Uitspraak
RECHTBANK Overijssel
1.ITPH ACADEMY B.V.,
2.
CURRICULO B.V.,
ITPH c.s., en afzonderlijk
ITPHen
Curriculo,
[gedaagde],
1.Inleiding en korte samenvatting
2.De procedure
- de akte van ITPH c.s.,
- de antwoordakte van [gedaagde],
- de akte uitlaten producties van ITPH c.s.
3.De verdere beoordeling
Tussenvonnis).
kosten van ITPHheeft de rechtbank overwogen dat de kosten voor ‘online Labs’ voor een bedrag van € 900,00 toewijsbaar zijn, en voor wat betreft de overige vier kostenposten nadere onderbouwing nodig geoordeeld (rov. 5.28.).
kosten van Curriculoheeft de rechtbank een bedrag van € 13.500,00 in verband met ‘Advies en selectie’ in ieder geval toewijsbaar geoordeeld, en voor de twee andere kostenposten nadere onderbouwing nodig bevonden (rov. 5.29.).
Isential) voor de inzet van trainers. De rechtbank volgt [gedaagde] niet in haar betoog dat deze kosten niet voor vergoeding in aanmerking komen omdat Isential op haar beurt weer contracteerde met trainers die zij vervolgens inzette bij ITPH c.s. Dat gegeven neemt niet weg dat ITPH c.s. op grond van hun overeenkomst met Isential voor de inzet van trainers moesten betalen. Zij hebben dan ook facturen in het geding gebracht ter onderbouwing van de bedragen waarom het in dat verband gaat. Om dezelfde reden gaat de rechtbank ook voorbij aan het betoog van [gedaagde], dat Isential gelieerd is aan [naam 1]. Ook als dat zo is neemt dat namelijk niet weg dat ITPH c.s. nu eenmaal de afgesproken tarieven aan Isential heeft moeten betalen.
€ 35.322,76. Anders dan ITPH c.s. vorderen, kunnen zij geen aanspraak maken op de handelsrente over dit bedrag, omdat de afspraken tussen partijen niet kwalificeren als een handelsovereenkomst. Dit bedrag zal dus worden vermeerderd met de wettelijke rente als bedoeld in artikel 6:119 BW, vanaf de datum van verzuim (1 september 2023).
€ 19.223,50. Hier geldt, om dezelfde redenen als genoemd in rov. 3.18., dat enkel aanspraak kan worden gemaakt op de wettelijke rente als bedoeld in artikel 6:119 BW.
nieteen betaling heeft gedaan, maar tegenover de onderbouwing van ITPH c.s. (met bijgevoegde verklaringen) dat de bijdrage van Microsoft in natura heeft plaatsgevonden leggen de stellingen van [gedaagde] onvoldoende gewicht in de schaal. De rol van Microsoft geeft dus geen aanleiding tot vermindering van de door [gedaagde] te betalen bedragen.