ECLI:NL:RBOVE:2025:4617

Rechtbank Overijssel

Datum uitspraak
17 juni 2025
Publicatiedatum
10 juli 2025
Zaaknummer
C/08/334462 / FA RK 25-1561
Instantie
Rechtbank Overijssel
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht
Procedures
  • Beschikking
Rechters
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Afwijzing verzoek tot machtiging voortzetting crisismaatregel in het kader van de Wet verplichte geestelijke gezondheidszorg

Op 17 juni 2025 heeft de Rechtbank Overijssel, locatie Zwolle, uitspraak gedaan in een zaak betreffende de afwijzing van een verzoek tot het verlenen van een machtiging tot voortzetting van een crisismaatregel. Dit verzoek was ingediend door de officier van justitie en betrof een betrokkene die onder de Wet verplichte geestelijke gezondheidszorg (Wvggz) viel. De rechtbank oordeelde dat de medische verklaring, die als basis voor het verzoek diende, ondeugdelijk was. De verklaring gaf niet aan of de betrokkene, die geen Nederlands spreekt, met een tolk was gehoord. Dit was cruciaal, aangezien artikel 1:8 van de Wvggz vereist dat betrokkene in een voor hem begrijpelijke taal wordt geïnformeerd en recht heeft op bijstand van een tolk indien hij de Nederlandse taal niet beheerst.

Tijdens de mondelinge behandeling op 17 juni 2025 zijn verschillende personen gehoord, waaronder de betrokkene, zijn advocaat en een psychiater. De advocaat voerde aan dat de medische verklaring niet voldeed aan de eisen, omdat niet was vastgesteld of de psychiater de betrokkene correct had begrepen. De rechtbank concludeerde dat de situatie van de betrokkene, die te maken had met ernstige psychische en materiële schade, niet voldoende was onderbouwd door de medische verklaring. Hierdoor was er geen grondslag voor de gevraagde machtiging tot voortzetting van de crisismaatregel.

De rechtbank heeft het verzoek tot machtiging afgewezen en benadrukt dat tegen deze beschikking het rechtsmiddel van cassatie openstaat. De uitspraak is mondeling gedaan en in het openbaar uitgesproken door rechter A.L. Smit, in aanwezigheid van griffier P.J. Soldaat.

Uitspraak

RECHTBANK OVERIJSSEL

Team Familierecht en Jeugdrecht
Locatie: Zwolle
Zaak-/rekestnr.: C/08/334462 / FA RK 25-1561
Afwijzing machtiging tot voortzetting van de crisismaatregel
Beschikking van 17 juni 2025van de rechtbank Overijssel naar aanleiding van het door de officier van justitie ingediende verzoek tot verlenging van een crisismaatregel, als bedoeld in artikel 7:7 van de Wet verplichte geestelijke gezondheidszorg (Wvggz), ten aanzien van:
[betrokkene],
geboren op [geboortedatum] 1992 te [geboorteplaats],
wonende te [woonplaats],
verblijvende bij Dimence, locatie [locatie],
hierna te noemen: betrokkene,
advocaat: mr. S.M. Wolff te Zwolle.

1.Procesverloop

1.1
Bij verzoekschrift, ingekomen bij de griffie op 16 juni 2025, heeft de officier van justitie verzocht om verlenging van de op 14 juni 2025 opgelegde crisismaatregel.
1.2
Bij het verzoekschrift zijn de volgende bijlagen gevoegd:
 een afschrift van de beslissing tot het nemen van de crisismaatregel d.d. 14 juni 2025;
 de medische verklaring d.d. 14 juni 2025;
 de politiemutaties van betrokkene.
1.3
De mondelinge behandeling van het verzoek heeft plaatsgevonden op 17 juni 2025 bij Dimence, locatie [locatie].
1.4
Tijdens de mondelinge behandeling heeft de rechtbank de volgende personen gehoord:
 betrokkene, bijgestaan door een telefonische tolk in de taal Arabisch-Syrisch;
 de advocaat van betrokkene;
 J.J. Verhagen, psychiater,
 [naam], verpleegkundig specialist.

2.Beoordeling

2.1
In het verzoek wordt op basis van onder meer de medische verklaring gesteld dat er ten aanzien van betrokkene sprake is van onmiddellijk dreigend ernstig nadeel, gelegen in:
 ernstige psychische schade;
 ernstige materiële schade;
 ernstige verwaarlozing;
 de situatie dat betrokkene met hinderlijk gedrag agressie van anderen oproept;
 de situatie dat de algemene veiligheid van personen of goederen in gevaar is.
Vermoed wordt dat dit nadeel wordt veroorzaakt door gedrag dat voortvloeit uit een psychische stoornis in de vorm van schizofreniespectrum- en andere psychotische stoornissen. De crisissituatie is zo ernstig dat de procedure voor een zorgmachtiging niet kan worden afgewacht.
2.2
De advocaat van betrokkene heeft ter zitting aangevoerd dat de medische verklaring ondeugdelijk is. Uit de medische verklaring blijkt niet of de beoordeling van de onafhankelijke psychiater is afgenomen met een tolk. Derhalve is onduidelijk of betrokkene de psychiater heeft begrepen, nu hij geen Nederlands spreekt of begrijpt.
2.3
Artikel 1:8 van de Wvggz vermeldt:
Bij de voorbereiding, de uitvoering, de wijziging en de beëindiging van verplichte zorg wordt betrokkene in een voor hem begrijpelijke taal geïnformeerd.
Voor zover de uitvoering van de verplichte zorg leidt tot vrijheidsbeneming heeft betrokkene, indien hij de Nederlandse taal niet beheerst, recht op bijstand van een tolk.
In de medische verklaring vermeldt de onafhankelijke psychiater dat hij kort met betrokkene heeft gesproken en dat deze hem heeft laten weten God te zijn en niet met hem te willen spreken. Nu betrokkene geen Nederlands begrijpt en spreekt, heeft de onafhankelijke psychiater dit in beginsel slechts kunnen vaststellen met behulp van een tolk. Nu de medische verklaring niet vermeldt dat gebruik is gemaakt van een tolk, kan er niet van worden uitgegaan dat de verklaring zorgvuldig tot stand gekomen en is er geen grondslag voor de machtiging tot voortzetting van de crisismaatregel. Het verzoek dient dus te worden afgewezen. De rechtbank merkt nog op dat tijdens de mondelinge behandeling een tolk Engels in persoon aanwezig was, maar dat ervoor is gekozen met betrokkene te spreken door tussenkomst van een telefonische tolk Arabisch-Syrisch.

3.Beslissing

De rechtbank:
wijst af het verzoek tot het verlenen van een machtiging tot voortzetting van de crisismaatregel.
Deze beschikking is mondeling gegeven en in het openbaar uitgesproken op 17 juni 2025 door mr. A.L. Smit, rechter, in tegenwoordigheid van P.J. Soldaat, griffier. De schriftelijke uitwerking van deze beschikking is vastgesteld op 18 juni 2025.
Tegen deze beschikking staat het rechtsmiddel van cassatie open.