ECLI:NL:RBOVE:2025:1928
Rechtbank Overijssel
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Proceskostenveroordeling na gegrond bezwaar tegen UWV
In deze uitspraak van de Rechtbank Overijssel, gedateerd 2 april 2025, wordt het verzoek van verzoekster om een proceskostenveroordeling tegen het UWV beoordeeld. Verzoekster had eerder een beroep ingesteld tegen een besluit van het UWV van 9 januari 2024, maar trok dit beroep in nadat het UWV op 11 juni 2024 een gewijzigde beslissing op bezwaar had genomen. De rechtbank heeft het UWV in de gelegenheid gesteld om te reageren op het verzoek om proceskostenveroordeling, waarop het UWV instemde met de veroordeling conform het Besluit proceskosten bestuursrecht.
De rechtbank oordeelt dat het UWV geheel aan verzoekster is tegemoetgekomen door het bezwaar gegrond te verklaren en vast te stellen dat verzoekster recht heeft op een Ziektewetuitkering. De rechtbank wijst het verzoek om proceskostenveroordeling toe en berekent de kosten op basis van de verrichte proceshandelingen. Verzoekster krijgt een vergoeding van € 4.849,75, inclusief kosten voor rechtsbijstand en deskundigen. Daarnaast is het UWV verplicht om het door verzoekster betaalde griffierecht van € 51,- te vergoeden. De uitspraak is gedaan door rechter mr. F. Koster en is openbaar uitgesproken.