekking verzoeken

In deze procedure hebben beide partijen verzoeken ingediend met betrekking tot de ontbinding van de arbeidsovereenkomst. Na een tussenvonnis op 7 december 2023 heeft verzoeker, hierna te noemen [verzoeker], zijn verzoek tot ontbinding van de arbeidsovereenkomst en zijn overige verzoeken ingetrokken. De verwerende partij, DeLaval B.V., heeft haar voorwaardelijk zelfstandig tegenverzoek, dat was ingesteld onder de voorwaarde dat het verzoek van [verzoeker] zou worden ingetrokken of afgewezen, eveneens ingetrokken.

De kantonrechter heeft in deze beschikking geoordeeld dat, gezien de intrekking van de verzoeken door beide partijen, de proceskosten tussen hen gecompenseerd dienen te worden. Dit houdt in dat iedere partij zijn of haar eigen proceskosten draagt. De beslissing is genomen in het belang van een eerlijke procesgang, waarbij beide partijen de mogelijkheid hebben gehad om hun standpunten kenbaar te maken en hun verzoeken in te trekken.

De beschikking is gegeven door mr. A.M. Koene en is op 27 februari 2024 in het openbaar uitgesproken. Deze uitspraak benadrukt het belang van duidelijke communicatie tussen partijen in een procedure en de gevolgen van het intrekken van verzoeken voor de proceskosten.

Uitspraak

RECHTBANKOVERIJSSEL
Civiel recht
Kantonrechter
Zittingsplaats Zwolle
Zaaknummer: 10640412 \ EJ VERZ 23-268
Beschikking van 27 februari 2024
in de zaak van
[verzoeker],
wonende in [woonplaats],
verzoekende partij, hierna te noemen [verzoeker],
gemachtigde: mr. L.G. Hirdes,
tegen
de besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid
DELAVAL B.V.,
gevestigd en kantoorhoudende in Steenwijk,
verwerende partij, hierna te noemen DeLaval,
gemachtigde: mr. H.G. Ruis.

1.De procedure

1.1.
In deze zaak is op 7 december 2023 een tussenbeschikking gewezen. Daarin heeft de kantonrechter [verzoeker] in de gelegenheid gesteld aan te geven of hij zijn ontbindingsverzoek handhaaft of intrekt en daarbij duidelijk te maken in hoeverre hij zijn overige verzoeken handhaaft. Ook is DeLaval in de gelegenheid gesteld om aan te geven of zij haar voorwaardelijke zelfstandig tegenverzoek handhaaft.
1.2.
Per e-mail van 16 januari 2024 heeft mr. Ruis namens DeLaval het voorwaardelijk tegenverzoek ingetrokken. In haar brieven van 17 januari 2024 heeft mr. Hirdes namens [verzoeker] de gedane verzoeken ingetrokken. Per e-mail van 18 januari 2024 heeft DeLaval om een proceskostenveroordeling gevraagd.

2.De beoordeling

Van het verzoek en het voorwaardelijk zelfstandig tegenverzoek

2.1.
In deze procedure hebben beide partijen verzoeken ingediend. Na het tussenvonnis van 7 december 2023 heeft [verzoeker] zijn verzoek tot ontbinding van de arbeidsovereenkomst en zijn overige verzoeken ingetrokken. Ook DeLaval heeft haar voorwaardelijk zelfstandig tegenverzoek, dat ingesteld was onder de voorwaarde dat het verzoek van [verzoeker] zou worden ingetrokken of afgewezen, ingetrokken. De kantonrechter zal daarom de kosten van deze procedure tussen partijen compenseren, in die zin dat iedere partij zijn of haar eigen proceskosten draagt.

3.De beslissing

De kantonrechter
in het verzoek en het voorwaardelijk zelfstandig tegenverzoek
3.1.
compenseert de proceskosten tussen partijen, in die zin dat iedere partij de eigen proceskosten draagt.
Deze beschikking is gegeven door mr. A.M. Koene en in het openbaar uitgesproken op 27 februari 2024.(SB)