ECLI:NL:RBOVE:2025:2780

Rechtbank Overijssel

Datum uitspraak
6 mei 2025
Publicatiedatum
7 mei 2025
Zaaknummer
11607949 \ CV EXPL 25-508
Instantie
Rechtbank Overijssel
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht
Procedures
  • Eerste aanleg - enkelvoudig
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Ontbinding huurovereenkomst en ontruiming woning wegens huurachterstand

In deze zaak heeft de Rechtbank Overijssel op 6 mei 2025 uitspraak gedaan in een geschil tussen Stichting Welbions en twee gedaagden over een huurovereenkomst. Eiser, Stichting Welbions, vorderde ontbinding van de huurovereenkomst en betaling van achterstallige huur. De gedaagden erkenden de huurachterstand van € 4.867,70, maar waren het niet eens met de gevorderde ontbinding en ontruiming, en gaven aan dat zij in een schuldhulpverleningstraject zaten. De kantonrechter heeft ambtshalve de algemene voorwaarden beoordeeld en vastgesteld dat er geen bepalingen waren die de gedaagden benadeelden. De rechter oordeelde dat de betalingsachterstand van gedaagden zodanig groot was dat ontbinding van de huurovereenkomst gerechtvaardigd was. De kantonrechter heeft de gedaagden veroordeeld tot betaling van de huurachterstand, de proceskosten en heeft de huurovereenkomst ontbonden. De gedaagden moeten de woning binnen 14 dagen na betekening van het vonnis ontruimen, tenzij zij voldoen aan de voorwaarden van het schuldsaneringstraject. Het vonnis is uitvoerbaar bij voorraad.

Uitspraak

RECHTBANK OVERIJSSEL

Team kanton en handelsrecht
Zittingsplaats Almelo
Zaaknummer : 11607949 \ CV EXPL 25-508
Vonnis van 6 mei 2025
in de zaak van
de stichting de stichting
STICHTING WELBIONS,
gevestigd en kantoorhoudende te Hengelo,
eisende partij, hierna te noemen Welbions,
gemachtigde: Groothuis Ligtermoet & Nijhuis gerechtsdeurwaarders,
tegen

1.[gedaagde 1],wonende te [woonplaats 1],

2.
[gedaagde 2],
wonende te [woonplaats 2],
gedaagde partij,
hierna in mannelijk enkelvoud te noemen [gedaagden],
verschenen in persoon.

1.De procedure

1.1.
Het verloop van de procedure blijkt uit:
- de dagvaarding van 12 maart 2025;
- de conclusie van antwoord van [gedaagden] van 1 april 2024.
1.2.
Welbions heeft voorafgaand aan de mondelinge behandeling een akte met producties overgelegd, waaronder een actueel overzicht van de huurachterstand.
1.3.
De mondelinge behandeling is gehouden op 22 april 2025. Namens Welbions waren aanwezig mevrouw [naam 1] van Welbions samen met mevrouw M.W.M. Schoemaker, werkzaam bij Groothuis Ligtermoet & Nijhuis en [gedaagde 1]. Tijdens de zitting heeft de kantonrechter telefonisch contact gehad met mevrouw [naam 2] van de Stadsbank. Van wat tijdens de mondelinge behandeling aan de orde is gekomen heeft de griffier aantekeningen gemaakt.
1.4.
Vonnis is bepaald op vandaag.

2.De feiten

2.1.
[gedaagden] huurt van Welbions de woning gelegen aan [adres] tegen een huurprijs van op dit moment € 811,28 per maand, bij vooruitbetaling te voldoen.
2.2.
Vast staat dat er een achterstand bestaat in de huurbetalingen, die op het moment van de mondelinge behandeling € 4.867,70 bedroeg, berekend tot en met april 2025.

3.Het geschil

3.1.
Welbions vordert kort gezegd ontbinding van de huurovereenkomst, ontruiming van het gehuurde en betaling van de huurachterstand en de (proces)kosten.
3.2.
Aan deze vordering legt Welbions ten grondslag dat [gedaagden] de betalingsverplichting voortvloeiend uit de tussen partijen bestaande huurovereenkomst niet is nagekomen.
3.3.
[gedaagden] erkent de betalingsachterstand, maar is het niet eens met de gevorderde ontbinding en ontruiming. Vanwege financiële en persoonlijke omstandigheden was hij niet in staat om de (achterstallige) huur te voldoen. Inmiddels loopt er een aanvraag voor schuldhulpverlening bij de Stadsbank Oost Nederland en na het inleveren van de laatste formulieren zal er een budget beheer rekening en een schuldsaneringstraject worden opgestart. [gedaagden] zegt een ander persoon te zijn nu hij vader is geworden en daarom extra gemotiveerd is om met hulp van de Stadsbank uit de financiële problemen te komen.

4.De beoordeling

Ambtshalve toetsing van toepasselijke algemene voorwaarden

4.1.
De kantonrechter heeft ambtshalve beoordeeld of in de overeenkomst en/of de daarop van toepassing zijnde algemene voorwaarden bepalingen zijn opgenomen ten aanzien van de gevorderde hoofdsom, de gevorderde vergoeding voor gemaakte buitengerechtelijke incassokosten en/of de gevorderde vergoeding van rente, die zodanig afwijken van de wettelijke regelingen dat de consument daardoor aanzienlijk wordt benadeeld en door de kantonrechter vernietigd moeten worden. Dat is niet het geval.
de huurachterstand
4.2.
Omdat [gedaagden] erkent dat hij de huurachterstand t/m april 2025 van € 4.867,70 moet betalen, zal dit deel van de vordering worden toegewezen.
de ontbinding en ontruiming
4.3.
Op grond van artikel 6:265 lid 1 BW geeft iedere tekortkoming van een partij in de nakoming van een van haar verbintenissen aan de wederpartij de bevoegdheid om de overeenkomst geheel of gedeeltelijk te ontbinden, tenzij de tekortkoming, gezien haar bijzondere aard of geringe betekenis, deze ontbinding met haar gevolgen niet rechtvaardigt. Deze rechtsregel brengt tot uitdrukking dat slechts een tekortkoming van voldoende gewicht recht geeft op (gehele of gedeeltelijke) ontbinding (HR ECLI:NL:HR:2018:1810). Bij de beantwoording van de vraag of ontbinding van de huurovereenkomst gerechtvaardigd is kunnen alle omstandigheden van het geval van belang zijn.
4.4.
De kantonrechter is van oordeel dat de betalingsachterstand van [gedaagden] zodanig groot is, dat deze de vordering tot ontbinding van de huurovereenkomst rechtvaardigt.
4.5.
Tijdens de mondelinge behandeling heeft Welbions verklaard dat zij onder verband van een vonnis met een voorwaardelijke ontbinding van de huurovereenkomst en ontruiming van het gehuurde wil instemmen als [gedaagden] blijft meewerken aan schuldsaneringstraject van de Stadsbank tot het moment dat volledige huurachterstand inclusief rente en buitengerechtelijke kosten alsmede de proceskosten zijn afgelost.
[gedaagden] heeft ingestemd met een voorwaardelijke ontbinding van de huurovereenkomst en ontruiming van het gehuurde.
De kantonrechter wijst [gedaagden] erop dat overtreding van de in het dictum genoemde voorwaarden door hem automatisch met zich brengt dat de huurovereenkomst alsnog is ontbonden en hij de woning alsnog zal moeten ontruimen als Welbions dat verlangt (en het vonnis ten uitvoer legt). De termijn voor ontruiming zal op 14 dagen worden gesteld.
De bijkomende kosten.
4.6.
De gevorderde wettelijke rente zal, als onweersproken, worden toegewezen zoals hierna vermeld.
4.7.
Welbions heeft een bedrag van € 543,91 inclusief BTW aan buitengerechtelijke incassokosten gevorderd. De kantonrechter stelt vast dat het Besluit vergoeding voor buitengerechtelijke incassokosten (hierna: het Besluit) van toepassing is. Welbions heeft aan [gedaagden] een aanmaning gestuurd die voldoet aan de eisen van artikel 6:96 lid 6 BW. Het gevorderde bedrag aan buitengerechtelijke incassokosten komt overeen met het in het Besluit bepaalde tarief en zal worden toegewezen.
De proceskosten.
4.8.
[gedaagden] zal als de verliezende partij in de proceskosten (inclusief nakosten) worden veroordeeld. De kosten aan de zijde van Welbions worden begroot op:
- dagvaarding € 145,45
- griffierecht € 514,00
- salaris gemachtigde € 542,00 (2 punt x tarief € 271,00)
- nakosten
€ 135,00
Totaal € 1.336,45.

5.De beslissing

De kantonrechter
5.1.
veroordeelt [gedaagden] om tegen behoorlijk bewijs van kwijting aan Welbions te betalen een bedrag van € 5.462,05 aan huurachterstand tot en met april 2025 inclusief wettelijke rente tot 10 maart 2025 en buitengerechtelijke incassokosten, te vermeerderen met de wettelijke rente over 4.056,42 vanaf 10 maart 2025 tot de dag van de volledige betaling;
5.2.
veroordeelt [gedaagden] om tegen behoorlijk bewijs van kwijting aan Welbions te betalen de proceskosten van € 1.336,45;
5.3.
ontbindt de huurovereenkomst tussen partijen met betrekking tot de woning aan de [adres] en veroordeelt [gedaagden] om binnen 14 dagen na betekening van dit vonnis het gehuurde te ontruimen en te verlaten met alle personen en zaken die zich vanwege hem daar bevinden en het gehuurde onder overgave van de sleutels ter beschikking van Welbions te stellen, indien en zodra binnen één jaar na heden aan één van de volgende voorwaarden wordt voldaan:
- [gedaagden] werkt niet (meer) mee aan het schuldsaneringstraject van de Stadsbank Oost Nederland;
- [gedaagden] betaalt niet of niet tijdig (uiterlijk de 1e van iedere maand) de maandelijkse huur.
5.4.
veroordeelt [gedaagden] tot betaling van een bedrag gelijk aan de geldende huurprijs als vergoeding voor voortgezet gebruik voor iedere maand of gedeelte daarvan dat [gedaagden] de woning vanaf de eventuele ontbinding in gebruik heeft tot en met de dag van ontruiming;
5.5.
verklaart dit vonnis tot zover uitvoerbaar bij voorraad;
5.6.
wijst het meer of anders gevorderde af.
Dit vonnis is gewezen door mr. U. van Houten, kantonrechter, en in het openbaar uitgesproken op 6 mei 2025.
(UvH)