ECLI:NL:RBOVE:2025:2590

Rechtbank Overijssel

Datum uitspraak
11 april 2025
Publicatiedatum
28 april 2025
Zaaknummer
C/08/315370 / FA RK 24-1317
Instantie
Rechtbank Overijssel
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht
Procedures
  • Beschikking
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Verzoek tot wijziging geslachtsnaam van minderjarige na onjuist handelen ambtenaar van de burgerlijke stand

In deze zaak heeft de rechtbank Overijssel op 11 april 2025 een beschikking gegeven naar aanleiding van een verzoek van de officier van justitie. Het verzoek betrof de wijziging van de geslachtsnaam van een minderjarige, geboren op [geboortedatum] 2024, in de geboorteakte. De ouders van het kind hadden gekozen voor een dubbele geslachtsnaam, maar door onjuist handelen van de ambtenaar van de burgerlijke stand was deze naam niet correct in de akte opgenomen. De rechtbank heeft vastgesteld dat de ouders voorafgaand aan de geboorteaangifte onjuist zijn geïnformeerd over de procedure voor naamskeuze. De officier van justitie heeft aanvankelijk verzocht om de akte van naamskeuze terug te laten werken tot de geboortedatum, maar dit verzoek ontbeert de wettelijke basis. De rechtbank heeft echter het gewijzigde verzoek van de officier van justitie om de geslachtsnaam van het kind te verbeteren in de akte toegewezen, omdat aan de wettelijke eisen is voldaan. De rechtbank gelastte de ambtenaar van de burgerlijke stand om de akte van geboorte aan te vullen en de geslachtsnaam van het kind te wijzigen van de oorspronkelijke achternaam naar de nieuwe achternaam. Tevens werd de doorhaling van de latere vermelding betreffende naamskeuze gelast, terwijl het verzoek om de akte van naamskeuze te vernietigen werd afgewezen.

Uitspraak

RECHTBANK OVERIJSSEL

locatie Zwolle
team familie- en jeugdrecht
zaaknummer: C/08/315370 / FA RK 24-1317
beschikking van 11 april 2025
inzake
de officier van justitie in het arrondissementsparket Oost-Nederland,
zetelend te Arnhem,
hierna als de officier van justitie aangeduid,
verzoeker,
betreffende
[minderjarige], geboren op [geboortedatum] 2024 te [geboorteplaats] , verder te noemen: [minderjarige] .
De rechtbank merkt als belanghebbenden aan:

1.[de vrouw] ,

verder te noemen: de vrouw,
wonende te [woonplaats 1] ,
en

2.[de man] ,

verder te noemen: de man,
wonende te [woonplaats 2] .
De rechtbank merkt als informant aan:

1.De ambtenaar van de burgerlijke stand van de gemeente Deventer,

zetelend te Deventer,
hierna als ambtenaar van de burgerlijke stand van de gemeente Deventer aangeduid.
en

2.De ambtenaar van de burgerlijke stand van de gemeente Voorst,

zetelend te Twello,
hierna als ambtenaar van de burgerlijke stand van de gemeente Voorst aangeduid.

1.Het procesverloop

1.1.
De rechtbank heeft kennisgenomen van de volgende stukken:
  • het verzoekschrift van de officier van justitie van 22 mei 2024, met bijlagen, binnengekomen op 23 mei 2024;
  • instemmingsverklaringen van de man en de vrouw, binnengekomen op 4 september 2024.
1.2.
De eerste mondelinge behandeling heeft op 16 januari 2025 plaatsgevonden. Daarbij zijn verschenen en gehoord:
- de man in persoon;
- de vrouw in persoon;
- [naam 1] namens de ambtenaar van de burgerlijke stand van de gemeente Deventer, als informant.
1.3.
De officier van justitie is toen niet verschenen.
1.4.
De voortgezette mondelinge behandeling heeft op 6 maart 2025 plaatsgevonden. Daarbij zijn verschenen en gehoord:
- mr. G.H. Hendriks, officier van justitie;
- de man in persoon;
- de vrouw in persoon;
- mevrouw [naam 2] en mevrouw [naam 3] namens de gemeente Voorst.
1.5.
Van de zijde van de gemeente Deventer is niemand verschenen voor de mondelinge behandeling op 6 maart 2025.
1.6.
De rechtbank heeft na de mondelinge behandeling van 6 maart 2025 kennisgenomen van:
- een gewijzigd verzoekschrift van de officier van justitie van 13 maart 2025, met bijlagen, binnengekomen op 19 maart 2025.

2.De feiten

2.1.
De man en de vrouw zijn op [datum] in de gemeente [gemeente 1] met elkaar gehuwd.
2.2.
De man en de vrouw zijn ouders van het minderjarige kind:
[minderjarige], geboren te [geboorteplaats] op [geboortedatum] 2024, verder te noemen: [minderjarige] .
2.3.
De ouders zijn op [datum] gehuwd.
2.4.
In de akte van geboorte van het jaar 2024, nummer [nummer 1] , staat vermeld dat [minderjarige] de geslachtsnaam van de man ( [oorspronkelijke achternaam] ) heeft.
2.5.
Op 28 maart 2024 is door de ambtenaar van de burgerlijke stand van de gemeente Deventer een akte van naamskeuze opgemaakt, dat door de man en de vrouw (de ouders) is gekozen voor de geslachtsnaam “ [nieuwe achternaam] ”.
2.6.
Op 2 april 2024 is een latere vermelding betreffende naamskeuze, ref. [nummer 1] , aan de geboorteakte van [minderjarige] toegevoegd. Blijkens deze latere vermelding hebben de ouders gekozen voor de geslachtsnaam “ [nieuwe achternaam] ”.
2.7.
De man en [minderjarige] hebben de Nederlandse nationaliteit. De vrouw had ten tijde van indiening van het verzoek de Braziliaanse nationaliteit en heeft thans de Nederlandse nationaliteit.

3.Het verzoek

3.1.
De officier van justitie heeft de rechtbank aanvankelijk verzocht om de datum van opmaken van de akte van naamskeuze, aktenummer [nummer 2] van het jaar 2024, opgemaakt bij de gemeente [gemeente 2] , terug te laten werken naar de datum van de geboorte van [minderjarige] , te weten [geboortedatum] 2024.
3.2.
De officier van justitie heeft naar aanleiding van de laatste mondelinge behandeling op 6 maart 2025 de rechtbank bij gewijzigd verzoekschrift van 13 maart 2025 verzocht om de geslachtsnaam van [minderjarige] in de akte met nummer [nummer 1] van het jaar 2024 voorkomende in het register van geboorten van de gemeente [gemeente 2] , te verbeteren als volgt:
KIND
Geslachtsnaam : [nieuwe achternaam]
3.3.
De officier van justitie heeft in het gewijzigde verzoek tevens de doorhaling van de latere vermelding betreffende naamskeuze (vervolgblad 1 bij voormelde geboorteakte) door te halen, alsmede om de akte van naamskeuze, aktenummer [nummer 2] van het jaar 2024, van de gemeente [gemeente 2] te vernietigen dan wel nietig te verklaren.

4.Het standpunt van belanghebbenden

4.1.
De beide ouders stemmen in met het gewijzigde verzoek.

5.De beoordeling

Rechtsmacht en van toepassing zijnde recht
5.1.
Op grond van artikel 3 van het Wetboek van Burgerlijke Rechtsvordering (hierna: Rv) is de Nederlandse rechter bevoegd, aangezien een van de in het verzoekschrift genoemde belanghebbenden in Nederland zijn woonplaats heeft.
5.2.
Volgens artikel 10:20 BW worden de geslachtsnaam en de voornamen van een persoon die de Nederlandse nationaliteit bezit, ongeacht de vraag of hij nog een andere nationaliteit heeft, bepaald door het Nederlandse recht. Dit geldt ook indien vreemd recht van toepassing is op de familierechtelijke betrekkingen waarvan het ontstaan of het tenietgaan gevolg kan hebben voor de geslachtsnaam.
Blijkens de Basisregistratie Personen (BRP) heeft [minderjarige] de Nederlandse nationaliteit. Dit brengt mee dat op de naam van [minderjarige] het Nederlandse interne recht en daarmee het Nederlandse namenrecht van toepassing is.
De relatieve bevoegdheid
5.3.
Ingevolge artikel 263 Rv is in zaken die uitsluitend betreffen de aanvulling van de
registers van de burgerlijke stand of de inschrijving, doorhaling of wijziging van de daarin in te schrijven of ingeschreven akten de rechter bevoegd binnen wiens rechtsgebied de akte is of moet worden ingeschreven. De geboorteakte, waarvan verbetering wordt verzocht, betreft een akte van de burgerlijke stand van de gemeente Deventer, welke gemeente binnen het rechtsgebied van deze rechtbank gelegen is, zodat deze rechtbank bevoegd is van het verzoek kennis te nemen.
De inhoudelijke beoordeling
Het wettelijk criterium
5.4.
Op grond van artikel 1:24, eerste lid, van het Burgerlijk Wetboek (BW) kan de rechtbank op verzoek van belanghebbenden of van het openbaar ministerie de aanvulling gelasten van een register van de burgerlijke stand met een daarin ontbrekende akte of latere vermelding, doorhaling gelasten van een daarin ten onrechte voorkomende akte of latere vermelding, of verbetering gelasten van een daarin voorkomende akte of latere vermelding die onvolledig is of een misslag bevat.
5.5.
Op 1 januari 2024 is de Wet Introductie Gecombineerde Geslachtsnaam (WIGG) in werking getreden. Door deze wet is artikel 1:5 BW gewijzigd en hebben ouders nu ook de keuze om hun kind een gecombineerde geslachtsnaam te geven, bestaande uit een combinatie van (een van) de geslachtsnamen van de beide ouders. De WIGG voorziet ook in mogelijkheden om kinderen die vóór de inwerkingtreding van de wet zijn geboren, erkend of geadopteerd en voor wie dus al een geslachtsnaamkeuze is gemaakt, alsnog een gecombineerde geslachtsnaam te laten verkrijgen. Deze situatie is hier echter niet van toepassing, nu [minderjarige] na inwerkingtreding van de WIGG is geboren.
5.6.
In art. 1:5 lid 4 BW (nieuw) wordt het volgende bepaald:
Indien een kind door geboorte in familierechtelijke betrekking tot beide ouders komt te staan, verklaren de ouders gezamenlijk voor of ter gelegenheid van de aangifte van de geboorte welke geslachtsnaam het kind zal hebben. Dat kan de geslachtsnaam zijn van één van de ouders of de geslachtsnamen van beide ouders in een vrij te bepalen volgorde. Van de verklaring van de ouders die voor de aangifte van de geboorte wordt afgelegd, wordt een akte van naamskeuze opgemaakt. Van de verklaring van de ouders die ter gelegenheid van de aangifte van de geboorte wordt afgelegd, wordt melding gemaakt in de akte van geboorte. (…) De verklaring die niet ter gelegenheid van de aangifte van de geboorte wordt afgelegd, kan ten overstaan van iedere ambtenaar van de burgerlijke stand worden afgelegd.
5.7.
In art. 1:5 lid 5 BW (nieuw) en onder onder a wordt het volgende bepaald:
Wordt een verklaring houdende naamskeuze, bedoeld in het vierde lid, voor of ter gelegenheid van de aangifte van de geboorte afgelegd, dan heeft het kind de gekozen naam vanaf de geboorte. Geschiedt de naamskeuze niet uiterlijk ter gelegenheid van de aangifte van de geboorte, dan neemt de ambtenaar van de burgerlijke stand als geslachtsnaam van het kind in de geboorteakte op:
 a. de geslachtsnaam van de vader in geval het kind door geboorte in familierechtelijke betrekking tot beide ouders komt te staan.
5.8.
De ouders hebben tijdens de mondeling behandeling verklaard dat zij op 21 maart 2024 digitaal aangifte hebben gedaan bij de gemeente Deventer. De ouders wilden [minderjarige] de geslachtsnaam “ [nieuwe achternaam] ” geven. Voorafgaand aan de online aangifte hebben zij daarom telefonisch contact gehad met de gemeente Deventer. Dit was overdag op een gewone werkdag. Op advies van de gemeente hebben zij op het formulier alleen de geslachtsnaam [oorspronkelijke achternaam] ingevuld. Volgens de ambtenaar van de gemeente Deventer konden zij namelijk nog achteraf een akte van naamskeuze laten opmaken. Deze akte van naamskeuze is op 28 maart 2024 opgemaakt.
5.9.
Achteraf is het de gemeente Deventer gebleken, dat de ouders onjuist zijn geïnformeerd door de ambtenaar van de burgerlijke stand en dat het volgens het geldende recht in dit geval niet mogelijk is om na de geboorteaangifte nog een akte van naamskeuze op te maken. De gemeente [gemeente 3] (de woongemeente van de man en de vrouw) wil de latere vermelding van naamskeuze d.d. 2 april 2024 niet inschrijven in de BRP. Daardoor heeft de minderjarige nog steeds de geslachtsnaam van de vader “ [oorspronkelijke achternaam] ”, terwijl de ouders een gecombineerde geslachtsnaam “ [nieuwe achternaam] ” wensen.
5.10.
De rechtbank gaat er, gelet op de stukken en hetgeen de officier van justitie, de belanghebbenden en de informanten tijdens de mondelinge behandelingen over en weer hebben verklaard ervan uit, dat de beide ouders hebben bedoeld om ter gelegenheid van de geboorteaangifte van [minderjarige] te verklaren dat de geslachtsnaam van [minderjarige] [nieuwe achternaam] zal zijn met ingang van de datum van zijn geboorte en dat zij dit tijdig, voor de geboorteaangifte, aan de ambtenaar van de burgerlijke stand van de gemeente Deventer hebben kenbaar gemaakt.
5.11.
Voor het verzoek om de akte van naamskeuze terug te laten werken tot de datum van de geboorte ontbreekt de wettelijke basis. Het gewijzigde verzoek is echter voor toewijzing vatbaar, nu uit dat wat hiervoor is overwogen blijkt dat aan de wettelijke eisen hiervoor is voldaan en dat de gekozen geslachtsnaam enkel door onjuist handelen van de ambtenaar van de burgerlijke stand van de gemeente Deventer niet op de geboorteakte is vermeld. Dit onjuist handelen bestond uit het onjuist informeren van de ouders voorafgaand aan de geboorteaangifte en uit het ten onrechte alsnog na de geboorteaangifte opmaken van de akte van naamskeuze.
5.12.
De rechtbank zal daarom de ambtenaar van de burgerlijke stand van de gemeente [gemeente 2] gelasten de akte van geboorte van [minderjarige] , registerjaar 2024, nummer [nummer 1] , onder de rubriek ‘overige gegevens’ aan te vullen als volgt:
GEKOZEN VOOR
GESLACHTSNAAM : [nieuwe achternaam]
en de geslachtsnaam van [minderjarige] te verbeteren van “ [oorspronkelijke achternaam] ” in “ [nieuwe achternaam] ”.
5.13.
Tevens zal de rechtbank de ambtenaar van de burgerlijke stand van de gemeente [gemeente 2] de doorhaling van de latere vermelding betreffende naamskeuze (vervolgblad 1 bij de akte met nummer [nummer 1] van het jaar 2024 voorkomende in het register van geboorten van de gemeente [gemeente 2]) gelasten, omdat deze ten onrechte voorkomt in het register van geboorten.
5.14.
Het verzoek van de officier van justitie om de akte van naamskeuze, aktenummer [nummer 2] van het jaar 2024, van de gemeente [gemeente 2] te vernietigen dan wel nietig te verklaren, wordt afgewezen. Deze akte is immers opgenomen in de latere vermelding betreffende naamskeuze, waarvan door de rechtbank bij deze beschikking de doorhaling wordt gelast.

6.De beslissing

De rechtbank:
6.1.
gelast de ambtenaar van de burgerlijke stand van de gemeente [gemeente 2] de akte met nummer [nummer 1] van het jaar 2024, voorkomende in het register van geboorten van de gemeente [gemeente 2], onder de rubriek “OVERIGE GEGEVENS” als volgt aan te vullen:
GEKOZEN VOOR
GESLACHTSNAAM : [nieuwe achternaam]
en de geslachtsnaam van [minderjarige] te verbeteren van “ [oorspronkelijke achternaam] ” in “ [nieuwe achternaam] ”;
6.2.
gelast de ambtenaar van de burgerlijke stand van de gemeente [gemeente 2] de latere vermelding betreffende naamskeuze (vervolgblad 1 bij de akte met nummer [nummer 1] van het jaar 2024 voorkomende in het register van geboorten van de gemeente [gemeente 2]), door te halen;
6.3.
wijst het meer of anders verzochte af.
Deze beschikking is gegeven door mr. M. van der Hoeven, in tegenwoordigheid van
C. van Leeuwen als griffier en in het openbaar uitgesproken op 11 april 2025.
Tegen deze beschikking kan - uitsluitend door tussenkomst van een advocaat - hoger beroep worden ingesteld bij het gerechtshof Arnhem-Leeuwarden:
a.
a) door verzoeker en door degene(n) aan wie een afschrift van de beschikking (vanwege de griffier) is verstrekt of verzonden: binnen drie maanden na de dag van de uitspraak;
b) door andere belanghebbenden: binnen drie maanden na betekening daarvan of nadat de beschikking hen op andere wijze bekend is geworden.