Uitspraak
RECHTBANK OVERIJSSEL
WONINGSTICHTING ST. JOSEPH,
gevestigd en kantoorhoudende te Almelo,
wonende te [woonplaats],
Rechtbank Overijssel
In deze zaak heeft de huurder verzet aangetekend tegen een eerder vonnis van 17 december 2024, waarin werd bepaald dat de huurovereenkomst met de woningstichting Sint Joseph zou worden beëindigd, de woning moest worden ontruimd en de achterstallige huur moest worden betaald. De huurder heeft in de verzetdagvaarding enkele betalingen genoemd die niet zijn meegerekend en heeft persoonlijke omstandigheden aangevoerd als argumenten tegen het vonnis. Echter, deze argumenten zijn niet onderbouwd. De kantonrechter heeft vastgesteld dat het verzet tijdig en op de juiste manier is ingesteld, maar dat de inhoudelijke argumenten van de huurder niet voldoende zijn om het eerdere vonnis te weerleggen. De kantonrechter heeft het verzet ongegrond verklaard en het eerdere vonnis bekrachtigd, waardoor de huurovereenkomst blijft bestaan en de huurder verplicht is de achterstallige huur te betalen. Tevens is de huurder veroordeeld in de proceskosten van de verzetprocedure, die zijn vastgesteld op € 476,00. Het vonnis is uitvoerbaar bij voorraad, wat betekent dat het direct kan worden uitgevoerd, ook als er hoger beroep wordt ingesteld.