In deze zaak heeft eiser, [eiser], een vordering tot ontruiming van een gehuurd pand ingediend tegen gedaagde, [gedaagde]. De huurovereenkomst tussen partijen is op 5 september 2016 gesloten en zou na een jaar automatisch verlengd worden. Eiser heeft de huurovereenkomst opgezegd per 13 maart 2024, maar gedaagde betwist de rechtsgeldigheid van deze opzegging. Gedaagde stelt dat er een verlengde ontruimingstermijn is afgesproken en dat de huurovereenkomst niet is geëindigd. De kantonrechter heeft op 2 juni 2025 in kort geding geoordeeld dat de huurovereenkomst niet rechtsgeldig is opgezegd en dat de vorderingen van eiser tot ontruiming niet toewijsbaar zijn. Eiser is in het ongelijk gesteld en moet de proceskosten van gedaagde vergoeden, die zijn begroot op € 949,00. De beslissing is uitvoerbaar bij voorraad.