ECLI:NL:RBOVE:2025:2589

Rechtbank Overijssel

Datum uitspraak
23 april 2025
Publicatiedatum
25 april 2025
Zaaknummer
C/08/321938 / HA ZA 24-390
Instantie
Rechtbank Overijssel
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht
Procedures
  • Eerste aanleg - enkelvoudig
Rechters
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Auteursrechtelijke bescherming van productomschrijvingen en bedrijfsgeheimen in de verfindustrie

In deze civiele zaak, behandeld door de Rechtbank Overijssel, vorderde Teknos B.V. dat Presilva Coatings B.V. inbreuk maakte op haar auteursrechten door productomschrijvingen van verf over te nemen. Teknos stelde dat Presilva ook bedrijfsgeheimen had geschonden door de receptuur van haar verfproducten te gebruiken. De rechtbank oordeelde dat de productomschrijvingen van Teknos geen auteursrechtelijke bescherming genieten, omdat deze niet voldoen aan het oorspronkelijkheidsvereiste. De rechtbank concludeerde dat de teksten voornamelijk feitelijke informatie bevatten en niet het persoonlijke stempel van de maker dragen. Daarnaast werd de vordering van Teknos om te bewijzen dat Presilva bedrijfsgeheimen had geschonden afgewezen, omdat Teknos onvoldoende bewijs had geleverd voor haar claims. De rechtbank wees de vorderingen van Teknos af en veroordeelde Teknos in de proceskosten van Presilva, die in totaal € 12.256,94 bedroegen. Dit vonnis werd uitgesproken op 23 april 2025.

Uitspraak

RECHTBANK Overijssel

Civiel recht
Zittingsplaats Zwolle
Zaaknummer: C/08/321938 / HA ZA 24-390
Vonnis van 23 april 2025
in de zaak van
de besloten vennootschap
TEKNOS B.V.,
gevestigd te Enschede,
eisende partij,
hierna te noemen: Teknos,
advocaat: mr. L. Bezoen
tegen
de besloten vennootschap
PRESILVA COATINGS B.V.,
gevestigd te Losser,
gedaagde partij,
hierna te noemen: Presilva,
advocaat: mr. F. Kolkman.

1.Waar deze zaak over gaat

1.1.
Partijen zijn bedrijven die verf verkopen. Volgens Teknos maakt Presilva inbreuk op het auteursrecht van Teknos door de productomschrijvingen van verschillende soorten verf van Teknos (grotendeels) over te nemen. Daarnaast heeft Presilva volgens Teknos onrechtmatig gehandeld doordat Presilva de receptuur van verschillende soorten verf van Teknos gebruikt en daarmee bedrijfsgeheimen van Teknos heeft geschonden. Teknos vraagt in deze procedure onder meer om veroordeling van Presilva tot het staken van de auteursrechtinbreuk en om schadevergoeding.
1.2.
De rechtbank wijst de vorderingen van Teknos af. Kort gezegd is de rechtbank van oordeel dat aan de productbeschrijvingen van Teknos geen auteursrechtelijke bescherming toekomt, en dat Teknos – mede gezien de gemotiveerde betwisting door Presilva – onvoldoende heeft onderbouwd dat Presilva haar bedrijfsgeheimen heeft geschonden.
1.3.
Dit verkort weergegeven oordeel wordt hierna gemotiveerd.

2.De procedure

2.1.
Het verloop van de procedure blijkt uit:
- de dagvaarding, uitgebracht op 27 september 2024,
- de conclusie van antwoord,
- de brief waarin een mondelinge behandeling is bepaald,
- de akte met nadere producties 7-24 van Teknos,
- de mondelinge behandeling van 10 maart 2025, waarvan door de griffier aantekeningen zijn gemaakt,
- spreekaantekeningen van beide kanten.
2.2.
Ten slotte is vonnis bepaald.

3.De feiten

3.1.
Drywood Coatings B.V. (Drywood Coatings) is in 1979 opgericht en hield zich onder meer bezig met de ontwikkeling en productie van verven, lakken en beitsen. In 2016 is Drywood Coatings onderdeel geworden van Teknos. Teknos heeft de productie van verfsystemen in Nederland in 2020 gestaakt. Zij drijft een groothandel in verf en verfwaren.
3.2.
Teknos heeft een webwinkel, te bereiken via de website [internetsite 1]. Van de verfproducten die Teknos aanbiedt heeft Teknos webpagina’s gemaakt met daarop een afbeelding van het product en productinformatie. Teknos heeft haar verfsystemen onder meer de namen Drywood verf voor hout Nova/Lakverf Indus/Master/Woodstain gegeven.
3.3.
De productomschrijving van een van de verfproducten (‘Drywood verf voor hout Nova’) van Teknos ziet er als volgt uit:
[afbeelding]
[afbeelding]
3.4.
Presilva is op 27 juli 2022 opgericht. Presilva ontwikkelt en verkoopt verfsystemen. Zij drijft een groothandel in verf en verfwaren. Presilva heeft ook een webwinkel, te bereiken via de website [internetsite 2]. Van de verfproducten die Presilva aanbiedt heeft Presilva webpagina’s gemaakt met daarop een afbeelding van het product en productinformatie. Zij heeft haar verfsystemen namen gegeven als Presilva Novi/Omnia/ Vesta/Woodstain.
3.5.
De productomschrijving van een van de verfproducten (‘Presilva Novi’) van Presilva ziet er als volgt uit:
[afbeelding]
[afbeelding]
3.6.
De heer [naam 1] (hierna: [naam 1]) is vanaf 5 augustus 2002 werkzaam geweest bij Teknos, laatstelijk in de functie van laboratorium medewerker/research & development specialist. In de arbeidsovereenkomst tussen Teknos en [naam 1] staat een concurrentiebeding. Teknos en [naam 1] hebben door middel van een vaststellingsovereenkomst een einde gemaakt aan de arbeidsovereenkomst. [naam 1] is per 1 september 2022 uit dienst getreden bij Teknos.
3.7.
Per 1 september 2022 is [naam 1] in dienst getreden bij Presilva.
3.8.
Teknos, althans haar advocaat, heeft Presilva bij brief van 24 april 2024 aangeschreven. In deze brief heeft Teknos gesteld dat Presilva op onrechtmatige manier verfsoorten van Teknos kopieert, zowel wat betreft receptuur als de productomschrijving. Volgens Teknos is dit een schending van het auteursrecht van Teknos, en van haar bedrijfsgeheimen. Teknos heeft Presilva – kort gezegd – gesommeerd de inbreuken te staken en gestaakt te houden.
3.9.
Presilva heeft bij e-mail van 30 april 2024 op de brief van Teknos gereageerd. In deze e-mail heeft Presilva – kort gezegd – betwist dat er sprake is van de door Teknos gestelde inbreuken.

4.Het geschil

4.1.
Teknos vordert – kort samengevat – bij vonnis, uitvoerbaar bij voorraad:
I. veroordeling van Presilva om elke inbreuk op de auteursrechten van Teknos, waaronder het openbaar maken en verveelvoudigen van (inbreukmakende bewerkingen van) productbladen van Teknos, te staken en gestaakt te houden, op straffe van een dwangsom,
II. veroordeling van Presilva om elk bezit, gebruik en het openbaar maken van bedrijfsgeheimen, waaronder het bezigen van recepturen voor verfsystemen van Teknos, te staken en gestaakt te houden, op straffe van een dwangsom,
III. veroordeling van Presilva om alle documenten die betrekking hebben op de door Presilva bestelde, aangekochte, gedistribueerde, aangeboden verkochte, geleverde en/of verhandelde verfsystemen, en de winstmarge daarover af te geven, op straffe van een dwangsom,
IV. veroordeling van Presilva om een door Teknos gedicteerde brief aan alle afnemers te versturen en op haar website te plaatsen, waarin staat dat Presilva inbreuk heeft gemaakt op de auteursrechten van Teknos en waarin wordt verzocht de door Presilva geleverde verfsystemen te retourneren, op straffe van een dwangsom,
V. veroordeling van Presilva om alle geretourneerde verfsystemen te vernietigen, op straffe van een dwangsom,
VI. veroordeling van Presilva om de door Teknos als gevolg van de auteursrechtelijke inbreuk en het onrechtmatige handelen geleden schade te vergoeden, bij wijze van voorschot begroot op € 25.000,00, dan wel een door de rechtbank vast te stellen voorschot, en nader op te maken bij staat,
VII. veroordeling van Presilva in de kosten van deze procedure waaronder de redelijk gemaakte advocaatkosten van Teknos ex artikel 1019h dan wel 1019ie Rv,
VIII. een zodanige uitspraak te treffen als de rechtbank in goede justitie juist acht.
4.2.
Presilva voert verweer.
4.3.
Op de stellingen van partijen wordt hierna, voor zover nodig, nader ingegaan.

5.De beoordeling

Inleiding
5.1.
De zaak gaat ten eerste over de vraag of het geheel aan teksten van Teknos, de productomschrijving van de verfproducten, waaronder technische gegevens en informatie over verwerking, (hierna samen: de productomschrijving) een auteursrechtelijk beschermd werk is en of Teknos de rechthebbende van die auteursrechten is. Indien sprake is van een werk komt vervolgens de vraag aan de orde of Presilva daar inbreuk op heeft gemaakt.
5.2.
Daarnaast gaat deze zaak over de vraag of Presilva onrechtmatig heeft gehandeld door de receptuur voor verf van Teknos te gebruiken, en daarmee bedrijfsgeheimen van Teknos heeft geschonden.
Zijn de productomschrijvingen auteursrechtelijk beschermde werken?
5.3.
Partijen twisten over de vraag of de productomschrijvingen van Teknos auteursrechtelijk beschermde werken zijn. De rechtbank beantwoordt die vraag ontkennend. Daartoe wordt het volgende overwogen.
5.4.
Als maatstaf om te beoordelen of productomschrijvingen van Teknos voor auteursrechtelijke bescherming in aanmerking komen geldt het volgende. De tekst moet oorspronkelijk zijn in die zin dat het gaat om een eigen intellectuele schepping van de maker (zie Hof van Justitie EU 16 juli 2009, nr. C-5/08, LJN BJ3749, NJ 2011/288 (Infopaq I)). Dit betekent dat de tekst een eigen, oorspronkelijk karakter moet hebben en dat het persoonlijke stempel van de maker draagt (vergelijk het arrest van de Hoge Raad van 30 mei 2008, LJN BC2153, NJ 2008/556 en HR 22 februari 2013 ECL:NL:HR:2013:BY1529). Dit houdt kort gezegd in dat de tekst niet ontleend mag zijn aan een ander werk en dat de tekst het resultaat moet zijn van scheppende menselijke arbeid en dus van creatieve keuzes. Daarbuiten valt in elk geval al hetgeen dat zo banaal of triviaal is dat daarachter geen creatieve arbeid van welke aard ook valt aan te wijzen. Daarnaast geldt dat ook een verzameling of bepaalde selectie van op zichzelf niet beschermde elementen een (oorspronkelijk) werk kan zijn, mits die selectie het persoonlijke stempel van de maker draagt. Of is voldaan aan het oorspronkelijkheidsvereiste moet worden beoordeeld naar de situatie op het moment dat het werk werd ontworpen.
5.5.
Volgens Teknos zijn bij de totstandkoming van de productomschrijvingen de volgende, volgens haar, creatieve keuzes gemaakt:
de teksten die worden gebruikt om het product en het merk aan te bieden, te beschrijven en aan te prijzen;
de lengte van de zinnen en de gebruikte woordkeuze, toonzetting en zinsconstructie;
welke informatie van het product en het merk expliciet wordt genoemd;
welke informatie eruit dient te springen;
hoe de informatie wordt weergegeven, onder meer in opsommingen en in tekstvorm;
hoe de tekst in alinea’s wordt verdeeld; en
welke informatie (waaronder teksten, headers (titels en kopjes) en features (functies)) in welke volgorde wordt weergeven. Met andere woorden: de rangschikking daarvan,
lay-out: Teknos hanteert voor haar informatiebladen van haar verschillende typen producten een vaste lay-out, en
afbeelding logo: het Teknos-logo staat op alle informatiebladen afgebeeld, evenals de disclaimer (voorbehouden) die aan het slot is opgenomen.
Teknos heeft ter zitting verklaard dat het haar vooral om de tekst van de productomschrijvingen gaat en niet om het visuele beeld daarvan.
5.6.
Presilva heeft gemotiveerd betwist dat aan de productomschrijvingen van Teknos auteursrechtelijke bescherming toekomt. Hiertoe heeft zij – kort gezegd – het volgende aangevoerd. De productomschrijvingen bevatten alleen feitelijke en noodzakelijke informatie. De manier waarop deze informatie in productomschrijvingen wordt weergegeven is bij vrijwel alle verffabrikanten hetzelfde. De tekst wordt volgens Presilva volledig bepaald door toepasselijke regelgeving en de technische informatie van de verfsystemen, zodat gebruikers de verfsystemen goed en veilig kunnen gebruiken. De productbeschrijvingen zijn volgens Presilva slechts opsommingen van de eigenschappen van de verfsystemen. Dat daarbij een bepaalde woordkeuze wordt gehanteerd maakt niet dat er sprake is van teksten met een eigen, oorspronkelijk karakter die het persoonlijk stempel van Teknos dragen, aldus Presilva.
5.7.
De rechtbank overweegt als volgt. In de productomschrijvingen van Teknos staat een overwegend zakelijke omschrijving van het betreffende product, met veel (technische) informatie over (de eigenschappen van) het betreffende product en de mogelijke toepassingen daarvan. De (technische) informatie in de productomschrijvingen is niet door Teknos zelf bedacht, maar wordt in grote mate bepaald door regelgeving en de specificaties van het betreffende verfsysteem. Zo noemen de productomschrijvingen bijvoorbeeld de hechting en de dikte van het product, dat het product sneldrogend is en voor welke toepassingen het product gebruikt kan worden. De tekst die in de productomschrijvingen staat is dan ook alleen maar een verbinding van die (grotendeels niet zelf bedachte) informatie, in voor afnemers van de producten begrijpelijk Nederlands, om een lopend verhaal te maken van die (technische) informatie en specificaties. De minimale bewerking die door Teknos is toegepast, bijvoorbeeld de woordkeuze, volgorde van woorden en de weergave daarvan, maakt niet dat er sprake is van teksten met een eigen, oorspronkelijk karakter die het persoonlijk stempel van Teknos dragen. De rechtbank is dan ook van oordeel dat de productomschrijvingen te weinig oorspronkelijk zijn om voor auteursrechtelijke bescherming in aanmerking te komen, en volgt Teknos daarom niet in haar standpunt dat zij wat de productomschrijvingen betreft creatieve keuzes heeft gemaakt.
Teknos heeft in dit kader bijvoorbeeld de lengte van zinnen genoemd, de woordkeuze en de opsomming en verdeling van de tekst in alinea’s, maar dat ziet enkel en alleen op taal(gebruik), en daarop kan geen monopolie worden verkregen.
5.8.
De conclusie is dat aan de productomschrijvingen van Teknos geen auteursrechtelijke bescherming toekomt. De rechtbank komt daardoor niet toe aan de vraag of Teknos rechthebbende is en zo ja of Presilva inbreuk heeft gemaakt op een auteursrecht van Teknos. Voor zover de vordering van Teknos ziet op auteursrechtinbreuk door Presilva, zal deze worden afgewezen.
Heeft Presilva bedrijfsgeheimen van Teknos geschonden?
5.9.
Teknos heeft zich daarnaast op het standpunt gesteld dat Presilva onrechtmatig ten opzichte van haar heeft gehandeld door de receptuur voor verfsystemen van Teknos te gebruiken. Volgens haar heeft Presilva daarmee bedrijfsgeheimen van Teknos geschonden. Hiertoe heeft Teknos – kort gezegd – het volgende aangevoerd. Verschillende mensen die werkzaam zijn in de branche, afnemers van de producten van Teknos, hebben aan Teknos verklaard dat de directeur van Presilva, de heer [naam 2] (hierna: [naam 2]), tegen hen heeft gezegd dat Presilva verfrecepten van Teknos heeft overgenomen om verfsystemen mee te maken. Volgens Teknos kan het niet anders dan dat [naam 1] die informatie aan Presilva heeft gegeven. [naam 1] is namelijk na een lang dienstverband bij Teknos in dienst getreden bij Presilva, en uit hoofde van zijn functie had [naam 1] toegang tot de recepten van de verfsystemen van Teknos. Volgens Teknos blijkt daarnaast uit de snelheid waarmee Presilva producten op de markt heeft gebracht dat Presilva van informatie afkomstig van Teknos heeft geprofiteerd. Ten slotte blijkt volgens Teknos uit onderzoek naar bepaalde verfsystemen van Presilva dat de samenstelling nagenoeg overeenkomt met bepaalde verfsystemen van Teknos.
5.10.
Presilva heeft gemotiveerd betwist dat zij bedrijfsgeheimen van Teknos in bezit heeft genomen en gebruikt heeft. Daartoe heeft Presilva onder meer uitdrukkelijk betwist dat [naam 2] zou hebben verklaard dat Presilva over verfrecepten van Teknos beschikt, en die gebruikt heeft om verfproducten mee te maken. Verder heeft zij onder meer verwezen naar de verschil in ingrediënten van de verf.
5.11.
De rechtbank is van oordeel dat Teknos – mede in het licht bezien van de gemotiveerde betwisting door Presilva – onvoldoende heeft onderbouwd dat Presilva onrechtmatig gebruik heeft gemaakt van haar bedrijfsgeheimen. Daartoe wordt het volgende overwogen.
5.12.
De omstandigheden die Teknos in dit kader heeft aangevoerd wijzen er veeleer op dat bij Teknos het vermoeden bestaat dat Presilva bedrijfsgeheimen van haar in bezit heeft en daar gebruik van heeft gemaakt, dan dat zij daar concrete aanwijzingen voor heeft. Zo betekent het enkele feit dat [naam 1] – die overigens in deze procedure geen partij is – bij Teknos uit dienst is gegaan en vervolgens bij Presilva in dienst is getreden niet dat [naam 1] bedrijfsgeheimen van Teknos in bezit heeft genomen, laat staan dat hij die vervolgens aan Presilva verstrekt heeft. Voor de verklaringen over de uitlatingen van [naam 2] geldt hetzelfde. Presilva heeft gemotiveerd betwist dat [naam 2] heeft verklaard over de verfrecepten van Teknos te beschikken, maar ook al zou vast komen te staan dat [naam 2] die uitlatingen heeft gedaan, dan betekent dat niet automatisch dat Presilva daadwerkelijk bedrijfsgeheimen van Teknos heeft gebruikt. Het zou evenzogoed door [naam 2] gezegd kunnen zijn om zijn eigen producten aan te prijzen, het bewijst in ieder geval niet de stelling dat Presilva bedrijfsgeheimen van Teknos heeft geschonden. Dat Teknos meer een vermoeden heeft dat Presilva bedrijfsgeheimen van haar schendt dan dat zij daarvan is overtuigd, blijkt ook uit haar eigen bewoordingen. Zo heeft Teknos bijvoorbeeld gesteld “dat het niet anders kan dan dat [naam 1] de recepten aan Presilva heeft gegeven”. Dat geldt ook voor de stelling van Teknos over de snelheid waarmee Presilva haar producten op de markt heeft gebracht. Niet gesteld of gebleken is namelijk dat het onmogelijk is wat Presilva gedaan heeft. Hiervoor heeft [naam 2] ter zitting overigens een de rechtbank niet onaannemelijk voorkomende uitleg gegeven, door aan te voeren dat hij veertig jaar in het vak zit, en dat er binnen Presilva dag en nacht gewerkt wordt en korte lijnen gehanteerd worden, dat laatste in tegenstelling tot de werkwijze bij een grote multinational. Verder heeft [naam 2] verklaard dat nieuwe producten tegenwoordig veel sneller getest kunnen worden dan vroeger het geval was, en dat hij een goede inschatting kan maken of iets wel of geen goed product is. Deze uitleg heeft Teknos niet weersproken, anders dan dat zij het “ongelooflijk” vindt.
5.13.
Wat wel een concrete aanwijzing zou kunnen zijn voor de stelling dat Presilva bedrijfsgeheimen van Teknos heeft geschonden, is wanneer de samenstelling van bepaalde producten van Presilva (in sterke mate) overeenkomt met die van Teknos. Dit heeft Teknos ook aangevoerd, maar gelet op de gemotiveerde betwisting door Presilva heeft Teknos dit naar het oordeel van de rechtbank onvoldoende onderbouwd. Zo heeft Presilva aangevoerd dat de producten van Teknos een zogeheten KOMO-certificaat hebben gekregen, en haar eigen producten niet. Dat wijst er volgens Presilva op dat de samenstelling van de producten verschilt. Verder heeft Presilva in dit kader aangevoerd dat uit de gevaaraanduiding, die bij de producten vermeld moet worden, en uit de veiligheidsbladen bij de producten blijkt dat de producten van Teknos en Presilva niet dezelfde ingrediënten hebben. Ter zitting is hierover door Presilva onweersproken gesteld dat het niet mogelijk is om de gevaaraanduiding te manipuleren. Hiertegen heeft Teknos enkel aangevoerd dat het om oude recepten gaat, maar dit is door Presilva betwist en daarop door Teknos niet nader onderbouwd, zodat de rechtbank aan die stelling van Teknos voorbijgaat.
5.14.
Gelet op het voorgaande heeft Teknos naar het oordeel van de rechtbank onvoldoende onderbouwd dat Presilva bedrijfsgeheimen van Teknos heeft gebruikt. De vordering van Teknos op dit punt zal dan ook worden afgewezen.
De proceskosten
5.15.
Teknos zal als de in het ongelijk gestelde partij in de proceskosten worden veroordeeld. Presilva vordert op de voet van artikel 1019h Rv veroordeling van Teknos in de volledige proceskosten van in totaal € 17.151,89 (exclusief btw).
5.16.
Deze procedure ziet deels op de bescherming van intellectuele eigendomsrechten (auteursrecht), waarvoor artikel 1019h Rv geldt. De rechtbank schat dit deel op 50%. Voor het overige deel, dat ziet op bescherming van bedrijfsgeheimen, geldt artikel 1019h Rv niet. Presilva heeft niet uitdrukkelijk een proceskostenvergoeding overeenkomstig artikel 1019ie Rv gevorderd. Dat artikel ziet op proceskosten die gerelateerd zijn aan de bescherming van bedrijfsgeheimen en bepaalt dat de rechter ‘kan’ veroordelen tot een proceskostenvergoeding die afwijkt van de normale regels. Voor zover Presilva heeft bedoeld een beroep te doen op artikel 1019ie Rv, heeft zij in ieder geval onvoldoende gemotiveerd waarom de rechtbank in dit geval gebruik moet maken van de bij de bevoegdheid van artikel 1019ie Rv. Gelet daarop zal het liquidatietarievenstelsel worden toegepast voor het gedeelte van de procedure dat ziet op bescherming van bedrijfsgeheimen.
5.17.
Bij de vaststelling van de redelijke en evenredige kosten ex artikel 1019h Rv gaat de rechtbank uit van de door de rechtbank gehanteerde Indicatietarieven in IE-zaken (versie 1 april 2017). In dit geval neemt de rechtbank als uitgangspunt het tarief behorend bij een normale bodemzaak van (maximaal) € 20.000,00, nu het om een inhoudelijk overzichtelijke zaak gaat. Dit indicatietarief betreft uitsluitend de werkzaamheden van de advocaat (exclusief verschotten, griffierecht en btw). Nu de door Presilva overgelegde specificatie van de advocaatkosten door Teknos niet voldoende concreet is betwist en de opgevoerde kosten in lijn zijn met het hiervoor genoemde indicatietarief, gaat de rechtbank uit van de redelijkheid en evenredigheid van de opgegeven kosten van € 17.151,89 exclusief btw. De advocaatkosten voor het IE-deel worden dan ook begroot op € 8.575,94 (50% van € 17.151,89). De advocaatkosten voor het deel dat geen betrekking heeft op IE-rechten worden begroot op € 614,00 (2 punten x € 614,00 x 0,5).
5.18.
Teknos is in het ongelijk gesteld en moet daarom de proceskosten (inclusief nakosten) betalen. De proceskosten van Presilva worden begroot op:
- griffierecht
2.889,00
- salaris advocaat
9.189,94
- nakosten
178,00
(plus de verhoging zoals vermeld in de beslissing)
Totaal
12.256,94
5.19.
De gevorderde wettelijke rente over de proceskosten wordt toegewezen zoals vermeld in de beslissing.

6.De beslissing

De rechtbank
6.1.
wijst de vorderingen van Teknos af,
6.2.
veroordeelt Teknos in de proceskosten van € 12.256,94, te betalen binnen veertien dagen na aanschrijving daartoe, te vermeerderen met € 92,00 plus de kosten van betekening als Teknos niet tijdig aan de veroordelingen voldoet en het vonnis daarna wordt betekend,
6.3.
veroordeelt Teknos tot betaling van de wettelijke rente als bedoeld in artikel 6:119 BW over de proceskosten als deze niet binnen veertien dagen na aanschrijving zijn betaald,
6.4.
verklaart hetgeen is beslist onder punt 6.2 en 6.3 uitvoerbaar bij voorraad.
Dit vonnis is gewezen door mr. J.N. Bartels en in het openbaar uitgesproken op 23 april 2025. (wv)