ECLI:NL:RBOVE:2025:3320
Rechtbank Overijssel
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Beroep tegen niet-ontvankelijk verklaring van bezwaren tegen openstaande vorderingen
Deze uitspraak betreft het beroep van eiser tegen het besluit van het college van burgemeester en wethouders van Zwolle, waarin zijn bezwaren tegen openstaande vorderingen niet-ontvankelijk zijn verklaard. Het college heeft geoordeeld dat eiser te laat bezwaar heeft gemaakt. De rechtbank heeft op 8 mei 2025 de zaak behandeld, waarbij de gemachtigde van het college aanwezig was, maar eiser zich had afgemeld. De rechtbank concludeert dat het college terecht heeft geoordeeld dat de bezwaren van eiser niet-ontvankelijk zijn. Eiser, die sinds 2018 in Afrika verblijft, heeft in augustus 2024 bezwaar gemaakt tegen de terugvordering van bijstandsbedragen, maar dit bezwaar is te laat ingediend. De rechtbank legt uit dat de termijn voor het indienen van een bezwaarschrift zes weken bedraagt en dat er geen verschoonbare termijnoverschrijding is. Eiser heeft geen geldige redenen aangevoerd voor het late indienen van zijn bezwaar. De rechtbank bevestigt dat het college het bezwaar tegen de terugvordering van de bijstandsbedragen terecht niet-ontvankelijk heeft verklaard. De rechtbank verklaart het beroep ongegrond, wat betekent dat eiser geen gelijk krijgt en het griffierecht niet terugkrijgt.