ECLI:NL:RBOVE:2025:1684

Rechtbank Overijssel

Datum uitspraak
13 maart 2025
Publicatiedatum
26 maart 2025
Zaaknummer
11538009 \ CV EXPL 25-471
Instantie
Rechtbank Overijssel
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht
Procedures
  • Kort geding
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Vordering tot medewerking aan warme opname in het kader van renovatiewerkzaamheden door Woonstichting De Marken

In deze zaak heeft Woonstichting De Marken een kort geding aangespannen tegen De Financiële Hulpverlener, die als bewindvoerder optreedt voor de heer [betrokkene]. De vordering betreft de medewerking aan een 'warme opname' in het kader van renovatiewerkzaamheden aan een woningcomplex. De huurovereenkomst tussen Woonstichting De Marken en de heer [betrokkene] is op 7 januari 2019 ingegaan, waarbij de Algemene Huurvoorwaarden van toepassing zijn. Woonstichting De Marken heeft herhaaldelijk geprobeerd om met de heer [betrokkene] een afspraak te maken voor de warme opname, maar deze pogingen zijn zonder resultaat gebleven. De heer [betrokkene] heeft wel verklaard te willen meewerken, maar wil eerst goed geïnformeerd worden over de werkzaamheden.

Tijdens de mondelinge behandeling op 10 maart 2025 was De Financiële Hulpverlener niet aanwezig, waardoor verstek is verleend. De kantonrechter heeft geoordeeld dat de vorderingen van Woonstichting De Marken spoedeisend zijn en dat de vorderingen toewijsbaar zijn, gezien het feit dat De Financiële Hulpverlener niet is verschenen en de vorderingen niet onrechtmatig of ongegrond zijn. De kantonrechter heeft de Financiële Hulpverlener veroordeeld om de uitvoering van de werkzaamheden in de woning te gedogen en medewerking te verlenen aan de warme opname. Daarnaast is de Financiële Hulpverlener veroordeeld tot betaling van de proceskosten, die zijn begroot op € 958,45.

Het vonnis is uitgesproken door mr. M.J.C.M. Manders op 13 maart 2025 en is uitvoerbaar bij voorraad.

Uitspraak

RECHTBANKOVERIJSSEL
Civiel recht
Kantonrechter
Zittingsplaats Zwolle
Zaaknummer: 11538009 \ CV EXPL 25-471
Vonnis in kort geding van 13 maart 2025
in de zaak van
WOONSTICHTING DE MARKEN,
te Schalkhaar,
eisende partij,
hierna te noemen: Woonstichting De Marken,
gemachtigde: mr. M.M.A. Vermin,
tegen
DE FINANCIËLE HULPVERLENER B.V.
als bewindvoerder van [betrokkene],
te [plaats],
gedaagde partij,
hierna te noemen: De Financiële Hulpverlener,
niet verschenen.

1.De procedure

1.1.
Het verloop van de procedure blijkt uit:
- de dagvaarding, met producties
- de e-mail van De Financiële Hulpverlener van 12 februari 2025
1.2.
De mondelinge behandeling heeft plaatsgevonden op 10 maart 2025, waarvan door de griffier aantekeningen zijn gemaakt. Namens Woonstichting De Marken zijn mr. M.M.A Vermin (gemachtigde), [naam 1] (woonconsulent) en [naam 2] ([bedrijf]) verschenen. De Financiële Hulpverlener is niet verschenen, zij heeft aan Woonstichting De Marken bij e-mail van 12 februari 2025 laten weten niet aanwezig te zullen zijn bij het kort geding. Tegen haar is verstek verleend. [betrokkene] is wel verschenen. Hij heeft, ondanks dat hij geen procespartij is, de situatie toegelicht en vragen van de kantonrechter beantwoord.
1.3.
Ten slotte is vonnis bepaald.

2.De feiten

2.1.
Tussen Woonstichting De Marken en de heer [betrokkene] is met ingang van 7 januari 2019 een huurovereenkomst gesloten met betrekking tot de woning aan de [adres]. Op de huurovereenkomst zijn de Algemene Huurvoorwaarden (hierna: AHV) van toepassing.
2.2.
In de AHV is – voor zover hier van belang – het volgende opgenomen:
“6.3. Huurder zal het gehuurde gebruiken en onderhouden zoals het een goed huurder betaamt.
6.13.
In verband met controle door verhuurder van de naleving van de verplichtingen van huurder op grond van deze Algemene Huurvoorwaarden, dan wel in verband met mogelijk door verhuurder uit te voeren werkzaamheden of controle van meterstanden en dergelijke, zal huurder verhuurder, in het gehuurde toelaten. Onder verhuurder wordt mede verstaan: de door of namens verhuurder aangewezen personen.
8.1.
Huurder zal alle dringende werkzaamheden aan het gehuurde of aangrenzende woningen, als ook aan de centrale voorzieningen daarvan, toestaan”
2.3.
De woning maakt deel uit van een woningcomplex, waar vanaf maart 2025 onderhouds- en renovatiewerkzaamheden worden uitgevoerd. Hiervoor is het nodig dat in de woning een zogeheten ‘warme opname’ plaatsvindt. Tijdens de warme opname worden alle woningen bezocht uit een complex dat gerenoveerd gaat worden, worden afwijkingen en bijzonderheden vastgelegd en worden bewoners volledig geïnformeerd.
2.4.
Op 16 december 2024 is de heer [betrokkene] akkoord gegaan met het renovatievoorstel.
2.5.
Het lukt Woonstichting De Marken, [bedrijf] B.V. en de gemachtigde van Woonstichting De Marken – ondanks de vele pogingen per e-mail, telefoon en huisbezoeken – niet om met de heer [betrokkene] een afspraak te maken voor de warme opname.
2.6.
De warme opname heeft nog niet plaatsgevonden in de woning van de heer [betrokkene].

3.Het geschil

3.1.
Woonstichting De Marken legt aan haar vordering ten grondslag dat [betrokkene] op grond van de algemene voorwaarden verplicht is om medewerking te verlenen aan de warme opname vanwege de werkzaamheden die in het wooncomplex gaan plaatsvinden. Ondanks meerdere verzoeken, heeft [betrokkene] nog steeds geen medewerking verleend. Omdat de werkzaamheden in april 2025 starten vraagt Woonstichting De Marken dat [betrokkene] de warme opname gedoogt en dat hij medewerking verleent aan de warme opname. Voor zover hij dat niet doet, vraagt Woonstichting De Marken om tijdelijke ontruiming van de woning voor de duur van de warme opname.
3.2.
Hoewel behoorlijk gedagvaard met inachtneming van de bij de wet voorgeschreven termijnen en formaliteiten, was De Financiële Hulpverlener niet aanwezig bij de mondelinge behandeling. Tegen haar is verstek verleend.
3.3.
De heer [betrokkene] heeft ter zitting aangevoerd dat hij pas laat heeft gehoord van de werkzaamheden. Hij wil graag meewerken, maar hij wil eerst goed geïnformeerd worden.

4.De beoordeling

4.1.
Van de spoedeisendheid van de vorderingen is voldoende gebleken. Verder zullen
de vorderingen, nu De Financiële Hulpverlener niet is verschenen en die vorderingen de kantonrechter niet onrechtmatig of ongegrond voorkomen, worden toegewezen. Ten overvloede wordt nog overwogen dat ook hetgeen de heer [betrokkene] zelf nog ter zitting naar voren heeft gebracht, ook als hij niet onder bewind zou hebben gestaan, niet tot een andere beslissing zou hebben geleid. Kort gezegd, heeft hij onvoldoende weersproken het gemotiveerde betoog van Woonstichting De Marken dat hij al geruime tijd nalaat de vereiste medewerking te verlenen aan de voorbereidende werkzaamheden ter realisatie van de te verrichten renovatie.
4.2.
De Financiële Hulpverlener is in het ongelijk gesteld en moet daarom de proceskosten (inclusief nakosten) betalen. De proceskosten van Woonstichting De Marken worden begroot op:
- kosten van de dagvaarding
145,45
- griffierecht
135,00
- salaris gemachtigde
543,00
- nakosten
135,00
(plus de kosten van betekening zoals vermeld in de beslissing)
Totaal
958,45

5.De beslissing

De kantonrechter
5.1.
veroordeelt De Financiële Hulpverlener, in haar hoedanigheid van bewindvoerder over de goederen van [betrokkene], om na de betekening van dit vonnis, de uitvoering van de werkzaamheden in de woning en/of de bijbehorende onroerende aanhorigheden aan de [adres], gemeente Deventer, zoals opgesomd in de in het geding gebrachte informatiebrochure, inclusief de voorbereidende werkzaamheden (‘warme opname’), te gedogen en daaraan – ter uitsluitende beoordeling van Woonstichting De Marken – alle noodzakelijke medewerking te verlenen, waaronder de door Woonstichting De Marken met de uitvoering van de werkzaamheden belaste perso(o)n(en) toe te laten voor de uitvoering van die werkzaamheden;
5.2.
veroordeelt De Financiële Hulpverlener, in haar hoedanigheid van bewindvoerder over de goederen van [betrokkene], om – wanneer [betrokkene] niet vrijwillig aan de onder 3.1. opgenomen veroordeling voldoet – het gehuurde, gelegen aan de [adres], gemeente Deventer, met al het zijne en de zijnen, tijdelijk, voor de duur van de in de informatiebrochure omschreven werkzaamheden, te ontruimen, een en ander ter uitsluitende beoordeling van Woonstichting De Marken, te bewerkstelligen door de gerechtsdeurwaarder overeenkomst het bepaalde in de artikelen 558 jo. 556 lid 1 jo. 557 Rechtsvordering;
5.3.
veroordeelt De Financiële Hulpverlener in de proceskosten van € 958,45, te betalen binnen veertien dagen na de betekening van dit vonnis, te vermeerderen met de kosten van betekening;
5.4.
verklaart dit vonnis uitvoerbaar bij voorraad.
Dit vonnis is gewezen door mr. M.J.C.M. Manders en in het openbaar uitgesproken op 13 maart 2025. (jjm)