ECLI:NL:RBOVE:2025:3408

Rechtbank Overijssel

Datum uitspraak
27 mei 2025
Publicatiedatum
27 mei 2025
Zaaknummer
11511758 EJ VERZ 25-14
Instantie
Rechtbank Overijssel
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht
Procedures
  • Beschikking
Rechters
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Verzoek tot betaling en ontbinding van overeenkomst tussen een zelfstandige en een B.V. inzake klantenbestand en arbeidsovereenkomst

In deze zaak heeft de rechtbank Overijssel op 27 mei 2025 uitspraak gedaan in een geschil tussen een zelfstandige ondernemer, aangeduid als verzoeker, en de besloten vennootschap Voice of Secretary B.V. De verzoeker heeft een verzoekschrift ingediend waarin zij verzoekt om betaling van verschillende bedragen en om te verklaren dat de ontbinding van de overeenkomst met Voice niet rechtsgeldig is. De kern van het geschil betreft de vraag of er een arbeidsovereenkomst tot stand is gekomen tussen de verzoeker en Voice, en of Voice verplicht is om de overeengekomen bedragen te betalen. De verzoeker stelt dat zij een klantenbestand heeft overgedragen aan Voice voor een bedrag van € 18.000,00 en dat zij daarnaast in dienst is getreden bij Voice voor een bepaalde tijd. Voice betwist dat er een arbeidsovereenkomst is ontstaan en stelt dat de verzoeker haar afspraken niet is nagekomen. De rechtbank heeft geoordeeld dat er wel degelijk een arbeidsovereenkomst tot stand is gekomen en dat de verzoeker recht heeft op achterstallig loon, een billijke vergoeding en de overeengekomen koopprijs voor het klantenbestand. De rechtbank heeft de verzoeken van de verzoeker toegewezen en bepaald dat Voice de gevorderde bedragen moet betalen.

Uitspraak

RECHTBANK OVERIJSSEL

Team kanton en handelsrecht
Zittingsplaats Enschede
Zaaknummer: 11511758 EJ VERZ 25-14
Beschikking van de kantonrechter van 27 mei 2025
in de zaak van
[verzoeker],
wonende te [woonplaats] (Hongarije),
verzoekende partij, hierna te noemen [verzoeker],
gemachtigde: [gemachtigde],
tegen
de besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid
Voice of Secretary B.V.,
gevestigd te Enschede,
verwerende partij, hierna te noemen Voice,
gemachtigde: mr. M. van Popering,

1.De procedure

1.1.
[verzoeker] heeft een verzoekschrift ingediend inhoudende een tweetal verzoeken tot verklaringen voor recht. Ook verzoekt zij om Voice te veroordelen tot het betalen van een aantal bedragen van in totaal € 90.721,84. Voice heeft een verweerschrift ingediend.
1.2.
Op 3 maart 2025 heeft de mondelinge behandeling plaatsgevonden. De griffier heeft aantekeningen gemaakt van wat partijen ter toelichting van hun standpunten naar voren hebben gebracht. Voorafgaand aan de zitting heeft de gemachtigde van [verzoeker] nog aanvullende producties genummerd 1 tot en met 14, waaronder een USB-stick met videobeelden van een computerscherm, toegezonden.
1.3.
Beschikking is na aanhouding bepaald op vandaag.

2.De feiten

2.1.
[verzoeker] exploiteert een éénmanszaak met als handelsnamen [bedrijf 1] en [bedrijf 2]. Zij verricht in dat verband ondersteunende en adviserende activiteiten ten behoeve van andere ondernemingen. Die activiteiten bestaan met name uit secretariële en rechtskundige ondersteuning.
2.2.
Voice biedt – kort gezegd – secretaresse-, telefonische- en receptionistediensten aan ten behoeve van andere ondernemingen. Die diensten worden met name verricht vanuit het kantoor te Enschede. Directeur/eigenaar van Voice is [naam] (of met haar geboortenaam [naam])
2.3.
Op 31 juli 2024 mailt [verzoeker] vanuit de contactpagina van Voice het volgende.
Goedemiddag, ik zou graag in contact willen komen met iemand die beslissingsbevoegd is voor de overname van een aantal van mijn klanten. Ik hoor het graag. […]
2.4.
[naam] (hierna: [naam]) vraagt nog diezelfde dag of zij [verzoeker] daarover kan terugbellen. Dat lukt kennelijk en op 12 augustus 2024 mailt [verzoeker] aan [naam]:
Zoals beloofd tref je bijgaand aan een overzicht van de klanten die ik voor adoptie wil overdragen (*). Voor het gemak stuur ik je een excel sheet toe.
Mocht je iets van informatie missen, dan hoor ik het graag en vul ik het schema aan.
Mocht je vragen hebben, aarzel niet om je even te bellen.
Verder bevestig ik je dat ik zeer zeker heel serieus ben toen ik je telefonisch al gemeld heb om voor 3 à 4 dagdelen per week voor een bedrijf wil gaan werken. Hoe mooi zou dat zijn als ik dat voor jullie bedrijf kan doen. Dat is voor mijn klanten ook een geruststelling als ik nog betrokken blijf. Voor mij is het een duidelijk gestructureerde planning zodat ik daar omheen mijn eigen dingen kan doen. Ik zou in bepaalde periodes eventueel extra kunnen ondersteunen, mochten jullie daarmee omhoog zitten. Ik ben dan nl. wel stukken flexibeler en zit niet meer dagelijks vastgekluisterd aan mijn telefoon. Je hoeft je geen zorgen te maken dat ik daarnaast geen klanten meer overhoud, want daar heb ik uiteraard voor gezorgd zodat er nooit sprake kan zijn van een verkapte dienstbetrekking. Mijn uurtarief is als ZZP’er uiteraard veel lager dan dat ik in Nederland zou hebben gewoond. Indien je de voorkeur eraan geeft om iemand in loondienst te nemen, is dat ook prima. Ter info, ik ben niet meer ziektekostenverzekering in Nederland zodat dit jou een besparing oplevert in de af te dragen premies. Dat geldt ook voor de AOW-premie. Ik bouw nl. ook geen AOW meer op en hoef ook geen premie meer te betalen.
Ik hoor graag wat je ervan vind.
Wat voor termijn kunnen we hierover afspreken dat je mij iets van een terugkoppeling kunt geven?
2.5.
Op 27 september 2024 mailt [verzoeker] aan [naam]:
Ik stuur je alvast even de genoteerde punten en daarna nog een aantal overwegingen voor in de overeenkomsten en/of verdere afstemming, die zal ik een andere kleur geven( [1] ) Ik zal e.e.a. in een concept overeenkomst gieten en nog toesturen. Weet niet of me dit vandaag allemaal lukt. Ik ga nl. om17 uur rijden naar Nl dus kom pas zaterdagmiddag aan. Let wel: dat we beiden deze overeenkomst nog kunnen laten toetsen door een deskundige aangezien dit niet mijn expertise is, maar hiermee wel de afspraken op papier worden gezegd zodat wij ze bedoeld hebben vast te leggen.
Uitgangspunten (in vogelvlucht) voor de overeenkomst:
• We gaan uit van het eerste door mij toegezonden Excel sheet waaruit een gemiddelde omzet blijkt van om en nabij € 3.000,-- per maand
• Een overnamesom van € 18.000,-- wat neerkomt op een vergoeding van een gemiddelde 6
maanden omzet.Jij sprak eerst over € 15.000,-- (gemiddelde omzet van 5 maanden) en dan de laatste termijn het restant van € 3.000,-- als er geen konijnen uit de hoge hoed komen. Ik vind het wel fijn als we dit wat specifieker vastleggen als je dit vermeld wilt hebben in het contract wat daar dan onder verstaan wordt.
• Deze overnamesom zal door jou in 12 maandelijkse termijnen overgemaakt worden in de vorm van ‘salaris” voor het eerst voor of op 1 december 2024 wat inhoudt € 1.500,-- netto per maand.
• Overname datum 1 november 2024 van 24 telefoon klanten. Deze lijst met telefoonklanten wordt opgesomd.
• Er zal met ingang van 1 november 2024 een arbeidsovereenkomst worden geboden voor 4 halve dagen per week voor minimaal een jaar.
• Indien er via mij toekomstige aanvragen komen voor telefonie zullen die worden doorverwezen naar jouw bedrijf. Hiervoor is geen vergoeding verschuldigd.
Alle opdrachten die op het gebied van juridisch secretariële ondersteuning binnenkomen via jullie, blijven onder jouw vlag.
• Alle opdrachten die op het gebied van juridisch secretariële ondersteuning binnenkomen via mij, blijven onder mijn vlag. Ik heb de keuze om eventueel werkzaamheden aan jouw bedrijf uit te besteden.
• Non-concurrentiebeding
• Geheimhoudingsverklaring
• Beschrijving wat er van te voren is gedaan om tot deze overnameovereenkomst te komen.
• De omzet tot 1 november 2024 wordt door mij gefactureerd en geïnd. De omzet vanaf 1 november 2024 door jou.
• Vermelding dat er sprake is van een gerechtvaardigd belang nl. dat jij dit contract zal voortzetten voor dezelfde werkzaamheden en niet om er je voordeel mee te doen zoals dat je het verstrekt aan derden die er hun voordeel mee willen doen door bv het verzenden van een mailing om hun product onder de aandacht te brengen.
Arbeidsovereenkomst:
• Ingangsdatum 1 november 2024
• Jaarcontract
• 4 halve dagdelen per week. gesproken is over 3 x een ochtend en 1 x een middag of 2 x een
ochtend en 2 x een middag.
• Aantal uren: 4 x 4 is 16
• Arbeidsvoorwaarden daarover word ik nog graag schriftelijk geïnformeerd
• Mijn verzoek is te werken zonder proeftijd anders loop ik het risico van het niet voortzetten van de arbeidsovereenkomst. Theoretisch gezien zou je dan voor 1 december 2024 kunnen zeggen, we stoppen ermee. Ik denk overigens dat je na 2 weken in kunt schatten of het een succes gaat worden of niet. Geen idee hoe dit werkt volgens de regelgeving in Panama.
• Ik mag mijn bedrijfsactiviteiten blijven voortzetten.
• In de dagen dat ik werkzaam zal zijn, zal ik dan ook mijn “dan oude” klanten gaan bedienen? Dat lijkt me wel goed voor uitstraling van het vertrouwen, want het is voor mij een van de onderwerpen om te bespreken met de klant als ik de contract overname aankondig.
• Ik weet niet wat je voor mij verder in petto hebt, daarover zou ik nog graag verder geïnformeerd willen worden. Mijn voorkeur gaat overigens uit naar zoveel mogelijk juridisch gerelateerde klanten.
Uitvoering afspraken na ondertekening overeenkomst
• 2 oktober 2024 16 uur: bespreking verschillende abonnementen en bekijken wat er mogelijk is om ze meer te stroomlijnen en wanneer.
• Ik benader de klanten na ondertekening van onze overeenkomst telefonisch om hen aan te geven dat jij de contracten wenst over te nemen, onder vooralsnog dezelfde condities en dat ik aanblijf, zij het in afgeslankte vorm. In datzelfde telefoongesprek zal ik dan een afspraak maken voor een persoonlijk kennismakingsgesprek vanaf 1 november.
• Ik verzend de klanten daarna het contract met jouw look and feel en onder jouw condities.
Hiervoor verstrek je mij een layout.
• 7 oktober 2024: arbeidsovereenkomst tekenen en meekijken met mijn klanten
• 8 oktober 2024: mij de systemen leren
• 9 oktober 2024: jullie ICT-er zal komen
• Vanaf 1 november 2024: persoonlijk kennismakingsgesprek (online) met mijn klanten.
• 1 november 2024: officiële start via jouw bedrijf alsook gaan dan de klanten technisch over of zoveel eerdermaar wel met de mogelijkheid aan mijn zijde om het werk gedurende de periode tot 1 november zelf te kunnen blijven voldoen.
En de overige puntjes:
Bijgaand tref je aan mijn AV (*)
De contracten van de klanten stuur ik je nog toe.
De beroepsaansprakelijkheid heb ik lopen bij AON.
2.6.
Twee dagen later, op 29 september 2024, mailt [naam] aan [verzoeker]:
Ik heb jouw mail gelezen en het klopt allemaal met wat we hebben afgesproken. Ik ga er morgen weer mee verder. De AV zijn heel erg uitgebreid en goed voor Legal4You en ik dat dat we sowieso heel veel kunnen bij voegen bij de erg summiere AV van Voice of Secretary […].
2.7.
Op danwel vanaf 21 oktober 2024 worden de klanten van het klantenbestand van [verzoeker] zoals dat overgedragen zou gaan worden aan Voice via de e-mail op de hoogte gebracht van de aanstaande overdracht.
2.8.
Om elkaar te informeren over elkaars werkwijze etc. is [verzoeker] in de periode 7 t/m 18 oktober 2024 op kantoor van Voice aanwezig geweest.
2.9.
Op 22 november 2024 deelt de gemachtigde van Voice [verzoeker] mee dat [verzoeker] gemaakte afspraken niet nagekomen is dan wel de afspraken eenzijdig veranderd heeft. Verzocht wordt om de gemaakte afspraken na te komen. Voice verwacht in dat kader:
  • dat [verzoeker] zich per omgaande tot 31 december 2024 voor 40 uur in de week inzet voor de overdracht van haar klanten naar Voice. Hierbij geldt dat [verzoeker] 2,5 dag per week beschikbaar is voor telefoondienst (voor zowel haar klanten als de klanten van Voice) en 2,5 dag per week bezig is met de overdracht van haar klanten naar Voice;
  • dat [verzoeker] binnen een week na dagtekening van de brief een voorstel doet voor een afspraak op kantoor van Voice zodat alsnog de overdracht, zoals oorspronkelijk in fase 1 was afgesproken, plaats kan vinden.
Aangegeven werd ook dat indien [verzoeker] geen gehoor zou geven aan de hiervoor vermelde verzoeken, zij in verzuim zou raken en Voice de samenwerking met [verzoeker] zou beëindigen.
2.10.
Bij brief van 29 november 2024 heeft Voice [verzoeker] bericht dat zij afziet van de (voorgenomen) samenwerking dan wel zegt zij de samenwerking op en/of ziet zij deze als beëindigd dan wel ontbonden. In die brief vermeldt Voice ook dat [verzoeker] met ingang van 27 november 2024 geen werkzaamheden voor Voice meer hoeft uit te voeren en geen toegang meer heeft tot het systeem van Voice. Voor een vijftiental klanten zal Voice de werkzaamheden voorzetten, voor de overige niet. Voice stelt hierbij voor om voor deze klanten een bedrag van € 2.500,- aan [verzoeker] te betalen. [verzoeker] is hiermee niet akkoord gegaan.

3.Het verzoek

3.1.
[verzoeker] verzoekt:
te verklaren, dat de verklaring tot buitengerechtelijke ontbinding niet rechtsgeldig is en de daarmee door Voice of Secretary beoogde rechtsgevolgen ontbeert;
te verklaren, dat de overeenkomst met toepassing van het samenstel van art. 7:671c lid 1 BW en art. 7:686 BW, althans met toepassing van het samenstel van art. 6:80 lid 1 sub b BW, art. 6:265 BW en art. 7:686 BW, is ontbonden en geëindigd op
29 november 2024, althans een door de edelachtbare kantonrechter in goede justitie vast te stellen dag;
te beslissen, dat Voice of Secretary met toepassing van art. 3:296 BW wordt veroordeeld tot betaling van een bedrag groot € 4.778,00, althans een door de kantonrechter in goede justitie te begroten bedrag;
te beslissen, dat Voice of Secretary met toepassing van art. 6:271 BW en art. 6:272 lid 1 BW wordt veroordeeld tegen behoorlijk bewijs van kwijting aan [verzoeker] te betalen een bedrag groot € 16.550,00 althans een door de kantonrechter in goede justitie te begroten bedrag;
te beslissen, dat Voice of Secretary met toepassing van art. 6:277 lid 1 BW, althans art.7:671c lid 3 sub a BW, wordt veroordeeld om tegen behoorlijk bewijs van kwijting aan [verzoeker] te betalen een bedrag groot € 19.299,38, althans een door de kantonrechter in goede justitie te begroten bedrag;
te beslissen, dat Voice of Secretary met toepassing van art. 7:673 lid 1 sub b BW wordt veroordeeld om tegen behoorlijk bewijs van kwijting aan [verzoeker] te betalen een bedrag groot € 94,46, althans een door de kantonrechter in goede justitie te begroten bedrag;
te beslissen dat Voice of Secretary met toepassing van art. 7:671 c lid 3 sub b BW wordt veroordeeld om tegen behoorlijk bewijs van kwijting aan [verzoeker] te betalen een bedrag groot € 50.000,00 althans een door de kantonrechter in goede justitie te begroten bedrag;
te beslissen, dat Voice of Secretary wordt veroordeeld in de proceskosten en gebruikelijke nakosten en
I. te beslissen, dat de beschikking ten aanzien van de veroordelingen uitvoerbaar bij voorraad zal zijn.
3.2.
Aan deze verzoeken legt [verzoeker] ten grondslag dat zij met Voice een gemengde overeenkomst heeft gesloten inhoudende een koopovereenkomst en een arbeidsovereenkomst. Voice zou het klantenbestand van [verzoeker] kopen tegen betaling van een bedrag van € 18.000,00 en [verzoeker] is met ingang van 1 november 2024 bij Voice in dienst getreden voor bepaalde tijd van een jaar op basis van een arbeidsomvang van 16 uur per week.
3.3.
[verzoeker] verwijst in dat kader met name naar haar e-mailbericht van
27 september 2024. [verzoeker] ziet de inhoud van die mail als een aanbod. Voice -lees [naam]- heeft bij haar mail d.d. 29 september 2024 het aanbod van [verzoeker] geaccepteerd, waardoor er een arbeidsovereenkomst tot stand is gekomen.
3.4.
Bij brief van 22 november 2024 heeft Voice [verzoeker] ten onrechte het verwijt gemaakt dat [verzoeker] haar afspraken met Voice niet is nagekomen. De overeenkomst werd dan ook ten onrechte door Voice beëindigd. [verzoeker] zag wel in dat een verdere samenwerking geen optie meer was omdat het vertrouwen onherstelbaar was beschadigd. [verzoeker] (zo begrijpt de kantonrechter) berust in het einde van de arbeidsovereenkomst per 29 november 2024. [verzoeker] vordert ex artikel 3:296 BW achterstallig loon over drie weken werk in november 2024 inclusief vakantiebijslag en fictief loon zijnde een bedrag van € 4.778,00, een transitievergoeding van € 94,46, gederfd loon over een periode van een jaar zijnde een bedrag van € 19.299,38 en een billijke vergoeding van € 50.000,00.
3.5.
Aangezien Voice wel het klantenbestand gekocht heeft maar daarvoor nog geen bedrag heeft betaald, verzoekt [verzoeker] ook om met toepassing van artikel 7:686a lid 2 en 3 BW Voice te veroordelen om aan haar te betalen een bedrag van € 16.550,00.
De overeengekomen koopprijs bedroeg € 18.000,00. In dat kader stelt [verzoeker] dat die koopprijs als aanvullend nettoloon gezien zou moeten worden en in 12-maandelijkse termijnen overgemaakt zou moeten worden in de vorm fictief loon. Dit vanwege fiscale redenen. Daarvan is al een bedrag van € 1.450,00 meegenomen in de loonvordering over november 2024, zodat de waardevergoeding vastgesteld moet worden op € 16.550,00.

4.Het verweer

4.1.
Voice verweert zich tegen de verzoeken en voert daartoe het volgende aan.
Erkend wordt dat [verzoeker] en [naam] mondeling overeen zijn gekomen dat Voice het klantenbestand van [verzoeker] zou overnemen voor een bedrag van € 18.000,00. De overname zou per 1 januari 2025 plaatsvinden, waarbij er met ingang van 1 november 2024 geleidelijk klanten overgedragen zouden worden om het voor Voice behapbaar te houden. Tot de overnamedatum van 1 januari 2025 zou [verzoeker] zich om niet inspannen om haar klanten over te dragen.
4.2.
Voice betwist uitdrukkelijk dat er een overeenkomst tussen haar en [verzoeker] tot stand is gekomen inzake door [verzoeker] uit te voeren betaalde werkzaamheden na de overnamedatum. Weliswaar hebben partijen hierover overleg gevoerd maar in de onderhandelingen is het nooit zover gekomen dat daarover definitief overeenstemming is bereikt. Een overeenkomst komt tot stand door aanbod en aanvaarding. Daarvan is geen sprake en het is evenmin door [verzoeker] aangetoond. Wil er sprake zijn van een arbeidsovereenkomst dan moet er op grond van artikel 7:610 BW voldaan worden aan drie kernvoorwaarden te weten arbeid, loon en een gezagsverhouding. De arbeid die [verzoeker] in november 2024 heeft verricht was uitsluitend voor haar eigen klanten, er is geen arbeid verricht ten behoeve van Voice. Partijen hebben geen afspraken gemaakt over loon, bovendien hebben partijen helemaal geen overeenstemming bereikt over de wijze waarop [verzoeker] mogelijk na de overname van het klantenbestand werkzaamheden voor Voice zou uitvoeren. Van een gezagsverhouding was evenmin sprake. [verzoeker] besloot zelf of en wanneer zij werkzaamheden zou uitvoeren.
4.3.
Voice meent dat [verzoeker] niet ontvankelijk moet worden verklaard voor een deel van haar verzoeken, te weten de verzoeken tot betaling van € 4.778,00 op grond van artikel 3:296 BW, € 16.550,00 op grond van artikel 6:271 BW en 6:272 lid 1 BW en € 19.299,38 op grond van artikel 6:277 BW. Deze vorderingen tot schadevergoeding dienen op grond van de wet niet bij verzoek ingeleid te worden, maar met een dagvaarding.

5.De beoordeling

Onderdeel arbeidsovereenkomst

5.1.
De verzoeken van [verzoeker] zijn gebaseerd op de stelling dat er sprake is van een gemengde overeenkomst bestaande uit een deel arbeidsovereenkomst én een deel koopovereenkomst voor overname van het klantenbestand van [verzoeker] aan Voice.
Voice betwist dat er sprake is van een (arbeids)overeenkomst.
5.2.
De eerste vraag die voorligt is of tussen partijen een arbeidsovereenkomst tot stand is gekomen. Bij de beoordeling geldt het volgende hierbij als uitgangspunt.
5.3.
Artikel 7:610 BW beschrijft de arbeidsovereenkomst als een overeenkomst waarbij de ene partij, de werknemer, zich verbindt in dienst van de andere partij, de werkgever, tegen loon gedurende zekere tijd arbeid te verrichten.
5.4.
Om te kunnen beoordelen of een overeenkomst als een arbeidsovereenkomst moet worden aangemerkt, moet door uitleg aan de hand van de Haviltexmaatstaf worden vastgesteld welke rechten en verplichtingen partijen zijn overeengekomen.
Als de overeengekomen rechten en verplichtingen voldoen aan de wettelijke omschrijving van de arbeidsovereenkomst, moet de overeenkomst als zodanig worden aangemerkt.
Voor deze kwalificatie is niet van belang of partijen de bedoeling hadden de overeenkomst onder de wettelijke regeling van de arbeidsovereenkomst te laten vallen.
5.5.
Of een overeenkomst moet worden aangemerkt als arbeidsovereenkomst, hangt af van alle omstandigheden van het geval in onderling verband bezien. Van belang kunnen onder meer zijn [i] de aard en duur van de werkzaamheden, [ii] de wijze waarop de werkzaamheden en de werktijden worden bepaald, [iii] de inbedding van het werk en degene die de werkzaamheden verricht in de organisatie en de bedrijfsvoering van degene voor wie de werkzaamheden worden verricht, [iv] het al dan niet bestaan van een verplichting het werk persoonlijk uit te voeren, [v] de wijze waarop de contractuele regeling van de verhouding van partijen is tot stand gekomen, [vi] de wijze waarop de beloning wordt bepaald en waarop deze wordt uitgekeerd, [vii] de hoogte van deze beloningen, en [viii] de vraag of degene die de werkzaamheden verricht daarbij commercieel risico loopt. Ook kan van belang zijn [ix] of degene die de werkzaamheden verricht zich in het economisch verkeer als ondernemer gedraagt of kan gedragen, bijvoorbeeld bij het verwerven van een reputatie, bij acquisitie, wat betreft fiscale behandeling, en gelet op het aantal opdrachtgevers voor wie hij werkt of heeft gewerkt en de duur waarvoor hij zich doorgaans aan een bepaalde opdrachtgever verbindt (
Deliveroo-arrest (ECLI:NL:2023:443).
5.6.
Volgens [verzoeker] sloten partijen een overeenkomst die zich uitdrukkelijk classificeerde als arbeidsovereenkomst. Overeengekomen is dat [verzoeker] werkzaamheden zou verrichten en ook daadwerkelijk heeft verricht voor Voice tegen een nader vast te stellen loon. Afgesproken was ook dat Voice wekelijks roosters zou verzenden en dat op die dagen en tijden de bedongen arbeid moest worden verricht. Men kon niet zonder meer in vrijheid beslissen om de bedongen arbeid op bepaalde dagen niet te verrichten.
Ook beoordeelde Voice verlof aanvragen. [verzoeker] stelt tevens dat Voice haar instructies gaf. Zij verwijst hiervoor naar productie 7. Dit betreft WhatsApp correspondentie tussen Voice en [verzoeker]. Volgens [verzoeker] heeft zij hiermee voldoende aangetoond dat er sprake is van een arbeidsovereenkomst.
5.7.
De kantonrechter begrijpt dat Voice primair het standpunt inneemt dat er in het geheel geen overeenkomst tot stand is gekomen, dus ook geen arbeidsovereenkomst. Verder wordt betwist dat [verzoeker] arbeid voor Voice heeft verricht, er loon is overeengekomen en er sprake is van een gezagsverhouding.
5.8.
De kantonrechter oordeelt als volgt. Niet, althans onvoldoende gemotiveerd is weersproken, en dus staat vast, dat [verzoeker] in de periode 1 november tot 27 november 2024 werkzaamheden heeft verricht voor Voice. [verzoeker] ontving van Voice wekelijks roosters waarop zij was ingedeeld en klanten van Voice en van haar zelf diende te bedienen. Zij heeft op die in de roosters genoemde tijden ook werk verricht. Dat [verzoeker] werkzaamheden voor Voice uitvoerde was ook de bedoeling. Dat volgt ook uit productie 7. Voice bericht hier onder andere:
“De afspraak om 20 uur per week beschikbaar te zijn om de telefoon, zowel van jouw als ons klantenbestand, te behartigen, handhaaf ik”. Daarnaast bericht Voice op 29 november 2024 dat [verzoeker] met ingang van 27 november 2024 geen werkzaamheden meer voor Voice hoeft uit te voeren en geen toegang meer heeft tot het systeem van Voice. Op basis waarvan dan deze werkzaamheden zijn verricht, als er geen sprake is van een overeenkomst, is de kantonrechter niet duidelijk. Voice heeft dat niet uitgelegd. Aan het verweer dat er geen sprake is van een overeenkomst gaat de kantonrechter dan ook voorbij.
5.9.
Volgens Voice heeft [verzoeker] geen werkzaamheden verricht voor klanten van Voice en is daarom geen sprake van arbeid. Dat [verzoeker] geen werkzaamheden voor klanten van Voice heeft verricht, volgt uit het bovenstaande niet en heeft Voice niet onderbouwd. Uit het bovenstaande volgt dat [verzoeker] voldoende heeft onderbouwd dat zij ook klanten van Voice heeft bediend. Voice heeft [verzoeker] daarvoor ook toegang gegeven tot het systeem van Voice. Verder is niet weersproken dat partijen voor de werkzaamheden loon zijn overeengekomen. Dat de exacte hoogte daarvan nog moest worden vastgesteld doet hier niet aan af. Naar het oordeel van de kantonrechter volgt uit wat partijen hebben afgesproken over de wijze waarop de werkzaamheden en de werktijden werden bepaald ook dat sprake is van een gezagsverhouding.
5.10.
Niet in geschil is dat Voice wekelijks roosters maakte waarop de dagen en tijden vermeld stonden dat er moest worden gewerkt. [verzoeker] diende hiervoor in te loggen in het systeem van Voice. Voice heeft [verzoeker] hiervoor toegang verschaft. [verzoeker] kon het werk niet door een ander laten doen. Het was de bedoeling dat zij persoonlijk de werkzaamheden zou uitvoeren. Voice gaf ook instructies en verbond daar consequenties aan. Zij vond dat [verzoeker] de gemaakte afspraken niet nakwam. [verzoeker] is op 22 november 2024 gesommeerd alsnog de afspraken na te komen. Op 29 november 2024 heeft Voice [verzoeker] bericht dat [verzoeker] met ingang van 27 november 2024 geen werkzaamheden meer voor Voice hoeft te verrichten.
5.11.
Dat partijen de bedoeling hadden dat [verzoeker] als ZZP’er werkzaamheden zou verrichten, zoals Voice stelt, is de kantonrechter niet gebleken. Uit de email-correspondentie die is opgenomen onder overwegingen 2.5 en 2.6. volgt dit niet, hieruit volgt dat juist het aangaan van een arbeidsovereenkomst de bedoeling was. Overigens is voor de kwalificatie de intentie niet van belang (zie overweging 5.4).
5.12.
Uit het vorenstaande volgt dat [verzoeker] de werkzaamheden in de periode
1 november tot 29 november 2024 heeft verricht op basis van een arbeidsovereenkomst.
[verzoeker] heeft voor deze periode recht op loon. [verzoeker] begroot het brutoloon voor deze periode op € 1.567,70 bruto te vermeerderen met 8% vakantietoeslag. Voice heeft hiertegen geen gemotiveerd verweer gevoerd. De kantonrechter ziet aanleiding in de begroting van het verschuldigde loon over genoemde periode van deze bedragen uit te gaan.
5.13.
De kantonrechter gaat niet meewerken aan het betalen van fictief loon om fiscale redenen, zoals eveneens is verzocht. Dat deze fiscale reden een andere is dan het niet willen betalen van de wettelijk verplichte belastingen over de koopsom van de activa, heeft [verzoeker] niet aannemelijk gemaakt. Vanzelfsprekend kan van een kantonrechter niet worden verwacht dat wordt bewerkstelligd dat het plegen van fraude wordt voortgezet.
5.14.
De kantonrechter merkt de brief van Voice van 29 november 2024 aan als een opzegging van de arbeidsovereenkomst. Uit de verklaring van [verzoeker] dat zij niet meer terug wil en ook wil dat de arbeidsovereenkomst per die datum eindigt maakt de kantonrechter op dat [verzoeker] berust in de opzegging van Voice. De arbeidsovereenkomst is hiermee beëindigd en hoeft dus niet alsnog ontbonden te worden. Omdat de opzegging niet rechtsgeldig is, maakt [verzoeker] aanspraak op diverse posten aan schadevergoeding, aldus begrijpt de kantonrechter. Aan de orde is of [verzoeker] hier recht op heeft.
‘Ontbindingsschade en billijke vergoeding’
5.15.
[verzoeker] maakt aanspraak op ontbindingsschade en vordert loon over de periode
1 november 2024 tot en met 29 november 2025 ad € 19.299,39 bruto.
Hoe [verzoeker] tot dit bedrag is gekomen, is de kantonrechter niet duidelijk. Als wordt uitgegaan van het voorgestelde brutoloon van € 1.567,60 voor de overige 11 maanden komt men aan een ander bedrag. Daarnaast maakt [verzoeker] aanspraak op een billijke vergoeding van € 50.000,00. De kantonrechter zal deze posten hieronder gezamenlijk bespreken.
5.16.
De kantonrechter oordeelt over het toekennen van een billijke vergoeding als volgt.
Het verzoek van [verzoeker] om toekenning van een billijke vergoeding wordt toegewezen, omdat hiervoor is geoordeeld dat het ontslag niet rechtsgeldig is. Daarbij wordt opgemerkt dat een ongeldig ontslag als ernstig verwijtbaar handelen of nalaten van de werkgever moet worden aangemerkt.
5.17.
Voor het vaststellen van de hoogte van de toe te kennen billijke vergoeding zijn in rechtspraak uitgangspunten geformuleerd. De kantonrechter moet bij het bepalen van de billijke vergoeding rekening houden met alle (uitzonderlijke) omstandigheden van het geval en die vergoeding moet daarbij aansluiten. Het gaat er uiteindelijk om dat de werknemer wordt gecompenseerd voor het ernstig verwijtbaar handelen of nalaten van de werkgever. Ontbindingsschade en gederfd loon, zoals door [verzoeker] verzocht, vallen hieronder. Ook met de gevolgen van het ontslag kan rekening worden gehouden, voor zover die gevolgen zijn toe te rekenen aan het verwijt dat de werkgever kan worden gemaakt.
De billijke vergoeding heeft geen bestraffend doel, maar met de billijke vergoeding kan ook worden tegengegaan dat werkgevers ervoor kiezen een arbeidsovereenkomst op ernstig verwijtbare wijze te laten eindigen.
5.18.
De kantonrechter acht in de onderhavige situatie een billijke vergoeding van één maandloon passend. Hierbij weegt mee dat in de beëindigen van de arbeidsrelatie ook [verzoeker] een rol heeft gehad en ook [verzoeker] hier een verwijt valt te maken.
5.19.
Partijen zijn immers zonder de daarvoor gemaakte afspraken duidelijk af te stemmen en vast te leggen begonnen met de uitvoering van de overeenkomst. [verzoeker] had belang bij een snelle overdracht van haar klantenbestand omdat zij minder wilde werken en wilde emigreren naar het buitenland. [verzoeker] benaderde daarom zelf Voice. Voice had eigenlijk geen behoefte aan nog meer klanten vanwege een volle klantenportefeuille.
De expertise van [verzoeker] werd gewaardeerd en zij wilde [verzoeker] helpen. Door niet eerst de afspraken vast te leggen en al wel te starten met de uitvoering van de overeenkomst door het klantenbestand over te dragen, [verzoeker] toe te laten tot het systeem van Voice en [verzoeker] in te delen in het wekelijkse rooster om ook klanten van Voice te gaan bedienen, is al snel een verschil van inzicht ontstaan.
Partijen verschilden al snel van mening over wat nu precies is afgesproken en wat over en weer van elkaar mocht worden verwacht. Dit is het gevolg van het niet vooraf afstemmen en vastleggen van de gemaakte afspraken. Dit kan beide partijen worden verweten. Zij zijn beiden als juridisch ondersteuner werkzaam. Zij hadden beter moeten weten. Dit verschil in inzicht en de vertrouwensbreuk die hierdoor is ontstaan, heeft geresulteerd in de opzegging van de overeenkomst tegen 29 november 2024. In deze opzegging heeft [verzoeker] direct berust. Ook zij wilde niet meer verder. Geen van partijen heeft het initiatief genomen om de ontstane vertrouwensbreuk te herstellen.
Onder deze omstandigheden is aannemelijk dat de arbeidsovereenkomst nooit lang zou hebben geduurd. De stabiele benodigde basis daarvoor ontbrak. Beide partijen hebben hier een rol in gehad en beide partijen valt dit te verwijten.
De kantonrechter is dan ook, uitgaande van alle omstandigheden van het geval, van oordeel dat [verzoeker], naast de ontvangen vergoeding voor overname van de klanten (zie overweging 5.28)- met één maand loon voldoende is gecompenseerd. Voor het daarnaast toekennen van een bedrag aan ontbindingsschade op grond van artikel 6:277 lid 1 BW of gederfd loon op grond van artikel 7:673 lid 1 sub b BW wordt dan ook niet gekomen.
5.20.
[verzoeker] vordert ook een bedrag aan transitievergoeding. Nu Voice de arbeidsovereenkomst heeft opgezegd heeft [verzoeker] recht op een transitievergoeding.
Het gevorderde bedrag ad € 94,46 kan als niet weersproken worden toegewezen.
5.21.
Nu sprake is van een arbeidsovereenkomst gaat het bevoegdheidsverweer niet op. Er is sprake van verwevenheid zodat alle verzoeken gezamenlijk moeten worden besproken.
Onderdeel koopovereenkomst klantenbestand
5.22.
[verzoeker] verzoekt betaling van het bedrag van € 18.000,00 aan waardevergoeding. Volgens [verzoeker] dient ook de koopovereenkomst ontbonden te worden. De ontbinding van de koopovereenkomst zal meebrengen dat Voice is bevrijd van de ingevolgde de overeenkomst op haar rustende verbintenis. [verzoeker] ging al over tot overdacht van het klantenbestand. Die prestatie kan naar haar aard niet ongedaan worden gemaakt. Veel van de klanten contracteerden al met Voice. Daarom moet Voice voor die prestatie een waardevergoeding betalen volgens [verzoeker].
5.23.
Volgens Voice zijn partijen overeengekomen dat Voice 35 klanten van [verzoeker] zou overnemen voor een bedrag van € 18.000,00. [verzoeker] zou zich hierbij inspannen om haar klanten over te dragen aan Voice. Voice erkent ook daadwerkelijk klanten te hebben overgenomen. Voice neemt ook het standpunt in dat partijen nog geen overeenstemming hadden over de essentiële voorwaarden voor de overname van het klantenbestand en er dus geen overeenkomst tot stand is gekomen. En ook neemt Voice het standpunt in dat [verzoeker] de gemaakte afspraken niet is nagekomen en zij de overeenkomst heeft beëindigd. Niet in geschil is dat Voice voor de klanten die zij heeft overgenomen, niets heeft betaald.
5.24.
Aan de orde is wat partijen nu precies bij dit onderdeel van de overeenkomst zijn overeengekomen. Bij de uitleg van een dergelijke overeenkomst komt het niet alleen aan op de taalkundige betekenis van de bewoordingen van de (mondelinge) overeenkomst, maar ook op de betekenis die partijen in de gegeven omstandigheden daaraan over en weer redelijkerwijs mochten toekennen en op wat zij redelijkerwijs te dien aanzien van elkaar mochten verwachten.
5.25.
De kantonrechter is van oordeel dat uit de stukken, feitelijke uitvoering en de betekenis die partijen in de gegeven omstandigheden daaraan hebben gegeven, volgt dat partijen overeenstemming hebben bereikt over de overname van het klantenbestand voor een bedrag van € 18.000,00. De overnamesom is tot stand gekomen uitgaande van een gemiddelde omzet van € 3.000,00 per maand bij dit klantenbestand. De overnamesom betreft een vergoeding van een gemiddelde 6 maanden omzet. Ter onderbouwing van de gemiddelde omzet is een Excel sheet door [verzoeker] aan Voice toegezonden. Het precieze aantal klanten is bij de bepaling van de overnamesom niet van belang geweest, althans niet van doorslaggevend belang, wel de te behalen omzet. Overeengekomen is hierbij ook dat [verzoeker] behulpzaam zou zijn bij de acquisitie.
5.26.
Voordat alle klanten vermeld op het aan Voice overgedragen klantenbestand met behulp van de acquisitie van [verzoeker] waren benaderd en hadden bevestigd over te willen stappen, is tussen partijen onenigheid ontstaan en heeft Voice de overeenkomst ontbonden/beëindigd.
5.27.
Bij brief van 29 november 2024 werd namens Voice aan de gemachtigde van [verzoeker] aangegeven dat slechts 13/15 klanten van het klantenbestand hebben aangegeven over te willen stappen naar Voice. Voice wil om die reden niet meer betalen dan een koopprijs van € 2.500,00. [verzoeker] betwist gemotiveerd dat er maar 15 klanten overstapten. Volgens [verzoeker] heeft zij 18 verklaringen ontvangen van haar inmiddels voormalige klanten die met Voice hebben gecontracteerd. [verzoeker] verwijst daarvoor naar productie 3.
5.28.
Nu Voice niet heeft weersproken, althans niet gemotiveerd, dat zij minimaal 18 klanten heeft overgenomen en Voice niet heeft gesteld en onderbouwd dat zij met deze 18 klanten die zij heeft overgenomen, geen omzet kan genereren van € 3.000,-- gemiddeld per maand, ziet de kantonrechter geen aanleiding om de waarde van de prestatie van overdracht van het klantenbestand op een ander bedrag te bepalen dat het overeengekomen bedrag van € 18.000,00. Dit bedrag zal worden toegewezen.
De slotsom
5.29.
Nu partijen over en weer op punten in het gelijk dan wel in het ongelijk zijn gesteld is de kantonrechter van oordeel dat het redelijk is dat partijen ieder hun eigen proceskosten dragen.

6.De beslissing

De kantonrechter:
6.1.
veroordeelt Voice om aan [verzoeker] te betalen het bedrag van € 1.567,70 bruto te vermeerderen met 8% vakantietoeslag aan achterstallig loon over de maand november 2024;
6.2.
veroordeelt Voice om aan [verzoeker] te betalen het bedrag van € 1.567,70 bruto te vermeerderen met 8% vakantietoeslag aan billijke vergoeding;
6.3.
veroordeelt Voice om aan [verzoeker] te betalen het bedrag van € 94,46 bruto aan transitievergoeding;
6.4.
veroordeelt Voice om tegen behoorlijk bewijs van kwijting aan [verzoeker] te betalen het bedrag van € 18.000,00 voor overname van het klantenbestand;
6.5.
bepaalt dat iedere partij de eigen proceskosten draagt;
6.6.
verklaart deze beschikking uitvoerbaar bij voorraad.
6.7.
wijst af hetgeen meer of anders verzocht is.
Deze beschikking is gegeven door mr. J.M. Marsman, kantonrechter, en in het openbaar uitgesproken op 27 mei 2025.

Voetnoten

1.die tekst is hier in het vet weergegeven.